Categorieën
Bloggen Strips Video Vlog

Toffe stripmakers in beeld op Instagram | Vlog 155

Ik vind het fijn om ’s ochtends de dag te beginnen met een bak koffie en mooie illustraties en opvallende foto’s op mijn Instagramfeed. Vandaag kwam ik een foto tegen van Todd McFarlane in actie en van mijn held Stan Lee. Ook zag ik dat Studio Vandersteen een instagram account heeft.

Check: Todd McFarlane

Stan Lee.

Studio Vandersteen.

Categorieën
Minneboo leest Strips Video Vlog

Vlog: De zaak Krimson

Een paar jaar geleden kwam er een frisse, nieuwe versie uit van de reeks Suske en Wiske: Amoras. Nu is daar een driedelige prequel van uitgekomen: De Kronieken van Amoras, De zaak Krimson. Het derde deel hiervan ligt nu in de winkels.

Maar moet je deze reeks ook lezen?

Over de eerste twee delen van De zaak Krimson schreef ik dit artikel.

Categorieën
Minneboo leest Strips Video Vlog

Vlog: Marq tekent Marq Denkt

Op de Stripdagen Haarlem tekent Marq van Broekhoven een wandelend ei voor mij in zijn album Marq Denkt. Ondertussen praten we over Batman, Wonder Woman en andere superhelden.

Het was echt een heel leuk en druk weekend op de Stripdagen Haarlem. Helaas kwam ik maar aan het maken van een vlog toe, maar ben blij met het resultaat. Het is namelijk altijd een beetje de vraag hoe goed de audio wordt bij opnames in een drukke beurszaal. Marq van Broekhoven ken ik al heel wat jaartjes en het is altijd gezellig om met hem bij te praten op stripbeurzen. Over Marq Denkt schreef ik eerder enkele blogposts zoals deze.

Categorieën
Minneboo leest Strips

De Kronieken van Amoras

In 2015 zat ik in de jury van de Willy Vandersteenprijs. Toen besloten we unaniem dat Amoras #5: Wiske het beste Nederlandstalige stripalbum van het voorbije jaar was.

De jury was onder de indruk van de nieuwe en meer volwassen interpretatie die schrijver Marc Legendre en tekenaar Charel Cambré gaven van de bekende reeks Suske en Wiske.

Toen niet veel later het zesde en laatste deel van het verhaal uitkwam, was mijn passie voor de reeks iets bekoeld: ik vond het een chaotisch, moeilijk te volgen en daardoor teleurstellend sluitstuk. Hoewel ik nog steeds achter de keuze voor Amoras #5 sta, is het goed mogelijk dat we andere conclusies hadden getrokken als tijdens de jurering de reeks was afgerond.

Het vervolg is een prequel
En nu is er een nieuwe reeks verhalen in het Amoras-universum gestart. Onder de titel De Kronieken van Amoras worden nieuwe verhalen verteld die telkens uit twee of drie albums bestaan en los van elkaar te lezen zijn. Inmiddels zijn van het verhaal De zaak Krimson twee delen verschenen.

Je zou kunnen zeggen dat De zaak Krimson fungeert als een prequel op de oorspronkelijke saga en als een soort van origin story voor zowel Krimson als Jerusalem. Was Krimson altijd een psychopaat of is hij dit geworden door een bepaalde gebeurtenis. Legendre en Cambré vertellen hoe en wanneer Lambik en Krimson elkaar hebben ontmoet, hoe het komt dat Krimson op het eiland Amoras terechtkwam en ook geven ze de achtergrond van het personage Jérusalem.

Grauw
De verhaalwereld van Amoras is serieuzer van toon dan de klassieke Suske en Wiske-reeks. Het gaat er allemaal wat gewelddadiger en ruwer toe. Sidonia en de kinderen wonen in een aftandse flat, de wereld is vervuild en rijke eikels als Krimson maken de dienst uit. Jérusalem is korporaal Saunière, die als blauwhelm te maken krijgt met aanslagen van islamitische terroristen. Deze gebruiken kinderen om schoolbussen mee op te blazen. Jérusalem wordt gerekruteerd door een geheime organisatie om de wereld beter te maken en een mogelijke Apocalyps te voorkomen.

Het viel mij op dat de makers wel hebben geluisterd naar de kritiek van sommige recensenten: Suske vloekt een stuk minder dit keer. Ook zien we minder naakt in beeld. Verder mag je deze verhalen eigentijds noemen: de makers gebruiken de problemen waar onze huidige kranten mee volstaan als basis voor de wereld waarin de strippersonages functioneren.

Wie Suske en Wiske niet in een meer realistische setting trekt, kan natuurlijk altijd gewoon lekker de hoofdreeks lezen. Wie zin heeft in wat anders, kan goed bij Amoras terecht. Ik vond de eerste twee albums leuk leesvoer, waarin de op onderhoudende wijze antwoord gegeven wordt op bovenstaande vragen. Ik raad de liefhebbers van Amoras dan ook aan deze Kronieken ook eens open te slaan. 13 juni verschijnt het derde en laatste deel van De zaak Krimson. Ik hoop van harte dat het dit keer wel een bevredigend einde is.


Daarom Minneboo leest:
Recent nam ik mezelf voor om de 30 procent ongelezen boeken en strips in mijn collectie eens door te nemen. Er is kastruimte nodig voor nieuwe strips, dus op deze manier hoop ik meteen wat titels te selecteren die weg kunnen. Daar doe ik geregeld verslag van op dit blog.

Categorieën
Boeken Minneboo leest Strips

Pornostrips in Nederland

Onder de toonbank: Pornografie en erotica in de Nederlanden is een mooi uitgegeven en rijk geïllustreerd koffietafelboek. Een hoofdstuk gaat over pornostrips.

Volgens mij is dit het eerste, complete overzicht dat in Nederland over pornografie is verschenen, maar daar kan ik me vergissen. Aan de hand van meer dan 450 prachtige, opruiende en prikkelende illustraties vertelt Onder de toonbank de geschiedenis van de Nederlandse erotica en pornografie. Experts als Inger Leemans, Marita Mathijsen en Bert Sliggers nemen de belangrijkste bloeiperiodes van de Nederlandse en Vlaamse porno onder de loep. Thema’s als homo-erotica, lesbische seks en blanke slavinnen komen aan bod.

Wie net als ik is opgegroeid in het analoge tijdperk, zal vast enkele van de vele opgenomen seksblaadjes herkennen.

Stripwerk
En er is dus een hoofdstuk over pornografische strips. Daar was ik als stripliefhebber het meeste benieuwd naar, want eerlijk gezegd ben ik daar nagenoeg nog niets over tegengekomen in bestaande teksten en boeken over strips. Jos van Waterschoot, stripkenner en conservator Boekhistorische Collecties en Stripcollecties bij de Bijzondere Collecties van de UvA, schreef deze bijdrage. Van Waterschoot begint eerst met het definiëren van wat hij onder pornografische strips verstaat. Hij maakt hiervoor gebruik van een definitie die Hans Pols ooit in een artikel beschreef:

Erotische strips kenmerken zich in zijn ogen door karakterontwikkeling van de hoofdfiguren en het nadrukkelijk in beeld brengen van seksuele handelingen zonder expliciet te worden. Stripmakers in dit genre zoeken veelal aansluiting bij de traditie van erotische kunst en literatuur. Pornografische strips zijn herkenbaar doordat de seksuele handling centraal staat.

Pols: ‘Er is in pornografische strips niet of nauwelijks sprake van karakterontwikkeling of een persoonlijke visie van de maker. Het is pulp, prikkellectuur, harde porno […] met vaak een gewelddadige inslag en expliciete, gedetailleerd weergegeven seksscènes.’

Door deze definitie aan te houden, komen strips als die van Fred de Heij, Theo van den Boogaard en Milo Manara wel ruim aan bod in dit segment, maar bijvoorbeeld de reeks Rooie Oortjes niet, omdat daar nooit expliciete seks in voorkomt. Ook beeldverhalen van Dick Matena vallen buiten de bovengenoemde categorieën. Al trakteert Van Waterschoot de lezer wel op twee pagina’s uit Matena’s versie van Sneeuwwitje, die zich laat verwennen door de Zeven Dwergen.

Sneeuwwitje van Matena.

In de jaren zestig, zeventig en tachtig werden er in Nederland aardig wat pornostrips gemaakt en uitgegeven. Tekenaar als Willem (Bernard Holtrop), Theo van den Boogaard, Rob Peters en ook Jan van Haasteren waren enkele prominente makers. In Onder de toonbank kunnen we lekker veel van hun werk zien. Evenals prikkelende pulpcovers die vaak vertalingen van buitenlandse strips waren. Wel jammer dat het tekenwerk van De Heij soms is vergroot en daardoor onscherp is.

Illustratie: Fred de Heij.

Kuifjeseks
Een interessant fenomeen zijn de seksparodieën van bestaande striphelden zoals Asterix, Lucky Luke en natuurlijk Suske en Wiske. Mocht er in Donnie Darko nog discussie zijn over de vraag of Smurfen wel of geen geslachtsdelen hebben, de seksparodieën geven een duidelijk antwoord op deze kwestie.

Hoewel dit soort strips konden worden uitgegeven doordat ze parodieën zijn, en daardoor het copyright niet schenden van de rechthebbenden, is het opmerkelijk dat in Onder de toonbank een pagina is opgenomen waarin Kuifje neukt met Bianca Castafiore – de erven Hergé zijn namelijk al tegen publicatie van normaal Kuifjemateriaal in boeken, dus ik ben heel benieuwd hoe ze hier tegenaan kijken. Nu is Kuifje natuurlijk zo’n beetje het meest seksloze stripfiguur ooit, dus dat maakt parodieën extra grappig. In een Asterix-parodie wordt de bekende reporter zelfs anaal genomen door Kapitein Haddock. Deze parodie komt uit de studio van Ger van Wulften en werd getekend door Gerrit de Jager en Wim Stevenhagen.

Illustratie: Paul Schuurmans.

Penthouse Comix
Van Wulfen is sowieso verantwoordelijk voor veel pornografische strips. Hij bracht Penthouse Comix hier op de markt en samen met De Heij begon hij het blad Pulpman. Fred liet me laatst weten dat het doek voor dit eigenzinnige tijdschrift wel gevallen is, want men verdient er geen cent mee. Ik interviewde Fred voor de Playboy, omdat hij vrijwel de enige Nederlandse tekenaar is die zich nog met pornografische strips bezighoudt.

Fragment uit Pulpman.

Volgens Van Waterschoot is de komst van het internet een van de belangrijkste redenen waarom er (bijna) geen nieuwe strips in dit genre gemaakt worden. Nu verscheen De Schakelaar van Manara in 2017 wel integraal, dus liefhebbers hou je. En het internet biedt juist ook weer kansen voor de strip in het algemeen en pornostrips in het bijzonder. Ik hoop dat dus dat de pornografische strip binnenkort een opleving zal hebben, want dat hoofdstuk in Onder de toonbank smaakt naar meer.

Overigens is dit koffietafelboek verschenen naar aanleiding van de expositie Porno op papier. Taboe en tolerantie door de eeuwen heen die is te zien in Museum Meermanno in Den Haag van 22 maart tot en met 24 juni 2018.

Onder de toonbank: Pornografie en erotica in de Nederlanden.
Uitgeverij Van Oorschot, €49,99.
ISBN 978902820359

Categorieën
Strips

Suske en Wiske vernieuwd

Suske en Wiske hebben een restyling ondergaan die voor het eerst zichtbaar zal zijn in album 339: De planeetvreter.

Een van de fascinerende zaken aan langlopende stripreeksen vind ik de vraag hoe de makers deze reeksen interessant houden voor jonge lezers. Bij Amerikaanse comics wringen de makers zich soms in behoorlijke bochten om de boel te vernieuwen, wat vaak vervelende retcons tot gevolg heeft.

Hoe houd je Suske en Wiske boeiend voor een nieuw jong publiek? Het is een reeks die al sinds 1945 loopt. Daarmee is het de langstlopende Nederlandstalige stripreeks.

Uit Amoras 4: Wiske.

Amoras
Eerst bedachten ze bij Standaard Uitgeverij de spin-off reeks Amoras, met een versie van de strip die meer volwassenen is en oudere jongeren moet aanspreken. Nu loopt De kronieken van Amoras. Ook gemaakt door Marc Legendre en Charel Cambré. Ik heb daar nog geen deel van gelezen, maar die strips zijn dus in dezelfde stijl als de eerdere delen en spelen zich af in hetzelfde universum.

Goed, hoe pakt de uitgeverij de oude bekende reeks aan?

Standaard Uitgeverij besloot het stripduo voor het eerst in tien jaar te restylen. Of zoals ze het zelf zeggen: ‘De uitgeverij besloot te investeren in een meer eigentijds karakter om tegemoet te komen aan de belevingswereld van de jeugd. Met vernieuwende verhaallijnen, eigentijdse kleding en moderne technologie.’ Het eerste album dat de vernieuwde stijl uitdraagt is het De planeetvreter.

Onderzoek
Aan de restyling van Suske en Wiske ging een uitgebreid onderzoek vooraf, want in tien jaar tijd is er veel veranderd. Vooral voor de jonge lezer, die opgroeit in een tijd waar alles snel gaat en de techniek voorop staat. Dat uit zich in spannende verhaallijnen, extra actiescènes, aflopende pagina’s en meer close-ups. Op die manier komt Standaard Uitgeverij tegemoet aan de belevingswereld van de nieuwe Suske en Wiske-generatie.

‘We vinden het belangrijk relevant te blijven voor onze lezers’, vertelt Toon Horsten, Uitgever Strips bij Standaard Uitgeverij. ‘Daarom hebben we heel bewust gekozen voor onderzoek onder de doelgroep van de toekomst, onze jonge lezers tussen de acht en twaalf jaar. We waren benieuwd naar wat zij van Suske en Wiske vinden. Weten zij wie het zijn? Welke personages vinden ze het leukst? En wat voor verhalen lezen ze graag? Met deze resultaten in het achterhoofd kwam De planeetvreter tot stand. We zijn ontzettend trots op deze nieuwe uitgave.’

Motion comics?
Ik ben eigenlijk heel benieuwd naar de antwoorden die er bij het onderzoek werden gegeven. En benieuwd naar hoe deze restyling eruit ziet. Is deze alleen cosmetisch, of gaan de stripmakers helemaal los bij de digitale versies en omarmen ze de mogelijkheden die digitale strips te bieden hebben en gaan ze meer de motion comic kant op? Dat laatste waarschijnlijk niet.

Ook denk ik dat er niet heel veel veranderd is aan Suske en Wiske en dat in de kern de reeks gewoon nog is zoals die is. Dat de stripmakers qua manier van vertellen een meer moderne wijze kiezen, is slim, want je moet inderdaad aansluiting houden bij de beoogde doelgroep. Als de smaak van die doelgroep verandert, moet je daarin deels meegaan. En dat kan heel goed zonder het basisconcept van zo’n strip te verloochenen.

Zelf vond ik de strips gemaakt door het huidige duo Peter van Gucht, scenarist, en Luc Morjaeu, tekenaar, erg vermakelijk. Zelfs al ben ik als veertigjarige lezer natuurlijk niet de doelgroep van Suske en Wiske.

Ondertussen probeert men ook de oudere fans niet te vervreemden. Voor hen is er Suske en Wiske Classics. Heruitgaven van klassieke verhalen in een nieuw jasje. Samen met De planeetvreter verschijnen op 17 mei: Het geheim van de gladiatoren, De duistere diamant, De schat van Beersel en De groene splinter.

Categorieën
Strips

Boeiende coverkunst

In het Belgisch stripcentrum te Brussel is de expositie Coverkunst nog tot 28 mei te zien. Ik raad je aan deze tentoonstelling te bezoeken, als dat nog niet gedaan hebt.

Recent bezocht ik het Stripmuseum in Brussel. Niet de eerste keer, maar ook nu weer een fijne ervaring. Die zaterdagmiddag was het museum drukbezocht, toch kon ik op mijn gemak de vele covers en originelen bekijken die tentoongesteld staan.

Een goede cover is van groot belang voor boeken en strips. Het is immers vaak de eerste introductie tot het verhaal. Een cover grijpt je aandacht of niet, maar het is niet altijd te zeggen waarom. De expositie poogt dit mysterie te ontsluiten.

Stapsgewijs
Soms gebeurt dat door het maakproces van één specifieke cover te tonen, met alle voorstellen erbij. Dat is interessant, want het is dan alsof je stap voor stap met de ontwerpers mee kunt kijken. Zo zijn er verschillende versies te zien van het album Een beeld van een jongen, van Frederik Peeters. En zien we ook verschillende versies van Het gele teken, met een uitgebreide toelichting.

Voorstudies voor de cover van ‘Een beeld van een jongen’.

Er komen veel kenners uit de stripwereld aan het woord over wat zij belangrijk vinden aan een cover: uitgevers, stripmakers en enkele stripkenners, waaronder ondergetekende. Soms via een citaat, vaak in een video waarin ze hun favoriete cover laten zien. Dit soort elementen maakt een expositie extra levendig. Wel jammer dat de Franse sprekers niet zijn ondertiteld. Nu snap ik dat het stripmuseum in Brussel staat, maar er zullen genoeg toeristen het instituut bezoeken die geen Frans spreken.

Virtuoos
Volgens Alexis Dragonetti is een goede cover virtuoos getekend, grafisch sterk opgemaakt en inhoudelijk intrigerend. Stripmaker Wim Swerts noemt vier eigenschappen waar een goede cover aan moet voldoen:

1. Een sterke uitstraling: als je ernaar kijkt, schept het verwachtingen naar avontuur, mysterie en spanning.
2. Compositie: een goede cover is niet te druk, alles is herleid tot de essentie.
3. Less is more: blijf bij de essentie, maak het niet te druk. Zorg ook voor
voldoende contrast.
4. Leesbaarheid: als je cover klaar is, moet je hem bij wijze van steekproef
verkleinen. Als alles nog duidelijk en leesbaar is, heb je een goede cover gemaakt.

In een video vertelt stripmaker Ken Steacy dat de coverillustratie een moment moet weergeven vlak voordat er iets staat te gebeuren. Een sleutelmoment uit het verhaal bijvoorbeeld.

Natuurlijk kun je over alle regels twisten, en dat maakt deze expositie ook zo leuk, want je wordt zelf uitgenodigd om over covers na te denken. Wat vind jij de belangrijkste eisen waar een omslag aan moet voldoen? Welke covers trekken meteen je aandacht en waarom? En welke vallen je eigenlijk helemaal niet op?
Doordat er heel veel omslagen te zien zijn, kun je die vragen dus in de praktijk beantwoorden. Wie onderweg goede aantekeningen maakt, heeft aan het einde van de expositie een mooi lijstje met tips voor het maken van een goede cover.

Originelen
Het mooiste blijft natuurlijk het zien van originelen, zoals de geschilderde omslagen van Rosinski, W. Vance, ‘De onzichtbare grens #2’ uit de reeks Duistere Steden en een originele schildering van Judith Vanistendael.

Hoewel de expositie een divers beeld geeft van verschillende soorten covers en een historisch overzicht, ligt de nadruk bij de selectie duidelijk bij de Europese strips. Amerikaanse comics en manga komen er bekaaid van af. Jammer, want misschien zijn de coverregels in andere culturen wel weer heel anders dan bij ons. Een thema dat nu niet behandeld wordt. Misschien een mooi uitgangspunt voor een vervolgexpositie?

Ik ben zelf in ieder geval een groot fan van hoe Amerikaanse stripmakers comiccovers vormgeven. Zij hebben daar echt een goede neus voor. Strakke composities die je het verhaal intrekken en teksten die nieuwsgierig maken en de lezers vaak direct aanspreken.

Deze Van Gogh cover vind ik heel gaaf en dynamisch. Ik ben meteen benieuwd naar het verhaal van deze strip.

Vormgeving
Ik vond de vormgeving van Coverkunst verder heel fraai. Ze nodigen uit tot lezen. Bij de teksten staan vaak grafische elementen uit de covers. Verder is de expositie mooi aangekleed, met bijvoorbeeld een enorme versie van De blauwe lotus. Wat dat betreft kunnen Nederlandse stripmusea nog wel eens wat leren van het Belgisch Stripmuseum.

De expositie Coverkunst is te zien tot 28 mei 2017.
BELGISCH STRIPCENTRUM
Zandstraat 20
1000 Brussel

Categorieën
Minneboo leest Strips

Minneboo leest: Het omgekeerde land

Dit vind ik de beste grap uit de nieuwste Suske en Wiske:

suske-wiske-omgekeerde-land
Het omgekeerde land is wederom een zeer vermakelijk verhaal van Peter Van Gucht en heerlijk op papier gezet door Luc Morjaeu.

De flaptekst:
Wiske is erg jaloers als Suske er een nieuw speelkameraadje opna houdt. Om stoom af te blazen maakt ze een lange wandeling in het bos en daar ontmoet ze een bijzondere vleermuis. Deze stelt haar voor om zelf ook een nieuw vriendje te maken en neemt haar mee naar sprookjesland. Maar daar zijn vreemde dingen aan de hand. Het is er erg somber en de sprookjesfiguren lijken zichzelf niet te zijn. Bovendien blijkt haar nieuwe vriendin, prinses Elisa, twee gezichten te hebben. Ze besluit Wiske voor altijd bij zich te houden. Tot overmaat van ramp raakt Wiske zélf onder de invloed van de vreselijke vloek die over sprookjesland hangt waardoor ze vreemd verandert…

Kleine spoiler:
Die vreemde verandering waar de flaptekst naar verwijst is dat Wiske in het Omgekeerde Land verandert van een meisje naar een jongen, en later Suske verandert in een meisje. Dat biedt allerlei mogelijkheden voor de scenarist om het thema gender aan te pakken, maar echt gaat Van Gucht daar niet op in. Wiske ondergaat de verandering, maar staat daar niet echt bij stil. Suske nog minder, terwijl ik het als man toch heel vreemd en wellicht ook opwindend zou vinden als ik opeens in een vrouw verander.

Van Gucht maakt wel een paar smakelijke grappen over het feit dat Jerom en Lambik in elkaar veranderen.

Toen ik het album uit had, dacht ik eerst dat de scenarist een kans had laten liggen. Ik vind zelf gender-issues namelijk heel interessant, maar toen realiseerde ik me dat de doelgroep van Suske en Wiske helemaal nog niet met dat soort zaken bezig is. Kinderen van zes tot tien jaar zijn niet met gender bezig dus waarom zou je dat als scenarist in een stripalbum verwerken?

suske-en-wiske-336

Gender
Nou ja, misschien omdat hun ouders zich wel meer bewust mogen worden van dit soort dingen. Daar heb ik laatst nog over geblogd. Als we willen dat vrouwen en mannen als gelijkwaardig worden gezien, en dat willen we in een westerse, niet-religieuze samenleving, dan moeten we ons bewust zijn van standaard genderrollen en hoe we onze kinderen programmeren zich als jongetjes en meisjes te gedragen. We moeten ons bewust zijn dat er meer opties zijn dan deze twee geslachten en dat meisjes ook dingen mogen die we traditioneel als jongensding zien. En dat jongens ook gewoon met speelgoed mogen spelen dat voor meisjes bedoeld is. Dat zaken als identiteit tegenwoordig minder rigide en vloeibaarder zijn en dat dit prima is. De gebeurtenissen van het Omgekeerde land hadden kunnen helpen bij deze bewustwording.

Nogmaals, ik weet niet of we dat van een Suske & Wiske album mogen verwachten. Misschien ben ik als striprecensent wel te oud om kinderalbums goed te kunnen beoordelen, omdat mijn interesses en visies simpelweg niet aansluiten bij de verhalen die voor een jonge doelgroep bedoeld zijn. Het is lang geleden dat ik mij in het perspectief van een kind kon verplaatsen. (Ik ben zelf geen ouder en ik praat weinig met kinderen.)

Het is waar dat populaire cultuur ons belangrijke dingen leert over hoe onze wereld en maatschappij in elkaar steken, maar dat hoeft natuurlijk niet. Iets kan ook gewoon entertainment zijn.

Daarom leg ik de vraag bij jullie beste lezers: vinden jullie dat Suske & Wiske meer de diepte in had moeten gaan om kinderen en ouders meer bewust te moeten maken van genderrollen? Of is het prima zo?

[hr]

Daarom Minneboo leest:
Als stripjournalist wil ik zoveel mogelijk strips onder de aandacht brengen. Daarom heb ik de rubriek Minneboo leest in het leven geroepen, om te laten zien hoe rijk en divers het medium strip kan zijn. De artikelen in deze rubriek zijn geen recensies (die teksten staan gepubliceerd in de bijhorende rubriek), maar kunnen thematisch zijn, een interview, een tekenstijl belichten of simpelweg een nieuwe uitgave kort aanstippen.

Categorieën
Boeken Striprecensie Strips

Recensie: The Making of Amoras

De zesdelige reeks Amoras is inmiddels gebundeld in een omnibus. Ook kwam er recent een making of-album uit. Jammer genoeg zit dat album niet in de bundel.

Hoe je Amoras ook als lezer ervaren mag hebben: het is een apart en bijzondere zesdelige reeks geworden, vind ik. Het was een gewaagde stap van Standaard Uitgeverij om de bekende personages Suske & Wiske eens van een andere kant te laten zien en een meer volwassen verhaal met scherpe randjes te publiceren. De stap pakte goed uit, want de albums verkochten goed. Het vijfde album van Amoras kreeg vorig jaar de Willy Vandersteenprijs. (Ik was daar een van de juryleden van.)

amoras_sceneZelf ben ik erg te spreken over de energieke tekenstijl van Charel Cambré en zijn interpretaties van de overbekende helden. Het was na het lezen van Amoras weer even wennen om de reguliere versies van Suske en Wiske in albums te lezen.

Uit Amoras 4: Wiske.
Uit Amoras 4: Wiske.

Het verhaal van Marc Legendre is uitdagend en biedt een nieuwe kijk op Suske en Wiske. Ik moet wel zeggen dat het laatste deel mij in verwarring achterliet. Dat komt onder andere omdat ik de albums meteen las toen ze uitkwamen, met tussenpozen van zes maanden dus, waardoor veel details van het verhaal waren weggezakt. Volgens mij helpt het aanzienlijk als je alle zes de delen in een keer leest. Zo’n omnibus biedt dan uitkomst.

making_of amoras coverHet making of-album bevat allereerst een heel mooie cover, en biedt verder een vlot geschreven verhaal over de totstandkoming van Amoras, met smakelijke ontwerpschetsen van covers, personages en scènes. Ook zien we foto’s van het creatieve team bestaande uit Legendre, Cambré en Sven Denis aan het werk op El Hierro, het eiland waar Legendre woont.

amoras-jerom-sus-wis-schetsWat ik miste in de making of is een uitgebreid interview met de makers. Het verhaal verloopt nu heel soepeltjes en zit als promotie van de reeks goed in elkaar, maar ik kan me voorstellen dat er onderweg hobbeltjes waren in het creatieve proces. Die hobbeltjes zijn altijd interessant om over te lezen en hadden in een interview mooi behandeld kunnen worden.

In het Stripmuseum Groningen is tot en met 30 juni een expositie te zien over de making of van Amoras. Deze was eerder in het Stripmuseum Brussel te bekijken.

Categorieën
Boeken Minneboo leest Strips

Minneboo leest: België gestript

België gestript van Geert De Weyer geeft op thematische wijze een grondig overzicht van het Belgische beeldverhaal.

Als stripjournalist en stripliefhebber word ik altijd blij van naslagwerken over het beeldverhaal. Door het lezen van een boekwerk ben je een stuk wijzer over strips uit een bepaalde periode, land of genre. Zie het als een gedegen spoedcursus. Tenminste, als het boek goed is geschreven en de informatie klopt natuurlijk.

Geert de Weyer
Geert de Weyer

Recent verscheen België gestript van stripjournalist Geert De Weyer. Een collega van mij dus, die ik tot op heden nog niet heb ontmoet, maar wiens werk ik wel ken. Hier op de plank staan zijn 100 stripklassiekers die niet in je boekenkast mogen ontbreken en Loslopend wild: De nieuwe generatie Vlaamse stripauteurs. Loslopend wild is een boek met interviews met belangrijke Vlaamse stripmakers die toen onder de nieuwe garde werden geschaard, zoals Kim, Brecht Evens, Ilah, Serge Baeken en Judith Vanistendael. Loslopend wild geeft een goede indruk van het werk, denk- en werkwijze van bovengenoemde makers.

En nu is er dus België gestript. Op het moment van schrijven ben ik dat boek nog aan het lezen (dit stuk staat immers gepubliceerd in de rubriek Minneboo leest), maar ik wil je er toch alvast op attenderen omdat dit het perfecte boek is om een stripliefhebber als jezelf of iemand anders cadeau te doen voor de feestdagen. Bovendien weet ik nog niet of we er in de VPRO Gids ruimte voor gaan hebben.

Rare jongens die Fransen
belgie gestript coverDe Weyer behandelt de rijke geschiedenis van het Belgische beeldverhaal en dat doet hij met thematische hoofdstukken. De Weyer begint met een overzichtshoofdstuk waarin hij een kleine geschiedenis van de Belgische strip behandelt. Daarna is er aandacht voor het stripblad Spirou/Robbedoes en vervolgens de geboorte van Kuifje. Andere thema’s die aan de orde komen zijn de verbeelding van minderheden in de strip, de rol van de vrouw in de strip en de rol die de Franse censuur heeft gehad op de Belgische strips. Want die laatste was aanzienlijk. Niet alleen komen er door de Fransen lange tijd nagenoeg geen vrouwen in de strips voor, als ze er wel zijn hebben ze een onbeduidende rol en zijn ze in ieder geval niet sexy afgebeeld. Borsten waren al helemaal uit den boze, maar ook een vrouwelijke enkel of een knie kwamen al niet door de censuur. De Fransen probeerden hun eigen stripmarkt te beschermen dus legden zijn allerlei eisen op aan de Belgische strips onder het mom van bescherming van de tere kinderziel. Nu moeten we volgens De Weyer daar de Fransen niet helemaal de schuld van geven, want veel Vlaamse stripmakers hadden ook een streng katholieke, dus conservatieve inborst. Gelukkig is het uiteindelijk sinds eind jaren zestig nog goed gekomen met de vrouwen in de strip en kennen we tegenwoordig boeiende stripheldinnen.

Mag dat wel?
Een ander thema dat mijn aandacht meteen trok zijn de vele stripparodieën die in de loop der jaren zijn verschenen. Niet al dat spul is even onschuldig. Vooral in de jaren tachtig was er wildgroei aan seksparodieën zoals Suske en Wiske: De Glunderende gluurder van een groepje tekenaars bestaande uit Aloys Oosterwijk, Ben Jansen, René Meulenbroek en Hanco Kolk. De Weyer behandelt niet alleen de verschillende soorten parodieën en hommages die er zijn, maar ook hoe de gerechtelijke macht telkens verschillend oordeelt over wat nu wel en niet mag.

De personages uit de strip Nero van Marc Sleen.
De personages uit de strip Nero van Marc Sleen. Een van de bekendste Vlaamse strips.

Overigens merkt De Weyer in zijn inleiding terecht op dat de Waalse strip doorgaans op meer aandacht kon rekenen dan de Vlaamse: ‘Van dit boek verschijnt ook een Franse editie. Dat is nieuw. Er zijn al naslagwerken over de Belgische strip geschreven, maar zelden of nooit gingen die over de vaderlandse strip. Ze gingen vooral over het Franstalige gedeelte van ons landje. Voor een stuk begrijpelijk, want op enkele grote uitzonderingen als Vandersteen, Marvano, Griffo, Vance en Morris na, zijn slechts een tiental Vlaamse stripauteurs er echt in geslaagd internationaal door te breken. De rest, zo leer u al snel in dit boek, stak het hoofd diep in de Vlaamse klei. En dat had zo zijn gevolgen. De Franstalige en Vlaamse strip ontwikkelden zich los van elkaar.’ België is dus eigenlijk een land met twee stripculturen en hoe die zich precies tot elkaar verhouden en hoe we die culturen moeten zien, valt goed te lezen in België stript.

België gestript is levendig geschreven en staat vol met pakkende illustraties en citaten. Het boek is ook prachtig vormgegeven. Alleen de coverillustratie van Stedho is al een lust voor het oog. De uitsnede in de vorm van België vormt een slimme visuele grap. Wie de cover dicht heeft, wordt door enkele bekende stripfiguren vastberaden aangekeken. Wie daarna het achterste schutblad bekijkt, ziet dat uit het gat enkele stripschurken als Krimson en Gargamel kruipen.

belgie-gestript-stedho

Het enige puntje van kritiek dat ik op dit moment heb is dat biografieën van de belangrijkste stripmakers ontbreken. Daarmee had het boek een mooie afsluiter gehad. Aan de andere kant zijn er zoveel Belgische stripmakers die zo’n tekstje verdienen dat het boek dan waarschijnlijk een kwart dikker was geworden. En met z’n 350 bladzijden is België stript al behoorlijk zwaarlijvig.

Geert De Weyer. België gestript
Dragonetti, € 49,95
352 pagina’s
ISBN: 9789462102026

Categorieën
Strips

Amoras #5 wint Willy Vandersteenprijs 2015

amoras-5-cover

Amoras #5: Wiske heeft dit jaar de Willy Vandersteenprijs gewonnen. Op het rode podium op de Boekenbeurs in Antwerpen kregen scenarist Marc Legendre en tekenaar Charel Cambré de prijs die het beste Nederlandstalige album van het voorbije jaar bekroond.

De Willy Vandersteenprijs is een initiatief van Sabam ARTES en Stripgids. De Willy Vandersteenprijs gaat traditioneel naar het beste Nederlandstalige stripalbum van het voorbije jaar. Alle in Vlaanderen en Nederland verschenen, oorspronkelijke Nederlandstalige albums komen in aanmerking. De winnaar krijgt een tekening van de vorige laureaat, Simon Spruyt, en een geldsom van 5.000 euro. Die wordt aangeboden door Sabam ARTES.

Foto © Sabam
Foto © Sabam. Vlnr: Leen Vandersteen, Marc Legendre en Charel Cambré (met Spider-Man T-shirt!).

Uit het juryrapport:

Voor het eerst in zijn geschiedenis gaat de Willy Vandersteenprijs dit jaar naar twee stripmakers. Aan de ene kant een stripscenarist met een paar decennia ervaring, die zowel humoristische als realistische strips op zijn palmares heeft staan. Aan de andere kant één van de beste tekenaars van zijn generatie, wiens werk zowel kwalitatief als kwantitatief grote indruk maakt. Samen geven ze een heel nieuwe interpretatie aan enkele klassiek geworden karakters uit de Vlaamse familiestrip. Ze sturen Suske en Wiske opnieuw naar het eiland Amoras, en laten hen daar heftige avonturen beleven – in een heel nieuwe stijl, met een heel andere grafiek, met een strak verteltempo en voor een ouder publiek dan de gewone ‘rode’ reeks. En dat allemaal met personages die ondertussen zeventig jaar oud zijn. De jury van de Willy Vandersteenprijs 2015 is er van overtuigd dat Willy Vandersteen zelf érg blij zou geweest zijn met de winnaar van dit jaar. Bij unanimiteit werd de prijs toegekend aan het album Amoras #5: Wiske van Charel Cambré en Marc Legendre.

Tijdens de finale stemronde lagen drie titels ter tafel, en de jury houdt eraan ook de twee andere albums te vermelden: S1ngle: Fantasy van Hanco Kolk en Peter De Wit en Elsje 8: Het kan maar zo zijn dat er hier sprake is van een nieuwe soort van Eric Hercules en Gerben Valkema. Het zijn, vindt de jury, drie strips die overtuigend aantonen dat er ook vandaag sprankelende en vernieuwende dingen gebeuren in de wereld van de Vlaamse en Nederlandse kranten- en familiestrip.

De jury bestond dit jaar uit (niet stemgerechtigd) voorzitter Helena Vandersteen, bibliotheekmedewerker Lieve Scheers, stripauteurs Robert van der Kroft en Luc Morjaeu, en stripjournalisten Toon Horsten en Michael Minneboo.

Dat klopt, ik zat ook dit jaar weer in de jury van de Willy Vandersteenprijs. En met veel plezier moet ik zeggen, want niet alleen vind ik dat we met Amoras een prachtige winnaar hebben voor alle in het juryrapport reeds genoemde redenen, ook verliep de jurering lekker soepel en kwamen we unaniem op deze winnaar(s) uit. Dat doet mijn striphartje weer goed.

De jury. Van links naar rechts: Luc Morjaeu, Michael Minneboo, Robert van der Kroft, Helena Vandersteen, Toon Horsten en Lieve Scheers.
De jury. Van links naar rechts: Luc Morjaeu, Michael Minneboo, Robert van der Kroft, Helena Vandersteen, Toon Horsten en Lieve Scheers.

Drie jaar geleden riep auteursrechtenmaatschappij Sabam ARTES in het leven. Met deze aparte unit binnen het bedrijf wil de auteursvereniging onderstrepen dat ze haar multidisciplinariteit hoog in het vaandel draagt. Daar hoort uiteraard ook de negende kunst bij. De ondersteuning van de Willy Vandersteenprijs door Sabam ARTES sluit hier perfect bij aan.

De prijs ging in het verleden al naar Ergens waar je niet wil zijn van Brecht Evens, Terug naar Johan van Michiel van de Pol, Rembrandt van Typex en Junker van Simon Spruyt.

De Willy Vandersteenprijs wordt jaarlijks uitgereikt onder auspiciën van de erven.

Categorieën
Minneboo leest Strips

Minneboo leest: Suskewiet

Suskewiet, het 329ste album van Suske en Wiske, is zeer vermakelijk en bovendien erg fijn getekend.

Als een avontuur van Suske & Wiske Suskewiet heet, wil ik die als inwoner van Amsterdam natuurlijk lezen. Het verhaal heeft niet zo veel te doen met softdrugs, dus de lezer hoeft zich niet ongerust te maken dat brave Suske opeens een wietverbouwer is, al blijkt de sympathieke Belgische stripheld wel groene vingers te hebben.

Daarom vraagt professor Barabas hem een eeuwenoud plantenzaadje te laten ontkiemen. Daar komt een prachtige bloem uit die ook nog eens blijkt te kunnen spreken. Wiske is jaloers op de aandacht die Suske aan zijn nieuwe hobby schenkt en daar maakt de bloem handig gebruik van. Die belooft Wiske dat Suske onvoorwaardelijk van haar zal houden als zij ervoor zorgt dat Suske een vrucht van de bloem eet. Maar wanneer de nietsvermoedende Suske een hap neemt van de vrucht ondergaat hij een bijzondere transformatie en moeten onze vrienden in actie komen om de jongen op tijd terug te laten veranderen voordat het te laat is.

Mocht je de laatste jaren geen Suske en Wiske-album hebben opengeslagen, dan raad ik je dat van harte aan, want het team Peter van Gucht (scenario) en Luc Morjaeu (tekeningen) is goed op dreef door leuke en spannende avonturen te vertellen. Ook Suskewiet zit weer vol met goede grappen, slapstick en actiescènes die geïnspireerd lijken op Hollywood-films. Maar bovenal is deze aflevering erg fijn getekend door Morjaeu.

Hieronder enkele van mijn favoriete plaatjes en momenten uit het album zodat we eens goed naar die tekeningen kunnen kijken.

Het is voor Wiske natuurlijk even schrikken als de bloem opeens begint te spreken. Ik vind de lichaamstaal van beide personages hier erg goed getroffen: de soepele bewegingen van de bloem en de stijve, geschrokken houding van Wiske contrasteren mooi met elkaar.

Suskewiet_01
Een mooie groepsillustratie. Ik ben benieuwd wat er in het hoofd van Sidonia omgaat, zij lijkt een beetje afwezig (en doet me in dit plaatje gek genoeg denken aan Beaker van de Muppets):
Suskewiet_03

Wiske komt in actie en doet even alsof ze de dochter van Bruce Willis is:

Suskewiet_02

Dit is een van mijn favoriete scènes uit het album. De gezichtsexpressies van Barabas en de van de apen is erg goed getroffen en versterken de grap precies goed. Wederom laat Morjaeu zijn personages goed acteren:

Suskewiet_04
Tot slot vind ik dit een prachtige plaat met een mooi gedetailleerd decor. Een hoop werk zo’n plaatje, maar je verhaal wordt er wel meteen een stuk overtuigender door:

Suskewiet_05De albums worden niet door de tekenaar geïnkt, maar door Eric De Rop. Verder was ik benieuwd of Morjaeu assistentie krijgt bij het tekenen. Dus dat heb ik hem even gevraagd: ‘Ik heb inderdaad hulp bij het maken van de albums, het is nog altijd Studio Vandersteen. De achtergronden worden uitgewerkt door Christian Verhaeghe, en hij doet dat schitterend,’ aldus de Morjaeu. Vier albums per jaar afleveren is ook een hoop werk. In ieder geval heeft het team met Suskewiet een mooie aflevering afgeleverd.

Daarom Minneboo leest:
Als stripjournalist wil ik zoveel mogelijk strips onder de aandacht brengen. Daarom heb ik de rubriek Minneboo leest in het leven geroepen, om te laten zien hoe rijk en divers het medium strip kan zijn. De artikelen in deze rubriek zijn geen recensies (die teksten staan gepubliceerd in de bijhorende rubriek), maar kunnen thematisch zijn, een tekenstijl belichten of simpelweg een nieuwe uitgave kort aanstippen.