Categorieën
Boeken

Büch

Zondag 13 november werd het boek Boud: Het verzamelde leven van Boudewijn Büch gepresenteerd in de aula van de Oude Lutherse kerk in Amsterdam.

Zo’n presentatie is een van de weinige redenen waarom je mij in een kerk zult aantreffen. Een plek die ik, hartvochtige atheïst als ik ben, doorgaans mijd als de pest.

Eva Rovers wordt geïnterviewd door Sonja Barend.
Eva Rovers wordt geïnterviewd door Sonja Barend.

Eva Rovers werkte zo’n vijf jaar aan haar biografie over Büch. Zij kreeg exclusief inzage in het persoonlijke archief van de schrijver en tv-presentator, waardoor zij heel nieuw licht kon werpen op dit ongrijpbare fenomeen. Eerder schreef zij een veelgeprezen biografie van kunstverzamelaar Helene Kröller-Müller.

cover_boudBüch is alweer veertien jaar niet meer onder ons. Hij stierf in 2002. Voor mij was dat in meerdere opzichten een rampenjaar en de dood van Büch raakte mij toen erg. Ik bewonderde Büchs passie, genoot van zijn televisieprogramma’s en ook al waren zijn romans niet altijd een pretje om te lezen, ik las ze wel. Ruim twee jaar geleden ging Wim Brands nog bij Rovers op bezoek om te horen hoe het ging met schrijven. De tijd vliegt.

Ik heb de video van dat gesprek toen op mijn site gezet en kreeg het daarna aan de stok met fotograaf Klaas Koppe omdat ik een portretfoto van hem gebruikt had. (Met naamsvermelding, uiteraard.) Koppe vond dat ik een bedrijf was en omdat ik ongetwijfeld als journalist veel verdiende wel voor de publicatie van de foto kon betalen. Uitleggen dat ik een freelancer ben en dat ik met dit blog geen geld verdien, bracht hem niet op andere gedachten. Ik heb de foto toen uiteraard van mijn site gehaald, maar een beetje lullig vond ik het wel. Het is zijn goed recht als maker van de foto’s natuurlijk, maar aangezien Koppe heel veel foto’s van Büch maakte, is het online bijna onmogelijk om een foto van hem te vinden die niet door deze fotograaf is gemaakt. Jammer, want als Büch-fan laat ik graag zien over wie ik het heb.

Foto’s van Koppe staan wel in de biografie van Rovers. Daarom moest ik gisteren opeens weer aan dit voorval denken.

Dit is dus geen foto van Klaas Koppe. Ik herhaal: dit is GEEEEEEEEEEEN foto van Klaas Koppe.
Dit is dus geen foto van Klaas Koppe. Ik herhaal: dit is GEEEEEEEEEEEN foto van Klaas Koppe.

Zondagmiddag werd Rovers geïnterviewd door Sonja Barends. Daarna gaven Diederik van Vleuten, Jacques van Alphen en anderen korte lezingen over bepaalde aspecten van de wereld van Boudewijn Büch: zijn liefde voor James Cook, Goethe en de Dodo. Erik van Muiswinkel praatte de middag vakkundig aan elkaar.

Van Vleuten zette een aardige Büch-imitatie neer, maar ook Van Alphens verhaal over de Dodo vond ik boeiend. Abdelkader Benali maakt net als Boudewijn vroeger tv-programma’s over boeken, en raakte door Büch aangestoken in zijn passie voor Goethe.

Hoogleraar Boekwetenschap Lisa Kuitert sprak over Büchs boekenmanie. We zagen ook wat foto’s van zijn bibliotheek. Een plek waar ik dan wel een beetje jaloers op werd, want een grachtenpand vol met boeken (en strips!) zou voor mij ook een paradijs zijn. Als ik het me kon permitteren zou ik dan altijd lezen en kwam ik waarschijnlijk nooit meer buiten. Nou ja, misschien om jacht te maken op nieuwe aanwinsten. Boodschappen zou ik laten bezorgen zodat ik al mijn tijd aan mijn collectie kon wijden.

Nou ja, leuk gezegd natuurlijk, maar op dit moment heb ik al de grootste moeite om mijn huidige verzameling helemaal door te nemen. En dan moet er tussendoor ook nog gewerkt worden én wil ik natuurlijk ook nog energie in mijn relatie steken. Kortom, laat ik eerst maar eens dat boek van Rovers gaan lezen.

Categorieën
Boeken Spidey's web Strips

Spidey’s web: Boek ingeleverd

‘O, wow!’ dacht ik vrijdag 30 september, toen een euforisch gevoel door mijn lijf gloeide. Ik had net op send gedrukt en een e-mail met al mijn hoofdstukken naar de uitgeverij gestuurd.

ASM-243-vrolijke-spiderman3

De eerste versie van mijn boek Mijn vriend Spider-Man ligt nu dus bij SubQ. Daar is de kous nog lang niet mee af: als het pak papier door de uitgever en redacteur gelezen zijn gaan we de tekst bespreken. Kijken waar de structuur van het boek verbeterd moet worden. Wat er werkt in het verhaal en wat nog niet. En wat er uitgehaald kan worden.

Ik heb vooral heel veel verhalen van Roger Stern opnieuw gelezen. En dat is al een genot op zich.
Ik heb vooral heel veel verhalen van Roger Stern opnieuw gelezen. En dat is al een genot op zich.

Er is dus nog een lange weg te gaan voordat Mijn vriend Spider-Man in mei 2017 in de winkels ligt, maar ik ben erg blij dat ik de afgesproken deadline van 1 oktober netjes heb gehaald.

De afgelopen drie maanden was ik fulltime met het boek bezig, verwaarloosde ik dit blog en voerde ik geen freelance opdrachten uit. Hierdoor kon ik me supergoed op het boek concentreren. Een fijne tijd waarin ik dus volledig met mijn favoriete fictiefiguur bezig was.

Het kost veel energie om een boek te schrijven. In de avonden had ik dan ook maar weinig puf en zat ik vooral te Netflixen. De komende week heb ik mezelf vrij gegeven. Even de innerlijke batterij opladen en tijd om iets anders dan Spider-Man-strips te lezen.

Categorieën
Boeken Mike's notities

Dagboeken

Grappig dat mijn herinnering aan het lezen van My Boring-Ass Life positiever is dan de recensie die ik toentertijd over het dagboek van Kevin Smith schreef. Kennelijk werkt ons geheugen zo.

kevin-smith-boring-ass-life1Dat vuistdikke boek staat nog steeds in mijn kast: het is zo’n uitgave die ik niet weg kan doen, ook al acht ik de kans dat ik het boek nog eens helemaal ga lezen, heel gering. Toch fascineren autobiografieën, biografieën en dagboeken mij. Dat hoeft niet per se in boekvorm natuurlijk, want een blog kan net zo goed een dagboek zijn.

Het lezen van dagelijkse beslommeringen kan heel meditatief zijn. Juist ook omdat het leven van dag tot dag weinig verschilt. Sowieso is een tijd bijhouden van je leven handig voor jezelf, maar ik geloof ook wel dat anderen daar plezier aan kunnen beleven. Soms omdat het leven van anderen puur leedvermaak kan zijn, waarbij de kleine ongemakken van je eigen leven in het niet vallen. In dat geval word je alleen maar blijer van je eigen dagelijkse beslommeringen.

Anderzijds kan het leven van anderen je juist inspireren om zelf aan de slag te gaan met het project wat je al jaren van plan bent te beginnen, maar waar het tot nu toe nog niet van is gekomen.

Kevin Smith is voor mij zo’n inspirerende bron: hij volgt zijn eigen pad en heeft een geslaagde carrière voor zichzelf gecreëerd. Smith is een van de bekendste geeks in de wereld en geniet duidelijk van de vlogs, podcasts, tv-programma’s en films die hij maakt. Als hij weer een deel van My Boring-Ass Life zou schrijven, zou ik dat boek zeker weer lezen.

Stel dat jij een tijdje een dagboek zou bijhouden… hoe zou dat er dan uitzien? Wat zou je ervan opsteken?

Categorieën
Boeken Spidey's web Strips

Spidey’s web: Boekcontract getekend

Een paar weken geleden zat ik op de redactie van uitgeverij SubQ om het auteurscontract voor mijn debuut te tekenen. Mei 2017 komt Mijn vriend Spider-Man uit.

Foto: Bart Wessels.
Foto: Bart Wessels.

Natuurlijk ben ik superblij dat ik dit nieuws eindelijk kan melden! De afgelopen maanden was ik druk bezig met schrijven van Mijn vriend Spider-Man en dat zal de komende tijd ook nog wel het geval zijn.

Mijn vriend Spider-Man gaat over wat het betekent om fan te zijn van de stripheld, hoe Spider-Man mijn leven en dat van anderen verrijkt heeft en wat we van de strips kunnen leren. Ik laat experts aan het woord over verschillende onderwerpen, waaronder rouwdeskundige Daan Westerink over de dood van strippersonages en Dan Hassler-Forest over superheldencultuur. Mijn vriend Spider-Man biedt een unieke kijk in de wereld van de stripliefhebber en gaat in bredere zin dus over fancultuur. Mijn ervaringen zijn immers vergelijkbaar met die van fans van andere fictiefiguren, fans van sporters, popartiesten en kunstenaars.

Meer verklap ik nu nog even niet.

Wie is er nu niet fan van Spider-Man?
Wie is er nu niet fan van Spider-Man?

Met het schrijven en gepubliceerd krijgen van dit boek komt een grote wens uit. Een paar jaar geleden ben ik aan het project begonnen, maar vooral de laatste twee jaar heb ik er veel aan geschreven. De afgelopen maanden heb ik geen freelance klussen meer aangenomen om mij volledig op Spider-Man te richten. Daarom heeft dit blog een stuk minder updates dan anders: aan het einde van de dag ben ik wel een beetje uit geschreven.

Ik ben erg blij met het vertrouwen dat de mensen van SubQ in het boek en mij hebben. De samenwerking verloopt erg goed.

SubQ is een jonge uitgeverij die beeldverhalen en boeken over strips uitbrengt. Ze is een samenwerking tussen Uitgeverij Q en crossmediale productiestudio Submarine. De eerste uitgave van SubQ was het indrukwekkende Deserteur van Halfdan Pisket.

Categorieën
Boeken Striprecensie Strips

Recensie: The Making of Amoras

De zesdelige reeks Amoras is inmiddels gebundeld in een omnibus. Ook kwam er recent een making of-album uit. Jammer genoeg zit dat album niet in de bundel.

Hoe je Amoras ook als lezer ervaren mag hebben: het is een apart en bijzondere zesdelige reeks geworden, vind ik. Het was een gewaagde stap van Standaard Uitgeverij om de bekende personages Suske & Wiske eens van een andere kant te laten zien en een meer volwassen verhaal met scherpe randjes te publiceren. De stap pakte goed uit, want de albums verkochten goed. Het vijfde album van Amoras kreeg vorig jaar de Willy Vandersteenprijs. (Ik was daar een van de juryleden van.)

amoras_sceneZelf ben ik erg te spreken over de energieke tekenstijl van Charel Cambré en zijn interpretaties van de overbekende helden. Het was na het lezen van Amoras weer even wennen om de reguliere versies van Suske en Wiske in albums te lezen.

Uit Amoras 4: Wiske.
Uit Amoras 4: Wiske.

Het verhaal van Marc Legendre is uitdagend en biedt een nieuwe kijk op Suske en Wiske. Ik moet wel zeggen dat het laatste deel mij in verwarring achterliet. Dat komt onder andere omdat ik de albums meteen las toen ze uitkwamen, met tussenpozen van zes maanden dus, waardoor veel details van het verhaal waren weggezakt. Volgens mij helpt het aanzienlijk als je alle zes de delen in een keer leest. Zo’n omnibus biedt dan uitkomst.

making_of amoras coverHet making of-album bevat allereerst een heel mooie cover, en biedt verder een vlot geschreven verhaal over de totstandkoming van Amoras, met smakelijke ontwerpschetsen van covers, personages en scènes. Ook zien we foto’s van het creatieve team bestaande uit Legendre, Cambré en Sven Denis aan het werk op El Hierro, het eiland waar Legendre woont.

amoras-jerom-sus-wis-schetsWat ik miste in de making of is een uitgebreid interview met de makers. Het verhaal verloopt nu heel soepeltjes en zit als promotie van de reeks goed in elkaar, maar ik kan me voorstellen dat er onderweg hobbeltjes waren in het creatieve proces. Die hobbeltjes zijn altijd interessant om over te lezen en hadden in een interview mooi behandeld kunnen worden.

In het Stripmuseum Groningen is tot en met 30 juni een expositie te zien over de making of van Amoras. Deze was eerder in het Stripmuseum Brussel te bekijken.

Categorieën
Boeken Fotoblog

Heaven on earth

american book center vrijdagavond
American Book Center in Amsterdam on Friday night, around 6 pm.

I don’t believe in life after death, but to me heaven is a quiet bookstore that also sells great comics.

Categorieën
Boeken Striprecensie Strips

Recensie: Het is maar om te lachen

In Het is maar om te lachen: Hoe cartoonisten de wereld veranderen, worden tien Vlaamse (en twee Franstalige) cartoonisten geïnterviewd over hun vak. Een boek vol boeiende gesprekken met professionals die de laatste tijd vaker dan ooit onder vuur lijken te liggen.

het-is-maar-om-te-lachen-omAan het woord komen Gal, Ian, Ilah, Kim, Lectrr, Wauter Mannaert, Marec, Pirana, Steve, Zaza en Nicolas Vadot & Cécile Bertrand. De meeste cartoonisten kende ik wel, doch niet allemaal. Ik lees nu eenmaal niet elke Belgische krant en was door de selectie blij verrast. Het is aangenaam kennismaken met mensen als Gal en Marec. De interviews zijn uitgevoerd door diverse journalisten en publicisten. Roel Daenen stelde de bundel samen.

De portretfoto’s zijn van Bart van der Moeren. Verwacht bij zijn foto’s geen stripmakers aan tekentafels, maar bijvoorbeeld een Lectrr met een groot legoschip in zijn handen en Wauter Mannaert met een enorme roestige zaag op de keel. Je kent Van der Moerens werk wellicht uit Stripgids dat samen met Uitgeverij Polis de bundel produceerde.

Je moet wel dapper in je schoenen staan om tegenwoordig nog cartoonist te durven zijn. De aanslagen op het satirische tijdschrift Charlie Hebdo in Parijs op 7 januari 2015 liggen nog vers in het geheugen en de overdreven reactie van moslimextremisten komen uiteraard uitvoerig aan bod in de bundel. ‘Niemand heeft het recht om niet beledigd te worden,’ zegt Zaza in het interview. Maar, choqueren mag niet het doel zijn van een cartoon. Het gaat Zaza erom dat de grap goed is: ‘Dat vond ik zo jammer bij de Deense cartoon van Kurt Westergaard. Miljoenen mensen zijn de straat op gegaan voor een cartoon die niet eens grappig was. Een tekening van de Profeet met een bom rond zijn hoofd is een aanklacht, geen grap. Als je delicate onderwerpen aansnijdt – zoals religie, gehandicapten of euthanasie – dan moet je ervoor zorgen dat je grap steengoed is. Je bent dat verplicht aan de gevoeligheid van het onderwerp.’

Wel geeft Zaza toe dat hij sinds de aanslag vorig jaar voorzichtiger is geworden: ‘Ik heb kinderen, dus helaas wel, ja.’ Een spijtige, maar begrijpelijke ontwikkeling.

Lectrr.
Lectrr.

Doodsbedreiging
Lectrr maakte naar aanleiding van die aanslag een cartoon waarin een extremist met een groot mes een potlood probeert te kortwieken, maar moet tot zijn spijt concluderen dat de punt daar alleen maar scherper van wordt. Een prachtige cartoon die de hele wereld over ging. Het leverde de cartoonist welgeteld één bedreiging van een moslimextremist op, via mail. ‘Ik teken zelf om bepaalde redeneren Mohammed niet. Maar ik heb Mohammed niet afgebeeld en toch een doodsbedreiging gekregen. Dus is die grens al opgeschoven: je mag niet meer met de jihadisten lachen. Als je daaraan toegeeft, schuift het op en mag je niet meer met vrouwen met een hoofddoek lachen. En voor je het weet, mag je enkel nog lachen met kale, blanke mannen. Een samenleving is, als je het als cartoonist bekijkt: met iedereen lachen. Ook met gehandicapten, vooral met gehandicapten, want dat is “inclusief” denken. Iedereen erbij,’ aldus Lectrr.

Doel
Het lijkt nu misschien alsof het hele boek om de lange tenen van islamieten draait, maar dat is gelukkig niet zo. Het is een onderwerp dat wel heel actueel is en daarom besproken wordt, maar ook komen de carrières van de cartoonisten uitgebreid aan bod, hoe zij omgaan met censuur en zelfcensuur en de functie en doel van hun werk. Dat doel is meestal de lezer een spiegel voorhouden of een ander licht op de zaak doen schijnen. Volgens Ilah behelst haar doel als cartoonist ook meer dan alleen mensen aan het lachen te maken: ‘Ik wil hen met mijn werk laten nadenken.’

Wauter Mannaert ziet het allemaal nog iets utopischer: ‘Het doel van wat je doet, moet toch verzoening zijn, hoe utopisch dat ook klinkt. Op de een of andere manier moeten we naar een maatschappij evolueren waarin we samenwerken.’

Het werk van de cartoonisten kan gezien worden als een pleidooi voor nuance en reflectie en interessant aan Het is maar om te lachen is dat je kunt zien hoe ieder dit pleidooi vormgeeft. Van alle cartoonisten zijn voorbeelden in het boek opgenomen. Al hadden het er wat mij betreft wel meer afbeeldingen bij gemogen.

Cartoon van Cécile Bertrand.
Cartoon van Cécile Bertrand.

Het fijne aan dit soort boeken is dat er ruimte is. Als een antwoord een hele pagina in beslag neemt, is dat geen probleem. Dat is vaak met interviews in kranten en tijdschriften, waar artikelen maar een X-aantal woorden lang kunnen zijn, wel anders. De bundel wordt ingeleid door Roel Daenen. Columnist Dave Sinardet sluit hem af met een nawoord over de kracht van (politieke) cartoons.

Kortom, Het is maar om te lachen geeft mooi inzicht in het werk en denkwereld van Belgische cartoonisten. Door de nadruk op de aanslagen op Charlie Hebdo, is het tevens een document dat de huidige stand van zaken weergeeft.

Roel Daenen e.a. Het is maar om te lachen: Hoe cartoonisten de wereld veranderen
Uitgeverij Polis, € 24,95

Categorieën
Boeken Film

Minstens twee keer kijken

filmclub david gilmourBovenstaand fragment is afkomstig uit The Film Club van David Gilmour. In dit autobiografisch verhaal, vertelt Gilmour hoe zijn zoon Jesse als tiener interesse verliest in de middelbare school. Pa vraagt Jesse of hij liever van school af wil. Als Jesse daarop blij ‘ja’ antwoordt stelt vader het volgende voor: Jesse mag van school, hoeft niet te werken of de huur te betalen zolang als hij samen met zijn vader drie keer per week een film kijkt.

the-film-clubIk zag het boek van de week liggen in The American Book Center. Het was in de aanbieding, maar zonder de lage prijs had ik het waarschijnlijk ook gekocht. Ergens kwam de titel mij bekend voor. Waarschijnlijk heeft iemand mij het boek ooit aangeraden en staat het als een van de duizenden aantekeningen ergens in een notitieboekje. Het concept intrigeerde mij en in een paar dagen las ik het boek uit.

Nu gaat The Film Club niet alleen over film, waar Gilmour leuk en informatief over vertelt. Het boek gaat vooral ook over de moeilijkheid een stuurloze zoon op te voeden. Dat is natuurlijk niet zo makkelijk. Een rode draad in het boek zijn dan ook Jesse’s liefdesrelaties die heftig zijn, explosief ten einde komen en flinke brokken maken. Iets wat iedereen die verliefd is geweest en heeft verloren zal herkennen. Hoe je daarmee omgaat en weer overheen komt, is een belangrijk thema in The Film Club.

Maar goed, bovenstaand fragment. Ik ben het helemaal met Gilmour eens. De eerste keer dat je een film kijkt volg je vooral het verhaal. Pas een tweede, derde en vierde keer kun je goed zien hoe dat verhaal geconstrueerd is, welke middelen de filmmakers hebben gebruikt, hoe de film geschoten en gemonteerd is. Hoe een acteur door vrijwel niets te doen toch een scène kan stelen. Dat soort zaken ontrafelen kost aandacht en tijd. Toen ik filmwetenschap studeerde, bekeek ik de films die ik moest analyseren altijd een paar keer. Vaak let je per kijkbeurt op iets anders. Soms vallen dingen je pas na een paar keer kijken op. De meeste films zijn het ook waard om meerdere keren te bekijken. Ik heb het dan niet over iets slechts als Transformers natuurlijk of Sucker Punch. Die films zijn niet eens de moeite om een keer te bekijken.

Maar de meeste films zijn zo rijk aan informatie, dat je die gerust een paar keer kan kijken. En dan nog kun je bij een twintigste kijkbeurt weer iets nieuws ontdekken. De film blijft namelijk wel hetzelfde, maar jij, de toeschouwer, verandert in de loop van de tijd. De toeschouwer verzamelt ervaringen en neemt het zien van andere films mee in de kijkervaring. Tegen een film die je als tienjarige zag, kijk je heel anders aan als je die twintig jaar later nog eens ziet. Bepaalde zaken worden opeens duidelijker omdat je een meer volwassen perspectief hebt. Andere dingen worden minder belangrijk.

Ik heb sommige films vaker gezien dan ik zou willen toegeven. Toch heb ik daar geen spijt van. Ook nu heb ik alweer zin om weer eens Batman van Tim Burton op te zetten. Ook al zag ik die al meer dan zestig keer voordat ik de film analyseerde voor mijn scriptie. Ook Almost Famous, Wonder Boys, Spider-Man 2, X-Men, Licence to Kill, Chasing Amy, Clerks II en Back to the Future zag ik meerdere keren. Hoewel allemaal niet zo vaak als Batman. Dat is echt een uitzondering. Ook is deze lijst herhalingskijkers verre van compleet, maar opsommingen zijn te saai.

Kirsten Dunst als Mary Jane Watson in 'Spider-man' uit 2002. Een film die ik natuurlijk ook meer dan een keer zag en niet alleen vanwege Kirsten Dunst.
Kirsten Dunst als Mary Jane Watson in ‘Spider-man’ uit 2002. Een film die ik natuurlijk ook meer dan een keer zag en niet alleen vanwege Kirsten Dunst. Hoewel zij al een goede reden is om een film nog een keer te zien.

Soms kijk ik een oudere film om weer een oud gevoel terug te krijgen. Nostalgie, jazeker. Soms herkijk ik een film omdat ik simpelweg niet meer kan herinneren hoe hij afliep.

Overigens geldt hetzelfde voor mij ook voor strips. Die kun je vaak ook gerust meerdere keren lezen.

Categorieën
Boeken Minneboo leest Strips

Minneboo leest: België gestript

België gestript van Geert De Weyer geeft op thematische wijze een grondig overzicht van het Belgische beeldverhaal.

Als stripjournalist en stripliefhebber word ik altijd blij van naslagwerken over het beeldverhaal. Door het lezen van een boekwerk ben je een stuk wijzer over strips uit een bepaalde periode, land of genre. Zie het als een gedegen spoedcursus. Tenminste, als het boek goed is geschreven en de informatie klopt natuurlijk.

Geert de Weyer
Geert de Weyer

Recent verscheen België gestript van stripjournalist Geert De Weyer. Een collega van mij dus, die ik tot op heden nog niet heb ontmoet, maar wiens werk ik wel ken. Hier op de plank staan zijn 100 stripklassiekers die niet in je boekenkast mogen ontbreken en Loslopend wild: De nieuwe generatie Vlaamse stripauteurs. Loslopend wild is een boek met interviews met belangrijke Vlaamse stripmakers die toen onder de nieuwe garde werden geschaard, zoals Kim, Brecht Evens, Ilah, Serge Baeken en Judith Vanistendael. Loslopend wild geeft een goede indruk van het werk, denk- en werkwijze van bovengenoemde makers.

En nu is er dus België gestript. Op het moment van schrijven ben ik dat boek nog aan het lezen (dit stuk staat immers gepubliceerd in de rubriek Minneboo leest), maar ik wil je er toch alvast op attenderen omdat dit het perfecte boek is om een stripliefhebber als jezelf of iemand anders cadeau te doen voor de feestdagen. Bovendien weet ik nog niet of we er in de VPRO Gids ruimte voor gaan hebben.

Rare jongens die Fransen
belgie gestript coverDe Weyer behandelt de rijke geschiedenis van het Belgische beeldverhaal en dat doet hij met thematische hoofdstukken. De Weyer begint met een overzichtshoofdstuk waarin hij een kleine geschiedenis van de Belgische strip behandelt. Daarna is er aandacht voor het stripblad Spirou/Robbedoes en vervolgens de geboorte van Kuifje. Andere thema’s die aan de orde komen zijn de verbeelding van minderheden in de strip, de rol van de vrouw in de strip en de rol die de Franse censuur heeft gehad op de Belgische strips. Want die laatste was aanzienlijk. Niet alleen komen er door de Fransen lange tijd nagenoeg geen vrouwen in de strips voor, als ze er wel zijn hebben ze een onbeduidende rol en zijn ze in ieder geval niet sexy afgebeeld. Borsten waren al helemaal uit den boze, maar ook een vrouwelijke enkel of een knie kwamen al niet door de censuur. De Fransen probeerden hun eigen stripmarkt te beschermen dus legden zijn allerlei eisen op aan de Belgische strips onder het mom van bescherming van de tere kinderziel. Nu moeten we volgens De Weyer daar de Fransen niet helemaal de schuld van geven, want veel Vlaamse stripmakers hadden ook een streng katholieke, dus conservatieve inborst. Gelukkig is het uiteindelijk sinds eind jaren zestig nog goed gekomen met de vrouwen in de strip en kennen we tegenwoordig boeiende stripheldinnen.

Mag dat wel?
Een ander thema dat mijn aandacht meteen trok zijn de vele stripparodieën die in de loop der jaren zijn verschenen. Niet al dat spul is even onschuldig. Vooral in de jaren tachtig was er wildgroei aan seksparodieën zoals Suske en Wiske: De Glunderende gluurder van een groepje tekenaars bestaande uit Aloys Oosterwijk, Ben Jansen, René Meulenbroek en Hanco Kolk. De Weyer behandelt niet alleen de verschillende soorten parodieën en hommages die er zijn, maar ook hoe de gerechtelijke macht telkens verschillend oordeelt over wat nu wel en niet mag.

De personages uit de strip Nero van Marc Sleen.
De personages uit de strip Nero van Marc Sleen. Een van de bekendste Vlaamse strips.

Overigens merkt De Weyer in zijn inleiding terecht op dat de Waalse strip doorgaans op meer aandacht kon rekenen dan de Vlaamse: ‘Van dit boek verschijnt ook een Franse editie. Dat is nieuw. Er zijn al naslagwerken over de Belgische strip geschreven, maar zelden of nooit gingen die over de vaderlandse strip. Ze gingen vooral over het Franstalige gedeelte van ons landje. Voor een stuk begrijpelijk, want op enkele grote uitzonderingen als Vandersteen, Marvano, Griffo, Vance en Morris na, zijn slechts een tiental Vlaamse stripauteurs er echt in geslaagd internationaal door te breken. De rest, zo leer u al snel in dit boek, stak het hoofd diep in de Vlaamse klei. En dat had zo zijn gevolgen. De Franstalige en Vlaamse strip ontwikkelden zich los van elkaar.’ België is dus eigenlijk een land met twee stripculturen en hoe die zich precies tot elkaar verhouden en hoe we die culturen moeten zien, valt goed te lezen in België stript.

België gestript is levendig geschreven en staat vol met pakkende illustraties en citaten. Het boek is ook prachtig vormgegeven. Alleen de coverillustratie van Stedho is al een lust voor het oog. De uitsnede in de vorm van België vormt een slimme visuele grap. Wie de cover dicht heeft, wordt door enkele bekende stripfiguren vastberaden aangekeken. Wie daarna het achterste schutblad bekijkt, ziet dat uit het gat enkele stripschurken als Krimson en Gargamel kruipen.

belgie-gestript-stedho

Het enige puntje van kritiek dat ik op dit moment heb is dat biografieën van de belangrijkste stripmakers ontbreken. Daarmee had het boek een mooie afsluiter gehad. Aan de andere kant zijn er zoveel Belgische stripmakers die zo’n tekstje verdienen dat het boek dan waarschijnlijk een kwart dikker was geworden. En met z’n 350 bladzijden is België stript al behoorlijk zwaarlijvig.

Geert De Weyer. België gestript
Dragonetti, € 49,95
352 pagina’s
ISBN: 9789462102026

Categorieën
Boeken Striprecensie Strips

Peter van Straaten Over tekenen en over de natuur

Peter van Straaten is een van de beste tekenaars van Nederland. Hij weet als geen ander mensen op een realistische manier af te beelden en laat zijn personages geloofwaardig acteren. Van Straaten is een cartoonist die bij uitstek de aard van de mens weet weer te geven en bovenal de menselijke tekortkomingen.

Al vaker had ik het over het virtuoze tekenwerk van Van Straaten en nu er een bundel columns van hem uit is, stip ik deze graag even aan. Van Straatens columns werden gepubliceerd op de achterpagina van NRC Handelsblad. In Over tekenen en over de natuur zijn de beste columns over zijn metier en over zijn geliefde onderwerp de natuur samengebracht. Alle columns bevatten een illustratie van de meester, maar wat vooral aan de bundel opvalt is hoe goed Van Straaten zich in woorden weet uit te drukken. Het zijn prettig leesbare stukken waar geen woord teveel in staat. Van Straaten is een rasverteller in woord en beeld.

van-straaten-toonder
Marten Toonder door Peter van Straaten.
van-straaten-van-gogh
Vincent van Gogh door Peter van Straaten.
van-straaten-heks
In een van zijn columns verbeeldt Van Straaten tijdens een storm dat er een verwilderde vrouw door zijn huis loopt.

Foutjes
De tekenaar toont bijvoorbeeld welke voorwerpen hij op zijn vensterbank heeft staan en wat deze voor hem betekenen. Ook vertelt hij over zijn ervaringen als rechtbanktekenaar en het ongelukkige potje inkt dat hij omstootte. Natuurlijk onthult hij enkele tekengeheimen. Zo bekent Van Straaten als hij in opdracht werkt eerst de tekening te maken en achteraf pas een schets. ‘Nu had ik van een Amerikaanse illustrator geleerd dat je in de schets altijd een duidelijke fout moest verwerken, zodat de opdrachtgevers daarover kunnen vallen,’ vertelt Van Straaten. Slim, want de duidelijke fout leidt af van wat je stiekem in de tekening kunt laten zitten en anders niet door de censuur gekomen zou zijn.

Verleden, heden en fijnzinnige observaties gaan in Over tekenen en over de natuur hand in hand. Ik raad de lezer aan de bundel langzaam te lezen en slechts een column per dag te doen. Dan heb je er extra lang wat aan.

Peter van Straaten. Over tekenen en over de natuur.
Uitgeverij De Harmonie, €16,50

Categorieën
Boeken Film

Ghostbusters: The Ultimate Visual History

The Stay Puft Marshmallow Man loopt dreigend richting The Ghostbusters. Een scène die in mijn geheugen gegrift staat en die als jonge kijker veel indruk op mijn maakte.

Ghostbusters-stay puft
Na al die jaren is Ghostbusters (Ivan Rietman, 1984) nog steeds een van mijn favoriete films. Een origineel verhaal, een supergrappige cast en bijzondere visuals, die er dertig jaar na dato nog steeds top uitzien. Maar bovenal een film met een groot warm hart en personages waar je om geeft.

De laatste paar dagen heb ik The Ghostbusters on my mind. Niet zo gek, want ik ben het fantastische boek Ghostbusters The Ultimate Visual History aan het lezen. Een boek waarin Daniel Wallace de ontstaansgeschiedenis van twee films uit de doeken doet en van de twee animatieseries die daaruit voortkwamen: The Real Ghostbusters en Extreme Ghostbusters. Ook is er aandacht voor de Ghostbusters comics, fancultuur, videogames en merchandise.

ghostbusters_poserenWallace sprak met de makers en acteurs en heeft zijn verhaal vooral visueel aangepakt: veel ontwerpschetsen, foto’s, en dus veel nadruk op de visuele aanpak en de creatie van de visual effects. Daarnaast bevat het boek vele gekke extra’s, zoals het visitekaartje van Peter Venkman, een Stay Puft Marshmallow Man sticker en een animatiecel. Deze extra’s zitten in het boek geplakt, soms over de tekst heen, maar altijd op te tillen zodat je alles wel gewoon kunt lezen.

ghostbusters-visual-guide-slimer

Alles is bedacht
Wat het boek zonder meer duidelijk maakt, is dat alles wat je op het witte doek ziet, door iemand is bedacht. Alle spoken, protonpacks, Ghostbusters-uniformen, hoe Gozer er uitziet – alles is begonnen met een potlood en papier en zeer getalenteerde tekenaars met een eindeloze dosis fantasie. Over alles is nagedacht en alles is afgewogen. Wat dragen de personages? Op welke locaties gaan we draaien? Hoe ziet de slaapkamer van Dana eruit? Hoe brengen we Mr. Stay Puft tot leven? Dat zijn dingen waar veel mensen niet bij stil staan als ze naar een film kijken, maar die toch even gezegd moeten worden. Het is daarom bijzonder om vroege ontwerpschetsen van bijvoorbeeld Slimer te zien en te ontdekken hoe men heeft geprobeerd een verhaal over spokenvangen toch een realistisch soort logica te geven door de narratieve structuur van een start-up te kiezen. In wezen gaat Ghostbusters over wetenschappers die een eigen bedrijf beginnen.

Zonder dat ik het wist, zat deze Ghostbustersfan al jaren op dit boek te wachten. Toen ik hem in de kast bij The American Book Center zag staan, leek het even of het boek oplichtte. Het boek lonkte naar me. Het was voor mij een must have, ook al kost het werkje 50 dollar, dus zo’n zestig euro.

Nou ja, ik kan er nog veel meer over zeggen, maar in plaats daarvan embed ik deze uitgebreide recensie en ga ik weer lekker verder met lezen.

Voor de liefhebbers: er is ook een soortgelijk boek uit over Back to the Future.

Categorieën
Boeken Strips

Tante Sidonia met Professor Mortimer getrouwd

Tante Sidonia en professor Philip Mortimer zijn afgelopen dinsdag met elkaar getrouwd in het Belgisch Stripmuseum te Brussel.

Kusje!
Kusje!

Nou ja, niet echt natuurlijk. Het was allemaal een pr-stunt om België gestript, het nieuwe referentiewerk over de Belgische strip en zijn geschiedenis, te promoten dat 4 november op de Boekenbeurs in Antwerpen uitkwam. Het huwelijk tussen Sidonia en Mortimer staat symbool voor het huwelijk tussen de Vlaamse en Franstalige strip.

België gestript is het nieuwe boek van collega-journalist Geert de Weyer.

Over de plechtigheid zei De Weyer op Facebook: ‘En jawel, hoor. Zij zei ‘Ja’, hij zei ‘Yes’. Ringen werden over elkaars vinger geschoven en één bepaald neusorgaan werd opzijgeschoven om de huwelijkskus fysiek te kunnen laten doorgaan. Sidonia (of voor de oudere striplezers: Sidonie) is onder grote belangstelling van de media en talrijke genodigden in het huwelijksbootje gestapt. Van Lambik geen nieuws, voorlopig.’

De huwelijksvoltrekking was uiteraard ook een item in het VRT Journaal. Ik vind het een fantastisch leuke publiciteitsstunt.

Het coverontwerp van het boek is van Stedho:

belgie-gestript-stedhoDe Weyer: ‘Stedho heeft zijn reputatie van uitstekende tekenaar meer dan waargemaakt. Ik herinner mij hoe iedereen op de redactie een zucht van verlichting slaakte toen hij alleen nog maar zijn eerste schets binnenbracht en een idee had om de uitsparing op de cover achteraan het boek op te vullen. Chapeau!’

België gestript is uitgebracht door uitgeverij Dragonetti. De softcover versie telt 320 pagina’s en kost € 49,95.

Over België gestript:
België is de bakermat van de Europese strip. Decennialang was het ook het epicentrum van het beeldverhaal. Geert De Weyer, Vlaams stripjournalist en een onbetwiste autoriteit in de stripwereld, waagt zich als eerste aan een allesomvattend verhaal over de strip aan beide kanten van de taalgrens.

In een zeer heldere en toegankelijke stijl neemt de auteur ons mee in de fantastische wereld van Kuifje, Robbedoes, Lucky Luke, Jommeke, Thorgal, XIII, Largo Winch, Suske en Wiske, De Kiekeboes, De Blauwbloezen en al die andere heerlijke strippersonages die deel uitmaken van de Belgische cultuur en DNA.

Niet alleen de ontstaansgeschiedenis van de vele stripfiguren en -reeksen wordt behandeld, Geert De Weyer besteedt ook veel aandacht aan de strip als spiegel van de samenleving. Zo komen onder meer de rol van de vrouw, de censuur en de invloed van de politieke en sociale ontwikkelingen uitgebreid aan bod.

België gestript is een rijkelijk geïllustreerd naslagwerk dat het hart van elke stripliefhebber sneller doet kloppen.