Jaap Stiemer (1967) is journalist, tekenaar, schilder en hij treedt op met gesproken woord. In september 2015 exposeerde hij samen met Arno van de Pol op de Bierkade 4 in Hoorn.
Een gesprek met de kunstenaar over zijn voorliefde voor portretten en waarom het zo lekker schilderen is op de muziek van Frank Zappa.
Over humor schrijven is lastig: het fenomeen is moeilijk te duiden en bovendien hangt het helemaal van je smaak af of je iets leuk vindt of niet. De Vlaamse cartoonist en stand-upcomedian Lectrr heeft echter met Hara Kiwi #11 een ijzersterke bundel afgeleverd die zelfs de grootste zuurpruim zal verzoeten. Iedere cartoon is raak.
Lectrr maakt droge woordgrappen, slimme filmverwijzingen, interessante grafische punchlines en soms komt hij met lekker ouderwetse, seksistische gekheid. En dat alles in één plaatje waarin alleen het nodige getekend is, en een beetje tekst: Lectrr is een waar vakman.
Hij is dan ook heel wat jaartjes al de huiscartoonist van de krant De Standaard, waarvoor hij actuele cartoons maakt waarin hij heilige huisjes niet schuwt en vaak de vinger op zere plek legt en dan nog even doorduwt, zoals het een goed cartoonist betaamt. Deze cartoons worden overigens niet in de Hara Kiwi-bundels opgenomen. Deze over Sinterklaas moet je dus missen:
Check daarom vooral ook Lectrrs website en twitteraccount, want daar publiceert hij geregeld vers werk. En mocht je de bundel aanschaffen, koop er dan meteen twee, want die uitgaven zijn bij uitstek een slim cadeautje voor feest- en verjaardagen.
De spontane tekeningen van die Romano Molenaar maakt voor Sparkle the Brain prikkelen niet alleen zijn fantasie, ze nodigen ook de toeschouwer uit om zijn eigen verhaal erbij te bedenken.
Als stripjournalist maak ik geregeld video’s van stripmakers die op beurzen voor hun fans tekeningen maken. Het is namelijk altijd interessant om een tekenaar aan het werk te zien en om uit het niets een illustratie te zien ontstaan. Dat maakt het project Sparkle the Brain van Romano Molenaar ook zo leuk. Hij maakt iedere dag een tekening uit zijn hoofd. Zonder voorstudie zet hij in één keer een illustratie op papier. Een goede manier om zijn vakmanschap op peil te houden en zichzelf nieuwe uitdagingen te geven. Molenaar zet vaak een time-lapse video op zijn facebookpagina waarin je kunt zien hoe hij de tekening maakt.
De illustraties zijn gebundeld in een koffietafelboek en daarin vertelt Molenaar: ‘Sparkle the Brain is een zoektocht van epische proporties voor me geworden. Ik moest diep graven in mijn geheugen om te achterhalen hoe een dier echt functioneert. Hoe rent een paard? Hoe zijn dingen met elkaar verbonden? Hoe ziet iemand er vanonder uit? Ik moest mezelf forceren om deze moeilijke kwesties te confronteren en ze niet uit de weg te gaan, om me te ontspannen en gewoon te beginnen met tekenen.’ Gracieus
Romano tekent ’s ochtends aan de ontbijttafel. ’s Avonds werkt hij de schets uit en voegt hij details toe. De tekeningen behouden evengoed hun spontaniteit en hebben iets schetsmatigs, wat ik erg mooi vind. De tekeningen zijn levendig en energiek, zoals bovenstaande illustratie waarin een mannelijke held een cyborg door tweeën hakt, goed laat zien. Met één gracieuze beweging maakt de zwartharige man zijn tegenstander voorgoed onschadelijk. De cyborg probeert het laserzwaard nog te ontwijken, maar is te traag. De tekening biedt veel ruimte voor speculatie: staan er nog meer cyborgs klaar om in de aanval te gaan? Wie is deze held eigenlijk en waarom wordt hij aangevallen? Het is aan de toeschouwer om de details in te vullen.
Veel tekeningen in het boek Sparkle the Brain zorgen voor een glimlach op mijn gezicht. Dat komt omdat de tekeningen het plezier uitstralen dat Molenaar moet voelen als hij ze op papier zet, maar ook omdat hij erg grappige dingen laat zien. Zoals de tekening geïnspireerd op de vrolijke hippies uit de jaren zestig en de illustratie van de overdreven gespierde, stoere vent met een supersoaker in zijn hand. De pagina die een ode is aan de film Back to the Future is een feest van herkenning. Molenaar tekende onder andere Marty McFly die aan het begin van de film voor een enorme speaker staat met een gitaar in zijn hand. Wie de film kent, weet dat McFly na het aanslaan van het eerste akkoord door de luchtdruk van de speaker wordt weggeblazen.
Draakje
Een opvallende tekening vind ik dit portret van de draak en zijn reisgenote, met name omdat de lijnvoering van Romano hier wat schetsmatig overkomt terwijl er toch een rijk gedetailleerde draak op papier staat. Het is bijna alsof hij snel moest tekenen voordat de poserende draak zijn vleugels uit zou slaan en wegvloog. Draken fascineren de tekenaar: ‘Qua vorm en structuur vind ik ze erg interessant. Ik bedoel de grote kaken, schubben, hoorns en vleugels. Het is een veelzijdig creatuur waar je qua vormen erg goed mee kan werken als tekenaar. En door de grootte krijgt de draak epische waarden. Met al die elementen bij elkaar genomen kun je als tekenaar zo’n draak als het ware een ziel geven.’
Joost Zwagerman tijdens het Weerwoord festival. Foto: Michael Minneboo
In 2009 had ik het genoegen om Joost Zwagerman te mogen interviewen over zijn pamflet Hitler in de polder & Vrij van God. Het was tijdens het Weerwoord festival in Amsterdam waar hij zou optreden en waar ik een videoreportage over opnam.
Joost Zwagerman tijdens het Weerwoord festival. Foto: Michael Minneboo
Diezelfde dag interviewde ik ook Ellen ten Damme, Kluun en Ilja Leonard Pfeijffer (voor de tweede keer): het was spannend en bijzonder om Ten Damme en Pfeiffer te spreken, want beide heb ik hoog zitten, maar het gesprek met Zwagerman is mij het meeste lief. Het was een van de eerste keren dat ik een schrijfheld van me kon interviewen, want dat is Zwagerman voor mij: ik bewonderde hem voor de prachtige en boeiende essays die hij schreef, voor zijn doorzettingsvermogen om zoveel te schrijven en om de manier waarop hij altijd heel erudiet, enthousiast en toegankelijk over kunst wist te spreken.
Ik hou van het werk van Joost Zwagerman – hij is mijn favoriete Nederlandse schrijver. We deelden bovendien een fascinatie met het werk van Andy Warhol.
Graag had ik hem beter gekend, want voor mij is hij altijd het goede voorbeeld geweest. Als ik niet wist hoe ik mijn carrière verder vorm moest geven – voor zover je overigens van een carrière kunt spreken, maar dat terzijde – nam ik vaak Zwagerman als voorbeeld. Over kunst en popcultuur schrijven zoals Zwagerman, dat wilde ik en probeer ik nog steeds. Over strips vertellen zoals hij in DWDD over kunst sprak, dat streef ik na. Zwagerman bereidde zich altijd goed voor als hij een publiek optreden had. Tijdens het interview merkte ik dat hij precies wist wat hij wilde zeggen en zei het ook. Als hij nog iets toe te voegen had, dan wist hij je de volgende vraag uit te laten stellen totdat hij precies gezegd had wat hij kwijt wilde. Hij was erg media-minded, professioneel en maakte een zeer vriendelijke indruk.
Nu hij de hand aan zichzelf geslagen heeft (godverdomme!), zal mijn grote wens om Joost nog eens uitvoerig te kunnen interviewen over zijn werk, nooit uitkomen. Ik ga zijn aanwezigheid in de media missen.
Zwagerman werd pas 51 jaar en laat toch zo’n groot en uitgebreid oeuvre achter: mooie verhalen, prachtige en boeiende essays en artikelen. Dat vind ik tegelijkertijd intimiderend en troostend.
‘Naast groot tekenaar was Pontiac, zo blijkt in Styx meer dan ooit, ook een begaafd schrijver. Zijn archaïsche, ietwat Reviaanse correspondentie met onder anderen zijn broer Joost Pollmann, een bevriend kunstenaarspaar, vormgever Fake Booij en uitgever Joost Nijsen over de wording van Styx en zijn eigen ziekteverloop, is even geestig als schrijnend. Als aanvulling op de graphic novel stelde Fake Booij in samenwerking met Pontiacs weduwe Ipie uit deze correspondentie en prachtige schetsen een ontroerende bloemlezing samen, als tweede deel van dit schitterend vormgegeven boek. Joost Pollmann schreef bij dit deel een treffende inleiding, tevens in memoriam,’ aldus de catalogus van Podium.
Een deel van het boek is door crowdfunding gefinancierd. Pontiac zette een succesvolle actie op via VoorDeKunst en haalde meer dan het streefbedrag van € 17.500 op, namelijk € 28.445. Zelf heb ik ook nog een bedrag overgemaakt toentertijd.
Stripfestival Oeverloos
Styx zal gepresenteerd worden tijdens het Stripfestival Oeverloos in Boekhandel Plantage. Dit is een nieuw festival in Amsterdam Noord dat van op 23, 24 en 25 oktober zal spelen op 15 locaties. Initiatiefnemer en drijvende kracht achter dit festival is Joost Pollmann – precies, de oud-creatief directeur van de Stripdagen Haarlem die in 2014 zijn laatste editie had. Pollmann is natuurlijk ook de broer van Pontiac.
Nog niet het hele programma is op dit moment bekend, maar wel is er zojuist een affiche gepubliceerd op de facebookpagina van Oeverloos. (Er is vooralsnog geen externe website buiten Facebook.)
Er wordt ook weer een stripbuurtkrant uitgegeven, Stripkrant Noord, met daarin stripverhalen over Amsterdam Noord. Net als bij eerdere stripkranten die een Amsterdams stadsdeel behandelen is Maia Matches de drijvende kracht achter de krant. De opening van het festival op vrijdag 23 oktober in de Buiksloterkerk. Daar is ook de tentoonstelling van de originele tekeningen van de Stripkrant Noord. Deelnemende tekenaars: Kifah Al Reefi, Aart Taminiau, Bas Köhler, Maia Matches, Thijs Vissia, Mark de Jonge, Tommy A, Merel Barends, Remco Lee Polman, Edith Kuyvenhoven, Jan Cleijne, Milan Hulsing, Flo De Goede, Larie Cook, Pepijn Schermer, Ge Wasco. Daar nog dat hele weekeinde (dus 24 en 25 oktober) te zien!
Ik ben blij verrast dat Amsterdam nu ook een serieus stripfestival heeft. Daar zitten we eigenlijk al jaren op te wachten. Ik hoop wel dat de focus van het festival niet te veel hangt naar de obscure en avant-garde strip en dat ook meer mainstream makers aan de beurt komen, zodat het een festival wordt dat toegankelijk is voor een groot publiek. Nou ja, we gaan het zien in oktober. En we gaan Styx natuurlijk lezen. Ik kijk in ieder geval halsreikend uit naar Pontiacs testament.
Dit beeldje van animator Erik van Schaaik, inmiddels genomineerd voor een Gouden Kalf dit jaar voor zijn korte film Under the Apple Tree TREE werd als eerste geveild. Het is in de film gebruikt.
Zaterdag 5 september vond in De Nieuwe Anita te Amsterdam een fundraiser plaats voor het prachtige filmtijdschrift Schokkend Nieuws. Met succes, want er werd 3.500 euro opgehaald. Daar kan het blad weer een tijdje mee voort.
‘De Nieuwe Anita in Amsterdam was afgeladen gisteravond. Zo’n 110 mensen kwamen af op de Fundraiser met filmquiz en filmveiling. De aanleiding mocht dan serieus zijn – teruglopende advertentie-inkomsten – de stemming was opperbest. Schokkend Nieuws maakte er een vrolijke chaos van. En een verrukkelijk filmfeest,’ schrijft hoofdredacteur Barend de Voogd in zijn verslag van de avond op SchokkendNieuws.nl.
De fundraiser was trouwens echt nodig, want de advertentie-inkomsten lopen terug en die zijn erg belangrijk voor het voortbestaan van Schokkend Nieuws. De Voogd: ‘Schokkend Nieuws denkt met de opbrengst van de Fundraiser in elk geval nog een jaar voort te kunnen en dat geeft tijd om een meer structurelere financiering te vinden. Er wordt gekeken naar subsidiemogelijkheden, maar vaste abonnees vormen nog altijd de beste en meest solide basis. Een blad dat zich door genoeg abonnees gesteund weet, kan volkomen onafhankelijk en nog tot in lengte van jaren zijn eigenzinnige koers blijven varen.’
Uiteraard was ik er ook bij, want als onregelmatige medewerker draag ik Schokkend Nieuws een warm hart toe. De sfeer was inderdaad gezellig. De filmquiz gepresenteerd door Eric van der Woude had echt pittige vragen. Ik voelde me maar een aspirant nerd eigenlijk, want veel antwoorden wist ik simpelweg niet. Het team Hail Braindead Xenu wist de andere elf teams te verslaan en ging met een flinke prijzentas naar huis.
https://www.youtube.com/watch?v=284iyncU10o
Dit beeldje van animator Erik van Schaaik, inmiddels genomineerd voor een Gouden Kalf dit jaar voor zijn korte film Under the Apple Tree werd als eerste geveild. Het is in de film gebruikt.
Er gingen mooie dingen aan mijn neus voorbij tijdens de veiling, die geleid werd door veilingmeesters Phil van Tongeren en Mr. Horror Jan Doense himself:
https://youtu.be/bG6iR_z5yiw
Van Tongeren nam die avond overigens afscheid als redactielid van Schokkend Nieuws. In 1992 was hij, samen met Jan Doense en Bart Oosterhoorn, een van de oorspronkelijke oprichters van Schokkend Nieuws. Hij is ook tweemaal hoofdredacteur geweest van het blad. De Voogd vertelde met weemoed hoe hij in 2005 bij het magazine solliciteerde en door Van Tongeren de kneepjes van het vak leerde. Als afscheidscadeau kreeg Phil een prent van Milan Hulsing. Je weet wel, die stripmaker die net een zeer intrigerende adaptatie van De aanslag op de markt bracht.
Binnenkort organiseert Schokkend Nieuws nog een paar bijzondere avonden. Het een en ander heeft te maken met de aankomende Star Wars-film, maar daar vertel ik binnenkort meer over.
Ook abonnee worden? Kost je slechts 25 euro voor zes nummers. Koop je dus. Check hier.
Een tijdje geleden kreeg ik een mailtje van Jasper Koning, een journalist die onder andere bij VPRO’s Tegenlicht werkt. Jasper kent deze rubriek en is begonnen met het herlezen van Amazing Spider-Man. Dat moet toch een hoop leesgenot opleveren. Er viel hem echter iets aparts op:
‘Het viel me ineens op hoe vergeetachtig Spidey is. Met name bij Kingpin lijkt hij regelmatig te vergeten hoe snel die grote criminele baas is. Toen ik dat zag, bleek dat Spidey van anderen ook vaak vergeet hoe snel ze zijn. Handig trucje natuurlijk om Spidey af en toe eerst in de problemen te helpen, zodat ie er later weer uit kan komen, maar vond het wel geinig.’
En gelijk heeft hij, kijk maar eens naar deze paar voorbeelden (er zijn er nog veel meer!)
In strijd met Kingpin. Prachtige prent van John Romita Sr. trouwens.Tegen de Rocket Racer. Illustratie: Ross Andru.
Continuïteit
Bij Marvel Comics gold vroeger de regel: iedere comic is iemands eerste. Daar werd mee bedoeld dat je altijd de dingen zo duidelijk mogelijk moest maken, zoals de krachten van een tegenstander. Bij de Kingpin, alias Wilson Fisk, wordt altijd verwezen naar het feit dat hij er als een dikke vent uitziet, maar dat dit schijn is: hij is een en al gespierde massa. En daarbij beweegt hij dus heel snel. Schrijf dat maar even ergens op, voor het geval je het vergeet.
Bovenstaande regel is ook bedacht zodat mensen de doorlopende verhaallijnen makkelijk kunnen volgen. Vandaar dat de personages vaak terugdenken wat er de aflevering ervoor is gebeurd. Fijn als je dat vorige deeltje niet gelezen hebt, maar een vervelende herhaling voor wie de afleveringen achter elkaar leest.
Ik weet niet of Jasper inmiddels weer gestopt is met het lezen van de Spider-Man-reeks, maar ik dank hem in ieder geval hartelijk voor zijn mailtje, want dit soort observaties zijn altijd leuk om te lezen.
In samenwerking met Pulp Deluxe organiseert De Vlaamse Onafhankelijke Stripgilde dit jaar voor de achtste keer de uitreiking van De Plastieken Plunk. Dat is een jaarlijkse prijs voor de beste Nederlandstalige of tekstloze kortstrip. Insturen kan nog tot 1 november.
Ik besteed ieder jaar graag aandacht aan deze stripprijs omdat het korte stripverhaal ook gekoesterd en gevierd moet worden. Dit jaar ben ik ook nog eens gestrikt als een van de juryleden, dus dan kan een dergelijk berichtje als deze natuurlijk helemaal niet meer achterwege blijven. Samen met Willy Linthout en Joris Vermassen mag ik over de inzendingen die de shortlist halen oordelen.
Uit de inzendingen kiezen de organisators een shortlist van acht stripverhalen. Die verschijnen in de tweede helft van oktober op de site van de Plastieken Plunk. Vervolgens kunnen het verzamelde internet en alle familieleden stemmen voor de publieksprijs. De gelukkige winnaar daarvan krijgt vijftig euro’s.
Op 5 december komt de jury samen die uit de acht genomineerden een eindwinnaar kiest. Op diezelfde avond wordt de winnaar in café Het Onverwacht Geluk te Gent bekendgemaakt. De eindwinnaar wint 250 euro.
Waar je strip precies aan moet voldoen, kun je in dit reglement lezen.
Vanaf het moment dat ik bloggen ontdekte, heb ik Aukje.net gelezen. Ze heeft echter inmiddels al twee jaar geen blogpost meer geschreven. Ik was benieuwd waarom en legde haar deze vragen voor.
Aukje.net is een van de blogs die ik vaak bezocht omdat ik die erg leuk vond om te lezen, maar ook om de blogkunst een beetje af te kijken. Aukje begon namelijk een paar jaar eerder met online publiceren dan ondergetekende.
Waarom ben je ooit begonnen met bloggen?
In 2002 had ik vanwege mijn interesse in HTML zelf een site gemaakt, waar ik o.a. iets vertelde over mijn kat en welke Suske en Wiske ik nog miste (handig voor familie). Ik had deze site ook gemaakt om een eigen mailadres te hebben, in plaats van afhankelijk te zijn van bijvoorbeeld hotmail.
Mijn baas was de buurvrouw van blogster Merel Roze en liet me haar site zien. Toen mijn relatie begin 2003 op de klippen liep, ging ik zelf dagelijks bloggen en maakte ik van aukje.net
een uitlaadklep.
Je eerste blogpost uit 2003 ging over buurmannen die zichzelf in hun kruis grijpen terwijl ze voor het raam staan. Inmiddels geen last meer van?
De eerste zeven jaar van mijn blog woonde ik in de Pijp. Inmiddels ben ik verhuisd naar IJburg en heb ik goddank geen zicht meer op huiskamers van buren. Omdat er hier nu eenmaal minder buren zijn én omdat ze gordijnen hebben.
Waar schreef je verder graag over?
Het liefst schreef ik op een cryptische manier over mijn gevoelens. Een gevoel in je buik uitvergroten en het woorden geven. Ik was het daarna vaak meteen vergeten, collega’s niet. Die vroegen me dan de volgende dag op het werk of het wel goed met me ging. Dat vond ik vervelend, waardoor ik mijn blog bij mijn volgende baan heb verzwegen.
Je was ook lid van de redactie van About:blank. Had je een specifieke visie wat het bloggen betreft? En hoe ziet die visie eruit?
Ik zat inderdaad in de redactie van about:blank, maar voelde me altijd een groentje tussen de gevestigde namen. Ik blogde een aantal jaar minder en dat maakte in die tijd nogal verschil. Maar naarmate ik bleef hangen kreeg ik steeds meer taken en dat beviel goed.
Mijn visie op bloggen is stukjes van jezelf en je leven laten zien aan de massa. Eigenlijk wat facebook en twitter nu zijn, maar dan uitgebreider en met aandacht voor taal.
Hoe ging dat indertijd bij About:blank en waarom zijn jullie gestopt?
We zijn gestopt met About:blank omdat het trekken was aan een dood paard. Het ging steeds moeizamer om een editie gevuld te krijgen zodat de lol er vanaf ging. De gevestigde namen stopten met hun blog en er kwamen steeds meer bloggers bij, die hun eigen koers vaarden en geen behoefte hadden aan een online magazine.
Illustratie: Emma Ringelberg
Kun je een positief ding noemen dat het bloggen je gebracht heeft?
Het positieve aan bloggen vond ik het waarnemen van de wereld om je heen op een intensieve manier, omdat elke situatie een potentieel stukje is. Dat maakt het ook meteen een nadeel: de voelsprieten stonden altijd aan en dat kon juist ook vermoeiend zijn. Maar een groter nadeel was de druk die ik mezelf oplegde om dagelijks te bloggen. Die druk is in het begin nog leuk en goed, maar op een gegeven moment stond het me tegen.
Je hebt inmiddels alweer twee jaar niet meer geblogd. Waarom ben je gestopt?
Ik heb altijd geroepen dat als ik weer een vriend zou krijgen, ik zou stoppen met bloggen omdat die uitlaadklep dan niet meer nodig zou zijn. Maar toen ik in 2004 mijn huidige vriend tegenkwam, hield dat me niet tegen. Ik vond het veel te leuk om stukjes te schrijven. En hij vond het ook leuk dat ik schreef (dat was bij eerdere vriendjes wel eens anders). Sterker nog, hij ging zelf ook meer bloggen. In 2009 werd ik zwanger en schreef ik nog steeds, hoewel ik gruwelde van blogposts die alleen maar over kinderen gingen. Toen mijn zoontje werd geboren heb ik nog een paar jaar onregelmatig geblogd, maar een site volschrijven over het moederschap is niet mijn manier van bloggen. Bovendien merkte ik dat ik steeds meer ging censureren waardoor ik op een gegeven moment nauwelijks meer kon schrijven wat ik écht kwijt wilde. Als ik wilde schrijven wat ik echt had gewild, dan had ik over andere mensen geschreven die dat niet willen: collega’s, vriend, familie. En omdat ik opmerkingen kreeg wanneer ik over gevoelens schreef had ik ook geen zin om daar te over te schrijven. Ik was niet meer anoniem genoeg. Mijn site werd weer zoals het begin: een verzameling, dit keer van films die ik keek en optredens die ik bezocht. Ik wil nog steeds mijn site ombouwen naar een plaatjespagina waarop ik zet welke boeken ik heb gelezen, welke concerten ik heb bezocht, etc. Maar dat heeft geen haast, dus komt het er ook maar niet van. 😉
Mis je het?
Ja en nee. Facebook en Twitter zijn leuke vervangers. Maar het echt gaan zitten voor een stukje en schaven aan woorden en zinnen mis ik wel.
Lees je nog wel eens oude blogposts terug?
Soms lees ik wel eens iets terug en altijd herinnert dat me aan het idee om alle blogposts te bundelen en in boekvorm te gieten. Alleen voor mezelf. Er komt een moment waarop ik het ook daadwerkelijk ga doen.
Heb je nog een belangrijke tip voor bloggers?
Nee. Ik vermoed dat het in deze tijd met Facebook en Twitter veel lastiger is om lezers te trekken met een blog. Mensen nemen minder tijd voor het lezen van langere stukken op internet. Ze zijn de 140 tekens van Twitter en foto’s van Pinterest gewend. Dus hulde als je lezers kunt boeien met langere persoonlijke teksten. Je ziet dat de oude bloggarde ook bezig is met ploggen (foto’s maken van je dag en deze posten). Ikzelf lees ook nog maar weinig blogs en steek meer tijd in het lezen van (nieuws)artikelen via Blendle, plogs en Wordfeud dan persoonlijke posts. Als ik eerlijk ben is mijn interesse gewoon verlegd van blogs naar artikelen over wetenschap en nieuws. Eén blogster ben ik overigens trouw blijven volgen: Octaview.nl. Vanwege de schoonheid van haar zinnen en foto’s.
Zondag 30 augustus is de beroemde horrorregisseur Wes Craven overleden. Hij werd 76 jaar en stierf aan een hersentumor.
Wes Craven. Bron: Cravens twitteraccount.
Wes Craven (1939-2015) was een visionair op horrorgebied. Het kijken van Cravens films hebben goede herinneringen opgeleverd. Het moge dan nachtmerries zijn die hij ons voorschotelde, voor A Nightmare on Elm Street en Scream kun je me altijd wakker maken. Freddy Krueger is een fantastisch filmicoon geworden en gebleven. (Ik heb de reboot uit 2010 nog niet gezien en dat laat ik graag zo.)
Mijn favoriete films uit de reeks blijft de allereerste Nightmare uit 1984 gevolgd door Wes Craven’s New Nightmare – een postmodernistisch feestje en de perfecte manier om de ingedutte franchise nieuw leven in te blazen (en af te sluiten, wat mij betreft). In deze film blijkt Freddy echt te bestaan en door films over hem te maken, wordt het kwaad bezworen. Maar nu bedreigt Freddy de filmmakers zelf en is het aan Craven en castleden als Heather Langenkamp en Robert Englund om nog een keer een film te maken. Englund speelt dus een dubbelrol als zichzelf en als Krueger, terwijl Craven ook als zichzelf in de film opduikt.
New Nightmare is het begin van het deconstructivistische pad dat Craven zou inslaan met Scream, een filmreeks waarin constant verwezen wordt naar bekende clichés uit het horrorgenre en waarin personages scènes uit bestaande horrorfilms bespreken – vaak voordat ze in mootjes worden gehakt.
Ik geef toe dat ik lang niet alle films van Craven heb gezien. Zijn debuut Last House on the Left staat nog steeds op het must-see lijstje. En niet alle films waren pareltjes. Vampire in Brooklyn is een draak en Sceam 4 was niet zo best. Over het algemeen kun je van de meeste horrorfilms zeggen dat de meeste sequels tegenvallen, zeker hoe hoger het nummer wordt van de reeks. Maar dat neemt niet weg dat met het overlijden van Craven een van de origineelste geesten in het horrorgenre verloren is gegaan. Opmerkelijk genoeg begon zijn filmcarrière in de porno-industrie. Ook een filmgenre waarin de makers precies weten hoe ze hun publiek moeten prikkelen en waar dat moet gebeuren.
Ook regisseerde Craven in 1982 Swamp Thing– een van de eerste stripverfilmingen.
Swamp Thing.
Nostalgische nachtmerries
Omdat ik ben opgegroeid in de jaren tachtig, draag ik Amerikaanse horrorfilms uit die tijd een warm hart toe. Het werk van Craven hoort daar dus zeker bij. Het is een wereld die ik herken en die me terugbrengt naar de tijd van weleer. En veel van die films hebben wat mij betreft de tand des tijds prima doorstaan. Ook nu is A Nightmare on Elm Street nog behoorlijk eng.
Bij de vele tributen en saluten op social media kwam ik deze prachtige filmposter tegen van de Britse illustrator Graham Humphreys:
Een mooie compostie, zo met die dreigende hand boven het slapende hoofd van Nancy. Alsof de killer uit het dromenrijk naar onze realiteit grijpt. Ondertussen gebeurt het allemaal in een ingeslapen Amerikaanse suburb.
Ik hou erg van dit soort handgemaakt artwork dat vroeger op videokaften prijkte. Een bezoek aan de videotheek was eigenlijk ook een soort museumbezoek. Deze schildering is ook op de videohoes van A Nightmare on Elm Street gebruikt. Er is ook nog een variant waarin Freddy niet met zijn linker hand richting Nancy gaat en die hing in de filmtheaters.
Can you talk about the design of the poster?
There was an American flyer for the film that was essentially the street with four tears through it. I saw the film and knew what I was going to do. I’d actually gone along to a screening with my friend, Phil Nutman, who I’ve since given this to [Graham points at the Evil Dead artwork] so I’d already seen it at the cinema before I was given a VHS copy. Anyway, I paused the VHS and took a photograph of Nancy’s face so I could draw that easily.
Freddy [Krueger] himself is actually silhouetted in the background. In the later posters he’s more prominent but on this first quad you don’t see anything, just the shadow and his glove.
I think they wanted the poster to look fairly classy, in comparison to the Evil Dead quad which shows exactly the type of film it is. Obviously the glove became iconic but at the time people had no clue who Freddy was. To me, it was the glove and the whole dreaming thing that was the interesting thing about the film. You’ve got the pretty girl, the glove and the dream-like urban setting, you don’t need the big ugly face leering at you. I hand lettered the title too.
There’s also a second painting which is in portrait format and features Freddy’s other hand reaching down below Nancy’s face.
Yes, I think I prefer this one. This was used for fly posting and was the VHS cover too. For some reason at that time no one would think about the whole different format thing. Everyone was always focusing on quad posters for underground advertising and cinema fronts. The 40×60 inches or bus stop format was very much an American thing, but then when cinema became more commercial we found we had to start doing that size and format.
Rob van Barneveld tekent inmiddels alweer tien jaar strips en dat viert hij met een expositie in café Averechts in Utrecht. Ook komt Bloem Magazine #2 van hem uit.
Stripmaker Rob van Barneveld (Utrecht, 1985) is een van de origineelste makers van de Nederlandse strip. Hij heeft een bijzondere blik op de wereld en die deelt hij in de reeks Rood gras: surrealistische strips met een vrolijke kronkel. Van het zelfde soort is zijn Bloem Magazine waar dit weekend het tweede nummer van uit komt. Zijn debuutalbum kwam in 2008 uit bij uitgeverij Bries, tegenwoordig heeft uitgeverij Syndikaat de eer om de strips van Rob te mogen uitgeven.
In 2013 interviewde ik Rob toen zijn piratenstrip De schat van Salami uitkwam.
Nu ken ik Rob al een paar jaar en laatst zaten we samen met Matt Baaij gezellig op een terras in Utrecht. Hij had een nummer van Bloem Magazine voor me mee en ik had een exemplaar van de nieuwste Schokkend Nieuwsvoor Rob. Een goede ruil. Het leukste aan Bloem Magazine is misschien nog wel dat Rob überhaupt het idee krijgt om zelf zomaar een magazine te maken en dat dan ook gewoon doet ook. ‘Ik keek vaak blaadjes door in de supermarkt en dacht: meh. Ik wachtte tot er een leuker blad kwam, maar die kwam maar niet, en dus besloot ik een poos geleden er zelf een te maken.’
Ik hou erg van die DIY mentaliteit. Niet op anderen wachten, gewoon zelf aan de slag en doen.
‘Anderhalve week terug een mail van café Averechts. Ze hadden mijn mail gezien met de vraag om te exposeren en het leek ze wel wat. Op een maandagavond stapte ik bedremmeld het café binnen om mijn werk te laten zien en al gauw was duidelijk dat ze het wel zagen zitten allemaal. Wel moest mijn werk wat groter, want de originelen die ik mee had waren veelal op a5-formaat en als expo werkt dat niet zo goed. Dus de volgende ochtend bedacht ik dat ik een selectie strips opnieuw ging tekenen, op groter formaat. Ik wilde geen printjes, dat is niet heel uniek en bij een expositie wil je echtheid zien. Kleine foutjes, mooi getrokken zwarte lijnen, dat werk. En hallo, het is mijn eerste echte expositie in 10 jaar. Dan doe je wat meer je best hè.’
Van Barneveld heeft er dus werk van gemaakt. Zaterdag 29 augustus wordt de expositie om 20 uur geopend. ‘ Oh en Bloem Magazine #2 is dan ook uit! Dus mocht je de expo niets vinden en niet houden van praten dan kun je dat gezellig gaan lezen in een hoekje, met andere Bloem-lezende mensen,’ aldus Rob.