Categorieën
Mike's notities

Column: Geluidsgeweld in het ov

Ik forens nu een aantal maanden fulltime en kan met recht zeggen dat je de westerse mens goed leert kennen in de trein. Zoals het type Gemankeerde DJ bijvoorbeeld.
Vanmorgen bleek dat de sneltrein weer eens gehalveerd was, met tot gevolg dat het voortuig tot het balkon toe volgepropt stond. Een snelle blik op de coupés liet echter zien dat er niemand in de gangpaden stond. Toen ik dat aan de mensen op het balkon opperde, werd ik glazig aangekeken. Deze forenzen waren of erg afgestompt, of gewoon verschrikkelijk asociaal. Nu kon er niemand meer in de trein, terwijl dat niet nodig was geweest. Idols
Wanneer je wel gewoon de trein kunt zitten, kom je ongetwijfeld die ene eikel tegen die eigenlijk dj had willen worden. Het feit dat slecht functionerende koptelefoons tegenwoordig het geluid al aan beide kanten van de dopjes laat horen, houdt mensen niet tegen om de slechtste mp3’s van hun collectie ten gehore te brengen. Nog erger wanneer er geen koptelefoontjes worden gebruikt maar het geluid al krakend uit een speakertje wordt gebraakt. Toppunt is wanneer de ‘muzikanten’ in spe zelf meerappen. Ouch, en ik dacht dat programma’s als Idols en X-factor wel duidelijk hadden gemaakt dat je er zonder talent niet komt. Door dit soort mensen mag er wat mij betreft een ‘X’ worden gezet. Gelukkig is er nu een student opgestaan die het niet langer meer pikt: Alexander Klöpping. Deze Media & Cultuur-student aan de UvA is een website gestart om het geluidleed in het ov aan de kaak te stellen. Op www.fuckingirritant.nl kunnen medereizigers hun verhaal kwijt (én binnenkort tegen kostprijs een t-shirt kopen met onderstaande tekst:)Waarschuwingsborden
Helemaal origineel is dit idee overigens niet, want in Engeland liep een soortgelijke actie. Vierduizend reizigers zetten hun handtekening tegen de ‘noisecriminals’ en nog eens duizenden mensen deelden online hun ervaringen. Daarop werden er kamervragen gesteld; er hangen nu grote waarschuwingsborden in bussen en metro’s. Effect had het daar dus wel (al kun je je afvragen of de amuzikale aso’s ook daadwerkelijk kunnen lezen). Nu maar eens zien of de comments van terecht geagiteerde reizigers ook in de praktijk tot actie zullen worden omgezet. Dat worden – wellicht – gezellige tijden in de trein.

Categorieën
Media

Linda niet onthuld in Zomergasten?

Zondagavond. Televisiepersoonlijkheid Linda de Mol zit aan de tafel bij Joris Luyendijk. De laatste zomergasten van het seizoen. Ik bekijk het programma met een half oog, maar raak gaandeweg meer gefascineerd door het beeld waarin Linda zich schijnbaar bloot geeft, maar toch ook weer niet. De Mol is al op televisie te zien sinds haar negentiende. Mijn eerste Linda-kijkervaring was de DJ Kat Show, een kinderprogramma waarin ze een opstandige kat als co-presentator had. Sindsdien ben ik haar min of meer uit het oog verloren: de programma’s die ze presenteert zijn doorgaans niet mijn stiel en naar Talpa keek ik nooit. (Wie wel?) Rolmodel
Zoals bekend is ze allang niet alleen maar een presentatrice: ze acteert en heeft haar eigen succesvolle glossy. In de afgelopen jaren is ze een echte mediapersoonlijkheid geworden. Een ambitieuze vrouw met vele talenten die bewondering afdwingt en een duidelijk rolmodel is. Wie schuilt er achter dit rolmodel? Die vraag beantwoorden is de opdracht die Luyendijk zichzelf heeft gegeven. Linda geeft tijdens het gesprek een paar keer aan dat ze bepaalde zaken graag voor zichzelf wil houden – het publiek hoeft immers niet alles te weten. Hoewel Luyendijk moeite doet om het mens achter het ‘merk Linda’ te ontrafelen, slaagt hij hier niet in. Hij erkent zijn nederlaag dan ook aan het einde van het programma. Het maakbare lichaam
Dat we niets over Linda te weten komen is echter schijn. Linda komt meerdere malen terug op het feit dat ze, zoals ieder mens, onzeker voelt over haar uiterlijk. Het thema van het schoonheidsideaal en de maakbaarheid van het lichaam is een rode draad in het programma. (Mooie fragmenten van de documentaire Beperkt houdbaar van Sunny Bergman en een Engels televisieprogramma waarin op originele wijze het zelfvertrouwen van onzekere vrouwen wordt vergroot.) Ook Linda ontkomt niet aan dit ideaal: ze heeft wat botox laten inspuiten om haar gezicht wat strakker te trekken. (Welke televisiepersoonlijkheid niet, vraag ik me af.)Toen de redactie van het blad Linda besloot een statement te maken tegen het geretoucheerde ideaalbeeld van de vrouw zou ook de naamgenoot van het blad onbewerkt op de cover verschijnen. Linda trainde zes weken lang om te proberen die photoshop-look alsnog te evenaren. Een dubbele boodschap wellicht, maar begrijpelijk als je in de spotlight staat en iedereen op elk vers kraaienpootje let. Ongelijke strijd
Ambivalent of niet, het is bewonderenswaardig dat Linda dit thema aanpakt tijdens haar zomergastenuitzending. Het maakt haar wederom sympathiek – een woord dat vaker met het imago van Linda de Mol wordt verbonden.Het merk Linda geheel ontrafelen is Luyendijk inderdaad niet gelukt. Misschien is de manier waarop hij zijn gasten benadert te aardig (hoeveel complimentjes kan een gastheer zijn tafelgenote geven?); zachte heelmeesters maken immers stinkende wonden. Misschien onderbreekt hij haar net te vaak op de momenten dat ze wel méér wil vertellen. Misschien was het een ongelijke strijd: mediavrouw als ze is, geeft Linda nergens de regie uit handen. Toch zijn het enkele leerzame uren voor de mensen die geïnteresseerd zijn in Linda de Mol. Na drie uur weten we van Linda dat ze zich onzeker voelt, dat ze gelooft in de plannen van haar broer John (‘Talpa had ook best goede programma’s’, zegt ze overtuigd) en dat ze in alles de beste wil zijn. Eerlijk gezegd lijkt me dat meer dan genoeg informatie. Ik mag Linda dan een sympathieke vrouw vinden, ik hoef niet het naadje van haar kous te weten.De liefhebber kan aanstaande zaterdag om 13.10 de herhaling van het programma bekijken.

Categorieën
Striprecensie Strips

Striprecensie: Burka Babes

De twee dames in zwarte boerka dragen steevast twee Dirk-tassen. Uit de ene tas steekt een stuk brood, uit de andere een prei. De twee dames debuteerden in de strip Sigmund, maar kregen al snel een eigen podium. Deze stripjes zijn nu door De Harmonie gebundeld in een mooi uitgevoerde hardcover, vormgegeven door Rudy Vrooman.

‘Zo’n boerka is geen gezicht’, moet Peter de Wit gedacht hebben. Misschien dat daarom de meeste grappen in zijn strip het uiterlijk van deze zwarte tenten als uitgangspunt hebben. Ook wordt het feit dat je niet kunt zien wie er onder de boerka schuilgaat – wat meteen het grootste bezwaar is tegen deze religieuze klederdracht – menigmaal aangehaald. De droge grappen hebben dus voornamelijk een visueel karakter. In de sobere stijl van De Wit steken de twee zwarte tampons op voeten mooi af tegen het hagelwitte papier.

De Wit schroomt niet om ook de politieke betekenis – het symbool voor de onderdrukking van de moslima – met humor aan de kaak te stellen. De boodschap van de stripmaker is daarin glashelder. Op het titelblad verkondigt een van de Burka Babes: ‘Fuck artikel 1 van de grondwet! Dit ding moet verboden worden!’
Ondanks het potentiële gevoelige onderwerp is Burka Babes geen politiek manifest. De grappen becommentariëren weliswaar boerka’s in het straatbeeld en stippen enkele vooraannames betreffende moslimfundamentalisme aan, toch zijn ze overwegend luchtig van aard. De Wit overschrijdt nergens een gevaarlijke grens. Gelukkig maar, voordat je het weet veroorzaakt je cartoon een rel.

Burka Babes (Peter de Wit) De Harmonie, 2007. ISBN 978 90 6169 833 3.


Categorieën
Media

Film: Starters in beeld

Jonge journaliste in actieVoor IntermediairForward.nl maak ik de serie Starters in Beeld – een reeks reportages waarin starters op de arbeidsmarkt worden geportretteerd. In de tweede aflevering vertelt de jonge journaliste Hester van den Blink over haar liefde voor het vak en zien we haar aan het werk op Schiphol.
Zie ook het verslag over de opnames op Schiphol: Multimediaal Droste-effect. Voor een iets hogere resolutie dan Youtube zie hier.

Categorieën
Film

Film: Bored of the Rings

Er zijn van die films die je gewoon voor geen frame kunnen boeien. De Bored of the Rings-trilogie van Peter Jackson is daar een voorbeeld van.Toen ik het eerste deel zag, ben ik twee keer bijna in slaap gevallen. Het tweede deel heb ik nog gezien tijdens een persvoorstelling, maar het laatste hoofdstuk trok mij niet genoeg om te gaan kijken. Wat de boeken betreft ben ik nooit verdergekomen dan het eerste hoofdstuk van The Hobbit. Het enige pluspunt van Peter Jacksons zelfbevlekkende rolprenten is dat de ontwikkeling van specialeffects weer een stapje vooruit werd gebracht.Ik kan nu allerlei argumenten noemen waarom ik de Bored of the Rings niet boeiend vind, en waarom Jacksons oudere werk (Heavenly Creatures, Bad Taste en vooral The Frighteners) veel beter is. Maar Kevin Smith – een van mijn favoriete regisseurs – was mij daarin al voor en weet zijn recensie op humorvolle wijze uiteen te zetten. Leuk aan onderstaand fragment is dat goed af te leiden is hoe de Q&A de inspiratie vormde voor een scène uit Clerks II. Enjoy.

Categorieën
Strips

Stripbeurs in Kampen

Samen met de Schone Schrijfster (Natasja van Loon) en de Illustere Merel B. reed ik zaterdagmiddag per trein naar Kampen. Na het debacle in Arnhem enkele maanden geleden, waren mijn verwachtingen van deze stripbeurs niet erg hoog gespannen.De ‘stripbeurs’ in Kampen valt het beste te beschrijven als een markt, daar deze bestond uit een rij stalletjes in een winkelstraat. Wie deze helemaal afliep, werd ‘getrakteerd’ op de niet-zangkunsten van de plaatselijke Dries Roelvink op het erepodium. (Ik heb overigens geen idee wat dat liedgenre met strips te maken heeft.) Een typische Suske en Wiske-beurs dus, waar opvallend veel werk van Marten Toonder te koop werd aangeboden.Vlak na aankomst troffen wij stripmakers Marq van Broekhoven en Jean-Paul Arends aan bij de stal van uitgeverij Silvester waar ze vurig aan het signeren waren. Al snel werden de tekenvellen achtergelaten en ingeruild voor een terrasje in de zon (ook striptekenaars kennen immers hun prioriteiten). Terwijl het gezelschap het plaatselijke bier tot zich nam, ging ik nog even op verkenningstocht. Deze was echter snel afgelopen, maar verliep niet geheel onaangenaam.Crème brûlée
Aan het einde van de wandeling trof ik een stand van OpenMinded. Een uitgeverij opgericht in 2004 die mangastrips met genres als humor, scifi, horror, romantiek en in het bijzonder homoseksuele liefde publiceert. Dat laatste thema komt vrij veel voor in mangastrips en animéfilms, maar is nog vrij onontgonnen gebied in de Nederlandse markt. In de stand van OpenMinded zat vooral jong vrouwelijk talent haar manga-publicaties te signeren. Een van de jonge dames was Eva Verholen (ze publiceert onder de naam Lifemachine) die op het punt staat aan de HKU te studeren en een voorliefde heeft voor het werk van Dave McKean, Salvador Dalí and René Magritte.Nu is mijn kennis van manga en animé niet extensief, maar was ik blij verrast door de bloemlezingen die ik doorbladerde. Niet in de laatste plaats omdat dit betekende dat ik deze stripbeurs niet met lege handen naar huis zou gaan. Er is immers niets meer deprimerender dan een stripbeurs verlaten zonder iets te hebben aangeschaft. Ik kocht een exemplaar van Crème brûlée. Een luchtig bundeltje erotische strips van verschillende makers, waarin op humoristische wijze verschillende seksuele uitingen en adolescente perversiteiten worden geëxploreerd. De stripjes zijn trouwens van wisselende kwaliteit: de ene maker heeft de stilistische kenmerken van manga beter in de vingers dan de andere.Autobio Marq
Ook kocht ik het eerste deel van Marq denkt uit 2002 – een autobiografische strip van Marq van Broekhoven, die al jaren zijn vader- en leraarschap weet te combineren met het maken van strips. Hij maakt onder andere Peer de Plintkabouter. Marq denkt bestaat uit een aantal korte verhalen die de ene keer over een gebeurtenis uit zijn jeugd gaan, de andere keer over een hedendaags onderwerp. Schetsmatig op papier gezet met een fineliner – de vluchtige pennenstreken zijn daarmee eenstemmig met het anekdotische karakter van deze strips. De charme van Marq denkt is de herkenbaarheid van de verhaaltjes. In een goede autobiografische strip geeft de stripmaker zich tot op zekere hoogte bloot en ontsluit hij of zij iets over diens leven. De beschreven gebeurtenissen zijn specifiek voor die maker, maar hebben tevens een herkenbaarheid waarin de lezer zich kan herkennen. (In dat opzicht lijken ze wel wat op een goed weblog.) Dit geldt voor de autobio strips van Van Broekhoven. Evenals voor de strips van Maaike Hartjes en het bekende Amerikaanse voorbeeld American Splendor.

The Unusual Suspects op het station van Kampen.

De kleine oogst aan strips werd overigens gecompenseerd door het gezellig samenzijn met bovengenoemd gezelschap. In een eetcafétje hebben we tijdens de maaltijd de tanden gezet in een filmquiz. (Wie zegt dat schrijvers en stripmakers alleen maar over papierenkunstvormen kunnen praten?) Wederom zorgde aanwezigen ervoor dat de stripbeurs een gezellige bedoening was. Dat belooft wat voor de stripbeurs Houten in september.Voor meer foto’s van Kampen zie de Hyves van de Schone Schrijfster.
Lees ook (of niet): Verslagen van de stripbeurs in Rijswijk en de stripbeurs in Arnhem.

Categorieën
Mike's notities Strips

Gothic meisje met een zonnebank

Vrijdagavond, 10 uur. In de kerkstraat voor stripwinkel Lambiek staat een gothic meisje, met haar rechterhand houdt ze een zonnebank vast. Niemand zal de ironie ontgaan: goths staan immers niet bekend om hun zonaanbidding. Ze was een als een moderne Vampira of een ruigere versie van Morticia Addams: lang gitzwart haar, gecomplimenteerd met diepbruine ogen. Haar witte blanke huid leek nog net iets bleker in het licht van de lantaarnpaal; haar bordeauxrode lippen staken daarbij mooi af. Naast haar slanke lijf stond de afgedankte zonnebank die haar metgezel had aangeschaft op de Lamelos-veiling. (Een plezierige gebeurtenis waarin de geveilde spullen niet onderdeden voor de zoldercollectie die op Koninginnedag wordt aangeboden. De opbrengst ging in een grote geldpot waarvan meer bier werd gekocht.) Achter de strakke look ging een aardige meid met een Arnhemse tongval schuil. Niks emo of recalcitrant – gewoon stilistisch verantwoord. Schijn bedriegt. De gothic-look belooft mysterie, maar wie met de dames in kwestie praat, merkt al heel snel dat het ondanks hun theatrale verschijning gewone meisjes zijn. De make-up verhult vaak hun leeftijd, dus totdat je er expliciet naar vraagt, kan de draagster ervan tussen de veertien en de dertig zijn.Ergens schuilt er diep van binnen ook wel een gothic dude in mij, wat ongetwijfeld te wijten is aan een overdosis Tim Burton-films, het lezen van Edgar Allan Poe en een voorliefde voor vampierverhalen. Al zijn dat wellicht niet direct de associaties die de gemiddelde goth bij zijn stilistische voorkeur heeft.Waarschijnlijk weet de gemiddelde moderne Vampira niet waaruit dit archetype is samengesteld. De Finse actrice Maila Nurmi speelde Vampira – een hostess die in de jaren vijftig op de lokale televisie van Los Angeles oude horrorfilms introduceerde. Nurmi verklaarde in 1993 aan Gavin Baddeley dat haar creatie een mix was van verschillende personages: ‘The Dragon Lady in [the comic strip] Terry and the Pirates inspired it. A lot of the inspiration came from Disney as well – the Evil Queen in Snow White, for example. Then there was Theda Bara and Norma Desmond in Sunset Boulevard – all this seeped into me, melded and came out as Vampira.’ (Bron: Goth Chic, 2002) (Vampira speelde overigens ook een rol in Plan 9 From Outer Space, van B-filmregisseur Ed Wood.)
Hoe eclectisch het Vampira-personage ook mag zijn, ze is samen met Morticia Addams wel het gothic archetype dat we tegenwoordig kennen en waar er vele exemplaren van rondlopen. Sommige verschijningen kunnen echter verrassend leuk uit de hoek komen, zoals het gothic meisje met de zonnebank. Lees ook (of niet): Stripbeurs Rijswijk: Goths & Cultuurfetisjisten en Bloeddorst-borrel in Lambiek.

Categorieën
Mike's notities

Elvis 2007

Elvis is deze week dertig jaar dood. Ik ben dit jaar dertig geworden. Deze toevallige overeenkomst is echter niet de reden waarom ik een band voel met het werk van deze Amerikaanse chansonnier. Toen ik vorig jaar de tekst De Elvis Paradox publiceerde op een Elvis-forum, vielen de diehardfans die op dit forum huishielden als bosjes over me heen. Heiligschennis vond men de tekst die eigenlijk lovend bedoeld was. Elvis roept bij sommige mensen heftige emoties op en het is eigenlijk jammer dat veel mensen hem eigenlijk alleen kennen dankzij imitators of overdreven fanatieke liefhebbers die hem eerder als een heilige beschouwen dan als een feilbaar mens. (Iets wat de zelfbetitelde King of Pop deelt met de King of Rock-’n-roll.) Ik probeerde in de tekst een realistisch beeld te schetsen van Elvis, maar vooral mijn bewondering uit te spreken voor Elvis in zijn nadagen. Hoewel hij toen last had van overgewicht en zijn glorietijd volgens sommigen ver achter hem lagen, vind ik juist dat er mooi drama schuilt in de King die gutsend van het zweet met zichtbare moeite een zuivere toon weet te produceren. Jonge god
De meeste van ons herinneren hem natuurlijk het liefste als de jonge god die hij eerst was: de man die met sensuele heupbewegingen, of zelfs door slechts zijn bovenlip te krullen, menig vrouwen hart in beroering bracht. Ik hou van zijn vroegere werk en sla het liefste de kleffe soundtrackalbums over. In 1968 maakte hij zijn comeback in een televisiespecial. Het is deze periode, waarin hij onder andere het album From Elvis in Memphis uitbracht, dat Elvis zijn muzikale tweede jeugd beleefde. Daarna ging hij naar Las Vegas en toerde hij door het Amerikaanse land. Het beste in de kast
Bij ons thuis werd van alles gedraaid, maar het repertoire van Elvis werd regelmatig op de draaitafel neergelegd. Als kind was ik dus ‘fan’ – voor zover kinderen echt in zaken van smaak kunnen kiezen. Jarenlang heb ik dat diep in me weggestopt, denkende dat Elvis eigenlijk niet meer kón en uit de tijd was.Tot vijf jaar geleden. Elvis was toen 25 jaar dood en daarom voor een paar weken alom aanwezig in de media. Ik kocht een dubbellaar omdat ik toch wel het beste van de zanger uit Memphis in mijn cd-kast wilde hebben. Die week was ik alleen thuis (toenmalig vriendinnetje was er niet) en zette ik de cd op. Het was in het bijzonder de tweede cd die me raakte: het latere werk waarin de zuivere en warme stem van Elvis centraal staat. Zelfs bij de melodramatische nummers (of juist bij die nummers) bleek waarom hij een goede zanger was. Elvis wist alles te zingen alsof hij het meende – en daarmee was hij in zijn ‘nadagen’ eigenlijk een overtuigende chansonnier, in plaats van een rock-‘n’-rollheld.Die avond zat ik te luisteren in het donker, naar een stem die al 25 jaar het leven had gelaten en toch zó vol leven klonk. Op sommige momenten voelde ik de rillingen over mijn lijf gaan. Sindsdien draai ik weer regelmatig een Elvis-cd. Puur om te genieten.Lees ook (of niet): De Elvis-paradox en Een muzikale schatkamer.

Categorieën
Mike's notities

Ellen in Concerto

De afdeling pop/rock van platenwinkel Concerto was zondagmiddag het podium van Ellen ten Damme. Ter promotie van haar nieuwe cd Impossible Girl doet Ten Damme deze maand enkele cd-winkels aan. In Amsterdam was de sfeer tijdens de dertig minuten durende set ongedwongen; de kleine ruimte van Concerto bood een intieme sfeer. Ondanks deze atypische setting – tussen de cd-bakken en tafels vol aanbiedingen – wist de zangeres/actrice een vermakelijke performance te geven. De band speelde nummers van het nieuwe album: het mooie ingetogen Happy, de titelsong van de cd en Old Jeans. Tijdens het wat oudere Plattgefickt (een variatie op Plattgeliebt waar ze samen met Udo Lindenberg mee optreedt) kroelde Ellen energiek over de vloer. Terwijl ze daarna weer ingetogen maar met veel pathos het nummer Durf jij, dat ze samen met Ilja Pfeiffer heeft geschreven, vertolkte. In een halfuur toonde Ellen dus meerdere kanten van haar artisticiteit: van theatraal podiumbeest tot ingetogen chansonnière. Na afloop signeerde ze cd’s. Ik beleefde even kort een High Fidelity-moment toen ze routineus mijn booklet signeerde en we een gesprekje voerden over de pas uitgekomen documentaire over Ellen en haar strijd met kanker. Wat mij betreft mag er snel een concertregistratie van deze veelzijdige zangeres uitkomen.Lees ook (of niet): Het optreden van Ten Damme.

Ellen signeert. Foto: de illustere Merel B.
Categorieën
Mike's notities

Het laatste woord

Sommige mensen vinden het een macaber onderwerp, maar laatst kwam ineens mijn grafschrift in me op. ‘Vanaf nu, elke dag rust.’ Leek me wel passend. Misschien dat het nog iemand bij een terloopse lezing tot lachen aanzet.Doodgaan doen we allemaal en ik ga ervan uit, voor het gemak, dat het daarna over is. Ieder ander mag daar anders over denken, maar totdat het tegendeel op geloofwaardige wijze aan me wordt gepresenteerd (God, reïncarnatie, the Matrix), hou ik me aan deze levensinstelling. Op een dag komt er een einde aan al het gezeur en gezever, en hoef je niet langer moeilijke beslissingen te nemen, word je niet langer pijn aangedaan en – dat is nog het beste – is je angst voor de dood voorgoed genezen. Goed – alle mooie kanten van het leven gaan dan ook aan je voorbij, maar ja, je kunt niet alles hebben. Beter om daar nu gewoon van te genieten.Ik hoef dan ook geen 80 te worden – liever kwaliteit dan kwantiteit. (Veel films duren bijvoorbeeld ook veel te lang tegenwoordig: maar daar een andere post meer over.) Om de schurk uit de eerste Highlander-film te citeren: ‘I’ve got something to say: it’s better to burnout than to fade away.’ Nuff said lijkt me.

Categorieën
Film Media

Buffy the Vampire Slayer: Trendy bloedzuigers

In de hoogtijdagen van de cultserie Buffy the Vampire Slayer schreef ik samen met een studiegenoot een artikel voor het filmblad Skrien over mijn favoriete cheerleadende vampierenvechter. Wat mij betreft is Buffy een van de beste televisieserie sinds jaren geweest. (De dvd’s van de serie zijn tegenwoordig voor een leuk prijsje te koop – al laat de beeldkwaliteit daarvan helaas erg te wensen over.) Daarom deze nostalgische ‘herpublicatie’ van het betreffende artikel. Bite me! Trendy bloedzuigers in Buffy the Vampire Slayer “I’m the Slayer. Slay-er. Chosen one? She who hangs out a lot in cemeteries? Ask around. Look it up: ‘Slayer comma The.”Gekleed volgens de laatste mode en ruim een kop kleiner dan de vampieren die ze tegenover zich krijgt, bindt Buffy the Vampire Slayer iedere week de strijd aan tegen het kwaad. Ze wisselt klappen af met oneliners en is daardoor tegelijkertijd een lustobject, geëmancipeerde vrouw en comédienne. Het is precies deze combinatie die de serie zo’n succes maakt. Buffy Summers (Sarah Michelle Gellar) leidt een dubbelleven: overdag hangt ze in de collegebanken en ‘s avond maakt ze jacht op vampieren. Zij is de Vampire Slayer: iedere generatie wordt een meisje verkozen om tegen vampieren en demonen te vechten en om de wereld van de Apocalyps te behoeden. Buffy wordt bijgestaan door haar Watcher, Giles (Anthony Stewart Head) en haar vrienden. De Watcher traint haar en bezit een grote collectie literatuur waar de meest uiteenlopende demonen/vampieren opgezocht kunnen worden. Haar vrienden, Willow (Alyson Hannigan) en Xander (Nicholas Brendon), assisteren in de research, verzorgen de donuts en moeten vaak gered worden als ze Buffy ‘helpen’ met de jacht. Buffy The Vampire Slayer is een typisch voorbeeld van een recente Amerikaanse tienerserie en past in het rijtje van Charmed, Angel en Dawson’s Creek. In deze series staan de dagelijkse problemen van het tienerleven centraal: een periode die gekenmerkt wordt door verandering, onzekerheid, vriendschap, liefde, ontluikende seks en het anderszijn. Deze thema’s worden in Buffy uitvergroot en via metaforen aan de kaak gesteld door bovennatuurlijke elementen, zoals vampieren, demonen en andere wezens.Zo blijkt de (te) perfecte nieuwe vriend van Buffy’s moeder een doorgedraaide robot te zijn waar ze het tegen moet opnemen. In het begin wil niemand geloven dat hij kwaadwillend is, omdat ze denken dat Buffy dit zich inbeeldt: welk kind wantrouwt immers niet de nieuwe partner van zijn ouder? Een ander voorbeeld van het bovennatuurlijke is de outcast Jonathan die iedereen door een toverspreuk laat denken een soort James Bond te zijn. Hij is altijd het buitenbeentje geweest en probeert met allerlei mogelijke middelen geaccepteerd te worden. Iedere aflevering staat er een ander probleem centraal en door de metaforen zijn deze goed herkenbaar.Buffy’s kracht
De kracht van de serie komt voort uit een combinatie van factoren. De serie vormt een mix van verschillende televisie- en filmgenres. Daarmee is het een typisch product van deze (postmoderne) tijd. Naast de tienerelementen, wordt er op speelse wijze omgesprongen met kenmerken van de horrorfilm, actieseries en detectives: de graven, de zombies en vampieren dragen bij aan de horrorsfeer die de serie uitstraalt; de actiescènes kennen een goede choreografie en iedere aflevering moet er een mysterie opgelost worden. Alles wordt gebracht met een flinke dosis humor. In de aflevering ‘Never Kill a Boy on the First Date’ bijvoorbeeld, zegt Buffy als ze een vampier doodt: ‘We haven’t been properly introduced. I’m Buffy, and you’re history.’ De serie neemt zichzelf wel serieus, maar is zich ook bewust van de conventies waarmee ze speelt. Verder kent de serie doorlopende en goede verhaallijnen. Dit komt deels doordat de bedenker en creatief-leider van Buffy, Joss Whedon, een duidelijk idee heeft van wat hij wil met de serie en de personages. Hierdoor bevatten zelfs de opzichzelfstaande afleveringen elementen die de grote ontwikkelingen voortstuwen. Zo ontwikkelen de personages zich steeds op een geloofwaardige manier. De verhoudingen tussen de personages veranderen en er vinden ingrijpende persoonlijke ontwikkelingen plaats. Willow ontwikkelt zich van een schuchtere computer-nerd tot een sterke, aantrekkelijke en krachtige heks. Xander neemt langzaam steeds meer verantwoordelijkheid op zich en verandert van onbezorgde tiener in een jong volwassen met een vaste baan.De personages in Buffy zijn archetypes en daardoor heel herkenbaar. Toch bieden ze meer dan alleen de standaard typeringen die we kennen uit bijvoorbeeld sitcoms. In sommige opzichten heeft Buffy nog veel weg van de leeghoofdige cheerleader die ze eerst was: ze maakt zich zorgen over haar uiterlijk, kleding, populariteit en vriendjes. Anderzijds kampt ze met de zware verantwoordelijkheid van het slayer-zijn, haar gemengde gevoelens hierover en de onzekere toekomst die ze tegemoet gaat. Deze uitersten maken haar tot een complex personage. Familiebanden
De band tussen de personages is hecht en doet denken aan een familie. Daarbij vervult de Watcher de vaderrol. Hij ontfermt zich over zijn kroost: Buffy, Willow en Xander. Deze familie verschilt echter van ‘normale’ families, doordat nieuwe leden allemaal een bovennatuurlijk element in zich dragen. Zo is de vriendin van Xander een voormalige wraakdemon, de vriendin van Willow een heks en blijkt Buffy’s zusje een sleutel tot een andere dimensie te zijn. De dialogen tussen de personages zijn snel en humoristisch. Ze spreken in de taal en slang van nu. Buffy is popcultuur: we zien hedendaagse thema’s terug in de serie, de soundtrack wordt hier en daar aangevuld met (alternatieve) popmuziek en zelfs de vampieren gaan met hun tijd mee. Een thema als bijvoorbeeld biseksualiteit wordt niet geschuwd. Zo krijgt Willow een relatie met een studiegenote. Dit is zowel voor haar als haar vrienden verassend. Buffy is het schoolvoorbeeld van de postfeministische en zelfstandige vrouw die de traditionele mannelijke heldenrol op zich neemt. Ze vecht zonder haar vrouwelijkheid te verliezen. Daarmee verbeeldt de serie overheersende sociale tendensen die we ook terugzien in series als Charmed, Dark Angel en La Femme Nikita. Wat Buffy met Charmed en een serie als The X-Files deelt, zijn de bovennatuurlijke elementen die sterk naar voren komen. Hiermee voldoen ze aan de vraag naar magische/fantasievolle narratieven in deze tijd. Dit verklaart voor een deel het succes van deze series. Juist omdat ze zo goed aansluiten bij de tijdsgeest van nu en een verbeelding zijn van de popcultuur, is het nog maar de vraag of ze over tien jaar niet heel gedateerd over komen.Vampire Cult
De serie kent een grote cult-following. Naast de officiële Buffy site zijn er vele websites gewijd aan de Slayer. Messageboards, forums en chatsessies maken een actieve fanparticipatie mogelijk. Op deze virtuele ontmoetingsplaatsen wisselen fans ideeën uit, praten ze over plotlijnen, personages en het verdere verloop van de serie of kunnen ze de identiteit van een van de karakters aannemen in role-playing games. Daarbij is het mogelijk om verschillende soorten merchandise aan te schaffen als: t-shirts, strips, posters, tijdschriften, poppetjes, boeken, dvd’s en video’s. Hiermee verschilt de serie eigenlijk niet van andere Amerikaanse hitseries.Buffy onderscheidt zich wel van een andere series door de hoge productiewaarden. De serie heeft een filmische stijl en wordt gedraaid op 35mm film, wat het beeld een extra diepte geeft. Daarnaast worden de scènes minutieus voorbereid en neemt men de tijd om alles er zo goed mogelijk op te krijgen. Een zeldzaam gegeven in televisieland. De jonge groep acteurs speelt overtuigend en behoort tot de generatie spelers die praktisch voor de camera zijn opgegroeid. De herkenbare thematiek en personages, humor en hoge productiewaarden maken van Buffy the Vampire Slayer een van de meest interessante series van dit moment. Michael Minneboo & Irene Boll Lees ook (of niet): Hey Buffy!

Categorieën
Mike's notities

Column: Natte vingerwerk

Soms lijkt het leven net een telsell-commercial.Al een week of twee loop ik met een of ander halfgaar virus onder de leden. Geen idee wat het is, maar er last van heb ik wel. Kilo’s fruit, een – voor mijn doen – opvallend gezond dieet en veel rust mochten geen soelaas bieden. Mijn huisarts had me telefonisch een homeopathisch middel voorgeschreven, dus ging ik vol goede hoop naar het Zorgcentrum bij mij om de hoek. Het medicijn hadden ze echter niet op voorraad. Gelukkig hadden ze wel een hoop andere goedjes die ik zou kunnen slikken om beter te worden, verzekerde de verkoopster mij. In de winkel werd een nieuwe diagnose als volgt gesteld. Ik moest de duim en wijsvinger van mijn rechterhand met kracht tegen elkaar aandrukken. De verkoopster legde in mijn linkerhand een verpakt medicijn en begon aan mijn duim en wijsvinger te trekken. Wanneer het haar lukte mijn duim en wijsvinger van elkaar te scheiden, betekende dit dat mijn lichaam aangaf dat ik het betreffende medicijn niet nodig had: mijn lijf had er geen behoefte aan. Wanneer mijn vingers stijf op elkaar bleven, betekende dit dat ik het medicijn wél nodig had om beter te worden. Toen dit bij een weerstandversterkend middel het geval was, riep de verkoopster hardop de dosering; corresponderend met de uitkomst van de vingeroefening werd ook deze moeiteloos vastgesteld. Dit was het middel wat me zeker beter zou maken. Of ik even 45 euro wilde neertellen – effect gegarandeerd. Ook een collega van de verkoopster, een aantrekkelijke jongedame die er allesbehalve ziek uitzag, vertelde me met een stralend gezicht dat ze toevallig die ochtend hetzelfde middel had ingenomen toen ze zich niet zo lekker voelde. En kijk nu, ze voelde zich weer helemaal top. En dat slechts in een paar uur. Nu had ik last van koorts en voelde het misschien daardoor alsof ik in een foute telsell-commercial was beland. Noem me sceptisch, maar ik vind het moeilijk te geloven dat de bovenbeschreven vingeroefening op vakkundige wijze kan aangeven wat je lijf wel of niet nodig heeft. Natuurlijk geeft het lichaam een hoop aan en kan het geen kwaad om goed naar ons eigen biosysteem te luisteren, maar het moet wel reëel blijven: anders kun je net zo goed een Biostabiel om je nek hangen. Toen ik even later de winkel verdwaasd verliet, had ik dan ook niets gekocht. Toch maar gewoon fruit eten en goed uitrusten bedacht ik me.