Categorieën
Film Frames

The X-Files: Overbodige reünie

Toen ik vernam dat er een nieuw seizoen van the X-Files zou komen, haalde ik mijn schouders op. Zat ik niet op te wachten, nog een seizoen. Natuurlijk ben ik toch gaan kijken.

x files 01 x files 02Erg nostalgisch ben ik niet wat de jaren negentig van de vorige eeuw betreft. Als ik uit die periode een serie zou willen terugzien is het Quantum Leap. Ik heb de oorspronkelijke serie X-Files nooit afgekeken. Ergens halverwege het zesde seizoen begon mijn interesse af te nemen en toen Duchovny er zelf ook geen zin meer in had, was ik ook wel klaar met het zoeken naar de waarheid. Dat de grote conspiracy die als rode draad door de serie loopt, eigenlijk niet meer is dan een McGuffin en er achter het gordijn niet meer dan een rookgordijn schuilgaat, maakte dat ik al helemaal geen zin meer had om tijd in het universum van Chris Carter te investeren.

De tweede X-Files-film heb ik overigens wel bekeken. Dat ik me daar verder niets meer van kan herinneren, zegt volgens mij genoeg.

En nu is er dus seizoen 10.

Fox Mulder en Dana Scully weer samen zien deed me meer dan ik had verwacht. Ik vind acteur David Duchovny sympathiek. Toen ik hem weer als Mulder zag, had ik wel even de neiging om ‘Hank Moody!’ naar het scherm te roepen. Gillian Anderson is een van mooiste actrices die ik ken, dus haar in actie zien is geen straf. Bovendien hebben Duchovny en Anderson een goeie chemie samen.

x files 03 x files 04 x files 05Ik had verwacht dat de zes afleveringen te samen een verhaal zouden vormen. Zo worden de meeste series tegenwoordig immers gemaakt. Afleveringen staan doorgaans niet meer op zichzelf. The X-Files is echter ouderwets van opzet. Het is vooral business as usual, behalve dan dat ik sterk het idee heb dat Fox Mulder zich eigenlijk ook afvraagt wat hij eigenlijk met zijn leven aan het doen is. Erg serieus neemt hij het allemaal niet.

Na vijf afleveringen haal ik dan ook maar weer mijn schouders op. Voegen deze nieuwe afleveringen nu echt iets toe aan wat we eerder zagen? Ik heb niet het idee dat deze verhalen zijn geschreven uit een innerlijke noodzaak van de scenaristen. Zullen we die X-Files dus nu eindelijk eens laten rusten?

Categorieën
Boeken Film

Minstens twee keer kijken

filmclub david gilmourBovenstaand fragment is afkomstig uit The Film Club van David Gilmour. In dit autobiografisch verhaal, vertelt Gilmour hoe zijn zoon Jesse als tiener interesse verliest in de middelbare school. Pa vraagt Jesse of hij liever van school af wil. Als Jesse daarop blij ‘ja’ antwoordt stelt vader het volgende voor: Jesse mag van school, hoeft niet te werken of de huur te betalen zolang als hij samen met zijn vader drie keer per week een film kijkt.

the-film-clubIk zag het boek van de week liggen in The American Book Center. Het was in de aanbieding, maar zonder de lage prijs had ik het waarschijnlijk ook gekocht. Ergens kwam de titel mij bekend voor. Waarschijnlijk heeft iemand mij het boek ooit aangeraden en staat het als een van de duizenden aantekeningen ergens in een notitieboekje. Het concept intrigeerde mij en in een paar dagen las ik het boek uit.

Nu gaat The Film Club niet alleen over film, waar Gilmour leuk en informatief over vertelt. Het boek gaat vooral ook over de moeilijkheid een stuurloze zoon op te voeden. Dat is natuurlijk niet zo makkelijk. Een rode draad in het boek zijn dan ook Jesse’s liefdesrelaties die heftig zijn, explosief ten einde komen en flinke brokken maken. Iets wat iedereen die verliefd is geweest en heeft verloren zal herkennen. Hoe je daarmee omgaat en weer overheen komt, is een belangrijk thema in The Film Club.

Maar goed, bovenstaand fragment. Ik ben het helemaal met Gilmour eens. De eerste keer dat je een film kijkt volg je vooral het verhaal. Pas een tweede, derde en vierde keer kun je goed zien hoe dat verhaal geconstrueerd is, welke middelen de filmmakers hebben gebruikt, hoe de film geschoten en gemonteerd is. Hoe een acteur door vrijwel niets te doen toch een scène kan stelen. Dat soort zaken ontrafelen kost aandacht en tijd. Toen ik filmwetenschap studeerde, bekeek ik de films die ik moest analyseren altijd een paar keer. Vaak let je per kijkbeurt op iets anders. Soms vallen dingen je pas na een paar keer kijken op. De meeste films zijn het ook waard om meerdere keren te bekijken. Ik heb het dan niet over iets slechts als Transformers natuurlijk of Sucker Punch. Die films zijn niet eens de moeite om een keer te bekijken.

Maar de meeste films zijn zo rijk aan informatie, dat je die gerust een paar keer kan kijken. En dan nog kun je bij een twintigste kijkbeurt weer iets nieuws ontdekken. De film blijft namelijk wel hetzelfde, maar jij, de toeschouwer, verandert in de loop van de tijd. De toeschouwer verzamelt ervaringen en neemt het zien van andere films mee in de kijkervaring. Tegen een film die je als tienjarige zag, kijk je heel anders aan als je die twintig jaar later nog eens ziet. Bepaalde zaken worden opeens duidelijker omdat je een meer volwassen perspectief hebt. Andere dingen worden minder belangrijk.

Ik heb sommige films vaker gezien dan ik zou willen toegeven. Toch heb ik daar geen spijt van. Ook nu heb ik alweer zin om weer eens Batman van Tim Burton op te zetten. Ook al zag ik die al meer dan zestig keer voordat ik de film analyseerde voor mijn scriptie. Ook Almost Famous, Wonder Boys, Spider-Man 2, X-Men, Licence to Kill, Chasing Amy, Clerks II en Back to the Future zag ik meerdere keren. Hoewel allemaal niet zo vaak als Batman. Dat is echt een uitzondering. Ook is deze lijst herhalingskijkers verre van compleet, maar opsommingen zijn te saai.

Kirsten Dunst als Mary Jane Watson in 'Spider-man' uit 2002. Een film die ik natuurlijk ook meer dan een keer zag en niet alleen vanwege Kirsten Dunst.
Kirsten Dunst als Mary Jane Watson in ‘Spider-man’ uit 2002. Een film die ik natuurlijk ook meer dan een keer zag en niet alleen vanwege Kirsten Dunst. Hoewel zij al een goede reden is om een film nog een keer te zien.

Soms kijk ik een oudere film om weer een oud gevoel terug te krijgen. Nostalgie, jazeker. Soms herkijk ik een film omdat ik simpelweg niet meer kan herinneren hoe hij afliep.

Overigens geldt hetzelfde voor mij ook voor strips. Die kun je vaak ook gerust meerdere keren lezen.

Categorieën
Juniorpress Strips

Op jacht naar Geheime Oorlogen

Recent heb ik een stapeltje oude dagboeken uit mijn middelbareschoolperiode doorgenomen. Daarin kwam ik ook mijn zoektocht tegen naar de serie Geheime Oorlogen.

geheime oorlogen 1 coverDe Nederlandse uitgaven van Marvels Secret Wars. In de jaren negentig waren er nog geen online shops en was het lastiger om aan oude comics te komen dan nu. Soms had de stripspeciaalzaak wat je zocht, soms de uitgeverij zelf ook, maar ook kon je terecht bij de heren Bart en René Visser die comics via de post verkochten. Hoewel de zoektocht nog relatief simpel verliep, besef ik bij het teruglezen weer hoe leuk het eigenlijk is om bepaalde strips te verzamelen en te jagen op specifieke deeltjes. En om die dan voor een aardige prijs aan te kunnen schaffen. Net als Peter Parker, de Spektakulaire Spider-Man, zat ik als tiener altijd krap bij kas.

Fragmenten uit mijn dagboekje:

zaterdag 14 augustus 1993: Nadat ik bij oma geweest was ben ik bij Het Gele Teken geweest en heb ik drie strips gekocht: een dikke special van de Vergelders, Geheime oorlogen #8 en een oud album van Spider-Man. Ik denk er hard over na om de Vergelders-serie vanaf dat nummer te gaan volgen.
In ieder geval wil ik de comicserie Geheime Oorlogen compleet maken. Hoewel Harrie [van het Gele Teken] ze ook verkoopt, waarschijnlijk voor een te hoge prijs, ga ik maandag eerst Juniorpress zelf bellen om te vragen of ik ze nog bij hen kan bijbestellen.

vrijdag 20 augustus: Maandag heb ik Juniorpress gebeld om de Geheime Oorlogen comics te bestellen. Helaas waren nummer 1 +2 uitverkocht, maar ik kon nummer 3+7 wel bijbestellen. Dinsdag was ik al vroeg in de stad. Ik ging meteen naar Het Gele Teken om te kijken of ik daar Geheime Oorlogen nr 1+2 kon krijgen. Alleen nr. 1 was aanwezig, tweedehands en die kostte wel 7,50, terwijl ik die ochtend de acceptgiro van JP binnenkreeg met de prijs van 5,65 gulden voor twee nieuwe comics! Heb meteen het geld overgemaakt via mijn spaarrekening.

spider-man-special-3-cover

Ook heb ik Spektakulaire Spider-Man Special 3 en Superhelden 6 en Batman 1 gekocht. Aan die Spider-Man comic heb ik een speciale herinnering omdat dit een van de comics was die ik eens van klasgenoot Peter Tesselaar gelezen heb. Het is een van die beruchte eerste comics die me fan maakten.

Dinsdag 24 augustus 1993: Vandaag ontving ik de twee comics van Geheime Oorlogen die ik had bijgesteld bij Juniorpress. Nu moest ik alleen nummer 2 nog. Deze heb ik bij Bart en René Visser bijbesteld voor 5 gulden. (+3 piek verzendkosten). Ik heb daarna een brief aan René Stoops en Steven de Rie geschreven.

geheime oorlogen 6 coverVrijdag 27 augustus 1993: Woensdag was ik al vroeg in de stad. Ik moest naar de bank om geld over te maken naar de bankrekening van René Visser. Ik had de dag ervoor telefonisch Geheime Oorlogen nr. 2 besteld. Dit was het laatste nummer dat ik nog moest hebben in deze serie die bestaat uit 9 delen. De serie werd oorspronkelijk uitgebracht in ’84-’85. De serie is een van de eerste comics die ik ooit las en heeft daarom een bepaalde waarde voor me. Niet alleen voor mij, de serie is erg gewild en daarom is er wat moeilijk aan te komen. Vooral nr. 1+2.

Vanochtend was ik vroeg op en toen ik om 11 uur naar beneden kwam om bij mijn moeder langs te gaan, vond ik een postpakketje. Daarin zat Geheime Oorlogen nr.2. Nu heb ik de serie compleet. Vrijdagavond heb ik natuurlijk de serie Geheime Oorlogen gelezen.

2015: Met veel plezier denk ik terug aan de serie Geheime Oorlogen. Het was voor het eerst dat we een grote groep superhelden het op zagen nemen tegen superschurken. En ook nog eens op een verre planeet. De meeste helden kwamen niet onveranderd terug uit de strijd. Spider-Man had opeens een prachtig maar eigenaardig zwart kostuum. Thing bleef achter op de planeet Battle Planet en de She-Hulk was nu lid van The Fantastic Four. Over het hoe en waarom van de serie, schreef Jim Shooter op zijn blog een interessant verhaal.

Categorieën
Boeken Film

Ghostbusters: The Ultimate Visual History

The Stay Puft Marshmallow Man loopt dreigend richting The Ghostbusters. Een scène die in mijn geheugen gegrift staat en die als jonge kijker veel indruk op mijn maakte.

Ghostbusters-stay puft
Na al die jaren is Ghostbusters (Ivan Rietman, 1984) nog steeds een van mijn favoriete films. Een origineel verhaal, een supergrappige cast en bijzondere visuals, die er dertig jaar na dato nog steeds top uitzien. Maar bovenal een film met een groot warm hart en personages waar je om geeft.

De laatste paar dagen heb ik The Ghostbusters on my mind. Niet zo gek, want ik ben het fantastische boek Ghostbusters The Ultimate Visual History aan het lezen. Een boek waarin Daniel Wallace de ontstaansgeschiedenis van twee films uit de doeken doet en van de twee animatieseries die daaruit voortkwamen: The Real Ghostbusters en Extreme Ghostbusters. Ook is er aandacht voor de Ghostbusters comics, fancultuur, videogames en merchandise.

ghostbusters_poserenWallace sprak met de makers en acteurs en heeft zijn verhaal vooral visueel aangepakt: veel ontwerpschetsen, foto’s, en dus veel nadruk op de visuele aanpak en de creatie van de visual effects. Daarnaast bevat het boek vele gekke extra’s, zoals het visitekaartje van Peter Venkman, een Stay Puft Marshmallow Man sticker en een animatiecel. Deze extra’s zitten in het boek geplakt, soms over de tekst heen, maar altijd op te tillen zodat je alles wel gewoon kunt lezen.

ghostbusters-visual-guide-slimer

Alles is bedacht
Wat het boek zonder meer duidelijk maakt, is dat alles wat je op het witte doek ziet, door iemand is bedacht. Alle spoken, protonpacks, Ghostbusters-uniformen, hoe Gozer er uitziet – alles is begonnen met een potlood en papier en zeer getalenteerde tekenaars met een eindeloze dosis fantasie. Over alles is nagedacht en alles is afgewogen. Wat dragen de personages? Op welke locaties gaan we draaien? Hoe ziet de slaapkamer van Dana eruit? Hoe brengen we Mr. Stay Puft tot leven? Dat zijn dingen waar veel mensen niet bij stil staan als ze naar een film kijken, maar die toch even gezegd moeten worden. Het is daarom bijzonder om vroege ontwerpschetsen van bijvoorbeeld Slimer te zien en te ontdekken hoe men heeft geprobeerd een verhaal over spokenvangen toch een realistisch soort logica te geven door de narratieve structuur van een start-up te kiezen. In wezen gaat Ghostbusters over wetenschappers die een eigen bedrijf beginnen.

Zonder dat ik het wist, zat deze Ghostbustersfan al jaren op dit boek te wachten. Toen ik hem in de kast bij The American Book Center zag staan, leek het even of het boek oplichtte. Het boek lonkte naar me. Het was voor mij een must have, ook al kost het werkje 50 dollar, dus zo’n zestig euro.

Nou ja, ik kan er nog veel meer over zeggen, maar in plaats daarvan embed ik deze uitgebreide recensie en ga ik weer lekker verder met lezen.

Voor de liefhebbers: er is ook een soortgelijk boek uit over Back to the Future.

Categorieën
Strips

Ode aan de jaren tachtig in Belgisch Stripmuseum

Star Wars, Transformers, Bruce Lee en Bryan Adams. Dat zijn een paar prominente elementen waaruit Sean Chuangs (1968) herinneringen uit de jaren tachtig bestaat.

annees-80-cover

De Taiwanees groeide op in Taipei, in een periode dat het land langzaam loskwam van de Krijswet. Chuang maakte een striproman over zijn jeugd: ’80s Diary in Taiwan. Pagina’s uit het boek en ander gerelateerd werk van de stripmaker is nu te bezichtigen in de Gallery van het Belgisch Stripmuseum.

Dinsdag 20 oktober was de opening van de expositie en Robert van der Kroft en ik waren er bij. Die middag hadden we in Brussel vergaderd over de Willy Vandersteenprijs met andere juryleden Luc Morjaeu, Lieve Scheers en Toon Horsten. De uitslag wordt 4 november bekend gemaakt op de Boekenbeurs in Antwerpen.

Sean Chuang met zijn held Bruce Lee. © Belgisch Stripmuseum.
Sean Chuang met zijn held Bruce Lee. © Belgisch Stripmuseum.

Ik sprak even kort met Chuang, die ook zijn strepen verdiend heeft als regisseur van reclamespots. Chuangs Engels liet wat te wensen over, maar is nog steeds beter dan mijn Chinees, dus spraken we via een tolk. Zijn memoir is vooralsnog niet in het Engels of Nederlands uitgegeven. Wel in het Frans, Duits en oorspronkelijk in het Chinees.

Gelukkig spreken de tekeningen boekdelen. Ik hoop dan ook dat een Engelstalige uitgeverij of een Nederlandse uitgever het boek alsnog op de markt zal brengen. Het ziet er namelijk interessant uit en bovendien zullen veel mensen van mijn leeftijd en iets ouder zich goed kunnen vinden in een nostalgisch verhaal over de jaren tachtig. Het is tegenwoordig een en al nostalgie wat de klok slaat. En een beetje geschiedenis over Taiwan oppikken kan ook nooit kwaad.

De beschrijving van het boek volgens het Belgisch Stripmuseum: Begin jaren 1980 in Taiwan is Sean Chuang nog maar een kind. Maar kind zijn in Taiwan in die tijd bood hem de gelegenheid om deel uit te maken van de eerste generatie die stilaan loskomt van de Krijgswet. En ook om de vrijheid te leren kennen en het leven te ontdekken door eigen ervaringen: de eerste liefde en teleurstellingen, zich uitleven op de vespa en met de schoolvrienden allerhande stommiteiten uithalen op het internaat… vooral ver weg van de ouders! Vandaag volwassen geworden, stripauteur en reclameman, laat hij ons met Mes années 80 genieten van zijn herinneringen als kind en jongvolwassene. Met de tederheid en beweeglijkheid van zijn unieke pennentrek schept Sean Chuang de sfeer en de waarden van het initiatief van de grote levensmomenten van een tijdperk. Sommigen zijn zeker niet glorieus, uit andere blijkt spijt, maar de meeste zijn emotioneel en geruststellend over zijn jeugd- en kinderjaren.

chuang_star_wars chuang_robots chuang_muziek

chuang_star_wars_03Het was een avond van talen en vrolijke miscommunicatie. Ik sprak een Japanse die een kunstopleiding doet in Brussel. Ze sprak al aardig Frans maar bijna geen Engels. Bij mij is dat precies andersom. Met handgebaren en een beetje goede wil kwamen we een heel eind, maar het kan ook goed zijn dat we totaal iets anders bedoelden.

Ze liet nog wat tekeningen uit haar schetsboek zien en die vonden Robert en ik erg mooi.

Toch is het jammer dat een taalbarrìere het moeilijk maakte om nader kennis te maken. Ik had graag met Chuang nog wat meer gepraat over zijn filmplannen en zijn strips. Toch vind ik het fijn dat er in het Stripmuseum exposities worden gehouden van dit soort buitenlands werk waar we normaliter niet zo snel mee in aanraking komen. Het museum heeft wat dat betreft echt een internationaal karakter.

Tot en met 29 november 2015 is de expositie Mes années 80 (Mijn jaren 80) van Sean Chuang te zien in het Belgisch Stripmuseum.

Categorieën
Mike's notities

Een dagboek is geen tijdmachine

Een paar weken geleden heb ik mijn oude dagboeken uit de kast gepakt. Vooral de periode dat ik op de middelbare school zat ben ik aan het herlezen. Ik ben tot een paar, voor mij, verbazingwekkende conclusies gekomen.

spidey-met-krant-2Allereerst moet ik toegeven dat ik veel was vergeten. Veel leed en hartzeer maar ook veel leuke dingen. Ik hield er een fijn sociaal leven op na tijdens die zes jaar Atheneum aan de OSG in Hoorn. Ik was bevriend met aardig wat mensen en tussen de lessen en proefwerken door zagen we elkaar vaak. Op feestjes, bij mensen thuis en in de binnenstad in cafés als ’t Kroegie, het Witte Paard en de Wereld. Eigenlijk jammer dat we ook nog lessen moesten volgen, want die zaten al die sociale activiteiten natuurlijk goed in de weg!

Man, wat had ik een hekel aan school. Vooral Frans, Duits en Economie. De eerste vier jaar waren we verplicht om Frans en Duits te volgen, maar het laatste halfjaar van de vierde deed ik voor Frans echt mijn best niet meer, wat resulteerde in een reeks enen. Gek dat je daar toen gewoon mee weg kon komen.

Ik was ook vergeten hoeveel tijd ik als tiener spendeerde met mijn grootouders. Ik ging bijna iedere week wel langs bij mijn opa en oma van mijn vaders kant, en bij de moeder van mijn moeder. Met opa en oma reisde ik nog wel eens mee als ze er met hun boot opuit gingen. Ik ben nu erg dankbaar voor de tijd die ik met hen kon doorbrengen, want ze leven geen van allen meer. Ik mis ze nog steeds, maar ben blij dat ik ze in ieder geval redelijk goed heb leren kennen.

Geen herinnering, maar fictie
Ik ben als tiener dagboeken gaan bijhouden omdat ik dacht dat ik later wel een geheugensteuntje kon gebruiken. Dat blijkt nu ook te kloppen, alleen werken oude aantekeningen niet zoals ik had verwacht. Ik dacht namelijk dat als je over een oude gebeurtenis leest, de herinnering vanzelf weer terugkomt. In de praktijk is dat niet zo. Je brein construeert een scène in je hoofd op basis van wat je leest, maar gaat niet meer terug naar dat ene moment. Met andere woorden: dit is hetzelfde als wanneer je een scène uit een fictieverhaal leest. Ik voel bij het lezen als het ware het verleden in mijn lijf, maar ik kan er niet meer naar terug. Een dagboek is geen tijdmachine.

Ik zal een voorbeeld geven. Samen met mijn opa heb ik toentertijd zijn oude 8-mm films en dia’s op video overgezet. Dat deden we door een videocamera naast de projector te plaatsen en het beeld op het scherm op te nemen. Een primitieve methode, maar met prima resultaat. Ik lees hierover in mijn dagboek en daardoor weet ik weer dat we dit soort dingen deden. Op basis van de tekst zie ik voor me hoe wat dat toen gedaan hebben, maar ik herinner me niet meer hoe dat allemaal precies ging of wat we tijdens het overzetten allemaal met elkaar bespraken. Mijn brein reconstrueert alleen een scène op basis van wat in het dagboek staat. In wezen is het verleden dus fictie geworden.

Categorieën
Film

RIP Wes Craven: No More Nightmares?

Zondag 30 augustus is de beroemde horrorregisseur Wes Craven overleden. Hij werd 76 jaar en stierf aan een hersentumor.

wes_craven
Wes Craven. Bron: Cravens twitteraccount.

Wes Craven (1939-2015) was een visionair op horrorgebied. Het kijken van Cravens films hebben goede herinneringen opgeleverd. Het moge dan nachtmerries zijn die hij ons voorschotelde, voor A Nightmare on Elm Street en Scream kun je me altijd wakker maken. Freddy Krueger is een fantastisch filmicoon geworden en gebleven. (Ik heb de reboot uit 2010 nog niet gezien en dat laat ik graag zo.)

Mijn favoriete films uit de reeks blijft de allereerste Nightmare uit 1984 gevolgd door Wes Craven’s New Nightmare – een postmodernistisch feestje en de perfecte manier om de ingedutte franchise nieuw leven in te blazen (en af te sluiten, wat mij betreft). In deze film blijkt Freddy echt te bestaan en door films over hem te maken, wordt het kwaad bezworen. Maar nu bedreigt Freddy de filmmakers zelf en is het aan Craven en castleden als Heather Langenkamp en Robert Englund om nog een keer een film te maken. Englund speelt dus een dubbelrol als zichzelf en als Krueger, terwijl Craven ook als zichzelf in de film opduikt.

New Nightmare is het begin van het deconstructivistische pad dat Craven zou inslaan met Scream, een filmreeks waarin constant verwezen wordt naar bekende clichés uit het horrorgenre en waarin personages scènes uit bestaande horrorfilms bespreken – vaak voordat ze in mootjes worden gehakt.

Ik geef toe dat ik lang niet alle films van Craven heb gezien. Zijn debuut Last House on the Left staat nog steeds op het must-see lijstje. En niet alle films waren pareltjes. Vampire in Brooklyn is een draak en Sceam 4 was niet zo best. Over het algemeen kun je van de meeste horrorfilms zeggen dat de meeste sequels tegenvallen, zeker hoe hoger het nummer wordt van de reeks. Maar dat neemt niet weg dat met het overlijden van Craven een van de origineelste geesten in het horrorgenre verloren is gegaan. Opmerkelijk genoeg begon zijn filmcarrière in de porno-industrie. Ook een filmgenre waarin de makers precies weten hoe ze hun publiek moeten prikkelen en waar dat moet gebeuren.

Ook regisseerde Craven in 1982 Swamp Thing – een van de eerste stripverfilmingen.

Swamp Thing.
Swamp Thing.

Nostalgische nachtmerries
Omdat ik ben opgegroeid in de jaren tachtig, draag ik Amerikaanse horrorfilms uit die tijd een warm hart toe. Het werk van Craven hoort daar dus zeker bij. Het is een wereld die ik herken en die me terugbrengt naar de tijd van weleer. En veel van die films hebben wat mij betreft de tand des tijds prima doorstaan. Ook nu is A Nightmare on Elm Street nog behoorlijk eng.

Bij de vele tributen en saluten op social media kwam ik deze prachtige filmposter tegen van de Britse illustrator Graham Humphreys:

nightmare_on_elm_street_03Een mooie compostie, zo met die dreigende hand boven het slapende hoofd van Nancy. Alsof de killer uit het dromenrijk naar onze realiteit grijpt. Ondertussen gebeurt het allemaal in een ingeslapen Amerikaanse suburb.

Ik hou erg van dit soort handgemaakt artwork dat vroeger op videokaften prijkte. Een bezoek aan de videotheek was eigenlijk ook een soort museumbezoek. Deze schildering is ook op de videohoes van A Nightmare on Elm Street gebruikt. Er is ook nog een variant waarin Freddy niet met zijn linker hand richting Nancy gaat en die hing in de filmtheaters.

nightmare_on_elm_street_04

In een interview met Film on Paper zei hij het volgende over het maken van het affiche:

Can you talk about the design of the poster?
There was an American flyer for the film that was essentially the street with four tears through it. I saw the film and knew what I was going to do. I’d actually gone along to a screening with my friend, Phil Nutman, who I’ve since given this to [Graham points at the Evil Dead artwork] so I’d already seen it at the cinema before I was given a VHS copy. Anyway, I paused the VHS and took a photograph of Nancy’s face so I could draw that easily.

Freddy [Krueger] himself is actually silhouetted in the background. In the later posters he’s more prominent but on this first quad you don’t see anything, just the shadow and his glove.
I think they wanted the poster to look fairly classy, in comparison to the Evil Dead quad which shows exactly the type of film it is. Obviously the glove became iconic but at the time people had no clue who Freddy was. To me, it was the glove and the whole dreaming thing that was the interesting thing about the film. You’ve got the pretty girl, the glove and the dream-like urban setting, you don’t need the big ugly face leering at you. I hand lettered the title too.

There’s also a second painting which is in portrait format and features Freddy’s other hand reaching down below Nancy’s face.
Yes, I think I prefer this one. This was used for fly posting and was the VHS cover too. For some reason at that time no one would think about the whole different format thing. Everyone was always focusing on quad posters for underground advertising and cinema fronts. The 40×60 inches or bus stop format was very much an American thing, but then when cinema became more commercial we found we had to start doing that size and format.

Veel van de Nightmare posters zijn overigens ook door Matthew Joseph Peak gemaakt. Hier is een aardig overzicht. Ook op dit blog staan nog een paar mooie voorbeelden van filmaffiches voor Nightmare.

Categorieën
Bloggen

Wat ik leerde van mijn blogverleden

De afgelopen dagen heb ik mijn oude blog Mike’s Webs in deze site geïntegreerd. Een leerzame ervaring.

Het overzetten van een blogger blog naar een wordpress gaat op zich redelijk makkelijk met de juiste plugin. Ik gebruikte Blogger Imported Extended van Yuri Farina en die doet eigenlijk het meeste werk. Je drukt op de knop en posts, afbeeldingen en comments worden automatisch overgezet.

MIKE'S WEBSv2
Headerontwerp: Michael Minneboo.
Headerontwerp: Michael Minneboo.
Headerontwerp: Michael Minneboo.
Headerontwerp: Merel Barends.
Headerontwerp: Merel Barends.

Blogrestauratie
Maar dan begint het echte werk pas: de layout wordt niet altijd even goed meegenomen. Nu had het template van Mike’s Webs altijd al wat problemen dus dat kan daar ook de oorzaak van zijn. Vaak vielen de witregels weg in de nieuwe layout. Dat komt de leesbaarheid van de oude stukken niet ten goede, maar om al die blogposts te gaan editen is een enorme klus.

ZIekehond-tekening1
Illustratie: Paul Stellingwerf.

In ieder geval was ik al bijna een dag bezig om de categorieën van de ruim 700 blogposts in orde te maken. Toen ik in 2006 begon met bloggen, had blogger namelijk alleen maar tags, maar geen categorie-tags. Omdat ik op MichaelMinneboo.nl ‘strips’ als standaard categorie heb staan, werden alle oude blogposts daaronder geschaard. Ook als ze niets met het beeldverhaal te maken hebben.

Een ander probleem: de embedcodes van Youtube en Vimeo werden niet meegenomen. Die video’s moesten dus worden opgezocht en er opnieuw in worden gezet. Voor zover ze nog online stonden. Zelf ben ik een enkele video die ik vroeger gemaakt heb kwijtgeraakt omdat ze simpelweg van Blip.tv of Google Video verwijderd zijn. Google video is er al een paar jaar geleden mee opgehouden.

Maar dat soort problemen vergeet je meteen weer, ik neem vooral positieve dingen mee van deze ervaring.

1. Je blog is je geheugen
Het was erg leuk om weer eens door die oude blogposts te bladeren. Ik was al veel vergeten, dus een hoop kwam weer terug toen ik met de artikelen bezig was. Good memories! Een blog is een archief van je verleden en een levend geheugen. Oudere blogposts hebben vooral voor de blogger veel waarde en voor mensen die met een zoekmachine op de site terechtkomen en in een specifiek onderwerp geïnteresseerd zijn. Reguliere bezoekers gaat het vooral om wat je vandaag of gisteren geplaatst hebt.

2. Bloggen gaat om het nu
Er zaten aardig wat aankondigingen en voorbeschouwingen tussen mijn blogposts. Zoals ‘ik kijk uit naar de nieuwe Iron Man-film’ of ‘binnenkort een expositie over…’ Die aankondigingen hebben maar een beperkte waarde: ze informeren de bezoeker op dat moment, maar zodra het event voorbij is, heeft zo’n blogpost minder nut. Alleen nog als onderdeel van een spoor van interesses. Recensies, interviews en achtergrondartikelen hebben op de lange termijn een grotere waarde dan aankondigingen.

3. Vroeger werkte ik meer samen
Het viel me op hoe ik de begindagen van mijn blogcarrière veel meer gastauteurs op mijn blog toeliet en zelf ook bij anderen publiceerde. Er was een interessante kruisbestuiving van bloggers. Zo had ik een tijdje de rubriek De perfecte zondag, waar bloggers een aflevering voor schreven om te vertellen hoe die perfecte zondag er voor hen uitziet. Ik denk dat dit – voor mij althans – veranderde toen personal branding een ding werd. Opeens ging het bloggen om het promoten van ‘mijn merk’ en wat ik ‘voor de klant kon betekenen’. Eigenlijk vind ik dat oude community gevoel onder bloggers erg prettig. Personal branding is onder invloed van sociale media ook te ver doorgeslagen. Ik ben er geen fan meer van.

4. Je blog is een spiegel
Het viel me ook op dat sommige typen blogposts uiteindelijk uitgroeien tot aparte categorieën of rubrieken. In 2010 begon ik met een apart fotoblog, maar eigenlijk maakte ik vanaf het begin al blogposts die daaronder vallen. Hetzelfde geldt voor de rubriek Filmframes en over Spider-Man schreef ik allang voordat ik de rubriek Spidey’s web begon. Ik denk dat je soms opeens een lijn ziet in een bepaald soort blogposts en dat het dan een rubriek wordt. Wat dat betreft blog is dus al negen jaar consistent en komen bepaalde onderwerpen telkens weer terug. Mijn blog zegt dus heel veel over wie ik ben, waar ik mee bezig ben en wat mijn bezighoudt. En eigenlijk verander ik niet zo veel in de loop van de tijd.

Dat gezegd hebbende:

5. Vroeger was ik persoonlijker
Het is waar: hoewel ik onderwerpen op een persoonlijke wijze benader, wat mijn artikelen dus een eigen stem geeft, vind ik, is het wel zo dat ik vroeger meer vertelde over wat ik meemaakte en wat er in mijn hoofd omging. Dat viel me op toen ik die oude blogposts uit 2006 en 2007 weer terug las. Tegenwoordig ben ik voorzichtiger met wat ik wel en niet in het openbaar deel.

Ik vind het fijn dat alle blogposts nu weer samen zijn. Hoewel ik vijf jaar geleden dus overstapte naar wordpress voelde het altijd raar als ik wilde linken naar een oudere blogpost en dat dit artikel op een andere site stond. Mike’s Webs is net zo goed een deel van mijn verleden als wat ik nu publiceer. Er zitten ook minder goede blogposts bij, maar ook die horen thuis in mijn verhaal.

Na deze ervaring zal ik het blog Daily Webhead ook gewoon in deze site opnemen, want dan is mijn verhaal compleet. Dat zal nog eens ruim 1100 posts toevoegen aan de ruim 2200 die nu al op deze site staan.

Tot slot, wat ik vooral weer besefte bij het doorspitten van de oude blogposts is dit: ik heb ontzettend veel lol beleefd aan het bloggen en online publiceren. En dat maakt al die energie en tijd die ik erin heb gestoken meer dan de moeite waard.

Categorieën
Film Frames

Magnum Force: Ik geloof in Dirty Harry

Donderdagavond deed ik maar weer eens een DVD’tje van Dirty Harry in de player: Magnum Force, de tweede aflevering uit de reeks rondom de keiharde rechercheur gestalte gegeven door Clint Eastwood.

Dirty Harry, ik kan er geen genoeg van krijgen. Een paar jaar geleden kocht ik de box met alle vijf Harry-films en nu ben ik ze langzaamaan nog een keer aan het kijken. Ik hou van Eastwood als acteur, maar van zijn rol als Harry Callahan in het bijzonder. De rauwe smeris die er geen problemen mee heeft om tuig neer te knallen als dat nodig is, was het cinematografische antwoord op de onrusten uit begin jaren zeventig, een tijd waarin criminelen soms meer rechten leken te hebben dan de slachtoffers. Een tijd die volgens mij nog niet voorbij is.

In Magnum Force (Ted Post, 1973) gaat het allemaal nog een stapje verder: Harry houdt zich immers aan de wet en schiet alleen criminelen dood als hij echt niet anders kan. Nu krijgt hij te maken met een groep jonge motoragenten die misdadigers omleggen die, door het falen van het rechtsysteem, hun straf ontlopen. De politie die eigen rechter gaat spelen, dat kan natuurlijk niet. Dat soort acties moet je aan The Punisher overlaten.

dirty_harry_magnum_force_01 dirty_harry_magnum_force_02 dirty_harry_magnum_force_03Hoewel ik soms graag zou willen dat er smerissen zijn als Harry. Ik vind het bijvoorbeeld heel gek dat we in Nederland psychopaten als Willem Holleeder bijna knuffelend benaderen en zo’n kerel een column in Nieuwe Revu geven. En een inbreker moet je ook gewoon je huis uit kunnen slaan. Daarmee wil ik natuurlijk niet zeggen dat ik een voorstander ben van nodeloos politiegeweld, maar wel van een harde aanpak van zware criminelen.

Toen de films rondom Dirty Harry uitkwamen, werd zijn gedrag door critici als fascistisch bestempeld. Harry heeft er sadistisch genoegen in om menselijk onkruid bang te maken, vooral voor zijn .44 Magnum Smith & Wesson Model 29. Zie dit fragment uit Dirty Harry (Don Siegel, 1971):

Ook buigt Callahan de wet nog wel eens en gaat hij in tegen de wil van superieuren. Een maverick cop wars van bureaucratie, want die houdt de misdaadbestrijding alleen maar tegen. Maar zoals we ook weten uit films als Beverly Hills Cop en Lethal Weapon kan een cop in Hollywood-cinema eigenlijk alleen maar effectief de misdaad bestrijden als hij zijn eigen weg gaat en vooral niet luistert naar zijn superieuren. En bij het uitvoeren van zijn taak vuurt Harry net zo makkelijk gevatte opmerkingen als kogels af. In Magnum Force, scenario John Milius en Michael Cimino, is zijn standaardzinnetje ‘A man’s got to know his limitations’. Een man moet zijn beperkingen kennen en weten waar zijn grens ligt. Zomaar misdadigers executeren gaat Harry dus te ver, daar trekt hij zijn grens.

Vigilante
De motoragenten staan tegenover Harry’s ideologie, ook al willen beide partijen de wereld een beetje veiliger maken. Kevin J. Olson beschrijft die tegenstelling duidelijk op zijn blog:

Eastwood wanted this script written to show that Harry – even though he has an extreme view of justice – wasn’t a full-fledged vigilante. He still believes in the law just not the version that society in practicing. He tells his Lieutenant that he’s just waiting for a good version of the law to come around, but he is trying to uphold the law because without it there’s anarchy. And that’s the difference between Harry and the death squad: he’s unwilling to let anarchy rule even though these cops are killing murderers and drug dealers.

dirty_harry_magnum_force_04San Francisco
Ik geniet extra van deze filmreeks omdat de meeste afleveringen in San Francisco zijn opgenomen. Daarom doen de Dirty Harry-films me altijd aan mijn opa en oma denken. Die reisden vanaf eind jaren zeventig, begin jaren tachtig altijd naar de Verenigde Staten om hun twee zoons te bezoeken. Twee van mijn ooms zijn namelijk geëmigreerd naar Amerika. Zelf heb ik in de jaren negentig een jaar gewoond in de Bay Area. Vanuit mijn appartement in Berkeley kon ik bijna San Francisco zien liggen aan de baai. Ik heb de stad dan ook vaak bezocht. Hoewel de Harry-films in de jaren zeventig en tachtig spelen, zijn ze voor mij toch een fijn nostalgisch weerzien.

Puik camerawerk
Tot slot: het camerawerk van Frank Stanley in Magnum Force is fantastisch. In de openingsscène zien we hoe een verdachte zakenman de rechtbank verlaat. Helaas konden ze hem niet veroordelen (hoewel hij schuldig is.) De man en zijn gevolg banen zich een weg door de reporters die hem vragen stellen en buiten proberen ze door de protesterende massa zijn auto te bereiken. Die scène is heel effectief gedraaid door de camera in de massa mee te laten lopen. Ook zijn er schots vanuit de auto gedraaid: via de smalle raampjes zien we de woedende betogers dreigend bij de auto staan, soms op het voertuig slaand. De cameravoering brengt goed het claustrofobische gevoel over dat het personage moet ervaren.

dirty_harry_magnum_force_07 dirty_harry_magnum_force_08

Als een paar scènes later de malafide zakenman en zijn entourage worden benaderd door een motoragent, zien we die agent naar de auto toelopen. De camera is vastgemaakt op de motor. Het grappige effect daarvan komt wanneer de motor door de agent op zijn standaard wordt gezet en de camera met de motor mee kantelt:

Ik zal het ongetwijfeld mis hebben, maar toch heb ik het idee dat we dit soort inventief camerawerk moeten missen bij de huidige 3D-films die in de bios draaien.

Wat ik wel jammer vond aan Magnum Force is dat het liefje in de film, de buurvrouw die met Callahan het bed in duikt, erg onderbelicht blijft. Ze hadden Adele Yoshioka wel wat meer screentijd mogen geven. Dat had Harry een meer menselijker kant gegeven en ook haar personage wat diepgang gegeven. Nu is ze eigenlijk niet veel meer dan een klein radartje in de plot. Datzelfde gaat op voor de motoragenten: ik had graag meer van hun motivatie vernomen, nu is de tegenstelling tussen hen en Harry wel erg zwart-wit.

dirty_harry_magnum_force_05 dirty_harry_magnum_force_06Sommige screenshots zijn afkomstig van Cool Ass Cinema

[hr]

Waarom de rubriek Frames?
De verhalen die we lezen en zien maken net zo goed deel uit van onze levensloop als de gebeurtenissen die we in reallife meemaken. In de rubriek Frames verzamel ik stills uit de films die ik heb gezien om zo die herinneringen te kunnen bewaren en koesteren.

Categorieën
Mike's notities Strips

Lekker nostalgisch lezen

Toen ik nog web- en videoredacteur was bij Intermediair, was zondag mijn favoriete dag van de week. Meestal zat ik dan uren op mijn leeststoel de nieuwe stapel comics door te nemen.

Heerlijk vond ik dat: ’s ochtends rustig opstaan, douchen, ontbijten en daarna lekker aan de koffie op mijn stoel de nieuwe trade paperback van The Walking Dead lezen of de nieuwe Spider-Man of X-Men-verhalen. Meestal jaagde ik er op zo’n middag een paar trades doorheen. De fysieke wereld was dan niet groter dan mijn huiskamer, maar mijn hoofd kwam in werelden waarin superhelden en zombies de dienst uit maakten.

Leestafel anno 2008.
Leestafel anno 2008.

Op zaterdag deed ik natuurlijk de boodschappen en ’s middags zat ik dan meestal de blogstukjes voor de komende week te schrijven. Door de weeks kwam ik daar nauwelijks aan toe, dus pende ik drie, soms vier stukjes vooruit. Aan het eind van de middag was het soms koffiedrinken bij Swaf en bijpraten met de andere barflies. ’s Avonds zat ik vaak bij Paul film te kijken en gingen we daarna nog even de kroeg in. Een fijn doch routineus leventje.

Tenminste, zo kijk ik nu tegen die periode aan, maar goed, ik ben dan ook een nostalgist. Mijn hoofd verkeert vaak in een periode van een paar jaar geleden en beziet het geheel door een rooskleurige bril. Veel leed is vergeten en leuke, markante momenten voeren de boventoon. Het is een van de belangrijkste reden waarom ik oude foto’s uit die tijd op Daily Webhead wil publiceren, om even lekker in het verleden te kunnen zwelgen.

Tegenwoordig wonen vrienden niet meer om de hoek, woon ik in een nieuw huis, in een andere stad en ben ik niet langer vrijgezel.

Nu weet ik van mezelf dat ik een nostalgist ben. Niet heel zen van me, maar ik kan er niet veel aan doen. De consequentie daarvan is dat ik over een paar jaar met een roze bril naar de huidige periode zal kijken. Nu ik me daarvan bewust ben, probeer ik zoveel mogelijk in het nu te leven en te genieten van wat me overkomt. Soms doe ik alsof ik vanuit de toekomst naar het nu kijk, lekker zwelgen in het heden. Soms probeer ik dat lekkere leesgevoel van toen terug te halen door ook nu fijne leesmomenten te creëren. Lekker op de bank. Kopje koffie erbij en lezen maar. En niet alleen op zondag.

Categorieën
Film Frames

The Goonies: Toen kinderen nog buiten speelden

Laatst stuitte ik op dit interessante artikel waarin gesteld wordt dat films waarin kinderen zelf op pad gaan om avonturen te beleven, niet meer worden gemaakt. Daarmee bedoelen ze films als E.T., Stand by Me en The Goonies – laten we zeggen: films uit de jaren tachtig uit de school van Spielberg.

goonies_02
In het artikel kwamen enkele stellingen naar voren die tot nadenken stemmen, zoals:

Movies like the Goonies (or ET, or the Explorers) are no longer possible, because movies like that rely on the exploration of the world of children that is separate from the world of adults, and that world no longer exists. Kids don’t go out to build forts in places their parents don’t know about, or learn all the best short cuts to the candy store on their bikes. They don’t walk home alone to and from school. All play is regulated, either for the sake of safety or the desire of parents to participate in childhood. Kids are raised to be risk averse.

Nu geloof ik dat dit voor de Verenigde Staten op gaat, want daarover heb ik vaker berichten gehoord. Ouders rijden hun kinderen van deur tot deur als ze bij een vriendje gaan spelen, want stel je voor dat je kind ontvoerd wordt of verkracht door een kinderlokker. Kinderen worden opgevoed met de angst van hun ouders. Interessant, want het schijnt dat de misdaadcijfers in de VS nog nooit zo laag zijn geweest als nu. Ik ben benieuwd of Nederlandse ouders ook zo angstig zijn.

Ik mocht zelf in ieder geval gewoon buitenspelen van mijn ouders. Sterker nog: ik geloof dat mijn moeder blij was als ik even het huis uit was. Dat bracht wat rust! Helaas voor haar was ik niet echt een typisch buiten-speel-kind. Ik zat liever binnen te lezen of me met speelgoed te vermaken.

Maar goed, de stelling dat er nooit meer Goonies-achtige films worden gemaakt is misschien wat kort door de bocht. Ik vind de Spielberg pastiche Super 8 toch zeker in die categorie passen. En dat kan ik nu eindelijk zeggen: tot vorige week had ik The Goonies namelijk nog niet gezien.

Ja, ik beken het hier maar even. Ondanks dat Paul me vaak aan mijn hoofd heeft gezeurd dat ik The Goonies moest kijken, is het een van de films die mij in mijn jeugd is ontglipt. Maar dat euvel is nu hersteld en ik moet zeggen, als volwassen man van 37 heb ik me prima vermaakt.

Goed, de kids in de film zijn soms erg ADHD en schreeuwen wat af, maar de humor en het avontuur zijn heerlijk meeslepend. En daarbij was ik nogal gecharmeerd van de locatie Astoria, in Oregon. Prachtige huisjes langs de kust. Daar zou ik wel willen wonen en naar verborgen schatten willen zoeken.goonies_06 goonies_07

Goonies-01 goonies_03 goonies_04 goonies_05

Waarom de rubriek Frames?
De verhalen die we lezen en zien maken net zo goed deel uit van onze levensloop als de gebeurtenissen die we in reallife meemaken. In de rubriek Frames verzamel ik stills uit de films die ik heb gezien om zo die herinneringen te kunnen bewaren en koesteren.

Categorieën
Film Frames

Magnum P.I.: Ook nu nog goed genietbaar

De afgelopen maanden vermaakte ik met afleveringen van de serie Magnum P.I., waarin Tom Selleck de sympathieke privédetective gestalte geeft. Het is allemaal zeer onschuldig en luchtig vermaak, en ondanks het feit dat die serie ook alweer dertig jaar oud is, nog zeer genietbaar.

Magnum woont in het luxueuze gasthuis (Robin’s Nest) op het Hawaiiaanse eiland Oahu op uitnodiging van de eigenaar Robin Masters, een bekende auteur van spannende boeken wiens gezicht men nooit te zien krijgt. Magnum mag er verblijven in ruil voor onderhoud en bewaking van het landgoed. Robin’s Nest wordt gerund door de Engelsman Jonathan Quayle Higgins III (John Hillerman), een ex-sergeant-majoor van het Britse Leger. Higgins wordt bijgestaan en bewaakt door twee zeer goed getrainde Dobermanns, Apollo en Zeus die het niet zo hebben op Magnum.

De detective heeft twee goede vrienden, TC en Rick, die hem geregeld helpen zaken op te lossen. TC is een helikopterpiloot die een toeristisch charter bedrijfje runt genaamd Island Hoppers en Rick de eigenaar van een luxe privé-club. De twee vrienden worden in de afleveringen overigens ook vaak genoeg gebruikt als comic relief. Vooral TC moet het in dat opzicht ontgelden.

De serie is een creatie van Glen A. Larson (daar is ie weer) en Donald P. Bellisario.

magnum
Tom Selleck aka Magnum.
higgens
Higgens (John Hillerman)

Vietnam
Interessant is dat de verhalen vaak naar het verleden verwijzen. Magnum is een voormalig US Navy SEAL die in Vietnam gediend heeft. Als er ooit een film over het personage gemaakt wordt, zal zijn geschiedenis ongetwijfeld een update krijgen en zal hij in een meer recentere oorlog hebben gediend. Bijvoorbeeld in Afghanistan of Irak. In principe zijn oorlogen in dat opzicht inwisselbaar. Maar omdat de serie zich in de jaren tachtig afspeelt, wordt er dus veel verwezen naar gebeurtenissen waar huidige series het zelden nog over hebben, simpelweg omdat die generatie aan het uitsterven is. Dat vind ik erg interessant.

Volgens wikipedia was Magnum P.I. een van de eerste series die op positieve wijze een beeld schetste van de Vietnam-veteraan:

Magnum P.I. is een combinatie van actie, comedy en drama. De impact van de show reikte verder dan de simpele plots van het personage dat telkens de misdaad van de week oploste. Ze maakte een aanklacht tegen de moeilijkheden die Vietnamoorlog-soldaten ondervonden met het zich terug aanpassen in en aan het burgerlijke leven. Een feit is dat Magnum een van de eerste series was die geregeld op zoek ging naar de impact van de Vietnamoorlog op de Amerikaanse culturele “psyche”. Magnum P.I. was dan ook uniek in het medialandschap van Amerika in de jaren 1980.

Magnum en zijn vrienden zijn niet beschaamd om in Vietnam gevochten te hebben. Ze hebben wel emotionele en lichamelijke littekens over gehouden aan die oorlog, maar alle drie kijken ze er op terug met trots. Het was een nieuwe benadering van de Vietnamveteraan: gewoonlijk werden deze in de Amerikaanse media geportretteerd als dolgedraaide soldaten zoals in de films First Blood en Apocalypse Now.”

Behalve sociale relevantie, biedt de serie natuurlijk genoeg eye-candy. Niet in de laatste plaats geldt dat voor de prachtige knalrode Ferrari 308GTS waarin Magnum rondrijdt, maar ook voor de aantrekkelijke guest stars die Thomas Magnum inhuren.

Marion Hammond.
Wendy Girard.
Judith Chapman.
Judith Chapman.
Martha DuBois.
Martha DuBois.

De meeste afleveringen staan overigens op zichzelf. Je kunt gewoon ergens in de serie beginnen en verder kijken, of willekeurig wat afleveringen kijken. Zo waren series vroeger. Nu heb je meestal te maken doorlopende verhaallijnen die ervoor zorgen dat je een serie van begin tot eind kijkt. Dat is leuk kijken, als de serie goed is. Toch vind ik die oude formule ook wel weer aardig. Iedere aflevering beginnen we met een vrijwel schone lei: het vriendinnetje dat Magnum vorige week had, is opeens als sneeuw voor de zon verdwenen. Misschien wordt er ooit aan haar gerefereerd, waarschijnlijk niet.

Rick: Larry Manetti en T.C.: Roger E. Mosley
Rick: Larry Manetti en T.C.: Roger E. Mosley. Bron afbeeldingen (behalve bovenste twee): magnum-mania.com/Pics/

Genderbender
Ik heb Tom Selleck altijd een sympathieke acteur gevonden en Magnum lijkt hem een rol op het lijf geschreven te zijn. Toch is er ook iets geks aan Selleck als Magnum. Aan de ene kant is hij heel mannelijk, of wat we in de jaren tachtig in ieder geval onder die term verstonden: open bloesjes waaruit het borsthaar rijkelijk prijkt, een dikke snor onder zijn neus en korte, zeer korte broeken waardoor zijn gewaxte benen goed te zien zijn. Als Magnum boos wordt of vrolijk is, gaat zijn stem omhoog, wat hem een wat verwijft stemgeluid geeft. Met die snor en zijn korte broekjes zouden we hem tegenwoordig kunnen aanzien als een verdwaald lid van The Village People. Hij is dus mannelijk, maar is ook wat verwijfd. Maar misschien is dat ook juist hetgeen wat hem zo sympathiek maakt.