Categorieën
Strips

Close-up van Art Spiegelman

AVRO Close Up presenteert zondag 25 april de documentaire The Art of Spiegelman, waarin een beeld wordt gegeven van striptekenaar Art Spiegelman. Een film van Clara Kuperberg en Joëlle Oosterlinck.

Spiegelman werd wereldberoemd met zijn schepping MAUS, een stripverhaal waarin hij vertelt hoe zijn ouders de Holocaust overleefden. Spiegelman zet in dit stripverhaal de nazi’s neer als katten en de joden als muizen. Daarmee maakte hij een boeiende parabel. Hij won er de Pullitzer Prize mee. Spiegelman (1948) is een striptekenaar die pas aan het werk gaat als er iets naars gebeurt: ‘Als ik aan de slag ga, dan is dat omdat ik het niet kan vermijden, (…) omdat ik iets moet verwerken door het concreet te maken in een stripverhaal.’

Maar al lang voor MAUS was Spiegelman een voorvechter van de strip als medium om mensen wakker te schudden. Zijn hartstochtelijke liefde voor de strip begon toen hij als jongetje een nummer van het alternatieve stripblad MAD in handen kreeg: ‘MAD’ leerde me te lezen, te kijken, en stimuleerde me om ook zo’n rebelse striptekenaar te willen worden.’

Spiegelman gaf zelf ook stripbladen uit waarin hij een podium bood aan striptekenaars die vernieuwend werk maakten. In 1980 begon hij samen met zijn vrouw Françoise Mouly het magazine RAW. In de jaren negentig deed hij de redactie van Little Lit, een stripanthologie in drie delen gericht op kinderen. Daarnaast tekende hij covers voor The New Yorker. Zijn covers waren vaak spraakmakend, zoals de cover waarmee hij reageerde op de vernietiging van de Twin Towers in New York, soms ook controversieel, zoals de tekeningen waarmee hij commentaar gaf op het Monica Lewinsky schandaal.

In de documentaire laat Spiegelman weten het moeilijk te vinden aan het werk te gaan: ‘Ik ben iedere ochtend bang dat ik niks heb om aan te werken. (…) Maar zo is mijn creatieve proces nou eenmaal: ik moet sterven en opnieuw geboren worden voor iedere pagina die ik teken.’

Zet in je agenda, blackberry, telefoon of schrijf het op je hand: AVRO Close Up ‘The Art of Spiegelman: zondag 25 april om 18.15 uur bij de AVRO op Nederland 2.

Meer over Art Spiegelman, zie Lambiek.net en deze biografie.

Categorieën
Strips

Nederlandse stripwereld weer een prijs rijker

Mocht je ooit nog in de prijzen willen vallen, stop dan met staatsloten kopen en wordt stripmaker. De prijzen voor deze beroepsgroep lijken niet aan te slepen te zijn. Deze week werd bekend gemaakt dat vanaf dit jaar de Willy Vandersteenprijs uitgereikt zal worden aan het beste Nederlandstalige album.

Op 4 juni wordt, tijdens Stripdagen Haarlem, de eerste Willy Vandersteenprijs uitgereikt. Een nieuwe prijs in het leven geroepen door het Vlaams-Nederlandse Huis de Buren in Brussel, in samenwerking met Strip Turnhout en Stripdagen Haarlem, respectievelijk de grootste stripfestivals van Vlaanderen en Nederland.

De prijs is vernoemd naar Willy Vandersteen (1913-1990), de geestelijk vader van onder andere Suske & Wiske, en bekroont volgens de jury het beste Nederlandstalige album van de voorbije twee jaar. De prijs zal afwisselend worden uitgereikt in Haarlem en Turnhout. De winnaar krijgt 5.000 euro, en een tentoonstelling over het boek die zowel in Vlaanderen als Nederland te zien zal zijn. De nieuwe prijs vervangt de Grand Prix van de Stripdagen Haarlem en de debuutprijs van de stad Turnhout.

Leen Vandersteen, dochter van de tekenaar, is de voorzitter van de jury. Verder zal de jury bestaan uit Hein Van Putten (artdirector van de Volkskrant), Ineke Horst (uitbaatster Stripwinkel Sjors Dordrecht), Noël Slangen (communicatiespecialist en stripkenner), Jan Smet (stichter Bronzen Adhemar, Stripgids en het Turnhoutse stripfestival) en Frank Van Leemput (advocaat en stripkenner). De voorzitter van de jury leidt de debatten, maar is zelf niet stemgerechtigd.

Maar de Willy – zullen we hem zo maar noemen? – zal niet de enige prijs zijn die wordt uitgereikt tijdens de Stripdagen Haarlem. Ook de VPRO Debuutprijs, voor het beste Nederlandstalige stripdebuut van de afgelopen twee jaar, en de Clickie Awards, voor de beste webcomics in de categorieën Epic, Gag en
Medium.

En nu we het toch over prijzen hebben: dit weekend wordt de Benelux Beeldverhalen Prijs uitgereikt in Scryption te Tilburg aan de twee beste inzendingen. De prijs is een initiatief van de intendant strips van het Fonds BKVB, NRC Next en uitgeverij De Vliegende Hollander. Zaterdag wordt tevens een tentoonstelling geopend waarin de volledige longlist van veertig inzendingen te zien is. Verder worden van vrijwel alle 121 inzendingen digitale versies vertoond. De prijs bestaat uit een geldbedrag, en de beste vijf strips worden in de week van 19-23 april in de NRC Next afgedrukt. De tentoonstelling loopt tot eind augustus.

Categorieën
Strips

Kick-Ass Van der Steen

Deze illustratie is gemaakt door Paul van der Steen en stond in Het Parool van woensdag 14 april bij een artikel over een nieuw type superheld naar aanleiding van de film Kick-Ass.

Ik vind de illustratie van Van der Steen een mooie herinterpretatie van het tekenwerk van John Romita Jr, de tekenaar en co-creator van de strip Kick-Ass. Zie hier het prachtige origineel:

In Het Parool bepleit Bregtje Schudel naar aanleiding van de film Kick-Ass (zie hier mijn recensie) het argument dat superhelden in films steeds kwetsbaarder worden: gewone stervelingen trekken superheldenoutfits aan om het op te nemen tegen schurken zonder superkrachten (respectievelijk in de films Defendor, Super en The Dark Knight, waarin een realistischer en grimmiger Batman wordt getoond.

Ze sluit haar betoog af met de volgende woorden:

Regisseur Matthew Vaugh liet zich in zijn film ongetwijfeld inspireren door de hedendaagse samenleving. In een wereld waar iedereen zich kan ontpoppen tot en superschurk, moet ook iedereen een superheld kunnen zijn. Er zijn immers geen echte superhelden die het voor je doen. Zelfs het ministerie van Binnenlandse Zaken heeft nu spotjes waarin de burger laks- en lafheid wordt verweten. “Als met great power, great responsibility komt,” vraagt Dave zich af, “komt dan met no power, no responsibility?” Als Kick-Ass bewijst hij het tegendeel.

Food for thought, zou ik zeggen. Kunnen we binnenkort een stel uitgedoste burgerwachten verwachten of zal het in Nederland zo’n vaart niet lopen? Ik neem aan dat een dergelijke actie niet bedoeld wordt in de spotjes van het ministerie van Binnenlandse Zaken.

Opmerkelijk detail: in het stuk van Schudel, noch in de officiële recensie van Fritz de Jong wordt vermeld dat de film Kick-Ass is gebaseerd op de gelijknamige strip. Een vreemde omissie vind ik dat. Ook opmerkelijk is dat dezelfde recensie op de site van Het Parool is geschreven door Bart van der Put.

Categorieën
Strips

Stripmakers Linthout en Heuvel genomineerd voor Eisner Award

Deze week zijn de nominaties voor de Eisner Award, de belangrijkste internationale prijs in stripland, bekend gemaakt. Twee albums van Nederlandse origine zijn genomineerd.

De Vlaamse stripmaker Willy Linthout is met zijn striproman Jaren van de Olifant in twee categorieën genomineerd voor een Eisner Award. Zowel in de categorie ‘Beste buitenlandse werk’ en ‘Beste auteur non-fictie’ staat Years of the Elephant op de shortlist. De Graphic Novel vertelt het verhaal van Karel Germonprez die worstelt met zijn gevoelens na de zelfdoding van zijn zoon. Willy Linthout verwierf vooral bekendheid met zijn reeks Urbanus. Jaren van de Olifant is een autobiografische striproman, getekend in potlood.

Eric Heuvel is met de educatieve strip A Family Secret (in 2003 als De ontdekking uitgebracht door de Anne Frank Stichting) genomineerd in de categorie ‘Beste publicatie voor tieners’.

Tot zover de berichtgeving vanuit trots Nederlandstalig oogpunt. Andere interessante genomineerden zijn Robert Crumb met The book of Genesis in verschillende categorieën, waaronder ‘Beste nieuwe album’ en ‘Beste tekenaar’. Asterios Polyp van David Mazzucchelli is ook genomineerd voor ‘Beste nieuwe album’ en andere categorieën. Een opmerkelijke nominatie is de middelmatige anthologie Bob Dylan revisited, die vorig jaar in het Nederlands uitkwam bij Silvester.

Hier kun je de rest van de nominaties lezen.

De Eisner Awards zijn de Oscars onder de stripprijzen, vernoemd naar de Amerikaanse stripmaker Will Eisner (1917-2005). Net als de Oscar omvatten de Eisners te veel categorieën en worden ze jaarlijks uitgereikt.

Categorieën
Strips

Hellboy in de VPRO Gids

Vanaf vandaag ligt weer een kersverse VPRO Gids in de winkels en op de deurmat bij de abonnees. Een speciaal nummer, want stripmaker/illustrator Erik Kriek maakte het omslag en er staat een uitgebreid artikel in over het aankomende Imagine Filmfestival. Oh ja, mijn interview met Mike Mignola staat er ook in.

Ik sprak Mignola begin maart tijdens de Stripbeurs in Breda, op een vroege zaterdagmorgen. Mignola was al een paar dagen in Europa en had daardoor geen zichtbare last van jetlag. De avond ervoor was hij in Brussel geweest waar hij Gert Jan Pos te woord stond voor een publiekelijk interview.

Ons gesprek was gelukkig een-op-een, in de sportkantine van het racketcenter in Breda. Praten over Hellboy, folkloristische verhalen en de Amerikaanse stripindustrie terwijl op de achtergrond een stel kroketten werden gebakken. Meer glamour kan bijna niet. Dat mocht allemaal de pret niet drukken natuurlijk: het was een fijn gesprek.

De rest van de stripbeurs zat Mignola te signeren. Ook gaf hij nog wat interviews aan collega-journalisten.

Het interview is vanaf vandaag dus te lezen in de VPRO Gids #15.

Mignola signeert op de stripbeurs. Links in de hoek is zijn vrouw te zien, die met hem mee op reis is.

Categorieën
Strips

Hallie Lama: ‘Ik ben fan van de DIY-mentaliteit’

Cartoonist en stripmaker Hallie Lama tekent lekker aan de weg. In september vorig jaar kwam zijn eerste boekje uit bij uitgeverij Xtra. Op dit moment is hij bezig met een tweede uitgave. Vorig jaar maakte ik een video-portret van hem. Het leek me leuk om de draad weer eens op te pakken. Hoe vergaat het Lama sinds zijn debuutbundel?


Met welke stripprojecten ben je op dit moment allemaal bezig?

‘Jeetje, even denken. Ik ben momenteel druk bezig mijn volgende boek samen te stellen en mijn hoofd aan het breken over een gepaste titel. Tevens doe ik een bijdrage aan een te verschijnen cartoon.blog-bundel. Dit staat allemaal voor de Stripdagen in Haarlem in de planning, waar ik rond die tijd ook werk heb hangen in de Vishal. Daar is dan de expositie De nieuwe generatie cartoonisten en die belooft erg leuk te worden. Niet zomaar een verzameling lijstjes in een hal, zeg maar. Verder teken ik nog steeds de kattenstrip Joop en Harrie voor kattenblad Majesteit en lever ik bijdrages aan Pulpman en Van Speijk.’

En je bent online ook veelvuldig aanwezig.
‘Op het internet ben ook nog steeds te vinden op mijn blog en op Eeuwig Weekend en Cartoon.blog.nl. Tevens wil ik ook nog wel eens opduiken op Frontaal Naakt. En dan zijn er nog twee ‘geheime’ (gag)stripprojectjes, maar die staan beide nog in de startblokken. Een goede reeks valt of staat met een goed doordacht concept en leuke, al dan niet sympathieke, personages.’

Natuurlijk ben ik nieuwsgierig naar die stripprojectjes. Wat kun je me er nu al over vertellen?
‘Eentje speelt zich af op een camping en die andere gaat over een cakebakker. Maar dat laatste wist je al want die maken we samen.’

Helemaal waar. Daar komen we later dus nog wel eens op terug. Vorig jaar september verscheen je eerste officiële boekje bij uitgeverij Xtra. Hoe gaat het daarmee, verkoop je een beetje?
‘Ik heb eerlijk gezegd de precieze cijfers niet gezien, maar volgens mij gaat het wel lekker. Heb er ook wel wat sympathieke dingen online over gelezen, dus ik mag niet klagen.’

Hoe was dat, om voor het eerst een echt boekje in de winkel te hebben liggen?
‘Te gek! Het begon al met een drukbezochte boekpresentatie in het altijd gezellige Lambiek. Leuk dat er zoveel mensen kwamen opdagen. Ook voor mijn signeersessie in de Hilversumse Boekhandel was heel wat belangstelling. Gelukkig vind ik signeren ook leuk. Vooral als men tevreden is met het resultaat natuurlijk.’

Wat is het gekste dat je tijdens een signeersessie hebt meegemaakt?
‘Dat was vast iets tijdens mijn signeersessie in mijn stamkroeg, maar daar weet ik niet zoveel meer van.’ Hallie lacht en vervolgt: ‘Zonder gekheid, wat ik wel vaker heb gehad is dat mensen niet eens doorhadden dat ik er een echt tekeningetje bij gezet had. Ze dachten dat het een gedrukt plaatje was waar ik alleen een handtekeningetje bij had gezet. Gelukkig kwamen de meeste kopers wel terug om me alsnog te bedanken.’

Stond je niet op de bestsellerslijst in Hilversum? Kun je daar nog rustig over straat zonder belaagd te worden door fans en cartoongroupies?
Walhallie was het afgelopen jaar het best verkochte stripboek bij de Hilversumse Boekhandel. Natuurlijk zal mijn signeersessie daar een aardige ‘boost’ aan gegeven hebben. Maar ik kan daar nog wel rustig over straat, hoor. Al weten mensen me wel te vinden voor een krabbeltje in hun boekje.’

Ik zag op de Stripbeurs Breda dat je een smallpress had gemaakt van je laatste 24 Hour Comic, Koning van de Uien. Waar gaat die strip over?
‘Haha, weet jij het? Het verhaal is inderdaad van origine een 24 Hour Comic, dus daar ben ik blanco aan begonnen. De plot schiet zodoende alle kanten op, met veel rare wendingen en flauwiteiten. Maar ik ben er wel tevreden mee, hij “leest lekker”. En er zitten veel uien in.’

Waarom heb je eigenlijk nog een smallpress uitgegeven, je hebt nu toch een echte uitgever?
‘Ik had online wat vragen over nieuw werk gehad naar aanleiding van mijn aanwezigheid in Breda. Toen heb ik dus maar besloten om voor de liefhebbers een limited versie van De koning van de uien te maken. Zie het maar als een bootleg. Ik vind smallpress boekjes sowieso wel rock-‘n-roll. Ik ben fan van de DIY-mentaliteit.’

‘Ook was dit de enige kans om De koning van de uien te presenteren zoals hij gemaakt is, in een kleine 20 uur. De koning van de uien zal in Pulpman verspreid over een paar nummers geplaatst worden. Daarom kleur ik het verhaal nu in grijstinten in. Ook zal ik hier en daar wat aan de tekst rommelen, vooral omdat mijn handschrift door het tempo waarin ik heb getekend ietwat onleesbaar uitvalt en dat is zonde.’

Wanneer komt je volgende boekje uit en wat gaat daar allemaal in staan?
‘Ik gok op de Stripdagen in Haarlem, dus in juni kan je weer een nieuw boekje verwachten. Uiteraard zitten er weer een hele bak cartoons in, maar deze keer iets meer dingen van 1 pagina of meer. Ik ben momenteel nog op zoek naar de juiste verhouding tussen strips en cartoons. Wel heb ik al een – veel te ruime – voorselectie gemaakt.’

Je maakt ook zoveel cartoons. Dat loopt dan aardig in de papieren. Ik heb het idee dat je je de laatste tijd wel meer concentreert op verhalende strips tekenen in plaats van cartoons. Hoe gaat dat?
‘Ik teken al jaren en deed eigenlijk altijd wel paginaatjes en verhaaltjes tussendoor. Alleen heb ik me de laatste jaren vooral op cartoons toegelegd, want ik maak graag snelle grappen. Sinds ik de afgelopen jaren aan de 24 Hour Comics Day meedoe is het me weer duidelijk geworden dat grappen maken ook makkelijk in langere verhalen kan. Ik zie een verhaallijntje dan ook als niet veel meer dan een goede kapstok voor grappen.’

Welke strips lees je zelf met veel plezier?
‘Wat strips betreft ben ik echt een alleseter. Ik lees net zo lief een goeie Spider-man als een Spekkie Big. In m’n boekenkast hebben boeken van Windig & De Jong, Kamagurka, Peter van Straaten en Luc Cromheecke wel de overhand.
Bij Kama is het vooral de humor die me aanspreekt en inspireert. Luc Cromheecke vind ik een toffe tekenaar die zonder woorden ook nog steeds erg grappig is.
Peter van Straaten is een vakman en een begenadigd tekenaar. En z’n werk is vaak pijnlijk herkenbaar. Humor is lijden en vice versa.’

En Windig en De Jong?
‘Dat vind ik gewoon geniaal, dat is cultureel erfgoed. Verder vind je in mijn kast de complete Asterix-reeks, al koop ik de latere albums eigenlijk alleen om de boel compleet te houden. De oude Asterix-albums vind ik zo sterk omdat ze daar het kapstokprincipe tot in de puntjes uitvoeren. Goscinny bouwt, met oog voor detail, een prachtige kapstok en hangt daar dan weer sublieme grappen aan. Dat vind ik mooi en dat kan ik dan ook keer op keer herlezen. En Uderzo is natuurlijk een heerlijk tekenaar. Ook heb ik een zwak voor de Peyo-albums van de Smurfen, maar daar speelt vast een stukje jeugdsentiment mee.’

Volg je nabije collega’s ook?
‘Uiteraard staan er ook veel cartoonboekjes en smallpressjes in de kast. Ik vind het altijd leuk om te kijken wat de nabije collega’s allemaal doen, dus ik heb ook veel Nederlands en Vlaams werk.’

Dit interview is ook gepubliceerd op het stripblog van Zone 5300.

Categorieën
Strips

Buffy krijgt negende seizoen

Tot mijn grote vreugde vernam ik vandaag via Fearnet.com dat Buffy the Vampire Season 8 vervolgt wordt in een negende seizoen. Ik heb het natuurlijk over de stripserie die de verhaallijn van de televisieserie, die na zeven bijzondere seizoenen ten einde kwam, voortzet.


Wanneer een populaire televisieserie afloopt, betekent dit nog niet dat het verhaal ook uit is. Joss Whedon, bedenker en creatieve geest achter de serie Buffy the Vampire Slayer, vond dat hij nog meer te vertellen had over de blonde uitverkorene die in de nachtelijke uurtjes op vampiers en demonen jaagt. Het verhaal van Buffy Summers werd daarom voortgezet in stripvorm: Buffy Season 8 wordt sinds 2007 door Dark Horse uitgegeven en is een verdomd boeiende stripserie.

Stripverfilmingen en strips over films zijn niets nieuws. Populaire films en televisieserie krijgen al jaren tie-ins als boeken, poppetjes en strips. (De tv-serie True Blood krijgt bijvoorbeeld nu ook een stripserie.) Toch is een goede stripadaptatie een zeldzaamheid. En dat de bedenker van de serie zelf de comics schrijft komt ook niet vaak voor. Toen ik als Buffy-adept hoorde dat Joss Whedon het achtste seizoen in stripvorm zou uitgeven, was ik tegelijkertijd nieuwsgierig en sceptisch. Een strip zou het toch nooit halen bij de kwaliteit van de serie? Uiteraard won de nieuwsgierigheid.

Waarheidsgetrouw
Mijn sceptische houding was na het lezen van de eerste trade paperbacks compleet verdwenen. De personages die we in zeven seizoenen hebben leren kennen, komen wederom tot leven in de strippagina’s. Niet alleen weet tekenaar Georges Jeanty de acteurs feilloos na te tekenen. De personages zijn gewoonweg niets veranderd. Veel is te danken aan de strakke dialogen van Whedon, die de dictie van iedere hoofdfiguur perfect op papier weet te zetten.

Het is merkbaar dat Whedon niet langer de censuurcommissie van de omroep tevreden hoeft te houden. De strips hebben door hun vele verwijzingen naar en woordgrapjes over seks een volwassener karakter. Hoewel de serie controversiële onderwerpen als homoseksualiteit niet uit de weg ging, komen dat soort thema’s in de strips meer naar voren.

De serie zou oorspronkelijk 25 comics beslaan, inmiddels is het verhaal in de planning uitgegroeid tot veertig delen. Joss Whedon schreef de eerst vier delen ‘The Long Way Home’ en pende tussendoor nog wat verhalen. Hij zal tevens dit seizoen afronden. Verder fungeert hij als executive producer van de serie, wat zoveel betekent als dat hij de productie nauwgezet overziet en het creatieve team van schrijvers en tekenaars aanstuurt. Een zelfde rol speelde hij in de televisieserie.

De comicserie wordt geschreven door niet de minste schrijvers. Brian K. Vaughan schreef de tweede verhaalboog die gaat over Faith, de andere slayer die een tijdje de darkside van de force bediende. Jeph Loeb (Batman: The Long Halloween, Smallville) pende aflevering twintig en Brad Meltzer heeft zojuist zijn voorlopig laatste nummer geschreven. Vaste schrijvers van de tv-serie, zoals Jane Espenson en Doug Petrie, schrijven ook mee aan de stripserie. Zij kennen de personages immers door en door.

Dit seizoen komt bijna ten einde. Dark Horse heeft aangekondigd dat er zes maanden na het einde van seizoen 8 met de negende begonnen wordt. Het verhaal zal compacter zijn en minder lang gaan duren.

Ik heb er in ieder geval zin in.

Categorieën
Strips

1 april: Wilders wordt stripfiguur

Sommige mensen zullen Geert Wilders, met zijn geblondeerde coupe en ongenuanceerde uitspraken wellicht al een stripfiguur vinden. Ikzelf noem hem graag de Politieke Muppet. Scenarist Jaap den Havik zag er in ieder geval ook een stripfiguurtje in en pende een strip waarin de politicus achter Bin Laden aangaat.

In het komende nummer van Eppo zal Geert zijn intrede maken als stripfiguur. In zijn eerste avontuur, getiteld Geerts geheime missie verlaat Geert tijdelijk de politiek om de gevreesde terrorist Ben Laden te zoeken in Afghanistan waar deze staatsvijand zich al jaren schuilhoudt. In de traditie van James Bond zal hij trachten Ben Laden te overmeesteren en over te dragen aan de autoriteiten. Dat Geert meermalen in aanvaring komt met de cultuur en gewoontes van de Afghaanse bevolking zorgt volgens scenarist Jaap den Havik voor hilarische momenten. De strip wordt getekend door Dick Heins.

Tenminste, dat wilde de Eppo-redactie ons middel een persbericht doen geloven. Helaas voor de liefhebber van politieke satire moet ik mededelen dat het hier gaat om een originele 1 aprilgrap. De slimme stripliefhebber had deze grap kunnen doorzien: Jaap den Havik bestaat namelijk niet. Even googlen maakt dit al duidelijk.

Rob van Bavel, hoofdredacteur van de Eppo, liet via de telefoon weten vandaag al leuke reacties te hebben gehad van mensen die deze grap ook doorhadden. Anderen reageerden gepikeerd omdat ze in de maling waren genomen.

Toch leuk geprobeerd en eigenlijk jammer dat het bericht niet waar is: ik was wel benieuwd of het de strip Wilders zou lukken om Bin Laden in de kladden te krijgen.

Categorieën
Strips Video

Marvel Reading Circle: Meekijken tijdens de redactievergadering

Het is niet ongewoon voor een redactie om samen te komen en een kritische blik te werpen op het voorgaande nummer van het maand- of weekblad waar ze aan werkt. De Amerikaanse stripuitgeverij Marvel Comics gooit daar echter nog een schepje bovenop en maakt video’s van deze vergaderingen. Een leuk kijkje op de redactietafel en natuurlijk goede promotie voor hun strips.

Tot nu toe zijn er twee afleveringen gepubliceerd van Marvel Reading Circle. In de eerste aflevering werd Amazing Spider-Man #620 besproken. In deze video horen we vooral veel lof voor het verhaal en het tekenwerk.

Stripvrouwen
De tweede aflevering is daarom wat interessanter om te behandelen: hierin bespreekt de redactie van Marvel Girl Comics #1: een anthologie met korte verhalen, in verschillende stijlen getekend, gericht op het vrouwensegment. Het deel van de lezersmarkt dat traditioneel gezien achterblijft op het mannenpubliek.

Editor Jeanine Schaefer legt in de video uit dat ze deze strip hebben gemaakt om te laten zien welke (superhelden)verhalen vrouwen zouden willen vertellen. Het was ook een mooie kans om de vrouwen die bij Marvel werken eens samen te laten werken. Girl Comics is dus een strip door vrouwen, voor vrouwen.

In Marvel Reading Circle komen interessante kwesties aan de orde, zoals hoe de volgorde van de verhalen wordt bepaald en hoe redacteuren verschillend tegen een stripverhaal aan kunnen kijken. Terwijl de een de tekenstijl vindt afleiden van het verhaal, vindt de ander de combinatie juist heel goed werken.

Promotiemateriaal
Wat de video’s leuk maakt is het feit dat de kijker meteen de strip of de bladzijde te zien krijgt die besproken wordt. Je krijgt als kijker en potentiële lezer van de strip een aardig idee wat je kunt verwachten als je het boek aanschaft. In dat opzicht is zo’n video goede promotie voor het product. De kans is groot dat als je in de stripwinkel staat de strip toch even inziet uit nieuwsgierigheid of zelfs meteen koopt omdat je het verhaal erachter kent.

Verder zijn de video’s gewoon goed verzorgd, met bumpertjes, logo’s en een herkenbare tune.

Michael Minneboo is journalist en audiovisueel programmamaker en maakt met veel plezier ook dit soort inhoudelijke promovideo’s. Hoofdredacteuren en medewerkers van de marketingafdeling van tijdschriften kunnen contact opnemen voor een kennismakingsgesprek. Daarin zullen we de voor hen relevante mogelijkheden van video bespreken.

Categorieën
Strips

Zelf stripmaker worden

Sinds september 2009 bestaat er in Nederland de eerste hbo-opleiding voor stripmakers. Wat leren de aankomende stripmakers?

Op Artez hogeschool voor de kunsten te Zwolle kunnen studenten Stories & Design zich specialiseren in Comic Design om opgeleid te worden tot professioneel stripmaker. Raymond Hendriks, politiek cartoonist onder de naam Trik en docent op ArtEZ legt dat als volgt uit: ‘Ze moeten een zelfstandige stripmaker zijn met een eigen stijl die op professioneel niveau kan werken. Ze moeten in opdracht kunnen werken en tegelijkertijd zelf een stripboek kunnen maken.’ Stripmaker en collega-docent Hanco Kolk legt de lat net iets hoger: ‘De bedoeling is dat de student over vier jaar hier weggaat als een striptekenaar die in het bezit is van een contract voor een boek of publiceert in een tijdschrift.’

‘Vroeger waren strips taboe op kunstacademies. Toen de mannen van stripcollectief Lamelos hier studeerden (toen nog de kunstacademie in Kampen – red.) mochten ze vier jaar lang geen strips maken. Nu zeggen wij juist: “Ga nu maar wél strips tekenen.” Dat is compleet nieuw op een kunstacademie,’ aldus Hendriks.

In landen als België en Frankrijk zijn opleidingen tot stripmaker al ingeburgerd en leveren vernieuwde en succesvolle auteurs af. De Nederlandse stripwereld loopt achter als het om vernieuwende stemmen gaat, vindt Kolk: ‘Er zijn een aantal factoren die daar een rol in spelen, maar één daarvan was zeker het gebrek aan een opleiding. We hebben op zich goede stripmakers in Nederland, maar te weinig met een eigen stem die het medium nieuwe impulsen geven. Ik hoop dat wij daar met deze opleiding verandering in kunnen brengen.’

In september 2009 startte ArtEZ hogeschool voor de kunsten te Zwolle met Comic Design. Deze bachelor is een specialisatie binnen de vierjarige hbo-opleiding Stories & Design; de andere specialisaties zijn graphic design, illustratie en animatie.

Proefkonijnen
Zonder Kolk was de specialisatie er misschien nooit gekomen. Hij stuurde in 2008 een bericht naar ArtEZ met daarin de boodschap dat er een opleiding voor stripmakers moest komen. ‘Dat bericht kwam als het ware als geroepen,’ legt Sytse van der Zee, docent en coördinator Comic Design, uit. ‘Vanwege het verhalende aspect zou zo’n opleiding perfect passen bij onze interdisciplinaire opleiding Stories & Design.’

Kolk wilde hoe dan ook dat de stripopleiding in september zou beginnen: ‘Er waren wel andere academies die zaten te snuffelen maar Zwolle was het snelst. Toen Sytse op een middag bij me op bezoek was zei ik tegen hem dat het geen kwestie was of er een stripopleiding kwam maar dat het alleen de vraag was waar die zou komen. Toen was het snel geregeld.’

Het onderwijsteam van Comic Design bestaat op dit moment uit Kolk, Hendriks, Van der Zee en associate professor Anke Feuchtenberger, stripmaker en professor aan de Hogeschule fur Angewandte Wissenschaften in Hamburg. Feuchtenberger geeft twee keer per jaar een lezing en een tweedaagse workshop. Iedere docent heeft een specifieke rol binnen het geheel. Waar Kolk vooral fungeert als inspirator en de studenten een passie voor het medium bijbrengt, verzorgt Hendriks de actualiteit en redactie binnen bij de studierichtingen Illustratie en Comic Design.

In zijn lessen speelt Hendriks de rol van artdirector: ‘Ik geef ze heel gerichte opdrachten. De studenten moeten een strip maken over een onderwerp of artikel. Die strip moet dan aan concrete eisen voldoen wat betreft de lengte en het kleurgebruik. En ze moeten zich aan een strikte deadline houden.’ Professionaliteit betekent ook niet zeuren, volgens Hendriks: ‘Vaak zeggen studenten “dit is niet mijn ding’, of “met dit onderwerp kan ik niets” en daar moet je bij mij niet mee aankomen. Je moet er gewoon iets van kunnen maken.’

Het onderwijsprogramma is nog in ontwikkeling. De eerste twee jaar zijn uitgestippeld, het derde en vierde jaar in grote lijnen. Kolk: ‘We maken nu een lesplan. De tweedejaars zijn er vanaf de zijlijn ingestroomd en zijn eigenlijk proefkonijnen. Ik hou elke week bij wat we doen en wat wel en niet werkt.’

Zelfontplooiing
Om van de studenten professionele stripmakers te maken is er een traject uitgestippeld waar ruimte is voor theorie, techniek en zelfontplooiing. De eerste twee jaar krijgen de stripmakers ook veel algemene kunstacademievakken voorgeschoteld. Vakken als vormstudie (het tekenen van modellen, voorwerpen en landschappen), vaardigheden met applicaties als Photoshop, typografie, scenarioschrijven, kunstgeschiedenis en filosofie passeren de revue. In de toekomst moeten daar vakken gericht op zelfstandig ondernemen en kennis over de uitgeverswereld bij komen.

Comic designers krijgen vanaf de propedeuse vaklessen met concrete opdrachten die zó uit de praktijk hadden kunnen komen. In het tweede semester gaan ze aan de slag met een denkbeeldig futuristisch warenhuis als thema. Hiervoor dienen de studenten verschillende items te visualiseren en uit te werken: van promotiefilms op YouTube tot en met de ruimtelijke weergave van een van de afdelingen binnen het warenhuis. De tweedejaars maken rond het thema Frozen Charlie, een porseleinen pop uit Victoriaanse tijd, een reeks beeldverhalen. Charlie fungeert als hoofdpersoon, maar hoe de studenten daar invulling aan geven mogen ze zelf weten. De een komt met een moordlustige, bezeten Charlie, de ander maakt een strip over het verzamelen van dit collector’s item.

Oogst
Dat er veel nadruk ligt op individueel onderwijs wordt meteen duidelijk als ik donderdag 4 februari ArtEZ bezoek – de eerste praktijkdag van het nieuwe semester. ’s Ochtends geeft Kolk les aan de tweedejaars, een groep van drie studenten waaronder een Duitse uitwisselingsstudente. De vierde tweedejaars zit ziek thuis. Het gezelschap zit in een simpel zolderlokaal. Voor hen op een groep aaneengesloten tafels liggen strips, schetsen en enkele exemplaren van het tijdschrift Oogst dat ArtEZ twee keer per jaar uitgeeft en wat de studenten zelf maken: ze publiceren hun werk, geven het blad vorm en voeren de redactie.

Kolk heeft de studenten een strip laten meenemen en hen daarover een gerichte vraag gesteld die ze na enige bedenktijd moeten beantwoorden. Amanda Majoor heeft de Britse strip Tank Girl meegenomen omdat de tekenstijl haar aanspreekt. De stripmaker gebruikt in het verhaal op een gegeven moment fotomateriaal en Hanco wil weten wat het effect daarvan is. Vanuit de praktijk wil hij ze techniek bijbrengen. ‘Je moet leren strips te lezen als collega-stripmaker. Het is belangrijk dat je ontdekt wat een bepaalde techniek met je doet, zodat je er afstand van kan nemen en kan kijken wat voor effect het heeft. Dan kun je het zelf toepassen,’ legt hij Amanda en schoolgenoten uit.

De tweedejaars krijgen als leeshuiswerk specifieke titels op die klassikaal besproken worden, de propedeuse studenten worden geacht zelf iedere week een strip te lezen. Om hun kennis van de stripwereld te vergroten krijgen de comic designers artikelen mee over de stripwereld en bekende striptekenaars. In de eerste week van het nieuwe semester is dat de Amerikaanse stripmaker Chris Ware. Het is de bedoeling dat ze zelf ook research doen en zijn strips lezen. In toekomstige gastlessen zullen stripmakers en specialisten hun de kennis van de stripwereld overbrengen.

Artez_Kolk-studenten

Schetsboekje
Na de les is Kolk tevreden: ‘Ik vind het bijna ontroerend om te zien hoe de tweedejaars vooruit zijn gegaan. Vooral wat betreft de verdieping in de materie.’

Na de lunch geeft hij in hetzelfde zolderlokaal les aan een grote groep propedeusestudenten die rondom de tafels knusjes tegen elkaar aan zit. Op de grond zit een student illustratie met laptop: ze is nieuwsgierig naar Comic Design. Studenten stellen elkaar gerichte vragen tijdens de twee stripboekpresentaties. Sommigen luisteren aandachtig, anderen zitten in hun schetsboekje te tekenen. Het mag allemaal.

Een studente behandelt Het Model van Edmond Baudoin, ze concludeert dat er veel autobiografische elementen in het verhaal zitten. ‘Zou je dat zelf durven?’ vraagt Kolk. ‘Ik denk dat ik daarvoor niet zo boeiend ben,’ antwoordt ze. Later gaan ze dieper in op de uitvoering van het Warenhuisproject, waar Van der Zee die ochtend een briefing over heeft gegeven, verder komen de distributie van Oogst en een aanstaande expositie ter sprake.

Het eerste halfjaar liet Kolk de stripmakers in spe kennismaken met de mogelijkheden van het medium. De studenten moesten bijvoorbeeld de stripdagen bezoeken en daar een verslag in stripvorm van maken. Ook stond een stripadaptatie van een scène uit hun favoriete roman op het programma.

David Lynch
’s Middags geeft Van der Zee ‘perspectief’, een les gericht op de persoonlijke zoektocht van de student. Ze kloppen bij de docenten aan met problemen waar ze mee worstelen. Van der Zee: ‘Die lessen zijn bedacht om de studenten steeds duidelijker te laten formuleren wat ze nu eigenlijk willen.’ Abe Borst, tweedejaars, is erg enthousiast over perspectief: ‘Je mag zelf bepalen waar je je in verdiept. Je krijgt wel begeleiding van een leraar die feedback en tips geeft, maar je kunt heel persoonlijk aan de slag en daardoor veel over jezelf ontdekken. Ik ben erdoor meer gaan experimenteren om te zien hoe ik op andere manieren tot een mooi beeldresultaat kan komen.’

‘Een studente gaf aan dat ze het soort verhalen wil maken dat bij de lezer hetzelfde gevoel oproept als dat de verhalen van David Lynch bij haar oproepen,’ legt Kolk uit. ‘Ik wil dan weten wat haar precies daarin aantrekt en hoe ze dat wil vertalen in haar werk. Meestal komt dat al een beetje in het werk naar boven.’

Loslaten
De meeste studenten die voor Comic Design kiezen hebben al met het medium gestoeid. Waar een aantal eerstejaars volgens Kolk tegenaan loopt is dat ze zich een bepaalde stijl hebben eigen gemaakt. Ze zijn in trucjes vervallen en moeten die in nu weer afleren. Voor propedeusestudent Kimberly Geelen is loslaten het belangrijkste wat ze in het afgelopen halfjaar geleerd heeft: ‘Als je iets gemaakt heb, ben je er meestal zó trots op dat je niets anders wil maken. Ik heb geleerd dat je werk dan niet af is. Je moet dan eigenlijk weer opnieuw beginnen. Je weet dat je dit kan en je moet nu proberen verder te komen, je grens verleggen.’

Op Stories & Design studeren op dit moment ruim zestig eerstejaars, een deel daarvan heeft al laten weten stripmaker te willen worden, een deel weet het nog niet. Van der Zee schat dat er tussen de twaalf en zeventien studenten die richting zullen kiezen.
Met pakweg vijftien studenten die in de toekomst jaarlijks zullen afstuderen rijst de vraag of die genoeg werk zullen vinden in de stripwereld. Kolk is positief: ‘Momenteel is het medium behoorlijk in beweging. Ieder jaar komen er nieuwe verrassende toepassingen bij, zoals nieuwe genres. Ik ga er dus vanuit dat de mogelijkheden voor nieuwe stripmakers en zeker voor degenen die van deze opleiding komen, zullen toenemen. Tegelijkertijd moet je – als je ambitie hebt en een nieuwe weg in wilt slaan met strips – ook voor een groter publiek gaan werken en buiten het taalgebied kijken.’

Hendriks vult aan: ‘Als ik eerlijk ben zou ik zeggen dat er al te veel stripmakers zijn, maar eigenlijk moet je het zo zien: er zijn al te veel stripmakers die slecht werk maken. Goede stripmakers, daarvan zijn er echter nooit te veel.’

Dit artikel is gepubliceerd in VPRO Gids #12.

ArtEZ schrijft zelf de naam ArtEZ met deze hoofdletters, ze staan voor de beginletters van de steden Arnhem, Enschede en Zwolle waar de locaties van deze academie staan.

Alle foto’s: Reyer Boxem.

Illustratie: Hanco Kolk.

Categorieën
Striprecensie Strips

Box Office Poison

Bij toeval stuitte ik op het debuut van Alex Robinson – al struinend in een boekenkast van een van mijn favoriete boekwinkels. Het was in eerste instantie de titel die me aantrok: Box Office Poison. Dat beloofde veel goeds.

De 600 pagina’s tellende graphic novel maakte die belofte meer dan waar. Robinson voert een uitgebreide cast van levensechte personages op. Hoofdrolspeler is Sherman Davies die in zijn beleving vastzit in zijn baantje als medewerker in een boekwinkel. Hij haat zijn werk en heeft een grenzeloze minachting voor zijn klanten, maar onderneemt bar weinig om aan het leven van loonslaaf te ontsnappen. Hij ambieert een groot schrijver te worden, maar aan de stukken tekst die Robinson de lezer laat inzien is al snel af te leiden dat Sherman daar eigenlijk het talent voor ontbeert.

Nadat het uit is gegaan met z’n grote liefde betrekt hij een kamer bij Jane Pekar en Stephen Gaedel, een leuk stel met wie het goed toeven is. Als hij op een dag hun oude huisgenoot Dorothy Lestrade tegenkomt, gaat z’n jongens hartje weer sneller kloppen. Tot ergernis van Pekar, die Dorothy niet kan uitstaan.

Stripwereld
De beste vriend van Davies is Ed Velasquez, een stripmaker die nog bij zijn ouders woont en hunkert naar het moment van zijn ontmaagding. Velasquez is assistent van Irving Flavor, een stripmaker op leeftijd die ooit de superheld Nightstalker heeft bedacht en voor een prikkie de rechten verkocht aan zijn uitgever Zoom Comics. Het is een klassiek verhaal dat spijtig genoeg vaker is voorgekomen in de Gouden Dagen van Amerikaanse Comics dan uitgevers als Marvel en DC zouden willen toegeven.

Joe Shuster en Jerry Siegel verkochten bijvoorbeeld de rechten van Superman voor een heel laag bedrag en de belofte dat ze voor DC Comics mochten blijven werken. Ze wisten indertijd niet beter en toen ze dat jaren later wel deden hebben ze een rechtzaak tegen de uitgever aangespannen.

Opmerkelijk detail is dat Velasquez de hoofdrol in het verhaal uiteindelijk overneemt. En gelukkig maar, want het leven van Davies verloopt rap richting volledige verzuring. De boodschap van Box Office Poison is duidelijk (en door deze hier te melden verklap ik verder niets over de plot): Je dromen actief najagen vereist lef en doorzettingsvermogen. Wie dit ontbeert zal nooit echt gelukkig worden. Een levensinstelling waar Alex Robinson mijns inziens zelf naar leeft, want hij nam na zeven jaar in een boekwinkel gewerkt te hebben ontslag om zich volledig op het strip maken te storten. Mazzel voor ons: Robinsons debuut mag dan alweer dateren uit 2001, gedateerd is zijn Box Office Poison zeker niet.

Real life
Robinson toont met deze graphic novel een goede verteller te zijn die de lezer tot op de laatste bladzijde weet te boeien. Zijn kracht ligt in goed uitgewerkte personages en een realistisch plot: je kunt je voorstellen dat de gang van zaken in Box Office Poison echt kunnen gebeuren. Robinsons tekenstijl zit ergens in het midden tussen cartoonesk en realisme en zal niet ieders smaak zijn. Gaandeweg het verhaal gaat de stripmaker op visueel vlak steeds meer experimenteren wat voor een leuke afwisseling zorgt.

Kortom: Aanrader.
bop93
Robinson, Alex – Box Office Poison
Top Shelf Productions, (2001) $29.95
ISBN 978-1891830198

NB: Er is ook nog een strip verschenen met korte verhalen over de personages van Box Office Poison. Meer over Alex Robinson is te lezen op zijn site.

Deze recensie is ook gepubliceerd op het stripblog van Zone 5300
.

Categorieën
Mike's Webisodes Strips Video

Mike’s Webisodes 11: Wasco’s stripexperimenten

Stripmaker Wasco is in de stripwereld een beetje een vreemde eend in de bijt. Hij maakt experimentele strips waarin hij onderzoekt wat een strip nog tot een strip maakt. Zo rondde hij vorig jaar een album af waarin hij alleen maar stripkaders tekent. Wasco is een eigenzinnig stripmaker die aandacht verdient.

‘Ik begin altijd met strips, maar op de een of andere manier ontspoor ik altijd en lukt het me nooit om binnen het kader van een verhaal te blijven,’ vertelt Wasco in deze webisode waar de stripmaker dieper ingaat op zijn experimenten. Ook spreekt hij over zijn alter ego Wanda Scott onder welke naam hij erotische strips maakt.

Wasco begon in 1989 met zijn tijdschrift Wasco’s Weekblad, waarvan 13 nummers verschenen. Hierin stonden de eerste afleveringen van het legendarische Apenootjes, waarvan twee boekjes verschenen. Hierna verscheen deze strip vanaf het allereerste nummer in Zone 5300, waar Wasco’s werk nog steeds in te bewonderen is. Verder heeft Wasco illustraties gemaakt voor de VPRO Gids, MUG en Vrij Nederland.

Wasco geeft zijn strips uit via zijn eigen uitgeverijtje.

Expositie
Wie nader kennis wil maken met het werk van Wasco kan tot en met zondag 28 maart terecht in Stripwinkel Lambiek te Amsterdam, waar de expositie ‘Uitgeknipte Vormen Tweedehands Daglicht’ te zien is.

Speciaal voor deze gelegenheid heeft Wasco de schaar ter hand genomen en heeft een twintigtal knipsels gecreëerd, die het hart vormen van deze expositie. Naast de uitgeknipte kunstwerkjes, zijn er ook tekeningen, collages en objecten te bewonderen.

Mike’s Webisodes
Deze webisode kwam tot stand in samenwerking met Tonio van Vugt, co-hoofdredacteur van Zone 5300, die Wasco interviewde.

Mike’s Webisodes is een serie webvideo’s gemaakt door freelance journalist Michael Minneboo over zaken die hem fascineren: interviews met kunstenaars, stripmakers en reportages van evenementen vormen een rode draad in de serie.

Wie ook video’s op maat gemaakt wil hebben kan vrijblijvend contact opnemen met Michael Minneboo voor een afspraak.