Categorieën
Strips Video

Video Beeldverhaal: Jean-Marc van Tol gidst door het Manga Museum

Strippagina’s horen niet individueel aan een muur te hangen. Wat je in je huiskamer doet moet je zelf weten, maar een klein onderdeel van een verhaal uitlichten voelt gewoon niet goed. Strips zijn immers sequential art, dus de kunst zit hem in de reeks van plaatjes die te samen een verhaal vormen. Daarbij vind ik staand lezen niet fijn. In een museum ben ik dan ook snel verveeld met de vele bordjes vol uitleggende teksten naaste de schilderijen.

Stripmusea hangen natuurlijk vol met pagina’s. Het is best interessant om originele pagina’s te bekijken. Je kunt zien wat de stripmaker heeft aangepast, waar er iets uit de pagina is vervangen voor een nieuwe versie. Heel leerzaam allemaal. Maar toch, strips moet je toch vooral lezen in boekvorm.

Stripliefhebber Noël Slangen houdt in Stripgids #27, die net vers van de pers is gerold, een soortgelijk pleidooi: Een originele pagina betekent niets als ze ons niet doet terugdenken aan een spannend, boeiend of roerend verhaal. Het zijn ambachtelijke half-fabrikaten bedoeld om een verhaal op te roepen,’ schrijft Slangen.

Nee, ik heb niets tegen stripmusea. Allerminst: het stripmuseum in Groningen, hoewel verkeerd gesitueerd daar bovenin het noorden en vooral bedoeld voor gezinsbezoek, geeft een aardig beeld van de Nederlandse mainstream strip. Ook is het altijd leuk om te zien welke merchandise er rondom strips is gecreerd in de loop der jaren. Poppetjes, speelgoed, posters, en dat soort dingen. Het interessants vind ik echter de video’s waarin je over de schouder met de tekenaar meekijkt terwijl hij een pagina tekent. Het maakproces dus.

In de extra video van het televisieprogramma Beeldverhaal, gidst Jean-Marc van Tol ons door de hallen van het Kyoto International Manga Museum. Er komt geen expert aan het woord, Van Tol licht enkele boeiende feitjes uit over de Japanse strip. Het is overigens een museum waar je ook gewoon een strip uit de kast kunt pakken om deze ergens te gaan lezen. Dat blijft toch de beste manier om strips te leren kennen.

Wie meer wil weten of manga, behandelt in aflevering 5, verwijs ik graag door naar specialist Aimée de Jongh. Zij publiceerde een paar jaar geleden een mangagids in stripvorm.

Vanavond gaat Beeldverhaal over de underground strip. De aflevering heet Mr. Natural, al komt Robert Crumb helaas niet zelf aan het woord. Ned 2, 23:05.

Categorieën
Strips

Video Beeldverhaal: Jean-Marc van Tol spreekt met Henk Kuijpers

Henk Kuijpers, geestelijk vader en tekenaar van de strip Franka, wordt in aflevering vier van Beeldverhaal geïnterviewd door Jean-Marc van Tol. De aflevering gaat over Kuifje en de klare lijn, en Henk tekent ook in afgeleide daarvan. In de langere versie van het interview, die zoals gebruikelijk op de site van Beeldverhaal is te zien, komen gelukkig ook andere onderwerpen aan bod. We krijgen een mooi beeld van de werk- en denkwijze van Kuijpers.


Kuijpers dacht als jonge stripmaker dat je pagina’s in z’n geheel moest maken. Groot was zijn verbazing toen hij ontdekte dat grote meesters als Franquin ook wel eens een foutje maakten en dan gewoon de schaar ter hand namen op die fout uit de pagina te knippen. Of met typex het vel bewerkten. ‘Strips maken is ambachtelijk werk. Er mag geknipt, geplakt worden en er mag desnoods koffie overheen. Het is toch maar een halfproduct. Zolang het maar bij de drukker weer goed is. Als je je strip binnenkrijgt denk je wellicht dat een strip foutloos geproduceerd is, maar het is gewoon mensenwerk,’ aldus Kuijpers.

Streven naar realisme
Kuijpers documenteert zich grondig voor zijn verhalen. Het is voor hem heel belangrijk dat de avonturen in een realistische omgeving spelen. ‘Realisme bereik je op twee manieren. Op de eerste plaats weet je wat je tekent door het zelf gezien te hebben. Je moet niet een Amsterdamse gracht tekenen als je in Venetië hebt gezeten. In de tweede plaats krijg je dan de details die je zien wilt, de telling details die het verhaal meer maken dan “ze liepen door een straat van links naar rechts.”

Tot mijn grote verbazing kleurt de tekenaar ieder album van Franka nog voor. Daarna gaat het naar de inkleurder die zijn werk digitaal nabootst. Omslachtig lijkt me dat. Het kost Henk dan ook per verhaal anderhalve maand extra. Als hij het direct digitaal zou doen zou hij een hoop tijd besparen en meer Franka strips kunnen maken. Maar Henk is nog van de oude stiel, een ambachtsman die zo zijn gewoontes heeft.

Extraatje
Het is toch iedere keer weer erg interessant en leerzaam om die stripmakers aan het woord te zien over hun vak. Wat me opviel bij dit interview is dat Hergé er soms bij zijn kuifje bijgesleept werd. Omdat Kuijpers geïnterviewd wordt in de aflevering over Kuifje moet het gesprek natuurlijk vooral daar over gaan. Het grote nadeel van een thematisch ingerichte reeks. Persoonlijk vond ik de stukken over het werk van Kuijpers zelf interessanter dan de band met Hergé. Sterker nog, aan veel van de stripmakers die in Beeldverhaal aan het woord komen, zou je een hele aflevering kunnen wijden.

Je merkt bij dit interview overigens wel dat de lage beeldresolutie van uitzendinggemist erg wringt bij de potloodschetsen. Deze zijn ook full screen erg lastig te zien. Zonde.

Zaterdagavond gaat Beeldverhaal over manga. Nederland 2, 23:05.

Categorieën
Strips

Video Beeldverhaal: Jean-Marc van Tol in gesprek met stripverzamelaar Hans Matla

Een verzameling van 70.000 stripboekjes. Dat duurt wel even voordat je je daar doorheen gelezen hebt. Hans Matla, de gelukkige eigenaar van dit archief, heeft er zo’n 10.000 gelezen, vertelt hij in dit interview met Jean-Marc van Tol. Wederom zo’n lekker lange outtake van het tv-programma Beeldverhaal.

‘Een stripverhaal of beeldverhaal is een reeks grafische voorstellingen die zodanig ten opzichte van elkaar zijn geplaatst, dat ze te samen een voortschrijdende handeling verbeelden, al dan niet gesteund door tekst. Dat kunnen tekeningen zijn, meestal, foto’s, schilderijtjes, aquarellen – dat maakt niet uit wat het is, aldus de stripverzamelaar.’  Jean-Marc doet even alsof hij voor het eerst van strips hoort. Toch, ik heb genoten van dit college van Matla.

Een jaloersmakend mooie verzameling, waar mijn stripcollectie zeer bescheiden bij afsteekt. Matla heeft zelfs Mijnheer Prikkebeen uit 1858, het eerste stripboek in Nederland.

Matla is niet alleen stripverzamelaar, maar ook de uitgeverij van de integrale edities van de Tom Poes & Bommel-verhalen van Marten Toonder. Dat is ook de reden dat hij in aflevering drie uitgebreid aan het woord kwam, die aflevering ging helemaal over Toonder en zijn creaties.

Matla lijdt aan wat hij het compleetheidsvirus noemt. De verhalen werden niet altijd compleet door de Bezige Bij uitgegeven, zegt hij, en Matla vindt dat zo’n reeks van de eerst tot de laatste strook gepubliceerd moet worden. Als Hans daarover vertelt zie je de pret in zijn ogen. Het zijn de pretogen van een waar stripliefhebber. Ik kan daar erg van genieten.

Er staan trouwens ook veel leuke reacties onder het interview op de site van Beeldverhaal, sommigen zijn van familieleden van Matla.

Vanavond kun je kijken naar aflevering 4: Kuifje, 23:05 Nederland 2.

Categorieën
Strips

Video Beeldverhaal: Jean-Marc van Tol interviewt David Finch

In de tweede aflevering van Beeldverhaal gaat Jean-Marc van Tol naar Amerika om zich te verdiepen in de superheld. Hij sprak onder andere met Canadese tekenaar David Finch.

Finch is vooral bekend van zijn werk voor Top Cow Productions’ Cyberforce, Marvel Comics en DC Comics, zoals New Avengers, Moon Knight, Ultimatum, Brightest Day en Batman: The Dark Knight. Het interview met Finch is integraal op de site van Beeldverhaal gezet.

Batman. Illustratie: David Finch

In het gesprek komt onder andere naar voren hoe men in Amerika comics maakt. Daar wordt een studiosysteem gehanteerd waarbij de verschillende taken onder verschillende mensen zijn verdeeld. Iemand schrijft het script, een tekenaar maakt de potloodtekeningen, een ander inkt deze weer. Natuurlijk zijn daar uitzonderingen op: je hebt ook bekende schrijver/tekenaars zoals Frank Miller. Ook Finch schrijft soms zijn eigen comics, zoals Batman: The Dark Knight, hoewel Paul Jenkins daar ook deeltjes van schrijft. In interview geeft hij aan dat zelf schrijven en tekenen toch als erg lonend ervaart. Finch wilde al jaren Batman tekenen. Als schrijver bepaalt hij dus zelf wat hij tekent en kan hij eindelijk de beelden die hij al jaren in zijn hoofd heeft op papier zetten.

Het studiosysteem is in de comicswereld ook noodzakelijk: van veel helden komt er iedere maand een deeltje van dezelfde serie uit (van Spider-Man tegenwoordig twee per maand, voorheen drie). Dat betekent dus 22 getekende pagina’s per avontuur. Het is een groot contrast met veel Europese tekenaars die soms een album per jaar produceren, en sommige tekenaars die met een beetje mazzel een paar pagina’s per week op papier krijgen.

Toonder in de picture
Natuurlijk kennen we in Europa ook een studiosysteem. Marten Toonder maakte daar dankbaar gebruik van. Evenals Hergé. Toevallig gaat de aankomende uitzending over Marten Toonder en zijn strips over Tom Poes en Heer Bommel. Van Tol praat in deze aflevering met onder anderen Dick Matena (Bommeltekenaar en oud-assistent Toonder), Hans Matla (stripverzamelaar en uitgever Bommelstrips), Pieter Steinz (chef boeken NRC) en Wim Hazeu (biograaf Toonder). Centraal staan de volgende vragen: Wat maakt de Bommelstrips zo bijzonder? En wat is de invloed van Marten Toonder op de Nederlandse strip?

Wat vind jij tot nu toe van Beeldverhaal?

Categorieën
Strips

Video Beeldverhaal: Jean-Marc van Tol in gesprek met Barbara Stok

In het televisieprogramma Beeldverhaal interviewt Jean-Marc van Tol collega-stripmakers. Nu duren gesprekken altijd langer dan wat je uiteindelijk in de montage ziet. Gelukkig zijn ze bij de VPRO zo slim om de langere versies van die gesprekken online te zetten, zoals het geval is met het interview met Barbara Stok uit aflevering 1.

In het gesprek komen terloops enkele belangrijke ontwikkelingen in het oeuvre van Stok aan de orde en hoe haar stijl zich ontwikkeld heeft in de loop der jaren. Als twintiger maakte ze strips die meer over zichzelf gingen, want als twintiger ben je nu eenmaal veel met jezelf bezig. Ook haar drang tot moralisme komt aan bod. ‘Ik heb wel wat te melden, laat ik het zo zeggen,’ zegt Stok. ‘Mijn hoogste doel is dat iemand door mijn verhalen op andere gedachten wordt gebracht.’

Ook is er nog een aardige sneer naar Arnon Grunberg: de allesweter die twee jaar geleden op de stripdagen in Haarlem een lezing hield over de autobiografische strip en ook zijn mening over het werk van Stok gaf. Barbara denkt dat hij alleen maar een interview met haar heeft gelezen, en niet de strips zelf. Dat zou goed kunnen. Tijdens zijn interviews met grootheden als Will Eisner voor R.A.M. leek de strip hem ook geen bal te interesseren. Dat Van Tol die indruk ook had, bleek toen ik hem sprak over Beeldverhaal voor de VPRO Gids. Je moet het interviewen van stripmakers ook overlaten aan mensen die strips boeiend vinden, dat levert doorgaans een beter resultaat op, dunkt mij.

Het stukje over de lezing van Grunberg is niet in de uitzending terechtgekomen. Logisch, want dat ging te veel over Grunberg en niet over de autobiografische strip.

‘Sommige mensen vinden dat autobiografische verhalen navelstaarderij is. Vaak zijn dat mensen die ze niet gelezen hebben. Ik vind juist dat autobiografische strips heel veel over de maatschappij vertellen, misschien wel meer dan sommige andere stripgenres,’ vindt Stok.

Verreweg het leukste van mijn werk als freelance journalist is het doen van interviews met stripmakers en andere creatieven. Het is fijn om van tevoren de tijd te nemen om me in het werk van iemand te verdiepen om er daarna een goed gesprek over te voeren. Een tijd geleden sprak ik met Barbara over haar boek dat gaat over haar doodsangst.

Dat smaakt naar meer
Daarnaast kan ik erg genieten van interviews die door collega’s zijn afgenomen. Wat mij betreft mag er dus nog wel wat meer van dit soort bonusmateriaal van Beeldverhaal online komen. Het geeft immers een uitgebreider beeld van een stripmaker dan dat er in de uitzending zelf, door de beperkte tijd gegeven kan worden. Ik ben bijvoorbeeld benieuwd naar de langere versie van het interview met Michiel van de Pol en bonusmateriaal van Maaike Hartjes en Flo de Goede uit aflevering 1. Waarom staan die eigenlijk niet online?

Categorieën
Strips

TV-programma Beeldverhaal: Reis door de stripwereld

In het nieuwe VPRO-televisieprogramma Beeldverhaal reist de kijker met stripmaker Jean-Marc van Tol door de stripwereld.

‘België is de bakermat van het beeldverhaal. Striptekenaars als Hergé, Franquin en Willy Vandersteen, bepaalden ooit de contouren van de strip,’ vertelt presentator Jean-Marc van Tol aan het begin van de aflevering ‘Suske en Wiske’. Samen met stripjournalist Toon Horsten loopt hij langs verschillende stripmuren in Brussel en Antwerpen waar men op een willekeurige straathoek een afbeelding van Lucky Luke, Guust Flater of Blake en Mortimer kan aantreffen. Strips zijn in België vanzelfsprekender dan in Nederland. Wellicht dat het nieuwe VPRO-televisieprogramma Beeldverhaal het Nederlands publiek meer stripminded zal maken.

Acht weken lang neemt stripmaker Jean-Marc van Tol de kijker mee op reis door de wereld van het beeldverhaal. ‘Het programma is geen Teleac-cursus, eerder een roadmovie. We willen de kijker meer te weten laten komen over strips en enthousiasmeren,’ legt eindredacteur en initiator Pieter Klok uit. De makers richten zich op volwassenen. ‘Het medium behelst meer dan alleen de Donald Duck. Er zijn natuurlijk heel veel strips voor kinderen, maar er zijn ook geweldige verhalen voor volwassenen. En soms wordt het bijna kunst, misschien is het zelfs wel kunst.’

Springplank
Gert Jan Pos, recent afgezwaaid als stripintendant van het Fonds BKVB, adviseerde en schreef de basisscenario’s waar het televisieteam op voortborduurde. Pos stelde voor per aflevering een specifiek thema te behandelen aan de hand van een strip of stripfiguur. Zo is psychiater Sigmund uit de Volkskrant de springplank om dieper te duiken in de krantenstrip en de vraag wat humor nu eigenlijk is.

Jan Kruis met Jean-Marc van Tol.

In de eerste aflevering is Jan, Jans en de kinderen, de populaire strip die sinds 1970 in de Libelle verschijnt, de aanleiding om de autobiografische strip te onderzoeken. Geestelijk vader Jan Kruis vertelt hoe hij zijn eigen gezinssituatie indertijd als inspiratiebron gebruikte voor zijn strip over de fictieve familie Tromp. Ook praat Van Tol met de jongere generatie autobiografen. Die voeren zichzelf op als stripfiguur en maken verhalen over hun dagelijks leven. Van Tol vraagt aan hen hoe eerlijk je kunt zijn als je beeldverhalen over je eigen leven maakt. Wat laten de stripmakers wel en niet zien?

Tekstballonnen
‘We pretenderen niet dat het programma volledig is en alles behandelt,’ zegt Klok. ‘We hebben onderwerpen gekozen die we gaaf vonden. Iedereen kent bijvoorbeeld Kuifje, maar lang niet iedereen weet dat dit ook het eerste moderne stripverhaal in Europa was. Dat wilden we graag vertellen. Daarom gaat er een aflevering over Kuifje en geestelijk vader Hergé.’
‘Hergé is de eerste in Europa die tekstballonnen gebruikte,’ vult Pos aan. ‘Het is bijzonder dat die er in het eerste Kuifje-album uit 1930 al in staan, terwijl Marten Toonder in 1950 de tekstballon nog afdeed als belachelijk en onnodig. Dankzij Toonder is de ontwikkeling in Nederland achtergebleven.’

Heinz.

Drie jaar geleden stapte Pieter Klok van productiehuis Human Factor stripwinkel De Noorman in Arnhem binnen om zijn verzameling Heinz-strips compleet te maken. ‘Ik keek eens rond naar alle stripboeken die daar lagen en besefte dat ik maar weinig strips kende. Welke zijn er allemaal en hoe is het in Nederland eigenlijk gesteld met de strip? Ik besloot me in de scene te verdiepen. Aangezien ik televisiemaker ben, vond ik dat daar een programma over moest komen.’

Stripmaker onder de stripmakers
De presentator moest de spil van het programma worden. Via een tip van beroepsgrappenmaker Owen Schumacher kwam Klok bij Jean-Marc van Tol terecht. Van Tol is de tekenaar en medebedenker van de populaire strip Fokke & Sukke. Daarnaast zet hij zich al jaren in om ervoor te zorgen dat het beeldverhaal meer aandacht krijgt. ‘Televisie is hét medium om een groot publiek te bereiken. Dat is goed, want heel veel mensen weten niet wat voor gave strips er in Nederland gemaakt worden,’ zegt Van Tol. ‘We zijn in de stripwereld lang bezig geweest met zeggen dat strips interessant zijn. Dat moet je niet zeggen maar laten zien, dan kan men zelf bepalen of het interessant voor ze is of niet. Ik wilde een goed programma maken waardoor de toeschouwer wellicht denkt: in plaats van een normaal boek koop ik eens zo’n gek stripboek. Wie weet spreekt het mij aan.’

Van Tols jongensachtige enthousiasme werkt aanstekelijk. In de aflevering ‘Suske en Wiske’ spreekt hij vol bewondering met Willy Linthout die met Jaren van de Olifant een persoonlijke strip maakte over de dood van zijn zoon. In de aflevering over superhelden hoort hij met verbazing aan dat Action comics #1 waar het eerste optreden van Superman in staat, tegenwoordig voor meer dan een miljoen dollar onder de hamer gaat.

Jean-Marc en de stripverzamelaar. Deze illustratie van Erik Kriek is een van de scèneovergangen van Beeldverhaal.

Veertien keer over
Een groot voordeel van Van Tol is dat hij zelf strips maakt en weet waar hij het over heeft. ‘Dat vonden veel stripmakers die we interviewden een verademing,’ zegt Klok.
Dat Van Tol geen raspresentator is, hebben de programmamakers ook gemerkt. Hij had vaak moeite met de voorgeborduurde tekstjes. Aangezien Klok per se niet op een voice-over wilde terugvallen om de boel aan elkaar te praten, improviseerde Van Tol ter plekke vaak de presentatieteksten. ‘In de België-aflevering loop ik richting de Vandersteen studio en vertel ik daar wat over. Dat hebben we geloof ik wel veertien keer overgedaan. Soms stond ik met mijn hoofd tegen een boom aan te beuken omdat ik weer Fokste en Sukste of iets dergelijks had gezegd.’

In dezelfde aflevering onderbreekt Van Tol plotseling een interview met de schrijver en tekenaar van Suske en Wiske als hij hoort dat de kleinzoon van Vandersteen in de andere kamer aan het werk is om die even te begroeten. Klok: ‘Die spontane acties werkten vaak heel goed maar daardoor zitten we in de montage soms flink te zuchten om het allemaal goed te knippen.’

Lost in translation

Haruko Kashiwagi met Jean-Marc.

Van april tot en met oktober trok Van Tol erop uit met Klok, cameraman/regisseur Martijn Tervoort en geluidsman Peter van den Berg, naar Amerika, Japan, België en Nederland om stripmakers te interviewen. De beste herinneringen houdt hij over aan Japan, waar de aflevering over manga is gedraaid. ‘Dat was net Lost in Translation,’ vertelt de stripmaker. ‘We spraken daar via een tolk: Edwin, een 25-jarige student Japans uit Nederland. Als vraagsteller ging ik heel raar Engels spreken, je denkt dat die Japanners het dan wel een klein beetje begrijpen. Maar ze begrijpen helemaal niets en jij begrijpt helemaal niets van het Japanse antwoord. Edwin was een zeer serieuze, ietwat bedeesde jongen. Bij onze eerste ontmoeting interviewde ik meteen Haruko Kashiwagi. Zij maakt erotische strips! Uiteindelijk kwam Edwin toch nog los. Op onze laatste dag hebben we een karaokebar bezocht en met zijn vijven op de nummer 1-hit van dat moment de polonaise gedaan.’

Onbereikbaar
Lang niet iedereen die op het verlanglijstje stond zit in het programma. Het lukte niet om Robert Crumb, boegbeeld van de Amerikaanse undergroundstrip, te interviewen. Ook bleef Stan Lee onbereikbaar. Schrijver Lee bedacht in de jaren zestig superhelden als Spider-Man, The Fantastic Four en de Hulk en ontketende daarmee een revolutie in het genre: hij maakte de superhelden meer menselijk. ‘Het lukte uiteindelijk niet om hem te spreken,’ vertelt Klok, ‘maar daar hebben we een mooie oplossing voor bedacht. Hij gaf een signeersessie op de Comic Con in San Diego. Je ziet Lee op de achtergrond terwijl Jean-Marc hem aanwijst: “Kijk daar is Stan Lee!” Die onbereikbaarheid maakt hem eigenlijk alleen maar groter.’

Striptelevisie
Televisie en strips: het is een lastig huwelijk. Strips dienen vaak als basismateriaal voor tekenfilmseries, maar programma’s waarin serieus over het medium gesproken wordt zijn als spelden in een hooiberg moeilijk te vinden. Een hele generatie groeide op met Wordt vervolgd van Han Peekel dat van 1983 tot 1997 op de buis was. Van Tol: ‘In het begin was Wordt vervolgd een serieus programma over strips. Ik heb echt goede interviews gezien met stripmakers. Het programma ging een beetje aan zijn eigen succes ten onder. Han Peekel had in de gaten dat die imitaties van Donald Duck het goed deden en toen kreeg je wedstrijden en dat soort dingen. Ik denk dat dit mede verantwoordelijk was voor het beeld dat strips alleen voor kinderen zijn.’

Tot nu toe was er weinig ruimte voor de strip op televisie. In de afgelopen jaren ging er soms een Avro Close-up over het beeldverhaal. Arnon Grunberg interviewde voor VPRO’s R.A.M. eens enkele bekende Amerikaanse stripmakers, waaronder legende Will Eisner. Maar daar is Van Tol niet erg over te spreken: ‘Ik vond het zo erg dat hij er zo weinig verstand van had, maar wel met zoveel pretentie vragen stelde. Met plaatsvervangende schaamte heb ik dat bekeken. Ik hoop dat uit het Beeldverhaal blijkt dat ik het werk boeiend vind en dat je dan als kijker voelt dat strips interessant zijn.’
Pos vult aan: ‘De volgende stap zou zijn dat strips ook behandeld worden in een boekenprogramma. In The New York Times wordt gewoon de nieuwe Batman besproken als graphic novel. Zo ver zijn we nog niet.’

Beeldverhaal wordt uitgezonden vanaf zaterdag 29 oktober, 23.05 uur op Ned2.

De leader van het programma:

Alle uitzendingen op een rij

29 oktober, aflevering 1: Jan, Jans en de kinderen
Centraal staat de autobiografische strip. Sommige striptekenaars gebruiken hun eigen leven als inspiratiebron, maar hoe ver gaan ze daarin en hoe eerlijk moet je zijn?
Gesprekken met onder meer Jan Kruis (Jan, Jans en de kinderen), Barbara Stok en Gerrit de Jager (De familie Doorzon).

5 november, aflevering 2: Superman
Waarom is de Amerikaanse superheldenstrip zo populair in de VS en wat maakt de superheld zo typisch Amerikaans? Aan het woord komen onder andere Chris Claremont (scenarist van X-men), David Finch (tekenaar/scenarist van Batman: The Dark Knight) en stripverzamelaar/BBC-presentator Jonathan Ross.

12 november, aflevering 3: Olivier B. Bommel
Een aflevering over de Nederlandse strip met de focus op de Bommel-strip. Wat maakt deze zou bijzonder en wat is de invloed van Marten Toonder op de Nederlandse strip? Tekenaar Dick Matena, verzamelaar Hans Matla en Pieter Steinz, chef boeken NRC, leggen het uit.

19 november, aflevering 4: Kuifje
Over welke rol de strip Kuifje heeft gespeeld bij het ontstaan van de moderne Europese strip en welke invloed geestelijk vader Hergé op het beeldverhaal heeft gehad. Jean-Marc van Tol praat onder andere met Joost Swarte (tekenaar en Kuifje-kenner) en Henk Kuijpers, tekenaar van Franka.

26 november, aflevering 5: Astroboy
Manga is de Japanse stijl van strips maken. Wat maakt deze strip zo typisch Japans en hoe komt het dat manga in Japan zo enorm populair is?
Met Japanse stripmakers Yoshihiro Tatsumi en Haruko Kashiwagi.

3 december, aflevering 6: Mr. Natural
De undergroundstrip is een alternatieve stroming die in Amerika ontstond en in Nederland navolging kreeg. Maar bestaat underground nog wel?
Van Tol in gesprek met de Amerikaanse undergroundtekenaar Jerry Moriarty, Peter Pontiac en Evert Geradts, tekenaar en oprichter van het stripblad Tante Leny presenteert.

10 december, aflevering 7: Suske & Wiske
België is een belangrijk stripland vanwege strips als Suske en Wiske, maar ook woont er een belangrijke nieuwe generatie stripmakers. Van Tol spreekt onder andere met stripjournalist Toon Horsten, veelbelovend talent Brecht Evens en Luc Morjaeu en Peter van Gucht, de tekenaar en scenarist van Suske en Wiske.

17 december, aflevering 8: Sigmund
Over krantenstrips en tekenaars die elke dag grappig moeten zijn. Maar wat is dat dan, humor? Onder meer Peter de Wit, geestelijk vader en tekenaar van Sigmund, Mark Retera van Dirkjan en Ronald Giphart praten daarover met Jean-Marc.

Hier alvast een voorproefje:

Dit artikel is in VPRO Gids #44 gepubliceerd.

Categorieën
Strips

Uitzendschema TV-programma Beeldverhaal

Een paar maanden geleden schreef ik over Beeldverhaal, het nieuwe programma van de VPRO over strips. Vanaf zaterdag 29 oktober begint de achtdelige serie waarin stripmaker Jean-Marc van Tol de kijker meeneemt in de wereld van de strip.

Barbara Stok en Jean-Marc van Tol tijdens de opnames van 'Beeldverhaal'. Bron: Human Factor

Op dit moment ben ik druk bezig met een artikel voor de VPRO Gids over dit programma. Vandaag werd een persbericht vrijgegeven met daarin het programmaschema die ik je niet wil onthouden. Het geeft een aardig beeld van wat er in die acht afleveringen behandeld gaat worden.

Aflevering 1, 29 oktober: Jan, Jans en de kinderen
Sommige striptekenaars gebruiken hun eigen leven als inspiratiebron. Hoe ver kun je daarin gaan en hoe eerlijk moet je zijn?
Jean-Marc van Tol praat in deze aflevering o.a. met Jan Kruis (Jan, Jans en de kinderen), Barbara Stok en Gerrit de Jager ( De familie Doorzon en Zusje)

Aflevering 2, 05 november: Superman
Waarom is de Amerikaanse superheldenstrip zo populair in de VS en wat maakt de superhelden zo typisch Amerikaans?
Jean-Marc van Tol praat in deze aflevering o.a. met Chris Claremont (scenarist X-men), David Finch (tekenaar/scenarist Batman the Dark Knight, Jonathan Ross (presentator en stripverzamelaar)

Aflevering 3, 12 november: Olivier B Bommel
Wat maakt de Bommel strips zo bijzonder? En wat is de invloed van Marten Toonder op de Nederlandse strip?
Jean-Marc van Tol praat in deze aflevering o.a. met Dick Matena (tekenaar), Hans Matla (stripverzamelaar), Pieter Steinz (chef boeken NRC)

Aflevering 4, 19 november: Kuifje
Welke rol heeft Kuifje gespeeld bij het ontstaan van de moderne Europese strip. Hoe hou je Kuifje nog levend onder de huidige striplezers? En welke invloed heeft Hergé gehad?
Jean-Marc van Tol praat in deze aflevering o.a. met Joost Swarte (tekenaar en Kuifjekenner), Henk Kuijpers (tekenaar Franka)

Aflevering 5, 26 november: Astroboy
Manga is de Japanse stijl van strips maken. Waarom is manga zo typisch Japans en hoe komt het dat Manga in Japan zo enorm populair is?
Jean-Marc van Tol praat in deze aflevering o.a. met Yoshihiro Tatsumi (beroemde Japanse tekenaar), Haruko Kashiwagi (mangatekenares).

Aflevering 6, 3 december: Mr. Natural
De Underground-strip is een alternatieve stroming die in Amerika ontstond en in Nederland navolging kreeg. Maar bestaat underground nog wel?
Jean-Marc van Tol praat in deze aflevering o.a. met Jerry Moriarty (Amerikaanse undergroundtekenaar), Peter Pontiac (tekenaar), Evert Geradts (tekenaar en oprichter undergroundblad Tante Leny presenteert)

Aflevering 7, 10 december: Suske & Wiske
België is een belangrijk stripland. Iedereen kent Suske & Wiske, maar er is ook een belangrijke nieuwe generatie stripmakers.
Jean-Marc van Tol praat in deze aflevering o.a. met Toon Horsten (stripjournalist), Brecht Evens (striptekenaar), Luc Morjaeu en Peter van Gucht (tekenaar en scenarist Suske & Wiske)

Aflevering 8, 17 december: Sigmund
Iedere dag beginnen veel mensen de dag met een krantenstrip. Over tekenaars die iedere dag grappig moeten zijn. En wat is dat dan, humor?
Jean-Marc van Tol praat in deze aflevering o.a. met Peter de Wit (tekenaar Sigmund), Ronald Giphart (schrijver/humorspecialist), Mark Retera (tekenaar Dirkjan).

Beeldverhaal wordt uitgezonden vanaf zaterdag 29 oktober, 23.05 uur op Ned2.

Update:

De site van het programma is inmiddels ook ‘live’: www.vpro.nl/beeldverhaal.

Categorieën
Strips

Stripmakers protesteren tegen cultuurbezuinigingen

Stripmakers protesteren tegen de buitenproportionele cultuurbezuinigingen van het kabinet met een ludieke actie.

Wie vandaag op de strippagina van Het Parool kijkt, ziet dat de stripfiguren van de strips S1ngle, DirkJan en Piet & Riet van de buis een opvallende metamorfose hebben ondergaan. Ze zijn harkpoppetjes geworden: een protestactie van stripmakers tegen de buitenproportionele bezuinigingsplannen op kunst en cultuur van het kabinet. Staatssecretaris Halbe Zijlstra wil in totaal 200 miljoen euro bezuinigen.

De protestactie komt uit de koker van stripmakers Peter de Wit en Hanco Kolk. De Wit licht toe: ‘Ik had een ideetje voor een proteststripje voor S1ngle over de bezuinigingen. Toen Hanco en ik erover zaten te praten bedachten we dat ik het ook wel voor Sigmund kon doen. Dan zouden we twee keer hetzelfde stripje hebben.’
Het duo besloot andere stripmakers te vragen mee te doen met de actie. Ze plaatsten een oproep op het online stripmakersforum en benaderden een aantal collega’s per mail.

Ondere anderen Hein de Kort, René Leisink (Argus), Pieter Geenen (Anton Dingeman), Jean-Marc van Tol (Fokke & Sukke) en Peter van Straaten doen mee met hun dagkrantstrip. Sommige stripmakers zoals Floor de Goede, plaatsen hun proteststrip online. De strips zijn allemaal vandaag in de krant verschenen.

Kneuterig
‘De bedoeling is dat men een kneuterig harkpoppetje maakt van zijn stripfiguur en er dezelfde tekst bij schrijft: “Verdorie, die bezuinigingen op de kunst treffen ook onze strip!” Het aardige is dat iedereen dezelfde of ongeveer dezelfde tekst aanhoudt, dat vergroot het effect,’ aldus De Wit.

Peter van Straaten maakte er een variant op. ‘Ik wist niet dat er een speciale tekst onder moest. Ik heb nu een harkpoppetje getekend en daarnaast een vrouw in mijn eigen stijl die zegt “Wat zie je er uit! Moet dat van Halbe Zijlstra?”.
‘Ik heb geprobeerd om het er zo slecht mogelijk uit te laten zien,’ vertelt Mark Retera van DirkJan. ‘Dat valt nog niet mee. Je moet daar toch wel een klein beetje over nadenken.’

Steuntje in de rug
De bezuinigingsvoornemens treffen het theater en beeldende kunst het hardst. Wat precies het effect van de bezuinigingen op de Nederlandse strip zal zijn, valt op dit moment nog niet te voorspellen. Er wordt gekort op allerlei kunstenaarsregelingen, dus ook op de subsidieregelingen bij het Fonds BKVB waar stripmakers aanspraak op maken.

De stripmakers laten weten dat de actie vooral is bedoeld om andere kunstenaars te steunen. ‘Het is fijn om hardop te kunnen zeggen dat je het er niet mee eens bent, of dat in ieder geval op papier te doen,’ zegt Gerben Valkema, tekenaar van het bijdehante stripfiguurtje Elsje. ‘Geen van de krantenstrips die mee doen wordt gesubsidieerd. Ik denk niet dat wij er meteen last van hebben, maar ik vind dat je niet alleen voor je eigen hachje moet opkomen. Zo laten we met de strip zien wat er wel staat te gebeuren in het theater en met orkesten als daar de subsidies stoppen. Wat ons vooral tegen de borst stuit is dat die bezuinigingen met de botte bijl worden uitgevoerd.’

Retera vult aan: ‘Het gaat erom dat mensen aan het denken gezet worden. Al denk ik niet dat men er in Den Haag wakker van zal liggen, is het toch goed om iets te laten horen.’

Peter de Wit relativeert het mogelijke effect van de actie zelf ook: ‘Ik noem het een ludiek actietje. Een steuntje in het ruggetje van de kunst. Veel meer moet je er ook niet achter zoeken. Ik verheug me wel op het effect dat het op de regionale kranten zal hebben. Daarin staan de strips S1ngle, De Rechter en Elsje. Drie strips met harkpoppetjes onder elkaar: dat heeft toch een aardig versterkend effect.’

Dit artikel is maandag 4 juli in Het Parool gepubliceerd.

Categorieën
Strips

Jean-Marc van Tol vertelt…

Mensen met verstand van zaken die met passie over hun onderwerp vertellen. Dat zie ik graag.

Bij DWDD kennen we fotograaf Hans Aarsman die vanuit expertise foto’s analyseert. Ook Joost Zwagerman mag een keer per maand een interessant verhaal houden over een bepaald kunstwerk. Eric Corton besprak een tijd lang via videocolumns cd’s voor de NRC.

In de stripwereld hebben we Jean-Marc van Tol, de stripmaker van Fokke & Sukke, uitgever en de nieuwe presentator van het stripprogramma Beeldverhaal dat in oktober bij de VPRO op de buis komt.

Van Tol zet sinds deze week stripbesprekingen op YouTube. Erg leuk, ontspannen en interessant. Hieronder Van Tols bespreking van Rabatés Een tweede jeugd. Ik kreeg na het zien meteen zin om het album bij de stripwinkel te halen.

Wat mij betreft zien we Van Tol binnenkort aan tafel bij Matthijs van Nieuwkerk.

Eerder besprak Van Tol Ghost World van Daniel Clowes en de Vlaamse stripmaker Willy Linthout, waar hij zelf ook een album van uitgaf.

Categorieën
Strips

Beeldverhaal: Nieuw tv-programma over strips

In oktober komt er een nieuw stripprogramma op de buis, toepasselijk Beeldverhaal genoemd. Jean-Marc van Tol doet de presentatie.

Barbara Stok en Jean-Marc van Tol tijdens de opnames van 'Beeldverhaal'. Bron: Human Factor

De 8-delige tv-serie zal thematische afleveringen bevatten. ‘We nemen een stripfiguur als uitgangspunt,’ legt Gert Jan Pos uit. De stripintendant bij het Fonds BKVB schreef de scenario’s van de serie. ‘Superman is het uitgangspunt in de aflevering over Amerikaanse superhelden. We beantwoorden ook de vraag waarom helden in Amerika kunnen vliegen en in Europa niet. De aflevering over autobiografische strip begint bij Jan, Jans en de Kinderen, want Jan Kruis nam in het begin zijn vader als model voor het personage Jan Tromp. Later is de stripmaker daar zelf het model voor geworden. We vragen Kruis waarom hij nooit een strip over zichzelf heeft gemaakt en aan stripmakers als Barbara Stok en Maaike Hartjes waarom ze dat hebben gedaan. Een uitzending gaat dus niet alleen over het poppetje maar ook over de grens van het realisme. Er zit altijd weer een verhaal onder.’

Uiteraard mag de heer Bommel niet in de reeks ontbreken. ‘De aflevering over Ollie B. Bommel zal gaan over de Nederlandse strip en fabeldieren in de strip. We beginnen bij Reinaert de Vos en eindigen bij Tom Poes,’ vertelt Pos. Verder zullen manga en de undergroundstrip aan bod komen.

De presentatie is in handen van Jean-Marc van Tol, die met Pos en Pieter Klok de redactie van het programma vormt.

Nieuws over het nieuwe programma is al ‘uitgelekt’ op het web: Van de week meldde Maaike Hartjes op haar blog dat ze samen met Floor de Goede is geïnterviewd over haar autobiografische strips voor het programma. Ook de site van Human Factor TV, dat het programma produceert, maakt er kort melding van. Michiel van de Pol maakte zelfs een stripje over zijn ervaringen met de filmploeg.

De eerste aflevering wordt 29 oktober om 23.05 bij de VPRO uitgezonden op Ned2. Afleveringen duren ongeveer 30 minuten.

Dit artikel is maandag 28 maart in Het Parool gepubliceerd.

Categorieën
Striprecensie Strips

Prelude: Opkomst en ondergang van Fokke & Sukke

De ontstaansgeschiedenis van Fokke & Sukke in stripvorm. Een briljant idee natuurlijk en fantastisch uitgevoerd. Ik heb in tijden niet zoveel lol gehad met het lezen van een biografische strip.

Sinds Jean-Marc van Tol Prelude: Opkomst en ondergang van Fokke & Sukke aankondigde, nu alweer zo’n anderhalf jaar geleden, heb ik er reikhalzend naar uitgekeken. Ik ben namelijk een ontzettende fan van Fokke & Sukke. Omdat Van Tol doorgaans druk is met het maken van cartoons en nog wel eens een strip uitgeeft van andere stripmakers, duurde het even voordat het album af was. Het was het wachten waard.

Herpublicaties
Van Tol vertelt in Prelude de ontstaansgeschiedenis van het beroemde stripduo. Van het moment in de pilsenerclub ‘De Engelse reet’ dat Bastiaan Geleijnse aan Van Tol opperde dat ze samen een strip moeten gaan maken tot en met de eerste publicatie van een Fokke & Sukke cartoon. Tussen deze momenten zitten verschillende fasen waarin het duo langzaam uitgevonden werd, want studiegenoten Geleijnse, John Stuart Reid en Van Tol kwamen niet zo maar op de succesvolle cartoonreeks.

Het leuke is dat in Prelude de strippogingen die Fokke & Sukke voorgingen er ook in staan. Evenals de allereerste Fokke & Sukke cartoons, fotomateriaal en achtergrondinformatie.

Het is interessant om de tekenstijl die Van Tol toen hanteerde te vergelijken met hoe hij de rest van Prelude heeft getekend. Nu zet hij zijn tekeningen met een schijnbaar nonchalance op het papier met een fineliner (zoals we iedere avond in DWDD kunnen zien). Toen tekende hij gedetailleerder in meer klassieke mainstream stijl.

Feest der herkenning
Amsterdam, de stad waar de drie heren studeerden, speelt een belangrijke rol in het verhaal. Van Tol zet de locaties rondom het Spui en de gebouwen van de UvA herkenbaar neer. Sowieso is de strip voor een UvA alumni als ik een feest van herkenning, maar voelt extra vertrouwd omdat er bekende figuren een rol vervullen: zoals Ronald Giphart,  aan wie Van Tol ooit een boze brief schreef omdat diens tweede roman hem zo tegenviel. Ook Erik Noomen, toen redacteur bij het studentenweekblad Propria Cures, Mark Burema (tegenwoordig hoofdredacteur van GeenStijl) en Maarten Moll, recensent en journalist bij Het Parool. Zelfs culinair journalist Johannes van Dam heeft een cameo.

Saillant detail: de meeste mensen die erin voorkomen hebben de strip gelezen. Hun reactie erop is ook in het album te lezen.

Prelude eindigt op het moment dat de eerste cartoon van Fokke en Sukke gepubliceerd wordt. Volgens de overlevering was dit in Propria Cures. Dankzij Prelude weten we dat de waarheid genuanceerder en ingewikkelder is. Tenminste, Van Tols waarheid op de gebeurtenissen.

Stripgeschiedenis: De allereerste Fokke & Sukke uit december 1993

Tekenplezier
Biografische strips zijn doorgaans niet erg fijn leesvoer. Ze zijn vaak erg serieus van toon, hypercorrect en behoorlijk droog. Denk maar aan de stripbiografie van Anne Frank, Nelson Mandela en dat soort boeken. Bij Prelude straalt de lol die Van Tol ongetwijfeld had bij het tekenen, van het papier en werkt aanstekelijk. De stripmaker heeft aangegeven inmiddels met deel 2 van deze geschiedenis bezig te zijn. Eind dit jaar mogen we die in de boekhandel verwachten. Een boek waar ik wederom naar uitkijk.

Jean-Marc van Tol – Prelude: Opkomst en ondergang van Fokke & Sukke
Uitgeverij Catullus, €11,95
ISBN 9789078753292

4 sterren!

Categorieën
Strips

Waarom Eisner stopt

De vijf nummers van Eisner staan gebroederlijk naast elkaar in mijn boekenkast. De familie zal echter niet meer worden uitgebreid, want er komt geen zesde editie. Uitgeverij Podium heeft besloten om met het tijdschrift met literaire beeldverhalen te stoppen. Dat is jammer, want daarmee verschraalt de markt van striptijdschriften.

Uitgever Joost Nijsen met het omslag van Eisner #1.

Toen ik in oktober 2008 Jean-Marc van Tol en uitgever Joost Nijsen interviewde over de komst van Eisner zei Van Tol het volgende: ‘Het uitgeven van strips en graphic novels is in Nederland een hels karwei. Dat moet je als je een normale uitgever bent natuurlijk niet doen. Je weet van tevoren dat het een verliesgevende zaak is, want strips zie je bijna niet meer in boekwinkels.’

Je kunt wel stellen dat Van Tols woorden profetisch waren. Uitgever Joost Nijsen geeft ruimhartig toe dat Eisner zakelijk gezien geen succes was. ‘Zelfs met de subsidie die we ervoor kregen was Eisner niet kostendekkend. We kregen voor de eerste drie nummers 10.000 euro per deeltje, maar de verkoop was te laag.’ Volgens Nijsen had het blad ongeveer 250 abonnees. Hetzelfde aantal exemplaren kon Podium kwijt in de boekhandels, verder nog enkele honderden aan stripwinkels en verkooppunten in België. In totaal werden er 1000 exemplaren in de markt gezet, maar lang niet alles werd verkocht. ‘De boekhandels bleven er veel mee zitten,’ zegt Nijsen. ‘Ze begonnen er ook steeds minder in te geloven. Boekhandels hebben tegenwoordig sowieso moeite met de niet- fast moving products en dan vooral literaire tijdschriften.’

De markt voor graphic novels is ook overschat,’ vindt Nijsen. ‘Die markt is onvoorstelbaar lastig. Neem bijvoorbeeld Van Istanbul naar Bagdad: zelfs als er Grunberg en Kolk op het omslag staat, toch twee bekende merken, dan loopt zo’n boek matig. We hebben daar de hulp van de boekhandel bij nodig en die weet er geen raad mee.’

Wisseling van de wacht
Ward Wijndelts was de eerste hoofdredacteur van Eisner. Hij werd bijgestaan door ondere Jean-Marc van Tol. Na twee nummers nam Erik Noomen het over. In december stopte Noomen echter als redacteur bij Podium om als samensteller bij de Madiwodovrijdagshow aan de slag te gaan. Nu zat Eisner zonder redactie. Nijsen: ‘Toen Erik vertrok, stond ik voor de keuze wie nu Eisner moest gaan leiden. Toen ben ik eens goed gaan nadenken of het blad wel voldeed aan de verwachtingen.’

Het grootste probleem van Eisner was misschien wel dat de doelgroep voor de uitgever nooit concreet is geworden. ‘Het was onduidelijk voor ons bij wie het tijdschrift nu eigenlijk aansloeg. Als er nu een duidelijk publiek was geweest dat gemotiveerd was, dan zou ik als uitgever denken dat je tenminste iets heel zinvols doet.’ Nijsen geeft toe dat ze voortdurend zaten te aarzelen tussen de stripliefhebber als doelgroep of de literatuurminnende lezer.

Zonder een specifieke lezer voor ogen te hebben is het ook lastig om een blad te promoten. ‘Behalve de geijkte promotiemiddelen als de literaire pers, kranten- en tv-redacties aan te spreken, gaf Erik ook acte de presence op stripbeurzen. Toch is het ons niet gelukt om flink publiciteit voor Eisner te krijgen.’

Het probleem met korte verhalen
Daarbij kun je je afvragen of van korte literaire verhalen wel een goede strip te maken is van pakweg tien pagina’s. ‘Dat is eigenlijk een heel ingewikkelde opgave. Ik dacht daar in het begin wat lichtzinnig over,’ bekent Nijsen. ‘Vanuit artistiek oogpunt twijfelden we ook over wat er logisch was. Klopte de vorm van ongeveer zes verhalen in een blad van 80 pagina’s wel? Stripliefhebbers willen ook een ander soort blad volgens mij. Met rubrieken, tips en artikelen. Maar met die elementen zou Eisner veelzijdiger en actueler geweest, maar dan was het blad weer te veel gericht zijn op de stripliefhebber terwijl wij meer lonkten naar de literaire lezer.’

Toch is de uitgever wel trots op de vijf nummers: ‘Het was een mooi laboratorium waarin het aangenaam toeven was.’ Het verdwijnen van Eisner betekent ook dat Podium zich minder met strips gaat bezighouden. ‘Het is het einde van een periode waarin ik het beeldverhaal echt naar voren trok,’ zegt Nijsen. ‘Maar,’ vervolgd de uitgever, ‘ik heb geleerd dat je nooit heel stellig moet zijn. Je zult zien dat er over een halfjaar iemand langskomt met zo’n fantastische graphic novel, dat alle aarzelingen die we bij het genre hebben, opslag vervallen en we dat het met groot enthousiasme uitgeven.’

Ook gloort er nog enige hoop aan de horizon: ‘Het heeft iets heel frustrerends om zoiets moois te stoppen. We brengen het blad niet meer uit, maar ik heb het merk Eisner nog niet opgeheven. Het is denkbaar dat ik op een gegeven moment met een nieuwe vorm terugkom. Misschien dat ik over anderhalf jaar denk dat we als App terug moeten komen.’

Wat vind jij van het verdwijnen van de Eisner? Is het jammer of missen we er niet veel aan?

Bonus-video: In 2008 begonnen Joost Nijsen en Jean-Marc van Tol hoopvol aan het Eisner-avontuur: