Categorieën
Minneboo leest Strips

In the Pines: Krieks moordlustige verhalen

Tekenaar Erik Kriek bewerkte vijf murder ballads tot pakkende en duistere stripverhalen: ‘De donkere kant van de mens fascineert mij.’

‘In the pines, in the pines, where the sun never shines and we shiver when the cold wind blows.’ Met dit citaat uit de Amerikaanse folksong ‘In the Pines’ begint de gelijknamige striproman van Erik Kriek (Amsterdam, 1966). ‘Deze eerste strofe uit het nummer vat eigenlijk het hele boek samen. Het nummer zit verder niet in het boek trouwens, maar we hebben het wel op de bijgevoegde cd gezet,’ vertelt de stripmaker en illustrator in zijn Amsterdamse atelier. Nadat hij een paar jaar geleden op eigenzinnige wijze vijf verhalen van H.P. Lovecraft verbeeldde, dompelde Kriek zijn penseel nu in de inktzwarte wereld van de murder ballad: een subgenre van de traditionele ballade waarin een moord centraal staat. Vaak ontloopt de dader zijn lot niet en wordt hij geplaagd door zijn geweten.

In-the-Pines-cover

Puur
‘Wat ik zo mooi vindt aan country and folk is dat het compacte verhaaltjes zijn met een kop en een staart. Ze zijn ook melodramatisch; ik hou ervan als het er lekker dik bovenop ligt. Ook de ambachtelijke sound vind ik heel mooi. Het gaat om instrumentbeheersing en mooie samenzang zonder effectbejag. Ik heb deze vijf songs zonder specifieke reden gekozen, al ben ik een ontzettende liefhebber van Gillian Welch. Haar nummer ‘Caleb Meyer’ was de aanleiding voor dit boek. Ik heb ook het nummer ‘Where the Wild Roses Grow’ van Nick Cave opgenomen. Niet dat ik echt een fan van Cave ben, maar omdat iedereen die ik over dit project vertelde meteen aan zijn album Murder Ballads moest denken.’

De strip gebaseerd op ‘Where the Wild Roses Grow’ laat goed zien dat Kriek de songs als basis gebruikte om zijn eigen verhaal te vertellen. Het zijn geen brave verstrippingen. ‘De meeste traditionele murder ballads vertellen eigenlijk allemaal hetzelfde: jongen vermoordt meisje uit wraak of uit “als ik niet met je kan zijn, dan maar helemaal niemand”. Allemaal vrij misogyn, dus als je niet varieert wordt het een saai boek. Die ballades zijn dermate schetsmatig dat je er eigenlijk alle kanten mee op kunt. Cave baseerde zijn tekst op een ander nummer genaamd ‘The Willow Garden’, een klassieke murder ballad waarin weer een meisje wordt dood getimmerd door haar psychopathische vriendje. Daarom heb ik de rollen omgedraaid. Ze doet alsof ze weerloos en slachtoffer is maar dat is ze in feite helemaal niet. Ze is een wilde roos, een ontembare bitch die in de bende van haar vader zat. Zij heeft alle touwtjes in handen en daarom eindigt het verhaal ook anders dan het liedje van Cave. Het is daarom ook het favoriete verhaal van mijn vriendin. Wat mij namelijk in fictie opvalt en irriteert is dat er zo weinig goede vrouwenrollen zijn. Het zijn altijd stereotypes.’

In-the-Pines-p2-NL

Moraal
‘De duistere kant van de mens trekt mij aan omdat die zo ver van me afstaat. Ik ben zelf erg positief en optimistisch, en ik denk dat die donkere kant mij daardoor fascineert. Daarbij is het heel saai om verhalen te lezen waarin mensen gelukkig zijn, terwijl als iemand iets heel ergs overkomt, je je meteen afvraagt hoe je zelf in die situatie zou reageren. Met deze murder ballads wilde ik ook laten zien dat een moord of een gewelddadige gebeurtenis iedereen raakt. Er is geen goed of kwaad, ook voor de daders heb je wellicht sympathie terwijl het eigenlijk abjecte figuren zijn. Net als in die ballads wordt in mijn strips gewoon verteld wat er is gebeurd, maar je mag zelf bedenken wat je daarvan vindt. Ik neem geen moreel standpunt in.’

Finland

Erik Kriek.
Erik Kriek.

Als een rode draad in het boek vliegen zwarte raven rond, de boodschappers van de dood. Ook heeft het woud een centrale plek, een verwijzing naar de zomers uit Krieks jeugd, toen hij zijn familie in Finland bezocht. ‘De natuur in het oosten van de Verenigde Staten lijkt ook veel op die van Scandinavië.’

Het is opvallend hoe Kriek wederom verhalen heeft gekozen die zich in het verleden afspelen, met name de negentiende eeuw: ‘Oude kostuums, oude huisjes, paard en wagen, dat soort historische dingen vind ik leuk en dankbaar om te tekenen. Het is deels ook romantiek, het roept een barokke en gothic achtige sfeer op. Aan het tekenen van een verhaal dat zich afspeelt in een vinexwijk in Almere zou ik geen lol beleven,’ zegt hij met een glimlach.

in-the-pines-boshut

Strips en muziek vormen een interessant huwelijk. Op de bijgevoegde cd zijn de murder ballads uit de striproman opgenomen, uitgevoerd door de Blue Grass Boogiemen. Kriek zingt op drie tracks mee en speelt in zijn vrije tijd ook in een band. ‘Ik vind het heel leuk om mijn vrienden te zien. Ouwehoeren in de kroeg vind ik ook gezellig, maar samen iets doen vind ik het allerleukste. Vandaar de band. Overigens ken ik eigenlijk geen enkele striptekenaar die niet iets met muziek te maken heeft. Als ze al niet in een band zitten, weten ze ontzettend veel van muziek. Strips maken is een solitair bestaan en muziek is je vriend als je uren aan het tekenen bent. Leren tekenen verhoudt zich ook wel een beetje met het leren van een instrument. Dat is ook iets dat je door de jaren heen in je eentje perfectioneert.’

Erik Kriek. In the Pines: 5 Murder Ballads
(Nawoord: Jan Donkers) Scratch Books

Dit interview is geschreven voor en gepubliceerd in de VPRO Gids #9 (2016).

Categorieën
Mike's notities

Prince in concert 1995

Al bladerend door een oud dagboek, viel opeens een concertkaartje op de vloer. Niet zo maar een kaartje: mijn eerste Prince concert! Dat vond plaats in de BrabantHallen op zaterdag 25 maart 1995….

prince concertkaartHet was een paar dagen voor mijn achttiende verjaardag en het was mijn eerste serieuze concert. Nu ben ik nooit echt een concertbeest geweest, maar Prince wilde ik toch wel heel erg graag zien. De Kleine Geile Dwerg, zoals ik hem toen noemde, verzorgde immers de soundtrack bij mijn tienerjaren.

Dagboekfragment 1995:

Ben nog wat moe van gisteren – maar wat een rit. Het concert was ronduit fantastisch! De eerste minuten was ik haast perplex omdat ik Prince gewoon live voor me zag. Ik stond ongeveer 15 meter van het podium. Goed, er stonden heel wat mensen voor me (en een heleboel handen) maar dankzij de rugzak van Nika stond ik soms wat hoger, wat heel wat scheelde.

Nika werd trouwens halverwege het concert afgevoerd omdat ze onwel werd door de drukte. Ja, het was heel erg druk. Er waren zelfs al mensen vanaf dinsdagavond aanwezig.

We vertrokken met de trein van twee uur vanuit Hoorn, maar kwamen pas om half vijf in Den Bosch aan door vertraging bij Amsterdam-Amstel. Toen met een speciale bus naar de Brabanthallen. Daar was het heel druk. Nadat we een patatje hadden gegeten gingen we in de rij staan. We hebben een deel door het publiek gelopen zodat we een stuk van de rij afsneden. Zo kwam het dat toen we binnenkwamen zo door konden lopen naar een plek in het midden van het podium. Ik stond ongeveer gelijk met een jongen die er al vanaf 10 uur ’s ochtends aanwezig was.

We moesten 2 ½ uur wachten en zijn op de grond gaan zitten. Ik heb de tijd gedood met het lezen van Nieuwe Revu. Op een beeldscherm werden clips getoond.

Toen het concert begon barstte de hele zaal los. Het concert was echt te gek. Prince werd geassisteerd door de NPG en Mayte. Hij speelde een set van ongeveer twee uur met onder andere de nummers The Most Beautiful Girl in the World, I Love U in Me, 7, Race, Letitgo en nummers van The Gold Xperience, zoals Pussy Control. De boodschap was duidelijk: Prince is dood en hier is zijn opvolger TAFKAP.

Ik had oordopjes in gedaan om mijn oren te beschermen en die hebben goed gewerkt. Aan het eind kregen we allemaal glitters om ons heen.

Het stomme is alleen: over het algemeen is het moeilijk alles te zien (ik ben dan ook maar 1.76m) maar dan gaan ze ook nog eens hun handen opsteken. Dat maakt het extra moeilijk om iets te zien. Af en toe werd je enkele meters met de stroming meegesleurd.

Er was trouwens ook goede service. Af en toe werden er glazen water doorgegeven en een enkele keer vloog er een natte spons door de lucht. De open deuren gaven verkoeling. Wel snakte ik naar wat drank aan het eind.

We moesten Nika zoeken. Na een lange speurtocht vonden we haar weer. De terugreis was rustig. Heb veel met mijn ogen dicht gezeten.

Woensdag 29 maart 1995:

Dit had ik de gehele zondag: ik kon mijn ogen dicht doen en nog steeds zag ik Prince op het podium staan. En dat is echt fantastisch! Het geeft echt een kick.

In de krant stond deze gave foto gemaakt door Serge Ligtenberg:

prince-1995-serge-ligtenberg

Categorieën
Striprecensie Strips

Striprecensie: Love in Vain – Robert Johnson 1911-1938

In de biografische striproman Love in Vain – Robert Johnson 1911-1938 wordt het leven van blueslegende Robert Johnson verhaald. Mooi op papier gezet door Mezzo, maar het verhaal van J.M. Dupont is helaas oppervlakkig.

Robert Johnson werd slechts 27, liet een twintigtal songs na en heeft slechts twee opnamesessies in zijn leven bijgewoond. Toch wordt hij beschouwd als een van de invloedrijkste bluesartiesten aller tijden. Hij inspireerde onder andere the Rolling Stones, Bob Dylan, Eric Clapton en the White Stripes, die allen veel succes hebben gehad of hebben in de popmuziek.

Over Johnson gaat het verhaal dat hij een deal sloot met de duivel en dat hij in ruil voor zijn ziel uitmuntend gitaar kon spelen. In Love in Vain is het Satan zelf die deze mythe ontkracht – hij is tevens de verteller van deze strip.

De bluesmuzikant werd vergiftigd tijdens een optreden, waarschijnlijk door een rivaal in de liefde. Hoewel hij dat overleefde, stierf hij enkele dagen later aan longontsteking die zijn door drank en syfilis verteerde lijf de das omdeed.

love_in_vainSchoolse samenvatting
Scenarist Jean-Michel Dupont doet verslag van Johnsons relatief korte leven, van de wieg tot het graf. Goed gedocumenteerd en degelijk. De vertelling leunt zwaar op captions die als rode draad de ultrakorte scènes aan elkaar rijgt. Hoewel dit resulteert in een aardige samenvatting, blijft Robert Johnson hierdoor een personage waarover verteld wordt zonder dat hij echt tot leven komt. Dupont observeert Johnson van een afstand en hierdoor wordt hij nooit een personage dat we goed leren kennen of wiens motivaties of zielenroerselen we begrijpen, simpelweg omdat we daar geen toegang tot krijgen. Love in Vain blijft dus aan de oppervlakte zweven, iets waar meer biografische strips last van hebben, zoals de striproman over Robert Moses die ik eerder recenseerde.

Burns
De sterke tekeningen van Mezzo (De vliegenkoning) weten de aandacht vast te houden en zijn bijna allemaal individueel in te lijsten en aan een muur te hangen. Mezzo’s stijl doet mij erg denken aan die van Charles Burns. Die werkt ook in zwart-wit en in zijn tekeningen voeren grote zwarte vlakken ook de boventoon. Achter in het boek zijn songteksten van Johnson opgenomen. Deze teksten worden vergezeld van sfeervolle houtskooltekeningen van Mezzo, zoals deze:

love_in_vain_2Love in Vain is een mooi verzorgde uitgave van Sherpa die geïnteresseerden in bluesmuziek en Robert Johnson in het bijzonder, niet mogen laten liggen.

J.M. Dupont & Mezzo. Love in Vain – Robert Johnson 1911-1938.
Uitgeverij Sherpa, € 24,95.
Er is ook een editie met gesigneerde ex libris, verkrijgbaar voor €39,95.

https://www.youtube.com/watch?v=qpevZxy5398

Categorieën
Strips Video

Video: Stripfiguren in de platenkast

In het televisieprogramma TopPop 3, op Ned 3, dook de sympathieke 3FM-DJ Gerard Ekdom iedere week in zijn platenkast en hield een muzikaal thematisch verhaal over popmuziek. Een aflevering was dat muziek en strips (en een beetje animatie eigenlijk) en kwam Gerard met een paar opmerkelijke nummers op de proppen.

Ik mis in je verhaaltje het nummer van de Crash Test Dummies over Superman, Gerard:

Categorieën
Mike's notities

Lucide dromen

Ideeën en thema’s voor blogposts spoken al een paar weken door mijn hoofd, maar het leven van alledag is te vol om er echt even voor te gaan zitten. Gewoon even zitten schrijven en tijd voor mezelf nemen zat er niet in deze week.

Oh, schrijven deed ik genoeg. Over Peter Pontiac schreef ik een in memoriam en een aflevering van Stripplaatjes onder de loep over hem voor Eppo. Spijtig dat de aanleiding de dood van een groot stripmaker moest zijn, maar ik ben blij dat we er in het stripblad aandacht aan besteden. Verder ben ik aan de slag gegaan met andere afleveringen voor die rubriek, evenals andere schrijfopdrachten die op de deur stonden te kloppen.

Strook van de allerlaatste aflevering 'Calvin and Hobbes'.
Strook van de allerlaatste aflevering ‘Calvin and Hobbes’.

Vandaag is het erg koud buiten. Hoe deze huismus dat weet? Er ligt een laagje ijs op het water en die is van achter mijn bureau duidelijk te zien. Ook kreeg zojuist een postpakket van Strip2000 dat ijskoud aanvoelde. Ik laat ze wel even ontdooien voordat ik ze ga lezen. Hoewel ik me afvraag of we nog echt sneeuwpret kunnen verwachten zoals in bovenstaande Calvin & Hobbes-strook. Op ontdekking ga ik echter veel de laatste tijd, vooral in mijn onderbewuste. Ik droom namelijk weer erg levendig. Niet alles is even rooskleurig, zitten ook heftige, nachtmerrieachtige dingen tussen. Dromen over verlies. Die horen er ook bij. Gek hoe je een bepaalde periode zo erg bewust kan zijn van de droomwereld. Het is soms alsof je in je slaap een parallel universum betreedt. Misschien is die parallelle wereld wel de echte werkelijkheid en degene waar ik me nu in begeef een droom.

Een vriend van me had het ooit over lucid dreaming oftewel terwijl je droomt besef je dat je droomt en kun je je droom beïnvloeden. Dat is mij nog nooit gelukt, maar misschien wel als ik me meer in de daarvoor beschikbare technieken verdiep. Die vriend van me zegt dat hij in zijn dromen vaak naar zijn handen kijkt en als hij ziet dat hij bijvoorbeeld aan een hand zes vingers heeft in plaats van de standaard vijf, dat hij dan weet dat hij droomt. En dan begint de lol.

Recent werd ik door acteur Jeff Daniels gewezen op een cover van Paul Simons Slip, Slidin’ Away, uitgevoerd door de band The Lone Bellow. Omdat ik na de laatste aflevering van The Newsroom met moeite afscheid nam van zijn personage Will McAvoy en de rest van de cast, besloot ik Daniels een tijdje te volgen op Twitter.

Een van zijn eerste tweets was naar deze prachtige cover van een heel mooi lied. The Lone Bellow slaat weliswaar een couplet van het liedje over, maar verder huilzingt de zangeres precies in de toonsoort die mijn gevoelige snaar raakt. Slip Sldin’ Away is mooie melancholie, zoals de tekst over de man die zoveel van zijn vrouw houdt dat hij bang is zichzelf te verliezen:

I know a man
He came from my hometown
He wore his passion for his woman
Like a thorny crown
He said, “Delores, I live in fear
My love for you’s so overpowering
I’m afraid that I will disappear”

Maar misschien is de levensvisie van de vrouw uit het liedje nog wel het mooiste:

She said, “A good day
Ain’t got no rain”
She said, “A bad day’s when I lie in bed
And think of things that might have been”

Vandaag was het weliswaar koud, maar droog. Het regende niet. Dus het was een goede dag.

Categorieën
Mike's notities

Zingende gitaarmeisjes

Met veel plezier denk ik nog terug aan de vakantie in Schotland een paar weken geleden. Zoals ik al eerder schreef, was vooral Glasgow een fijne verrassing. Hoewel ik nog steeds geen tijd heb gehad om de videobeelden te monteren tot een begrijpelijk geheel, wil ik deze week wel de laatste blogposts over dit onderwerp afronden.

Op de eerste avond in Glasgow liepen we langs The Project Café: een hang out vergelijkbaar met de Nieuwe Anita, waar je naast drankjes ook dichtbundels kunt kopen. Er waren optredens van verschillende jonge vrouwen die avond die tot de singer-songwriter categorie behoren. De eerste zangeres trad op met een elektrische Oekelele en presteerde het om haar hele set er net naast te zingen. Dat was op een aandoenlijke manier erg charmant. De show werd echter gestolen door Miss Irenie Rose. Ze heeft een prachtige stem en ze deed me een beetje denken aan Joan Boaz.

Check bijvoorbeeld deze drie liedjes van haar:



Nieuwe mensen ontmoeten en nieuwe dingen ontdekken vind ik een van de tofste dingen van op vakantie zijn. Eigenlijk hoef je daarvoor niet eens ver te gaan, want in Amsterdam of je eigen stad is vaak ook genoeg te doen. Daarom heb ik me voorgenomen om wat vaker de stad in te gaan en te doen alsof ik een toerist ben. Er zijn hier immers genoeg leuke dingen waar je als bewoner niet snel heengaat, maar juist als buitenstaander wel. Dingen die je een vakantigevoel kunnen geven en die gewoon om de hoek te vinden zijn.

Categorieën
English Striprecensie Strips

Review: The True Lives of the Fabulous Killjoys

Before we get down to the nitty gritty of The True Lives of the Fabulous Killjoys, lets enjoy this video by My Chemical Romance first:

I hope you like the song and video, because the song, and the album that it is on, Danger Days: The True Lives of the Fabulous Killjoys are actually the prequel to the comic, written by Shaun Simon and Gerard Way, who is the lead vocalist of My Chemical Romance and comic book writer of interesting stuff like The Umbrella Academy.

(Fun fact: comic book author Grant Morrison also makes an appearance in the music video. He’s the bald bad guy killing the Killjoys.)

killjoys-coverThe comic picks the story up a decade later. You see, the Killjoys were a team of revolutionaries who lost their lives while saving a mysterious young girl from the tyrannical mega corporation Better Living Industries. Today the Killjoys live on in memory, as BLI widens its reach and freedom fades. The girl is now grown up and in her late teens. A new group of revolutionaries, who live in the desert and get their inspiration from the original Killjoys, think the Girl is their saviour. It’s a role she doesn’t know anything about, but when the story unfolds she will play a pivotal role in the revolution against oppression. The group of outlaws consists of a bunch of narcissistic teens that seemed to be worried more about their hair looking good than the victims they shoot. As characters, these outlaws aren’t very interesting, and as a reader I didn’t care that much about their fate.

The trade paperback The True Lives of the Fabulous Killjoys collects all the six chapters of the story. Not knowing beforehand the comic was a sequel to a record, I felt kind of lost in the first two chapters, getting to know this Strange New World of Way and Simon, but I got into the groove of the story soon enough and especially enjoyed Becky Cloonans energetic art work. Cloonan seems to take some visual cues from manga comics even though she uses the grammar of American comic books.

Basically, there are three storylines that unfold simultaneously. The first storyline concerns the Girl coming of age and finding her destiny. The second storyline is about Korse, the Scarecrow that originally killed the Killjoys (Grant Morrison in the video). He’s a homosexual who has a secret relationship that gets discovered by his BLI employees. For Korse there is no alternative than to go head-to-head with the head of the company. The third story arc is about two porno droids trying to escape Battery City. I found their journey to be the most compelling. Interestingly, it is the droids that show the most human emotions.

killjoys-image3Stories such as these always call to mind outstanding literary narratives such as Brave New World by Aldous Huxley and 1984 by George Orwell. To me, Killjoys is just another modern-day, blockbuster variation on the dystopian future as depicted in these aforementioned classic novels. The BLI corporation on the surface seems like another version of Big Brother as it runs Battery City, in which regular citizens are like enslaved consumers, living in fear for breaking the law set by BLI. Draculoids and Scarecrows enforce this law. They are scrupulous and scary employees of BLI who wear white masks and heavy artillery. In Battery City everything seems easy and secure. People can erase their emotions through tablets and get off with porn droids. As BLI considers emotion to be a weakness, whoever steps out of line gets neutralised.

killjoys-image1It’s not hard to recognize in BLI’s wish to strip citizens of their individuality and making them into mindless consumers, a nod towards the way the Western world is heading today, which makes this futuristic story quite relevant. Nowadays, big corporations seem to be more powerful than governments. Citizens are brought up to be compliant consumers. With our everlasting addiction to our smart phones, apps, the web and other consumer products, it seems that the vision of the citizen-as-robot the comic book makers present us doesn’t seem to be too far off reality as it is.

Having said that, even though the art work looks good and on the whole The True Lives of the Fabulous Killjoys is an enjoyable read, because it plays with familiar dystopian tropes I did feel like I’ve read this story already, many times before.

This review was written for and published on the wonderful blog of the American Book Center.

Categorieën
Daily Webhead Strips Video

Daily Webhead Video: Krieks Murder Ballads

Het werk van Erik Kriek geeft me altijd veel leesplezier en op persoonlijk vlak mag ik de sympathieke stripmaker & illustrator ook graag. Daarom toog ik een paar weken geleden voor de derde keer naar zijn atelier om hem te interviewen.

kriek_lovecraft_webIk wilde graag weten hoe het met zijn Lovecraft-boek is gegaan. Erik vertelt in de video ook over zijn nieuwe project: strips losjes gebaseerd op zogenoemde Murder Ballads. Uiteraard laat hij daar ook het een en ander van zien. Tot mijn grote verbazing onthult Kriek ook dat het Stimuleringsfonds Creatieve Industrie zijn subsidieaanvraag voor dit project heeft afgewezen. Gekkenwerk natuurlijk, want Kriek is een van de beste striptekenaars van Nederland en zijn boek vol Lovecraft verstrippingen is een succes in binnen- en buitenland. Maar goed, hetzelfde overkwam Fred de Heij, die dit jaar de Stripschapprijs krijgt en toch ook geen kleintje in de Nederlandse stripwereld is. Ik begijp Eriks mineurstemming aan het einde van ons gesprek dan ook goed.

Overigens gaat het boek In the pines heten. Oftewel Onder de sparren.

Categorieën
Media

The Beatles a capella

withtheBeatlesWat mij betreft is er geen grotere band in de muziekgeschiedenis dan The Beatles. Zij hebben het verloop van de popmuziek voor altijd veranderd. Ook ben ik een groot fan van John Lennons solowerk (minus de tracks waar Yoko een deuntje op meezingt). Eigenlijk dacht ik alles wel van The Fab Four gehoord te hebben, maar nu vind ik op YouTube allerlei kale vocalen van The Beatles. Daarin hoor je dus wel de stemmentracks van de bandleden, maar niet de muziek. Of beter gezegd: de muziek hoor je nagenoeg niet.

Geen idee of deze tracks meegenomen zijn uit de studiokluis of dat mensen er audiosoftware op loslaten om de stemmen los van de muziek te filteren – sommige tracks klinken zo, anderen klinken alsof we oorspronkelijke vocal-tracks horen, waarbij de muziek zachtjes op de achtergrond te horen is, alsof die audiosporen in de microfoon van de zanger hebben gelekt.

Bij de video van Don’t let me down schreef de uploader: ‘This is the vocal track from the song Don’t Let Me Down. I can get A LOT of isolated Beatles tracks and i can create backing tracks without guitar or without vocals etc etc. Please message me with requests and ill see what i can do :)’ wat volgens mij aangeeft dat hij audiosoftware op de tracks loslaat.

Hoe dan ook: je hoort nu hoe goed John, Paul en George konden zingen. Het biedt weer een nieuw audioperspectief op de muziek van The Beatles en daar kan ik alleen maar blij van worden.

Tonio van Vugt, hoofdredacteur van Zone 5300 en groot muziekliefhebber, zette van de week de Abbey Road Medley op Facebook. Zo kwam ik nog allerlei andere tracks op het spoor. Hieronder een selectie. Je kunt op YouTube nog veel meer Beatles-video’s in dezelfde geest vinden.

Categorieën
Film

De synthesizer-sound van Harold Faltermeyer

Zou Harold Faltermeyer nog leven, vroeg ik me van de week af. Faltermeyer maakte furore in de jaren tachtig als componist van soundtracks van films als Beverly Hills Cop (I+II) en Top Gun. Het thema Axel F is misschien wel het bekendste dat hij ooit gemaakt heeft: probeer het synthesizerdeuntje maar eens uit je hoofd te krijgen als je het weer eens hebt gehoord. Eigenlijk geldt dat voor wel meer van Faltermeyers werk. Catchy tunes met een stevige hook. Zoals het hoort eigenlijk.

beverly hills cop 2 logo

De soundtrack van Beverly Hills Cop II (Tony Scott, 1987) zat een lange tijd in mijn hoofd tijdens mijn vroege, jeugdige dagen. De film zag ik tig keer. Ik was er als kind dol op. Eigenlijk zou ik de musical score graag op cd willen hebben, maar voor zover ik weet is die nooit uitgebracht. Van de film bestaat wel een collectie – zeer gedateerde – songs, maar die heb ik al en draai ik eigenlijk nooit. Maar in de synthesizers van Faltermeyer heb ik de laatste tijd ontzettend zin.

beverly_hills_cop_2_shoot_it

Gelukkig biedt ook hier het web uitkomst. Er staan tracks van Beverly Hills Cop II op YouTube. Sommige lijken uit het geluidsspoor van de film geknipt waarbij achtergrondgeluiden en dialoog digitaal zijn uitgefilterd. Soms hoor je nog wat geluidseffecten op de achtergrond.

Toch jammer dat die soundtrack van Faltermeyer nooit is uitgebracht. Nou ja, doen we het voorlopig met YouTube.

Overigens leeft Faltermeyer nog. Hij woont tegenwoordig in München. Jarenlang maakte hij geen Hollywoodsoundtracks, maar Kevin Smith strikte hem in 2010 voor zijn film Cop Out.

Categorieën
Strips

Stripreportage over Sound Central Festival zoekt hulp

Jules Calis heeft grote ambities als het gaat om het maken van journalistieke strips. Eind april gaat hij naar Kabul om een verslag te tekenen van het Sound Central Festival, het enige alternatieve kunstfestival in Afghanistan. Hij kan echter nog wel wat hulp gebruiken, namelijk in financiële vorm. Daarom heeft hij er een crowdfundingproject van gemaakt. ‘Voor reportages en achtergrondverhalen vind ik de journalistieke strip ideaal.’

julescalis2

Wat zijn je plannen precies?
Ik vertrek 29 april voor 7 tot 10 dagen naar Kabul waar ik het Sound Central Festival zal bezoeken als verslaggever: ik ga ter plekke schetsen, interviews houden en een reportage over maken in de vorm van een journalistieke strip. Zeer waarschijnlijk heb ik al een Nederlandse krant bereidt gevonden om het te publiceren.

Waarom wil je dit project uitvoeren?
Ik kwam via de Facebookpagina van ISAF bij een bericht van de BBC over het South Central Festival 2012. Het festival werd toen voor de tweede keer georganiseerd. Na wat verder erover te lezen kwam ik erachter dat de Nederlandse ambassade in Kabul ook dit festival financieel steunt. Maar ik kon geen enkel bericht erover vinden in de Nederlandse media, behalve een NOSop3 bericht uit 2011 (waarschijnlijk aangeleverd door een persbureau). Voor mij zijn er twee dingen die een rol spelen: voorop staat het verhaal en het evenement en op de tweede plaats het medium de journalistieke strip. Ik vind het een erg bijzonder en moedig evenement en ook in Nederland zou ik het graag in de media willen zien. En als niemand anders het doet, dan doe ik het.
Ik zou ook graag tussen alle ellende en negatieve berichtgeving wat meer positieve berichtgeving en tekenen van hoop willen zien/lezen. Dit soort berichtgeving blijft vaak in de kranten beperkt tot een foto of een heel kort bericht.

Wat hoop je ermee te bereiken?
Ik hoop ten eerste op een verruiming van de blik van lezers. Dat men ziet dat het daar niet alleen maar oorlog en ellende is en dat er mensen en initiatieven zijn die ondanks moeilijkheden toch dingen doen waar ze in geloven. Sowieso ben ik gefascineerd door hoe mensen omgaan met intense situaties en hoe sommigen proberen een verschil te maken. Het uitgangspunt van de reportage is mensgericht. Er zullen vragen naar voren komen als: Wat beweegt mensen om dit festival te organiseren? Wat betekent het voor de bezoekers? Wat is het belang van het festival? En nog belangrijker: Wat betekent het voor de toekomst van Afghanistan?

julescalis1

Waarom wil je dit in stripvorm doen?
Ik heb een fascinatie voor strips en in het bijzonder journalistieke strips. Ik ben er voorstander van dat journalistieke strips uiteindelijk ook daadwerkelijk als journalistiek medium ingezet gaan worden (wat gelukkig ook langzaam maar zeker gebeurt, alleen in Nederland gaat het wel erg langzaam!). Ook dit heb ik nog in geen enkele krant eerder gezien. Daarnaast zijn in Nederland nu ook veranderingen en experimenten gaande in de journalistiek dus lijkt het me ook een prima tijdstip om de journalistieke strip in de kranten, ook eventueel digitaal, te presenteren.

Is strip maken niet een heel trage vorm van journalistiek bedrijven?
Het is zeker een trage vorm van journalistiek. Nieuwsberichten middels journalistieke strips zouden bijvoorbeeld niet haalbaar zijn, maar voor reportages en achtergrondverhalen vind ik het ideaal. Ik ben ook niet goed in artikelen schrijven, maar ik heb wel al behoorlijk wat pagina’s ervaring met journalistieke strips.
Maar voor een bijzonder verhaal wil ik ook een bijzondere vorm gebruiken die in eerste instantie niet zo voor de hand ligt. Daarom dus de journalistieke strip.

Heb je de ambitie om de Joe Sacco van de Lage Landen te worden?
Mijn inspiratievoorbeelden zijn zeker tekenaars als Joe Sacco, maar ook Patrick Chappatte, Ted Rall, David Axe, Dan Archer, Susie Cagle, om er maar wat te noemen. Zij die het ook echt met eigen ogen willen zien, tekenen dingen waarvan ze vinden dat mensen het moeten weten en het ook daadwerkelijk doen. Tuurlijk laten we eerlijk zijn, ik heb wel ambitie om naam te maken in de stripwereld en eventueel ook in de journalistiek.
Vanaf dat ik 4 was wilde ik al striptekenaar worden, uiteindelijk ging ik geschiedenis studeren (niet afgemaakt overigens, ik was het op veel vlakken niet eens met de manier van lesgeven en innovatie in het middelbaar onderwijs vond ik achterlopen of te langzaam gaan), daarna naar de kunstacademie waar ik uiteindelijk toch weer terugkwam op strips. Alleen dan wel strips over wat er speelt in de wereld en die een bepaalde impact op mensen kunnen hebben.
Ik heb altijd al interesse gehad voor oorlogen, conflicten en andere heftige situaties, maar als er andere verhalen zijn waarvan ik vind dat ze verteld moeten worden, zou ik dat ook maar wat graag aangrijpen.

Wat is je doelgroep?
Eigenlijk het grote publiek, dus zo ruim en breed mogelijk en niet alleen stripliefhebbers. Mensen zullen niet zo snel een strip kopen, maar let maar eens op hoeveel jonge Metro- en Spits-lezers meteen de strips erbij pakken. Ik ben erg benieuwd wat voor reacties hier straks op komen als het uiteindelijk ook in een Nederlandse krant komt en dat er eventueel ook meer striptekenaars of journalisten mee aan de slag gaan.

Wil je Jules helpen met zijn project? Check dan hier hoe je dat kunt doen. En bekijk de facebookpagina om op de hoogte te blijven.

Categorieën
Film

Elfmans magische verrassingen

Het universum heeft soms mooie verrassingen. Gisteren was ik in De Melkweg op het zeer geslaagde feestje van de jubilerende bladen Zone 5300 en Schokkend Nieuws. Ik sprak daar met Schokkend Nieuws-collega Erik van ’t Holt over soundtrackalbums.

Erik is een groot liefhebber van de op schijfjes uitgebrachte filmmuziek en dat begrijp ik goed. Sommige soundtracks zijn heel goed op zichzelf te beluisteren als moderne muziek. Vroeger kocht ik er zelf ook veel, vooral die van John Williams en Danny Elfman vond ik erg goed. De soundtrack van Elfman voor Batman (Tim Burton, 1989) maakte veel indruk op me. Ik draai deze prachtige, bombastische soundtrack nog geregeld. Het is fijne schrijfmuziek.

batman 1 signaal

Als ik de muziek hoor, ben ik niet alleen even weer terug in de filmwereld van Burton, maar tap ik ook in een creatieve bron die verbonden is met mijn jeugd en waarvan nostalgie een van de ingrediënten is.
Met de film Batman van Burton ging er een hele nieuwe wereld voor me open. Dat kwam door het fantasievolle setdesign, de acteurs en het feit dat er eindelijk eens een serieuze superheldenfilm werd gemaakt. Een belangrijke factor voor de bijzondere sfeer in deze film is de soundtrack van Elfman.

In tegenstelling tot de soundtracks van Hans Zimmer, die de muziek van Christopher Nolans Batman-films componeerde die als een dikke, zware geluidsdeken onder alle scènes is gelegd, bevat de Batman-muziek van Elfman heel aansprekende thema’s die zich meteen in je bewustzijn nestelen en, in mijn geval althans, nooit meer je geesteswereld verlaten.

Als twaalfjarig joch gaf ik al mijn zakgeld uit aan de vinylversie die, nadat ik zorgvuldig het zwarte oppervlak stofvrij had gemaakt, uren lang op mijn pick-up draaide. Later kocht ik de cd-versie simpelweg omdat er twee extra tracks op stonden. Het was de eerste cd die ik aanschafte toen ik in Amerika woonde. De muziek van Elfman sloeg een brug tussen Nederland en Berkeley, tussen mijn verleden en de droomwereld waarin op dat moment dacht te wonen.

Ontwerp voor Gotham City van Anton Furst. Bron: lifewithoutbuildings.net
Ontwerp voor Gotham City van Anton Furst. Bron: lifewithoutbuildings.net

En nu vertelde Erik me gisteravond dat er recent een nieuwe versie is uitgebracht waarin alle muziek uit de film op cd staat in de volgorde zoals ze in de film gebruikt is. Aangezien de officiële release vaak een gemonteerde versie is, mist deze dus een hoop muziek die wel in de film te horen is.

Maar dat geldt dus niet voor deze volledige limited edition die ik net heb geluisterd.

Voor het eerst sinds 1989 is het muzikale universum van Batman vergroot met een paar mooie stukken muziek. Bij het luisteren van de tracks voelde ik een vrolijke ontroering in mij opkomen. Alsof oude vrienden uit vervlogen tijden onverwachts mijn pad kruisten. Verleden en heden smolten samen en vormden een nog niet goed te definiëren beeld dat ik verder wil gaan onderzoeken. Maar bovenal kreeg ik, nu een onuitputtende bron van inspiratie weer is aangeroerd, energie en zin om te schrijven.