Categorieën
Film Frames

Magnum Force: Ik geloof in Dirty Harry

Donderdagavond deed ik maar weer eens een DVD’tje van Dirty Harry in de player: Magnum Force, de tweede aflevering uit de reeks rondom de keiharde rechercheur gestalte gegeven door Clint Eastwood.

Dirty Harry, ik kan er geen genoeg van krijgen. Een paar jaar geleden kocht ik de box met alle vijf Harry-films en nu ben ik ze langzaamaan nog een keer aan het kijken. Ik hou van Eastwood als acteur, maar van zijn rol als Harry Callahan in het bijzonder. De rauwe smeris die er geen problemen mee heeft om tuig neer te knallen als dat nodig is, was het cinematografische antwoord op de onrusten uit begin jaren zeventig, een tijd waarin criminelen soms meer rechten leken te hebben dan de slachtoffers. Een tijd die volgens mij nog niet voorbij is.

In Magnum Force (Ted Post, 1973) gaat het allemaal nog een stapje verder: Harry houdt zich immers aan de wet en schiet alleen criminelen dood als hij echt niet anders kan. Nu krijgt hij te maken met een groep jonge motoragenten die misdadigers omleggen die, door het falen van het rechtsysteem, hun straf ontlopen. De politie die eigen rechter gaat spelen, dat kan natuurlijk niet. Dat soort acties moet je aan The Punisher overlaten.

dirty_harry_magnum_force_01 dirty_harry_magnum_force_02 dirty_harry_magnum_force_03Hoewel ik soms graag zou willen dat er smerissen zijn als Harry. Ik vind het bijvoorbeeld heel gek dat we in Nederland psychopaten als Willem Holleeder bijna knuffelend benaderen en zo’n kerel een column in Nieuwe Revu geven. En een inbreker moet je ook gewoon je huis uit kunnen slaan. Daarmee wil ik natuurlijk niet zeggen dat ik een voorstander ben van nodeloos politiegeweld, maar wel van een harde aanpak van zware criminelen.

Toen de films rondom Dirty Harry uitkwamen, werd zijn gedrag door critici als fascistisch bestempeld. Harry heeft er sadistisch genoegen in om menselijk onkruid bang te maken, vooral voor zijn .44 Magnum Smith & Wesson Model 29. Zie dit fragment uit Dirty Harry (Don Siegel, 1971):

Ook buigt Callahan de wet nog wel eens en gaat hij in tegen de wil van superieuren. Een maverick cop wars van bureaucratie, want die houdt de misdaadbestrijding alleen maar tegen. Maar zoals we ook weten uit films als Beverly Hills Cop en Lethal Weapon kan een cop in Hollywood-cinema eigenlijk alleen maar effectief de misdaad bestrijden als hij zijn eigen weg gaat en vooral niet luistert naar zijn superieuren. En bij het uitvoeren van zijn taak vuurt Harry net zo makkelijk gevatte opmerkingen als kogels af. In Magnum Force, scenario John Milius en Michael Cimino, is zijn standaardzinnetje ‘A man’s got to know his limitations’. Een man moet zijn beperkingen kennen en weten waar zijn grens ligt. Zomaar misdadigers executeren gaat Harry dus te ver, daar trekt hij zijn grens.

Vigilante
De motoragenten staan tegenover Harry’s ideologie, ook al willen beide partijen de wereld een beetje veiliger maken. Kevin J. Olson beschrijft die tegenstelling duidelijk op zijn blog:

Eastwood wanted this script written to show that Harry – even though he has an extreme view of justice – wasn’t a full-fledged vigilante. He still believes in the law just not the version that society in practicing. He tells his Lieutenant that he’s just waiting for a good version of the law to come around, but he is trying to uphold the law because without it there’s anarchy. And that’s the difference between Harry and the death squad: he’s unwilling to let anarchy rule even though these cops are killing murderers and drug dealers.

dirty_harry_magnum_force_04San Francisco
Ik geniet extra van deze filmreeks omdat de meeste afleveringen in San Francisco zijn opgenomen. Daarom doen de Dirty Harry-films me altijd aan mijn opa en oma denken. Die reisden vanaf eind jaren zeventig, begin jaren tachtig altijd naar de Verenigde Staten om hun twee zoons te bezoeken. Twee van mijn ooms zijn namelijk geëmigreerd naar Amerika. Zelf heb ik in de jaren negentig een jaar gewoond in de Bay Area. Vanuit mijn appartement in Berkeley kon ik bijna San Francisco zien liggen aan de baai. Ik heb de stad dan ook vaak bezocht. Hoewel de Harry-films in de jaren zeventig en tachtig spelen, zijn ze voor mij toch een fijn nostalgisch weerzien.

Puik camerawerk
Tot slot: het camerawerk van Frank Stanley in Magnum Force is fantastisch. In de openingsscène zien we hoe een verdachte zakenman de rechtbank verlaat. Helaas konden ze hem niet veroordelen (hoewel hij schuldig is.) De man en zijn gevolg banen zich een weg door de reporters die hem vragen stellen en buiten proberen ze door de protesterende massa zijn auto te bereiken. Die scène is heel effectief gedraaid door de camera in de massa mee te laten lopen. Ook zijn er schots vanuit de auto gedraaid: via de smalle raampjes zien we de woedende betogers dreigend bij de auto staan, soms op het voertuig slaand. De cameravoering brengt goed het claustrofobische gevoel over dat het personage moet ervaren.

dirty_harry_magnum_force_07 dirty_harry_magnum_force_08

Als een paar scènes later de malafide zakenman en zijn entourage worden benaderd door een motoragent, zien we die agent naar de auto toelopen. De camera is vastgemaakt op de motor. Het grappige effect daarvan komt wanneer de motor door de agent op zijn standaard wordt gezet en de camera met de motor mee kantelt:

Ik zal het ongetwijfeld mis hebben, maar toch heb ik het idee dat we dit soort inventief camerawerk moeten missen bij de huidige 3D-films die in de bios draaien.

Wat ik wel jammer vond aan Magnum Force is dat het liefje in de film, de buurvrouw die met Callahan het bed in duikt, erg onderbelicht blijft. Ze hadden Adele Yoshioka wel wat meer screentijd mogen geven. Dat had Harry een meer menselijker kant gegeven en ook haar personage wat diepgang gegeven. Nu is ze eigenlijk niet veel meer dan een klein radartje in de plot. Datzelfde gaat op voor de motoragenten: ik had graag meer van hun motivatie vernomen, nu is de tegenstelling tussen hen en Harry wel erg zwart-wit.

dirty_harry_magnum_force_05 dirty_harry_magnum_force_06Sommige screenshots zijn afkomstig van Cool Ass Cinema

[hr]

Waarom de rubriek Frames?
De verhalen die we lezen en zien maken net zo goed deel uit van onze levensloop als de gebeurtenissen die we in reallife meemaken. In de rubriek Frames verzamel ik stills uit de films die ik heb gezien om zo die herinneringen te kunnen bewaren en koesteren.

Categorieën
Striprecensie Strips

Striprecensie: Love in Vain – Robert Johnson 1911-1938

In de biografische striproman Love in Vain – Robert Johnson 1911-1938 wordt het leven van blueslegende Robert Johnson verhaald. Mooi op papier gezet door Mezzo, maar het verhaal van J.M. Dupont is helaas oppervlakkig.

Robert Johnson werd slechts 27, liet een twintigtal songs na en heeft slechts twee opnamesessies in zijn leven bijgewoond. Toch wordt hij beschouwd als een van de invloedrijkste bluesartiesten aller tijden. Hij inspireerde onder andere the Rolling Stones, Bob Dylan, Eric Clapton en the White Stripes, die allen veel succes hebben gehad of hebben in de popmuziek.

Over Johnson gaat het verhaal dat hij een deal sloot met de duivel en dat hij in ruil voor zijn ziel uitmuntend gitaar kon spelen. In Love in Vain is het Satan zelf die deze mythe ontkracht – hij is tevens de verteller van deze strip.

De bluesmuzikant werd vergiftigd tijdens een optreden, waarschijnlijk door een rivaal in de liefde. Hoewel hij dat overleefde, stierf hij enkele dagen later aan longontsteking die zijn door drank en syfilis verteerde lijf de das omdeed.

love_in_vainSchoolse samenvatting
Scenarist Jean-Michel Dupont doet verslag van Johnsons relatief korte leven, van de wieg tot het graf. Goed gedocumenteerd en degelijk. De vertelling leunt zwaar op captions die als rode draad de ultrakorte scènes aan elkaar rijgt. Hoewel dit resulteert in een aardige samenvatting, blijft Robert Johnson hierdoor een personage waarover verteld wordt zonder dat hij echt tot leven komt. Dupont observeert Johnson van een afstand en hierdoor wordt hij nooit een personage dat we goed leren kennen of wiens motivaties of zielenroerselen we begrijpen, simpelweg omdat we daar geen toegang tot krijgen. Love in Vain blijft dus aan de oppervlakte zweven, iets waar meer biografische strips last van hebben, zoals de striproman over Robert Moses die ik eerder recenseerde.

Burns
De sterke tekeningen van Mezzo (De vliegenkoning) weten de aandacht vast te houden en zijn bijna allemaal individueel in te lijsten en aan een muur te hangen. Mezzo’s stijl doet mij erg denken aan die van Charles Burns. Die werkt ook in zwart-wit en in zijn tekeningen voeren grote zwarte vlakken ook de boventoon. Achter in het boek zijn songteksten van Johnson opgenomen. Deze teksten worden vergezeld van sfeervolle houtskooltekeningen van Mezzo, zoals deze:

love_in_vain_2Love in Vain is een mooi verzorgde uitgave van Sherpa die geïnteresseerden in bluesmuziek en Robert Johnson in het bijzonder, niet mogen laten liggen.

J.M. Dupont & Mezzo. Love in Vain – Robert Johnson 1911-1938.
Uitgeverij Sherpa, € 24,95.
Er is ook een editie met gesigneerde ex libris, verkrijgbaar voor €39,95.

https://www.youtube.com/watch?v=qpevZxy5398

Categorieën
English Striprecensie Strips

Review: Trees by Warren Ellis and Jason Howard

Trees, volume 1: In Shadow by Warren Ellis (Transmetropolitan, The Authority) and Jason Howard is something else. Trees is a great science fiction story that presents a new perspective on the theme of alien-invasion. Like all good science fiction, Trees is an exploration of human nature in alienating and trying circumstances.

Trees_vol1-coverTen years ago we discovered there is intelligent life in the universe: large black obelisks came down from the sky and landed on different places on earth. These big shapes wrecked their surroundings wherever they landed, destroying whole city blocks. Humanity panicked, but ‘the trees’ as people call them all but ignored humans all together. They don’t recognize us as intelligent or alive. Basically they just stand there, sometimes dumping toxic waste on their surroundings.

Now, ten years later, people have accepted these ‘trees’ and life goes on as well as possible. Writer Warren Ellis focuses on five locations on earth to show how the presence of the trees has changed our lives and how people adapted to them. In China a young artist arrives in the special cultural zone of a city under a tree and starts a journey of self-discovery. In Italy a young woman under protection of her boyfriend, the leader of a fascist gang that rules the city, meets an older man who will teach her survival skills so she can move up the social ladder. In Svalbard, one of the members of a research team is about to discover that the trees may not be dormant after all. The Somalian president starts placing artillery on the trees to demonstrate his military power, and in New York a Democrat is running for mayor in a city that’s been utterly transformed when the trees landed – Manhattan flooded when the trees landed on the cityscape.

Panel from Trees by Warren Ellis and Jason Howard.
Panel from Trees by Warren Ellis and Jason Howard.

In the first eight comics that are collected in Trees, Volume one: In Shadow, Ellis focuses most on the young artist, the Italian woman and the research team. Rightly so, because these three storylines concentrate on the characters and their development, whereas the other plotlines are more concerned with the politics of a world covered by the trees. At the moment they seem less interesting than the more personal storylines, but my guess is the political issues will be explored in later comic book issues.

I especially liked the story about Tian Chenglei, the young artist who is the new arrival in the city of Shu, a special cultural zone in China. Chenglei tries to find his place within a community of free thinkers, artists, homosexuals and transgenders and starts to explore his own sexuality.

trees_02

Jason Howard‘s artwork has an energetic feel to it. Howard’s love for cross-hatching gives the art a sketchy kind of look, while at the same time he gives a detailed impression of the scenery. All major locations in the book have their own distinctive look and feel, and these settings really sell the story. For the facial expressions Howard seems to use a sort of short-hand: they sometimes are lacking subtlety.

At first glance the cover of Trees reminded me of the film poster of David Lynch’s Eraserhead with Jack Nance wearing that goofy haircut, but although the trees are weird, Ellis’s story isn’t as strange as any of Lynch’s films. Trees isn’t less fascinating, though.

This review was written for and published on the wonderful blog of the American Book Center.

Categorieën
Media

Hoe fake is Twitter?

Opvallend genoeg heb ik op Twitter de laatste paar weken er aardig wat volgers bij gekregen. Daar zitten ook veel Engelstalige accounts tussen, waarvan ik niet zeker weet of hier nu een oprecht mens achter zit of dat het een marketing/spamaccount betreft. Sommige van die accounts bestaan vaak uit alleen maar retweets van anderen dus die vallen snel door de mand, maar andere accounts lijken, voelen en ruiken net echt.

Het wordt steeds moeilijker om op Twitter de echte van de spamaccounts te onderscheiden. Of die spammers worden steeds slimmer, of iedereen op twitter is een zelfbevlekkende marketeer geworden.

Zeg het maar, want ik weet het niet.

Daarnaast word ik ook steeds meer gevolgd door mensen die me iets proberen aan te smeren of duidelijk een product verkopen, dus over hen heb ik het niet, want die geven duidelijk aan dat ze alleen vanwege de verkoop op Twitter actief zijn.

Categorieën
Minneboo leest Strips

Minneboo leest: Cythraul – De grot der herinnering

Sherpa geeft klassieke albums van Andreas opnieuw uit en dat is goed nieuws voor de liefhebber van zijn fantastische fantasierijke verhalen.

Als jonge striplezer haalde ik veel strips uit de bibliotheek. De bieb in Hoorn had een aardige diverse collectie reeksen en albums. Zo ontdekte ik onder andere De duistere steden van Schuiten en Peeters en het werk van Andreas Martens die onder zijn voornaam publiceert. Vaak begreep ik de verhalen niet helemaal, maar genoot ik wel van de prachtige tekeningen van deze professionele stripmakers.

Cythraul_cover

Andreas Martens (1951) is een Duitse striptekenaar en stripscenarist, vooral bekend van reeksen als Rork, Arq en Capricornus. Hij maakt fantasierijke verhalen die niet altijd even makkelijk te duiden zijn, maar waarin het unieke handschrift van de tekenaar altijd goed herkenbaar is.

Cyrrus_Mil_coverUitgeverij Sherpa heeft recent twee klassiekers van Andreas opnieuw uitgegeven: Cyrrus – Mil, misschien wel Andreas’ meest raadselachtige vertelling, en Cythraul – De grot der herinnering. Hierin heeft een acteur een moord gepleegd en is op de vlucht. Hij komt op de nacht van Samhain (Halloween) op een het Bretonse platteland terecht en vindt onderdak bij een vriendelijk echtpaar dat hem vertelt over een plaatselijke legende van een rijke druïde die met zijn schat is begraven en wat de vermoedelijke locatie daarvan is. Uiteraard gaat de acteur de volgende dag op zoek en al snel vermengt zijn leven zich met de oude legende. Gaandeweg onthult Andreas het hoe en waarom van de moord, maar daarmee is de kous nog niet af.

Cythraul - detail.
Cythraul – detail.

De grot der herinnering is gebaseerd op bestaande Keltische verhalen en legenden en een ode aan Bretagne, het Franse schiereiland waar Andreas al meer dan dertig jaar woont. Het verhaal is een stuk toegankelijker dan Cyrrus – Mil. Dat verhaal is even indrukwekkend gevisualiseerd, maar door ingewikkelde tijdsparadoxen een behoorlijke puzzel.

Bij het lezen besefte ik dat Cythraul – De grot der herinnering  een van de albums is die ik destijds in de bibliotheek in Hoorn leende. Deze strip stamt uit 1981 en is nu in een oplage van 750 exemplaren verschenen. 75 exemplaren werden voorzien van twee extra prenten: een ingelijmde prent gesigneerd door de tekenaar en een losse prent die tussen pagina’s 32 en 33 gevoegd kan worden. Deze plaat maakte deel uit van de oorspronkelijke publicatie in Kuifje weekblad maar was niet bestemd voor de albumuitgave.

Andreas. Cythraul – De grot der herinnering.
Sherpa, € 24,95

Andreas Cyrrus / Mil
Sherpa, € 24,95

[hr]

Daarom Minneboo leest:
Als stripjournalist wil ik zoveel mogelijk strips onder de aandacht brengen. Daarom heb ik de rubriek Minneboo leest in het leven geroepen, om te laten zien hoe rijk en divers het medium strip kan zijn. De artikelen in deze rubriek zijn geen recensies (die teksten staan gepubliceerd in de bijhorende rubriek), maar kunnen thematisch zijn, een tekenstijl belichten of simpelweg een nieuwe uitgave kort aanstippen.

Categorieën
Fotoblog

Cactus

cactus_bakkerswinkel1Linda en ik zaten even koffie te drinken bij de Bakkerswinkel op het Westergasfabrieksterrein. Af en toe duwde een rukwind spullen van tafel. Deze cactus bleef gelukkig rustig staan. Zijn broertje was minder gelukkig en vloog door de lucht.
Categorieën
Fotoblog Mike's notities

School’s Out for Summer

Het viel me eigenlijk meteen op toen ik vanmorgen de keuken in liep: het schoolplein achter ons huis was verlaten. Yes! Het is weer zomervakantie.

schoolplein_juni_2015Toen we dit huurhuis aangeboden kregen, twijfelden we nog: is het wel handig om een basisschool aan de achterkant te hebben, want spelende kinderen maken een hoop herrie. En dat doen ze ook, maar in de praktijk valt het erg mee: de verschillende groepen worden maar een paar keer per dag gelucht, en aangezien mijn werkkamer aan de andere kant van huis zit, hoor ik de kids bijna niet als ik de deur dicht houdt. Goed, in de zomer hoor je ze wat luider, want dan hebben we de ramen noodzakelijkerwijs open staan.

Blij dus dat we toch voor het huis met het prachtige uitzicht aan de voorkant hebben gekozen. En, het voordeel van het schoolplein is dat je niet meteen bij de buren naar binnenkijkt, wat we in het vorige huis wel hadden.

En nu is het dus zomervakantie: aan de achterkant dus lekker zes weken lang rust. Als kind leken die zes weken heel wat. Toch, halverwege begon ik alweer de weken naar de eerste schooldag af te strepen. Nog maar drie weken vrij, nog maar twintig dagen vrij, nog maar negentien dagen vrij…

Gelukkig heb ik het daar deze zomer te druk voor.

Categorieën
Mike's notities

‘I’m melting! I’m melting!’

Als iemand ooit een petitie opstelt om de zomer af te schaffen zal ik de eerste zijn die zijn handtekening zet. Ik haat de zomer!

De zomer is voor mij muggen die je ’s nachts wakker houden; tot diep in de nacht herrie omdat het raam niet dicht kan en overdag brak als een zombie de tijd uitzitten totdat het weer herfst wordt. Het zijn futloze en verloren dagen.

Ik geef toe: ik kan heel slecht tegen warm weer. Boven de 25 graden functioneer ik niet meer naar behoren. Toen het van de week 29 graden in huis was, werd het schrijven van coherente zinnen een behoorlijke uitdaging. Eigenlijk ben ik een vampier met een kloppend hart: zodra ik de zon op mijn huid voel, begint mijn lijf te roken en te branden.

Van de week was ik drie dagen op een conferentie over comics aan de Universiteit van Amsterdam. Daar werden interessante lezingen gegeven over het beeldverhaal. Toch: concentratie en wetenschappelijke lezingen gaan niet samen met klaslokalen die dienstdoen als sauna en waar geen raampje open kan, wat dus het geval is in de zolderlokalen van UvA’s Oudemanhuispoort. Dat het in het Nederlandse universitair onderwijs soms heet aan toe gaat, is een understatement.

Op weg naar huis liep ik door een schaduwloos Amsterdam in de brandende zon die de huid van mijn botten deed smelten. Ik voelde me uiteindelijk als het personage in deze treffende illustratie van Suus van den Akker die me weer zo vrolijk maakt dat het meteen een paar graden koeler lijkt:

bloody_hot suusvdakker

Categorieën
Striprecensie Strips

Striprecensie: Jim Curious – Reis naar de diepten van de oceaan

In Jim Curious: Reis naar de diepten van de oceaan neemt de Franse stripmaker Matthias Picard ons mee naar een wondere wereld in een tekstloos album met prachtige tekeningen.

Eerste bladzijde van Jim Curious.
Eerste bladzijde van Jim Curious.

Voor mij begint het plezier al op de eerste bladzijde: Jim Curious stapt in zijn lekker ouderwetse duikerspak uit huis. Met grote, onhandige stappen loopt hij naar het water en klimt op een trapje het water in. Picard laat het er allemaal grappig uitzien:

Dan komt Curious in een wondere wereld vol met allerlei prachtige vissen en planten. Er schuilt ook gevaar: een enorme haai heeft het op Jim voorzien bijvoorbeeld, en die ziet er extra indrukwekkend uit door het 3D-effect. We moeten namelijk een ouderwets rood-blauw-brilletje op zetten om dit album te kunnen lezen.

Een fan van 3D-films ben ik niet: zelden voegt het driedimensionale effect iets aan de kijkervaring toe, behalve wat hoofdpijn wellicht. De meeste filmmakers gebruiken de techniek niet op narratief vlak, waardoor het op het niveau van gimmick blijft steken. Ik vond het 3D-effect in Jim Curious goed werken, want het versterkt het gevoel van verwondering voor alle bijzonderheden die Curious onderwater tegenkomt, zoals een gezonken galjoen met schatkist en de verzonken stad Atlantis.

jim_curious

Uitgeverij Bries levert twee 3D-brilletjes bij het boek, zodat voorlezer en kind samen naar de illustraties kunnen kijken. Het verhaal en de gedetailleerde tekeningen laten veel ruimte om er zelf van alles bij te verzinnen, wat het volgens mij tot een prima voorleesboek maakt dat je keer op keer open kunt slaan. En als kinderloze volwassene had ik er ook veel plezier van trouwens.

Matthias Picard. Jim Curious: Reis naar de diepten van de oceaan
Bries, € 20

Categorieën
Striprecensie Strips

Striprecensie: Het experiment van Nicolas Debon

Boeken waar je wat van opsteekt, daar hou ik van. Zoals Het experiment van Nicolas Debon.

het-experiment-coverHet experiment is gebaseerd op het waargebeurde verhaal van Fortuné Henry, anarchist en revolutionair. In 1903 vestigde Henry zich in een verlaten vallei in het Ardennenwoud om los van de burgermaatschappij een vreedzaam leven te kunnen leiden. Al snel wordt hij bijgestaan door kameraden en eensgezinden. Samen willen ze een utopische gemeenschap stichten. Dat kan natuurlijk nooit lang goed gaan, zou je denken en Debon laat zien hoe de groep langzaam uiteenvalt. Vooral Fortuné, de stichter en zo’n beetje het cement van de gemeenschap, is op een gegeven moment zo druk met het verdedigen en uitdragen van zijn idealen dat hij vergeet ze na te leven.

Debon vertelt schetsmatig, het verhaal leest als een gestroomlijnde samenvatting waarin bepaalde kernscènes volledig worden verhaald. Hij geeft de lezer ruimte om zelf te interpreteren en verder onderzoek te doen naar L’Essai (Het experiment, zoals de kolonie heet). Achter in het album geeft de auteur wat historische context en een bibliografie. Handig voor wie meer wil weten (en Frans kan lezen, want de genoemde titels zijn allemaal in het Frans.)

Schilderachtig
Debon visualiseert zijn verhaal op schilderachtige wijze en de platen waarin de natuur centraal staat, zijn sfeervol en treffend. De personages zet hij neer met een snelle toets. Gezichten blijven daardoor wat schematisch. Ook houdt Debon de camera wat op afstand en bedient zich opvallend weinig van close-ups. De meeste personages leren we dan ook niet echt kennen. Behalve Henry, want het verhaal wordt vanuit zijn perspectief vertelt. Misschien wilde Debon met zijn afstandelijke cameravoering dus aangeven dat het Henry meer gaat om het ideaal dan om de individuenen in zijn kolonie.

Het experiment is een interessant verhaal. Ik wist niet zo veel van deze geschiedenis, dus ik ben blij met dit soort beeldverhalen die een boeiend tijdsbeeld neerzetten. Een nieuwe samenleving stichten is een thema dat relevant blijft en nu misschien meer dan ooit. Als ik hoor wat voor domme plannen het kabinet allemaal voor ons in petto heeft (die vooral neerkomen op het uitknijpen van het volk om de laatste cent in de schatkist te krijgen), klinkt de maatschappij de rug toe keren om met een kleine groep mensen verder te leven, heel aantrekkelijk.

het-experiment-pagina

Slordigheden
Wat betreft de keuzen van de albums stelt Scratch Books, dat vorig jaar groot aankondigde kwaliteitsstrips uit te gaan geven, niet teleur. Redactioneel heeft men wel een steekje laten vallen. De vertaling en grafische verzorging van de stripromans is in handen van Studio Peter de Raaf. Net als De beeldhouwer van Scott McCloud zitten er in Het experiment enkele  tikfouten die de eindredacteur over het hoofd heeft gezien. Een voorbeeld uit een caption op pagina 54: ‘Tot grote vreugde van onze gasten waren wij zo nu en dan de acteurs in de voorstelling over ons eigen leven, dit tot grote vreugde van onze gasten…’

Jammer, juist omdat Debon zoveel moeite en aandacht heeft gestoken in zijn schilderachtige tekeningen.

Nicolas Debon. Het experiment.
Scratch Books, € 19,90.

Categorieën
Striprecensie Strips

Striprecensie: Robert Moses, de man die New York bouwde

Pierre Christin en Olivier Balez maakten een nogal schoolse biografische strip over de man die een duidelijke stempel op New York heeft gedrukt.

robert_moses_coverVan de jaren twintig tot de jaren zeventig van de vorige eeuw was Robert Moses de stadsplanner van New York. Hij heeft dus een flinke stempel gedrukt op een van de prachtigste steden op aarde. Moses liet talloze bruggen bouwen, liet een aantal van de beroemdste autosnelwegen van de stad aanleggen en verrijkte de stad middels parkways, stranden, tuinen, een dierentuin, zwembaden en speelterreinen. Ook zorgde hij ervoor dat er duizenden woningen bij kwamen.

Moses bekleedde meerdere functies, soms na elkaar, soms tegelijkertijd en werd lang op handen gedragen totdat zijn projecten wel erg megalomaan begonnen te worden. Zijn belangrijkste tegenstander wordt Jane Jacobs, journalist bij een architectenblad die mensen mobiliseert tegen de plannen van Moses omdat zij vindt dat alles lijkt te moeten wijken voor brede autowegen door de stad. ‘Ik denk soms dat Amerikaanse steden psychiatrische inrichtingen worden, bestuurd door de ziekste geesten,’ vertelt ze op het Architectural forum van 1956 en duidelijk doelend op Moses.

Moses sloopt dan ook hele wijken om zijn wegen te kunnen bouwen. Ook wordt de blanke Moses er op een gegeven moment van beschuldigd een racist te zijn omdat hij wel opvallend veel gebouwen sloopt waar Afro-Amerikanen in wonen.

robert_moses_straat robert_moses_batman

De strip Robert Moses: De man die New York bouwde, is interessant voor iedereen die geïnteresseerd is in de geschiedenis van New York. Balez trakteert de lezer op mooie tekeningen van de stedelijke architectuur. Op zich leent het verhaal van Moses zich voor mooi drama, maar scenarist Christin benut dit helaas op geen enkele manier. De strip volgt chronologisch het leven van Moses en is nogal schools van opzet. Educatief verantwoord, maar geen meeslepende vertelling. Erg jammer.

Pierre Christin en Olivier Balez. Robert Moses: De man die New York bouwde.
Uitgeverij Blloan, € 24,95

Categorieën
Mike's notities

Kluizenaar in wording

Op zaterdagavond loop ik samen met Linda over de NDSM-werf in Amsterdam Noord. Eigenlijk zou ik op een feestje moeten zijn in West, een gemoedelijk tuinfeest waar het leven wordt gevierd, maar ik loop hier, door een oude loods waar vroeger boten werden gebouwd of opgeknapt, gelokt door het geluid van een gillende elektrische gitaar.

De gitarist staat ergens midden in de ruimte tussen allerlei bandspullen, ik zie enkele microfoons en versterkers staan, alsof ieder moment de rest van de band uit de schaduwen zal stappen om een nummer te spelen. Maar dat gebeurt niet en de gitarist houdt na een paar riffs op met spelen en loopt van het podium dat geen podium is, weg.

ndsm_05Ik vind het fijn om hier nu even rond te lopen. De werf is een creatieve broedplaats: kleine ateliers, die eruit zien als kantoortjes, bieden plek voor allerlei kunstenaars en kunstenaar wannabees. Toch is het op dit moment vrijwel stil. Buiten rijdt een taxi voorbij en verderop hoor ik bonkende boxen van een of andere dj. Echt rustig wordt het nooit in de stad, maar het is fijn om hier even in de luwte van de gekte op adem te komen. De laatste tijd heb ik daar meer behoefte aan dan aan grote groepen mensen. Ik ben dan ook weinig op feestjes te vinden. Ik heb niet meer zo zin om met mensen te praten. Één op één koffiedrinken vind ik leuk, want dan kun je echt met aandacht met elkaar praten. Maar als het aantal mensen dat deelneemt aan het gesprek toeneemt, voel ik me ongemakkelijker worden. Vroeger was dat niet zo trouwens, maar daar heeft het heden niet zo’n boodschap aan.

Sowieso vind ik het erg fijn om gewoon binnen in huis te leven en weg van de buitenwereld te zijn. Gewoon aan het werk, schrijvend aan mijn stukken, op de bank wegdromend met een boek of lekker te rillen bij het kijken van een Stephen King-verfilming. Ik hoef niet zo nodig daarbuiten in de drukte te zijn. Moet wel oppassen dat ik geen kluizenaar wordt. Zo’n man die alleen nog maar buiten komt om boodschappen te doen en de vuilniszak in de container te gooien.

Foto: Linda Delis.
Foto: Linda Delis.