Categorieën
Fotoblog

Omdat er vandaag niets te vieren valt

Categorieën
Boeken

Het wonderland van Lewis Carroll

Al een paar dagen zit ik diep met mijn neus in Het wonderland van Lewis Carroll, het nieuwe boek van literair criticus Carel Peeters. Een boeiende studie van de schrijver van Alice in Wonderland, die in het dagelijks leven Charles Lutwidge Dodgson heette.

De mooie omslag is ontworpen door Rob Westendorp.
Het mooie omslag is ontworpen door Rob Westendorp.

Dinsdag 23 april werd Peeters’ boek gepresenteerd in Spui25. De auteur gaf een inleiding op het boek, Manon Uphoff vertelde over haar fascinatie voor Lewis Carroll en vertaler Nicolaas Matsier sprak over Carroll als brievenschrijver aan kinderen en las een paar brieven voor.

Carroll (1832-1898) kennen we natuurlijk vooral van de boeken Alice in Wonderland en het vervolg Through the Looking-Glass. Ik ken maar weinig mensen die deze boeken niet hebben gelezen en nog minder mensen die nog nooit van deze klassiekers gehoord hebben. Dat zegt wellicht iets over mijn sociale kring, maar meer over de status van klassieke schrijver die Carroll is toebedeeld.

Rondom Carroll is een bepaald beeld ontstaan. Voor de meeste mensen is hij de bescheiden Victoriaanse geestelijke, een verlegen in het zwart geklede wiskundige die in Oxford kleine meisjes mee uit wandelen nam en hun verhalen vertelde. We weten dat hij door de jaren heen bevriend was met tientallen jonge meisjes. Tijdens een van die uitjes waar een zekere Alice Liddell bij was, vertelde Dodgson een verhaal dat Alice in Wonderland zou worden.

Peeters toont dat de persoon Dodgson complexer in elkaar stak dan de mythe doet vermoeden. Lewis Carroll was een rebel en de schrijver van veel pamfletten en ingezonden brieven, een wiskundige, een maker van taalspelletjes die in populaire tijdschriften verschenen, fotograaf en iemand die graag beroemde mensen leerde kennen. Hij was uitgever van zijn eigen boeken. Carroll verdiende goed met zijn uitgaven maar stond vrijwel altijd rood omdat hij veel geld uitgaf aan liefdadigheid en vrienden. Maar hij was ook een zeer vrome en belerende vent die over allerlei pietluttigheden boze brieven schreef en liever niet zag dat men in het theater scheldwoorden gebruikte.

In wezen presenteert Peeters zijn onderwerp als een man met twee uitersten, waarbij Dodgson staat voor de vrome, pietluttige Victoriaan, en Carroll als de vrije, speelse geest die het liefste met kinderen omging. Peeters noemt Carroll ‘een wandelende paradox’ en ‘een prismatische persoonlijkheid waarin de verschillende kanten van zijn persoon, talent en karakter vaak onafhankelijk van elkaar opereren, als een colonne soldaten die allemaal een andere kant op marcheren, of als een orkest waarvan de musici niet naar elkaar luisteren.’ In hem woedde in wezen een strijd: zijn verlangens en vrije verbeelding versus zijn moralisme en pruderie.

Alice Liddell gefotografeerd door Lewis Carroll. Bron:   Bettmann/Corbis/guardian.co.uk.
Alice Liddell gefotografeerd door Lewis Carroll. Bron: Bettmann/Corbis/guardian.co.uk.

Kindervriend
Carroll was een verwoed brievenschrijver en hij hield daar een nauwkeurig register van bij waarin hij ook een korte inhoud van zijn correspondentie opnam. Hierdoor weten we dat hij 98.721 brieven heeft verstuurd vanaf het moment dat hij dit register in januari 1861 begon. Daarbuiten correspondeerde hij nog als Curator van de Common Room van Christ Church. En wie weet hoeveel brieven Carroll al had geschreven voordat hij met het register begon. Maar goed, veel brieven dus. Veertig procent hiervan zijn schrijfsels met een overwegend plagerig toontje aan jonge meisjes. Carroll was dol op jonge meisjes en onderhield gedurende zijn leven vriendschappen met een honderdtal jonge dames. Al maakt Peeters duidelijk dat Carroll die vriendschappen ook wel gebruikte om contact met de moeders te krijgen.

Hij ging graag om met kinderen, dat gaf hem een soort rust in zijn hoofd die een heilzame werking voor Carroll had. Toch moesten de kinderen wel aan bepaalde voorwaarden voldoen voordat ze met ome Dodgson op pad mochten: de haren moesten los hangen en mochten niet opgestoken zijn, want dat hoorde zo.

Naakte meisjes
Toch had Carroll de vreemde voorliefde om jonge meisjes naakt, of ‘dressed in nothing’ zoals hij dat zelf omschreef, te fotograferen. Hoewel dat in het huidige tijdperk vol angst voor pedofilie als een nogal vreemde hobby gezien wordt, moeten we Carrolls interesse in naakte meisjes volgens Peeters vooral vanuit esthetisch oogpunt bezien. Men had in de Victoriaanse tijd een romantisch beeld van het kind als pure onschuld. Die naaktfoto’s waren in de ogen van Carroll een lofzang op die hemelse onschuld en puurheid.

Daar staat tegenover dat Carroll behoorlijk drammerig kon zijn als hij de moeders verzocht de kinderen naakt te mogen fotograferen. Helemaal overtuigd van Carrolls zuivere motieven ben ik dan ook niet. Dat komt ook omdat Peeters wat bedekt praat over de demonen die Carroll ’s nachts wakker hielden en die hij probeerde te bestrijden door wiskundige problemen op te lossen om zijn geest af te leiden. Meer duidelijkheid van Peeters had ik wat dit betreft wenselijk gevonden.

In zijn dagboeken schrijft de geplaagde Dodgson in 1863 bijvoorbeeld ‘Oh God, … take me, vile and worthless as I am… Help me to be Thy servant.’ En een jaar later: ‘Oh deliver me from the chains of sin.’ Kennelijk ging de vrome kindervriend toch ook gebukt aan een hoop schuldgevoel of verlangens die in zijn ogen niet door de beugen konden. Wederom voerde hij een strijd tussen uitersten.

Carel Peeters. Het wonderland van Lewis Carroll.
Uitgeverij De Harmonie, € 17,90
ISBN: 9789076168456

Categorieën
Strips

Wat de MAD ervoor geeft

Van de week kreeg ik onderstaande vraag binnen via de mail:

Bij zolderopruiming aangetroffen mijn MAD-collectie nummers 1 -61 en daarna nog wat losse nummers.
Is daar markt voor en wat zou de waarde ongeveer zijn?
Vriendelijke groet,
Rob Piet.

De cover van het eerste nummer van MAD van vorig jaar. Inmiddels is de nieuwe reeks alweer stopgezet wegens tegenvallende verkoopcijfers.
De cover van het eerste nummer van MAD uit 2011. De nieuwe reeks werd na zes nummers stopgezet wegens tegenvallende verkoopcijfers.

Ik neem aan dat je het over de Nederlandse MAD hebt? Zelf heb ik niet direkt een idee hoeveel zoiets waard zou zijn. Zelf hou ik me niet zo bezig met het verzamelen van strips als investering en ik kom ook nooit op veilingsites als Catawiki. Maar daar kun je zeker even kijken. De waarde van dergelijke uitgaven is afhankelijk van de staat waarin ze verkeren, en hoe zeldzaam ze zijn. En natuurlijk wat de gek ervoor geeft.

Ger Apeldoorn is een autoriteit op het gebied van MAD magazine. Hij was ook de initiator van de Nederlandse MAD die in 2011 gelanceerd werd.

Wie het antwoord op de vraag weet of interesse heeft in de stapel MADs van Rob, mag me mailen via het contactformulier. Je mag natuurlijk ook een reactie achterlaten in het commentformulier hieronder.

Categorieën
Film

De synthesizer-sound van Harold Faltermeyer

Zou Harold Faltermeyer nog leven, vroeg ik me van de week af. Faltermeyer maakte furore in de jaren tachtig als componist van soundtracks van films als Beverly Hills Cop (I+II) en Top Gun. Het thema Axel F is misschien wel het bekendste dat hij ooit gemaakt heeft: probeer het synthesizerdeuntje maar eens uit je hoofd te krijgen als je het weer eens hebt gehoord. Eigenlijk geldt dat voor wel meer van Faltermeyers werk. Catchy tunes met een stevige hook. Zoals het hoort eigenlijk.

beverly hills cop 2 logo

De soundtrack van Beverly Hills Cop II (Tony Scott, 1987) zat een lange tijd in mijn hoofd tijdens mijn vroege, jeugdige dagen. De film zag ik tig keer. Ik was er als kind dol op. Eigenlijk zou ik de musical score graag op cd willen hebben, maar voor zover ik weet is die nooit uitgebracht. Van de film bestaat wel een collectie – zeer gedateerde – songs, maar die heb ik al en draai ik eigenlijk nooit. Maar in de synthesizers van Faltermeyer heb ik de laatste tijd ontzettend zin.

beverly_hills_cop_2_shoot_it

Gelukkig biedt ook hier het web uitkomst. Er staan tracks van Beverly Hills Cop II op YouTube. Sommige lijken uit het geluidsspoor van de film geknipt waarbij achtergrondgeluiden en dialoog digitaal zijn uitgefilterd. Soms hoor je nog wat geluidseffecten op de achtergrond.

Toch jammer dat die soundtrack van Faltermeyer nooit is uitgebracht. Nou ja, doen we het voorlopig met YouTube.

Overigens leeft Faltermeyer nog. Hij woont tegenwoordig in München. Jarenlang maakte hij geen Hollywoodsoundtracks, maar Kevin Smith strikte hem in 2010 voor zijn film Cop Out.

Categorieën
Bloggen

Vaarwel LiveJournal

Dear mikes_webs!

We noticed that your account mikes_webs has less than three entries and hasn’t been logged into in over two years. LiveJournal is deleting inactive empty accounts. Pursuant to our housekeeping policy, your LiveJournal account mikes_webs
is scheduled to be deleted in 15 days.

If you wish to reactivate your account to avoid this deletion, please visit http://www.livejournal.com
and log in within 15 days of this notification.

If you do not remember the password for your account, you can reset it following instructions over here.

Illustratie: Emma Ringelberg
Illustratie: Emma Ringelberg

Ach, van mij mogen ze dat account wissen. Ik heb nooit serieus geblogd op LiveJournal. Indertijd heb ik een account aangemaakt om makkelijker te kunnen reageren op de Livejournal-blogs van anderen. Bloggen deed ik toen op blogger.com onder de naam Mike’s Webs. Zijn er nog veel mensen die bloggen met LiveJournal eigenlijk? De site heeft in ieder geval ruim 50.000 likes op Facebook, voor wat een ‘like’ waard is tegenwoordig.

Toch denk ik dat het gros van de bloggers wordpress gebruikt. Het schijnt dat vooral de jonge generatie bloggers zijn ei kwijt kan op Tumblr. Facebook is alsmeer de plek voor dertigplussers. Facebook wordt het MySpace en Hyves van de toekomst.

Categorieën
Strips

Striptips: Robbedoes, Superman en De Vlaamse Stripgilde

Even weer wat stripnieuws, dan kunnen we daarna weer in de zon gaan zitten met een leuk stripalbum.

Stripfiguur Robbedoes bestaat dit jaar, evenals Superman, 75 jaar. Dat feit wordt gevierd met een overzichtstentoonstelling in het Brusselse Stripmuseum. Het VRT Journaal besteedde er aandacht aan. (Het item laat zich niet embedden, wat heel ouderwets is van de VRT.) Willem De Graeve, directeur van het museum, licht in het item de geschiedenis van Robbedoes toe. Een uitgebreid overzicht van zijn geschiedenis is hier te lezen.

Robbedoes, Kwabbernoot en Spip.
Robbedoes, Kwabbernoot en Spip.

Stripfiguur Robbedoes werd geboren op 21 april 1938 om het gelijknamige weekblad, opgestart door Uitgeverij Dupuis, op te vrolijken. Sindsdien is Robbedoes uitgegroeid tot één van de iconen van de Europese strip. Het is wellicht voor Europa opmerkelijk dat Robbedoes het eigendom is van de uitgeverij en niet van zijn bedenker, in de Amerikaanse comicwereld is dat eigenlijk heel normaal. Superhelden als Superman, Batman, Spider-Man en Iron Man zijn eigendom van de uitgeverij. In de loop der jaren werken er vele creatieven aan hun avonturen. Hetzelfde geldt dus voor Robbedoes.

Twee nieuwe digitale striptijdschriften
De Vlaamse onafhankelijke Stripgilde zoekt strips voor twee nieuwe digitale magazines van de Gilde en roept stripmakers op die in te sturen. Het eerste magazine heet Strike en zal geschikt voor het hele gezin zijn. Stroke daarentegen is voor 17 jaar en ouder, wat alles te maken heeft met de voorwaarden die Apple stelt als het om digitale uitgaven gaat. Overigens vind ik de namen wel ietwat vreemd voor een striptijdschrift, maar goed, laat ik nu niet te veel gaan kniesoren en dit initiatief gewoon toejuichen.

stripgildeElk magazine zal om de twee weken verschijnen zodat er elke week een nieuw exemplaar van één van de twee magazines zal uitkomen. De magazines zullen elk ongeveer dertig pagina’s strips bevatten. Ook leuk: de publicerende auteurs krijgen een percentage van de opbrengst van elk verkocht exemplaar.

Vanaf september dit jaar mogen we Strike en Stroke verwachten. Wie wil kan zijn strips insturen naar Marcel Rouffa (marcel.rouffa@gmail.com) voor Strike en naar Peter Moerenhout (salonstrips@hotmail.com) voor Stroke.

Lees op de site van de Vlaamse onafhankelijke Stripgilde meer.

Categorieën
Fotoblog

Ze lachen zich rot natuurlijk

Ook ieder jaar handje contantje 825.000 euro netto krijgen van de staat zonder belasting te betalen? Wordt dan Koning der Nederlanden. Je krijgt er ook nog een riante onkostenvergoeding bij. Huppekee.

Categorieën
Boeken Media Video

Neil Gaiman: ‘In het digitale tijdperk moeten we zo veel mogelijk zaaien’

Neil Gaiman. Bron: Neilgaiman.com
Neil Gaiman. Bron: Neilgaiman.com

‘Wie heeft zijn favoriete schrijver ontdekt door een boekwinkel in te stappen? En wie heeft zijn favoriete schrijver ontdekt doordat iemand je erop wees, je een exemplaar gaf of omdat je zijn werk toevallig in de bibliotheek tegenkwam omdat je oog op een omslag viel? Meestal vinden we de mensen waar we het meest van houden niet door werk van ze te kopen. We komen ze toevallig tegen, we ontdekken ze… we ontdekken dat we van hun werk houden….’ Dat is even, vrij vertaald, een van de interessante opmerkingen die auteur Neil Gaiman maakte in zijn keynotespeech op de Digital Minds Conference 2013. Maakte en maakt, want dankzij deze registratie, kun je de speech in zijn geheel horen en bekijken.

Gaiman is er zelf heel tevreden over, en niet onterecht. Een speech over het boek in het digitale tijdperk, over het ontdekken van schrijvers, over hoe de industrie, de uitgevers, platenmaatschappijen, schrijvers en kunstenaars zich moeten aanpassen aan digitale vormen van publicatie, en bovenal hoe we ons geluid kenbaar maken in een wereld waarin we een overdosis aan informatie krijgen. En over een leuk twitteravontuur en een lunch met stripmaker Art Spiegelman.

Gebruikmaken van sociale media betekent volgens Gaiman dat we zo veel mogelijk zaadjes moeten zaaien. Sommigen komen uit, anderen niet. Er is geen formule voor wat werkt en wat niet. De ene keer scoor je op Twitter, dan andere keer blijven de reacties achter. Probeer alles, durf te falen.

Home taping didn’t really kill music. Music’s out there doing just fine. More of it’s actually being made than ever, but the trick is becoming to find the good stuff. And for people who make the music to figure out how to monetize what they’re doing.

Kijk maar:

Wat ik goed vind aan Gaimans speech is niet alleen dat hij interessante ideeën presenteert, maar dat hij een verhaal vertelt. Hij verschuilt zich niet achter zijn uitgetypte speech en leest deze levenloos voor. Nee, hij kijkt zijn publiek aan, neemt zijn tijd en ontvouwt het verhaal alsof hij het ter plekke in hem opkomt. Prachtig.

Tot slot nog even deze video, waarin Gaiman zijn liefde voor het boek als fysiek object duidt.

Categorieën
Film

Rosto’s nieuwe korte film in de bioscoop

Nu wilde ik Berberian Soundstudio al gaan kijken, maar nu bekend is gemaakt dat Lonely Bones als voorfilm te zien is, is een bioscoopbezoek helemaal de moeite waard. Lonely Bones is namelijk de nieuwe korte film van filmmaker/kunstenaar Rosto.

Lonely-Bones
Lonely Bones is een surrealistische en sinistere film met muziek en personages van muziekproject Thee Wreckers. Lonely Bones gaat verder waar de korte muziekfilm No Place Like Home (2008) eindigde. Een eenogige man ontsnapt uit een hotelkamer en betreedt een helse wereld waar tijd en ruimte samenvloeien.

Lonely Bones is een droomachtige ervaring, geen film met traditionele verhaalstructuren of formules,’ verklaart Rosto. ’Daarom staat in de synopsis: over het maken van dromen en het maken van offers. De film is als een gedicht: het gaat er niet om waar de film over gaat, maar wat de film is. Iedereen in het publiek ervaart en interpreteert de film op zijn eigen manier en trekt zijn eigen conclusies. Ik zie deze film als zelfexpressie, niet als entertainment.’

Lonely Bones is het tweede deel van een tetralogie van Wreckers-films, maar het is tevens het sluitstuk van de online graphic novel Mind My Gap. Hoewel de nieuwe short deel uit maakt van het universum van Rosto, is de film ook zonder voorkennis te genieten, al helpt het natuurlijk wel als je al een beetje bekend bent met de wereld van Rosto.

Een paar maanden geleden heb ik de film in een speciale première gezien en zoals altijd bij de films van Rosto is het een kijkervaring die niet een, twee, drie te duiden valt. Hetzelfde kun je zeggen van de films van David Lynch. Toen van Rosto het halfuur durende The Monster of Nix uitkwam in 2011, heb ik hem uitvoerig over zijn werk gesproken voor de VPRO Gids.

Lonely Bones beleefde zijn wereldpremière op het International Film Festival Rotterdam, was te zien in de officiële competitie van het Clermont-Ferrand Short Film Festival en is ook geselecteerd voor de competitie in Annecy deze zomer. Vanaf 25 april draait de short dus als voorfilm van Berberian Soundstudio in de bioscoop.

Categorieën
Minneboo leest Strips

Minneboo leest: Heinz, Niks mis met de koning

De kroning, Wim-Lex en liedjes daaromtrent: ik wil er als republikein en antimonarchist niets over horen. Dat is lastig, want al weken gaan de media over de aanstaande troonwisseling. Gelukkig zijn Twitter-filters makkelijk ingesteld. Dat scheelt een hoop onzininfo. Natuurlijk spelen uitgevers ook gretig in op dit onderwerp: de winkels liggen vol met boeken over de duurste uitkeringsfamilie van Nederland en verwante zaken.

Koninklijke Eppo
Ook in de stripwereld ontkomen we niet aan de onzin van het huis van Oranje: Eppo #8 is een heus themanummer en feliciteert de aanstaande Prins Pils met zijn koningsschap. ‘Weliswaar met een knipoog, maar desondanks niet minder gemeend,’ schrijft Rob van Bavel in zijn voorwoord. Nu moet ik zeggen dat het erg meevalt: er verwijzen maar een paar strips in Eppo naar het huis van Oranje: Trix van Mars Gremmen die ook de cover tekende, stripfiguur Eppo vaart mee met de kroningsboot en Elsje roept zichzelf uit tot koningin. Verder wordt er in een variaspread uit de doeken gedaan wat voor speciale illustraties er zijn gemaakt naar aanleiding van de aanstaande dertigste april. Deze Eppo is ook voor een antimonarchist als ik eigenlijk wel te doen.

100 Heinz Hoogtepunten
heinz_koning_coverUitgeverij Oog & Blik/De Bezige Bij pakt uit met een nieuw deel uit de reeks 100 Heinz hoogtepunten: Niks mis met de koning. Deze reeks verzamelt thematisch oude afleveringen van de humorstrip Heinz. Eerder kwamen al Niks mis met koken, Niks mis met voetbal, Niks mis met kinderen, Niks mis met golfen en Niks mis met klussen uit. Ik kies ervoor de titel van de nieuwste uitgave vooral ironisch te lezen, want er is natuurlijk Niks goeds aan een monarchie, maar daar heb ik eerder al over geschreven.

De stripjes zijn in zwart-wit afgedrukt. De cover is natuurlijk wel in knaloranje. De deeltjes zijn leuk om cadeau te doen, want echte Heinz-fans kopen natuurlijk de luxe uitgaven in de reeks Heinz van H tot Z.

In Niks mis met de koning kroont Heinz de kat zichzelf tot de koning van het bos, ontmoet hij de koning der klungelaars en de koning van de woordgrappen, schrijft hij een brief aan de koningin over de Heinzzakproblematiek en wordt hij door de aap naar de middeleeuwen geflitst waar hij Lamme de Dove ontmoet en door Koning Hendrik de Vierde cadeau wordt gedaan aan diens zoon Rodolfo de Tweede. Kortom, heerlijk ouderwets droge Heinz-humor zoals in deze strip:

heinz_koning

In de strips van René Windig en Eddie de Jong is die koning eigenlijk maar bijzaak. Laten we hem vooral ook zo blijven zien in de Lage Landen.

René Windig & Eddie de Jong. 100 Heinz Hoogtepunten: Niks mis met de koning
Oog & Blik/De Bezige Bij. €8,95
ISBN 978 90 549 2411 1

Daarom Minneboo leest:
Maandelijks krijg ik van veel uitgeverijen stapels strips toegestuurd. Daar zit veel moois tussen, maar niet alles is geschikt voor de bladen en opdrachtgevers waar ik voor schrijf. Toch wil ik deze uitgaven onder de aandacht brengen. Daarom heb ik de rubriek Minneboo leest in het leven geroepen, om te laten zien hoe rijk en divers het medium strip kan zijn. De artikelen in deze rubriek zijn geen recensies (die teksten staan gepubliceerd in de bijhorende rubriek), maar kunnen thematisch zijn, een tekenstijl belichten of simpelweg een nieuwe uitgave kort aanstippen. Verwacht vooral veel recent verschenen strips, met zo nu en dan een album dat ik op dit moment lees en waar ik iets over kwijt wil.

Categorieën
Strips

Boeiende interviews in Stripgids #34

Gisteren stond ik bij de bakker in de Amsterdamse Jordaan. Omdat we niets te vieren hadden die dag, besloot ik een moorkop en tompoes voor thuis mee te nemen. Eenmaal thuisgekomen vond ik de nieuwste Stripgids op de mat: hadden we toch iets te vieren.

Stripgids 34. Coverillustratie: Berend Jan Vonk.
Stripgids 34. Coverillustratie: Berend Jan Vonk.

Wat er allemaal precies in dit vierendertigste nummer staat, kun je hier lezen, toch wil ik er een paar stukken uitlichten. Stripmaker Lorenzo Mattotti is geïnterviewd over zijn versie van Pinokkio. Begin jaren negentig verscheen er een door Mattotti geïllustreerde versie van het klassieke kinderboek Pinokkio van Carlo Collodi. Die tekeningen vormen de basis voor de nieuwe animatiefilm van regisseur Enzo D’Alò. Mattotti ontwierp hiervoor de personages en de achtergronden. Ik zag hem laatst op het HAFF: inhoudelijk is het een verschrikkelijke animatie, erg druk en schreeuwerig, vooral geschikt voor kinderen met ADHD. Alleen vanwege de stijl van Mattotti is de film de moeite van het kijken waard. Maar misschien kun je dan gewoon beter het boek op de kop tikken.

Er staat verder een interessant interview in met stripmaker Leo over Aldebaran en zijn andere reeksen (hij begon pas op zijn vijftigste met strip maken (!)) en een gesprek met Emmanuel Guibert over onder meer De oorlog van Alan.

Racisme
Verder staat er een interview in met Joann Sfar over de verzamelde editie van de reeks De kat van de rabbijn. Hierin doet Sfar een interessante uitspraak die ik hier even wil aanstippen. In de strip en de animatiefilm die daarop is gebaseerd komt ook een personage voor dat verdacht veel op Kuifje lijkt. Sfar:

‘Als de rabbijn en zijn gevolg door Afrika rijden, komen ze een arrogante Belg tegen die verdacht veel op Kuifje lijkt. (…) Ik vind het fijn dat er met Kuifje gelachen wordt, ook – zoals hier gebeurt – met Kuifje in Afrika. Ik hield echt niet van al die debatten waarin werd gevraagd om Kuifje in Afrika te verbieden omdat het racistisch zou zijn. Terwijl Afrikaanse vrienden me net zeggen dat de Afrikanen zelf veel van dat boek houden, omdat het hen in herinnering brengt hoe onnozel de blanken waren in de jaren ’30. Daar ben ik het helemaal mee eens.’

En ik ben het met Sfar eens. Boeken als Kuifje in Afrika moet je niet verbieden. Net zo min als dat je oude Sjors en Sjimmies in de doofpot moet laten verdwijnen. Toon maar gewoon hoe men toen de wereld zag. Ik vind vooral mooi dat voor veel Afrikanen het beruchte Kuifje-album een favoriet is.

Ook is er een kijkje op de tekentafel van Serge Baeken! En verder natuurlijk een uiteenlopende collectie recensies.

Wederom wordt met dit nummer wat mij betreft bewezen dat Stripgids eigenlijk het beste Nederlandstalige voelbloed stripinformatietijdschrift is. Nu vraag je je wellicht af, hoe je aan een exemplaar van Stripgids kunt komen. Het blad wordt gratis verspreid in Vlaanderen. Nederlandse lezers met een abonnement betalen alleen de verzendkosten.

En die moorkop smaakte overigens prima bij het lezen van de artikelen.

Categorieën
Strips

Stripreportage over Sound Central Festival zoekt hulp

Jules Calis heeft grote ambities als het gaat om het maken van journalistieke strips. Eind april gaat hij naar Kabul om een verslag te tekenen van het Sound Central Festival, het enige alternatieve kunstfestival in Afghanistan. Hij kan echter nog wel wat hulp gebruiken, namelijk in financiële vorm. Daarom heeft hij er een crowdfundingproject van gemaakt. ‘Voor reportages en achtergrondverhalen vind ik de journalistieke strip ideaal.’

julescalis2

Wat zijn je plannen precies?
Ik vertrek 29 april voor 7 tot 10 dagen naar Kabul waar ik het Sound Central Festival zal bezoeken als verslaggever: ik ga ter plekke schetsen, interviews houden en een reportage over maken in de vorm van een journalistieke strip. Zeer waarschijnlijk heb ik al een Nederlandse krant bereidt gevonden om het te publiceren.

Waarom wil je dit project uitvoeren?
Ik kwam via de Facebookpagina van ISAF bij een bericht van de BBC over het South Central Festival 2012. Het festival werd toen voor de tweede keer georganiseerd. Na wat verder erover te lezen kwam ik erachter dat de Nederlandse ambassade in Kabul ook dit festival financieel steunt. Maar ik kon geen enkel bericht erover vinden in de Nederlandse media, behalve een NOSop3 bericht uit 2011 (waarschijnlijk aangeleverd door een persbureau). Voor mij zijn er twee dingen die een rol spelen: voorop staat het verhaal en het evenement en op de tweede plaats het medium de journalistieke strip. Ik vind het een erg bijzonder en moedig evenement en ook in Nederland zou ik het graag in de media willen zien. En als niemand anders het doet, dan doe ik het.
Ik zou ook graag tussen alle ellende en negatieve berichtgeving wat meer positieve berichtgeving en tekenen van hoop willen zien/lezen. Dit soort berichtgeving blijft vaak in de kranten beperkt tot een foto of een heel kort bericht.

Wat hoop je ermee te bereiken?
Ik hoop ten eerste op een verruiming van de blik van lezers. Dat men ziet dat het daar niet alleen maar oorlog en ellende is en dat er mensen en initiatieven zijn die ondanks moeilijkheden toch dingen doen waar ze in geloven. Sowieso ben ik gefascineerd door hoe mensen omgaan met intense situaties en hoe sommigen proberen een verschil te maken. Het uitgangspunt van de reportage is mensgericht. Er zullen vragen naar voren komen als: Wat beweegt mensen om dit festival te organiseren? Wat betekent het voor de bezoekers? Wat is het belang van het festival? En nog belangrijker: Wat betekent het voor de toekomst van Afghanistan?

julescalis1

Waarom wil je dit in stripvorm doen?
Ik heb een fascinatie voor strips en in het bijzonder journalistieke strips. Ik ben er voorstander van dat journalistieke strips uiteindelijk ook daadwerkelijk als journalistiek medium ingezet gaan worden (wat gelukkig ook langzaam maar zeker gebeurt, alleen in Nederland gaat het wel erg langzaam!). Ook dit heb ik nog in geen enkele krant eerder gezien. Daarnaast zijn in Nederland nu ook veranderingen en experimenten gaande in de journalistiek dus lijkt het me ook een prima tijdstip om de journalistieke strip in de kranten, ook eventueel digitaal, te presenteren.

Is strip maken niet een heel trage vorm van journalistiek bedrijven?
Het is zeker een trage vorm van journalistiek. Nieuwsberichten middels journalistieke strips zouden bijvoorbeeld niet haalbaar zijn, maar voor reportages en achtergrondverhalen vind ik het ideaal. Ik ben ook niet goed in artikelen schrijven, maar ik heb wel al behoorlijk wat pagina’s ervaring met journalistieke strips.
Maar voor een bijzonder verhaal wil ik ook een bijzondere vorm gebruiken die in eerste instantie niet zo voor de hand ligt. Daarom dus de journalistieke strip.

Heb je de ambitie om de Joe Sacco van de Lage Landen te worden?
Mijn inspiratievoorbeelden zijn zeker tekenaars als Joe Sacco, maar ook Patrick Chappatte, Ted Rall, David Axe, Dan Archer, Susie Cagle, om er maar wat te noemen. Zij die het ook echt met eigen ogen willen zien, tekenen dingen waarvan ze vinden dat mensen het moeten weten en het ook daadwerkelijk doen. Tuurlijk laten we eerlijk zijn, ik heb wel ambitie om naam te maken in de stripwereld en eventueel ook in de journalistiek.
Vanaf dat ik 4 was wilde ik al striptekenaar worden, uiteindelijk ging ik geschiedenis studeren (niet afgemaakt overigens, ik was het op veel vlakken niet eens met de manier van lesgeven en innovatie in het middelbaar onderwijs vond ik achterlopen of te langzaam gaan), daarna naar de kunstacademie waar ik uiteindelijk toch weer terugkwam op strips. Alleen dan wel strips over wat er speelt in de wereld en die een bepaalde impact op mensen kunnen hebben.
Ik heb altijd al interesse gehad voor oorlogen, conflicten en andere heftige situaties, maar als er andere verhalen zijn waarvan ik vind dat ze verteld moeten worden, zou ik dat ook maar wat graag aangrijpen.

Wat is je doelgroep?
Eigenlijk het grote publiek, dus zo ruim en breed mogelijk en niet alleen stripliefhebbers. Mensen zullen niet zo snel een strip kopen, maar let maar eens op hoeveel jonge Metro- en Spits-lezers meteen de strips erbij pakken. Ik ben erg benieuwd wat voor reacties hier straks op komen als het uiteindelijk ook in een Nederlandse krant komt en dat er eventueel ook meer striptekenaars of journalisten mee aan de slag gaan.

Wil je Jules helpen met zijn project? Check dan hier hoe je dat kunt doen. En bekijk de facebookpagina om op de hoogte te blijven.