Categorieën
Striprecensie Strips

Striprecensie: Mad nummer 1

Sinds 1994 lag er geen Nederlandse Mad in de schappen, maar daar is nu verandering in gekomen. Dankzij de inspanningen van hoofdredacteur Ger Apeldoorn, Mad-kenner bij uitstek, en uitgever Rob van Bavel, kunnen we sinds eind september weer een Nederlandstalige Mad lezen.

De content in het magazine is deels gemaakt door Nederlandse schrijvers en stripmakers. De rest is een selectie van de Amerikaanse Mad, zoals een parodie op The Big Bang Theory, ‘Mads kijk op kookprogramma’s’ en Spy vs Spy – de klassieke strip van Peter Kuper die niet in Mad mag ontbreken over welke taaleditie we ook spreken.

Hufters
De tekenstijlen van de Nederlandse bijdragen passen goed bij de Amerikaanse inzendingen. In dat opzicht is het magazine dus een geheel geworden. Van de Nederlandse bijdragen vind ik de serie ‘Mars rekent af met hufters’ het meest geslaagd. De stijl van Mars Gremmen past naadloos in de Mad en hij komt bovendien grappig uit de hoek. En dat is mooi meegenomen in een satirisch blad.

Ook grappig is de rubriek ‘Gestript: stripfiguren over hun naakte lichaam’, waarmee schrijver Bastiaan Geleijnse (Fokke & Sukke) een geslaagde parodie maakt op de rubriek ‘Anybody’ uit de Viva.Deze aflevering vertellen Asterix en Obelix welke delen van hun lichaam ze fijn vinden en welke niet. Asterix blijkt nogal groot geschapen te zijn maar wat onzeker te zijn over zijn schouders. Obelix is ervan overtuigd een goddelijk lichaam te hebben. Nozzman tekende de lijven van de helden.

Herman Roozen maakte de geslaagde paginalange gagstrip Een avond in Toomler.

Tekst: Ger Apeldoorn Illustratie: David de Rooij

Coupe Tintin
Verder vond ik Nieuwe kapsels voor Geert Wilders erg grappig: hierin wordt het hoofd van de politicus telkens van een ander kapsel voorzien. De coupe Tintin staat hem steevast het beste, maar ook het playmobil-hoofd past bij hem en als hofnar van de Tweede Kamer mag de coupe tv-clown natuurlijk niet ontbreken. Daar komen vast Kamervragen van.

Niet alles in deze Mad stimuleerde mijn lachspieren. Wanneer de grappen het niveau afzeikhumor niet ontstijgen haak ik meestal af. Tv-coryfee Linda de Mol is duidelijk het doelwit van deze eerste Mad. Leuk dat iedereen die Linda de Mol heet een gratis abonnement krijgt aangeboden, maar naamverbasteringen als Linda de Snol zijn wel erg belegen en makkelijk.

Gert Jan Dröge
Minder vrolijk werd ik van een parodie op de smaakpolitie. Hierin gaat Get Jan Dreuge op pad om te kijken hoe het gesteld is met de hygiëne in de keukens van societyminnend TV-land. Vreemd dat ze Dröge voor deze rol hebben gecast, want hij is immers al een tijdje dood. Beetje oubollig dus of lag deze strip nog ergens op de plank? Dröges aanwezigheid leidt tot een weinig opzienbarende conclusie van de strip. De flauwe tekst is van John Croezen. De karikaturen van BN’ers door René Uilenbroek zijn wel geslaagd.

Kortom, niet alles kon mij bekoren van de Nederlandse Mad. Maar humor is net zo smaakgebonden als hoe sterk je je koffie drinkt, dus wellicht kunnen anderen wel om de dingen lachen die mij niet aanstonden. Er kijken immers ook nog steeds volkstammen naar zenders als RTL-4 en SBS. Het eerste nummer van Mad maakt een overwegend positieve indruk, een bemoedigende eerste poging om een Nederlandse editie van Mad op de markt te brengen. Je moet een nieuw tijdschrift en zijn redactie altijd een tijdje gunnen voordat ze de juiste formule in de vingers hebben. Ik ben dan ook benieuwd hoe de Nederlandse Mad zich gaat ontwikkelen en waar de redactie in het tweede nummer mee komt.

Categorieën
Media

Linda niet onthuld in Zomergasten?

Zondagavond. Televisiepersoonlijkheid Linda de Mol zit aan de tafel bij Joris Luyendijk. De laatste zomergasten van het seizoen. Ik bekijk het programma met een half oog, maar raak gaandeweg meer gefascineerd door het beeld waarin Linda zich schijnbaar bloot geeft, maar toch ook weer niet. De Mol is al op televisie te zien sinds haar negentiende. Mijn eerste Linda-kijkervaring was de DJ Kat Show, een kinderprogramma waarin ze een opstandige kat als co-presentator had. Sindsdien ben ik haar min of meer uit het oog verloren: de programma’s die ze presenteert zijn doorgaans niet mijn stiel en naar Talpa keek ik nooit. (Wie wel?) Rolmodel
Zoals bekend is ze allang niet alleen maar een presentatrice: ze acteert en heeft haar eigen succesvolle glossy. In de afgelopen jaren is ze een echte mediapersoonlijkheid geworden. Een ambitieuze vrouw met vele talenten die bewondering afdwingt en een duidelijk rolmodel is. Wie schuilt er achter dit rolmodel? Die vraag beantwoorden is de opdracht die Luyendijk zichzelf heeft gegeven. Linda geeft tijdens het gesprek een paar keer aan dat ze bepaalde zaken graag voor zichzelf wil houden – het publiek hoeft immers niet alles te weten. Hoewel Luyendijk moeite doet om het mens achter het ‘merk Linda’ te ontrafelen, slaagt hij hier niet in. Hij erkent zijn nederlaag dan ook aan het einde van het programma. Het maakbare lichaam
Dat we niets over Linda te weten komen is echter schijn. Linda komt meerdere malen terug op het feit dat ze, zoals ieder mens, onzeker voelt over haar uiterlijk. Het thema van het schoonheidsideaal en de maakbaarheid van het lichaam is een rode draad in het programma. (Mooie fragmenten van de documentaire Beperkt houdbaar van Sunny Bergman en een Engels televisieprogramma waarin op originele wijze het zelfvertrouwen van onzekere vrouwen wordt vergroot.) Ook Linda ontkomt niet aan dit ideaal: ze heeft wat botox laten inspuiten om haar gezicht wat strakker te trekken. (Welke televisiepersoonlijkheid niet, vraag ik me af.)Toen de redactie van het blad Linda besloot een statement te maken tegen het geretoucheerde ideaalbeeld van de vrouw zou ook de naamgenoot van het blad onbewerkt op de cover verschijnen. Linda trainde zes weken lang om te proberen die photoshop-look alsnog te evenaren. Een dubbele boodschap wellicht, maar begrijpelijk als je in de spotlight staat en iedereen op elk vers kraaienpootje let. Ongelijke strijd
Ambivalent of niet, het is bewonderenswaardig dat Linda dit thema aanpakt tijdens haar zomergastenuitzending. Het maakt haar wederom sympathiek – een woord dat vaker met het imago van Linda de Mol wordt verbonden.Het merk Linda geheel ontrafelen is Luyendijk inderdaad niet gelukt. Misschien is de manier waarop hij zijn gasten benadert te aardig (hoeveel complimentjes kan een gastheer zijn tafelgenote geven?); zachte heelmeesters maken immers stinkende wonden. Misschien onderbreekt hij haar net te vaak op de momenten dat ze wel méér wil vertellen. Misschien was het een ongelijke strijd: mediavrouw als ze is, geeft Linda nergens de regie uit handen. Toch zijn het enkele leerzame uren voor de mensen die geïnteresseerd zijn in Linda de Mol. Na drie uur weten we van Linda dat ze zich onzeker voelt, dat ze gelooft in de plannen van haar broer John (‘Talpa had ook best goede programma’s’, zegt ze overtuigd) en dat ze in alles de beste wil zijn. Eerlijk gezegd lijkt me dat meer dan genoeg informatie. Ik mag Linda dan een sympathieke vrouw vinden, ik hoef niet het naadje van haar kous te weten.De liefhebber kan aanstaande zaterdag om 13.10 de herhaling van het programma bekijken.