Categorieën
Minneboo leest Strips

Andrew Wildman over Transformaties en zelfontplooiing

De Britse stripmaker Andrew Wildman is vooral bekend als tekenaar van de Transformers-strips. Nu is zijn eerste graphic novel uit. Horizon gaat over persoonlijke ontwikkeling en het overwinnen van je angsten. ‘Ik wil mensen niet ergens van overtuigen, maar ze een kans geven hun eigen mogelijkheden te zien.’

Andrew Wildman thuis.
Andrew Wildman thuis.

We spreken Andrew Wildman tijdens de eerste editie van Dutch Comic Con in Utrecht. Wildman is een van de buitenlandse stripmakers die daar twee dagen zijn fans ontmoet en tekeningen maakt. Terwijl wij in de rustige greenroom zitten op de eerste verdieping, zijn beneden duizenden stripliefhebbers en cosplayers zich aan het vermaken. Al meer dan dertig jaar is Wildman professioneel illustrator. Hij werkt in de game- en animatie-industrie als ontwerper van personages en omgevingen. Ook was hij storyboardtekenaar voor de sciencefictionserie Doctor Who. Wildman: ‘Ik vind het heel fijn om storyboards te maken. Het publiek ziet het eindresultaat weliswaar niet, maar het is ontzettend interessant om met regisseurs samen te werken en uit te dokteren hoe dingen in beeld gebracht gaan worden.’

Als stripmaker werkte hij aan series als Thundercats en de X-Men-comic die voortkwam uit de animatieserie. In de jaren negentig tekende Wildman miniseries over Spider-Man en Venom. Wildman: ‘Spider-Man was waarschijnlijk mijn favoriete personage toen ik jong was. Toen ik hem eindelijk als professional mocht tekenen was dat een fantastische kans, maar eigenlijk is Spider-Man verschrikkelijk om te tekenen. Door het masker zie je zijn gezicht niet, dus kan ik maar weinig gezichtsuitdrukkingen laten zien en die vind ik juist fijn om op papier te zetten. Ook het webpatroon op Spider-Mans kostuum is vervelend om te tekenen. Het is niet moeilijk, maar wel heel saai. Mijn doel was om aan the Avengers te werken. Captain America tekenen zou te gek geweest zijn. Het dichtstbij kwam ik met een project dat Force Works heet en dat aan Avengers gerelateerd is. Dat vind ik nog steeds het beste werk dat ik voor Marvel heb gedaan.’

Spider-Man door Andrew Wildman.
Spider-Man door Andrew Wildman.

Transformers
Als stripmaker is hij vooral bekend van Transformers. Jarenlang tekende Wildman deze op de animatieserie gebaseerde comic. Eerst voor Marvel UK, de Britse afdeling van Marvel Comics, later voor de Amerikaanse uitgeverij zelf en tot slot voor uitgeverij IDW. ‘Of ik een speciale band heb met robots en Transformers? Jawel, maar voornamelijk omdat ik een lange tijd aan deze serie heb gewerkt en omdat deze strip mijn doorbraak was in de comicswereld. Maar toen ik gevraagd werd om Transformers te tekenen, had ik er nog nooit van gehoord. Eigenlijk had ik ook geen zin om robots te tekenen.’

Toch wist Wildman een duidelijke stempel op de strip te drukken. Samen met schrijver Simon Furman gaf hij de robots menselijkheid. ‘Toen ik aan de Amerikaanse versie begon, heb ik mij sterk laten inspireren door de comic Machine Man van Barry Windsor-Smith. Fantastisch werk dat mij duidelijk maakte dat je veel detail kunt stoppen in het tekenen van mechanische dingen. Het viel me op dat veel collega’s de Transformers als robots tekenden. Ik zag ze als personages, met net zo veel menselijkheid als jij en ik. Dus begon ik hun gezichten erg expressief te maken. Veel lezers vonden dat maar niks, maar genoeg mensen vonden dat wél goed. Furman en ik zagen allebei in dat Transformers diepgang hebben. Om die reden kreeg ik er lol in.’

Transformers
Transformers

Persoonlijke ontwikkeling
Eind jaren negentig ging het slecht met de Amerikaanse comicsindustrie – Marvel Comics ging zelfs failliet. ‘Tot dat moment ging het best goed met me bij Marvel. De top had ik nog niet bereikt, maar ik was onderweg. Toen stortte de boel in. Elke serie waar ik aan begon, werd stopgezet. Het leek alsof mijn carrière tot een eind kwam. Ik had persoonlijke problemen en kreeg daar begeleiding voor. Die hulp bleek nogal krachtig en effectief. Hierdoor werd ik me voor het eerst bewust van zaken als coaching en persoonlijke ontwikkeling. In de loop der jaren heb ik seminars bezocht en ben ik zelf een coach geworden. Dat leidde onvermijdelijk tot nieuwe inzichten over mijn eigen leven en wat er voor anderen mogelijk is.’ Zelfvervulling en persoonlijke ontwikkeling fascineren Wildman en deze thema’s behandelt hij ook in Horizon, zijn eerste graphic novel en zijn debuut als schrijver.

Horizon
Horizon draait om de vijftienjarige Alisanne. Ze wordt gepest op school en heeft een moeilijke relatie met haar moeder. Als ze in slaap valt, komt ze in een droomwereld terecht waar ze de confrontatie met haar eigen angsten moet overwinnen en uiteindelijk zal ontdekken wie ze is. Ze krijgt hulp van het speelgoedkonijn dat ze ooit van haar vader kreeg. ‘Dat konijn is de mentor van de held, hij is de Obi-Wan Kenobi in mijn verhaal. De huizenhoge robot waar Ali het tegen op moet nemen, representeert niet alleen haar angst, maar is ook een metafoor voor gedrag dat we telkens herhalen.’

Met Horizon hoopt Wildman de ogen van zijn lezers te openen: ‘Ik wil mensen niet ergens van overtuigen, maar ze een kans geven hun eigen mogelijkheden te zien. We willen altijd meer, we willen meer kunnen bereiken of lekkerder in ons vel zitten. Vaak voelen we ons begrensd en denken we dat die doelen niet haalbaar zijn. Coaching of het lezen van een inspirerend werk, opent soms je ogen voor wat er allemaal mogelijk is. Wij zijn zelf het grootste obstakel voor wat we in het leven kunnen bereiken. Het enige wat je tegenhoudt zijn je eigen, beperkende vooraannames en gedachten. Zodra je die kunt doorbreken, is er van alles mogelijk. Dat is het thema van Horizon.’

Fragment uit Horizon. © Andrew Wildman.
Fragment uit Horizon. © Andrew Wildman.

Ironisch wellicht, maar het waren juist Wildmans eigen aannames die de productie van deze strip tegenhielden. Hij ondernam meerdere pogingen om de strip te maken. Eerst met andere schrijvers, maar dat werkte toch niet. ‘Omdat het om mijn verhaal ging wilden die schrijvers niet te veel hun eigen ideeën opdringen. Hierdoor hadden ze niet de vrijheid het verhaal goed te schrijven. Toen opperde een vriendin van me dat ik het zelf moest schrijven. Ik antwoordde haar dat ik geen auteur ben, maar dat vond ze onzin. Ze zei dat ik degene ben die de personages door en door kent. Dat heeft me erg geholpen. Mijn grootste obstakel bij het schrijven van Horizon was dus mijn eigen idee dat ik een tekenaar was en geen schrijver.’

DIY
Wildman gaf Horizon uit in eigen beheer zodat hij deze op beurzen kan verkopen en exemplaren ter promotie kan opsturen. ‘Voordat ik het boek zelf uitbracht heb ik het wel naar één uitgeverij gestuurd, maar ze snapten niet helemaal wat ik ermee wilde bereiken. Ik wist dat ik deze strip wilde maken of ik nu een uitgever zou vinden of niet. Dus waarom niet gewoon de strip eerst afmaken? De kans dat het boek dit jaar door een echte uitgeverij wordt uitgebracht ziet er veelbelovend uit. Mocht dat toch niet gebeuren dan is het ook wel goed zo en blijf ik de strip zelf uitbrengen.’
Plotseling staat Wildmans vrouw bij onze tafel. Ze vertelt met lichte paniek in haar ogen dat er een lange rij met fans voor zijn tafel staat en dat ze niet weet wat ze met ze aan moet. Het gesprek ronden we af en Wildman gaat naar beneden om nog meer Transformers te tekenen.

Horizon bestellen kan via www.horizongraphicnovel.com.

Gepubliceerd in Stripgids (vol. 2) #44.

Categorieën
Daily Webhead Strips Video

Vlog: Wasco tekent pinguïns

Tijdens Stripmaand in Scheltema zit Wasco geregeld in de etalage te tekenen. Ik besuit hem bij het maken van een tekening te volgen en stel Wasco meteen enkele vragen.

Wasco vertelt onder andere dat hij zichzelf bij het tekenen vaak een regel of beperking oplegt. ‘Er is maar een wet in deze stripjes en dat is dat er vier pinguïns in moeten voorkomen,’ legt Wasco uit. ‘Soms stel ik mezelf gewoon regels. Mijn boek Het Tuitel Complex heeft ook allemaal hoofdstukken waarbij ieder hoofdstuk aan een bepaalde regel of wetmatigheid onderhevig is. Dat doe ik omdat ik steeds iets wil creëren waarin je iets moet vinden. Mijn stripjes bevatten geen mop, tenminste, dat hoop ik niet. Dus er zit iets anders in wat ze op de een of andere manier interessant maakt of betekenis moet geven…’

Tijdens het gesprek komt Peter de Wit er ook even gezellig bijstaan en ter plekke doet Wasco een voorstel voor een Sigmund-strip.
Lae Schäfer, stripmaker in opleiding bij Comic Design Artez, kijkt mee.

Long take video’s
De video bestaat inderdaad uit één take van ruim 12 minuten. Ik vind het fijn om dit soort slices of life te maken. Natuurlijk kun je die opnames ook monteren en de acties indikken, maar door alles realtime te laten zien, inclusief herkadrering, krijg je mijns inziens nog beter een idee van hoe het was om er live bij te zijn. In wezen is het een vorm van live, zij het dan later. Dat er soms wat onscherp beeld is omdat de camera moet focussen, neem ik dan voor lief. Bij de opnames van Wasco moest ik redelijk dichtbij hem staan en had ik weinig bewegingsruimte doordat ik in een hoek stond met een grote televisie naast me. Dat was dus een kwestie van het beste er van maken.

Categorieën
Daily Webhead Strips Video

Vlog: Steven de Rie over hoe de Urbanus-strip gemaakt wordt

Recent was ik op bezoek in het atelier van stripmaker Steven de Rie. De Rie creëerde het superheldenteam De Veteranen, geeft workshops striptekenen en maakt karikaturen. Ook is hij sinds 1997 de assistent van Willy Linthout. De Rie inkt en lettert de Urbanus-strip. In deze vlog laat hij het wordingsproces van een pagina uit die strip zien.

Categorieën
Strips

Tommy A over Prins Kat: ‘Het zijn net superhelden’

Wie van sprookjesachtige strips houdt, kan sinds kort het tweede deel van Ayak + Por aanschaffen. Van dezelfde uitgever is recent ook het eerste album van De sprookjes van Prins Kat verschenen.

Het eerste verhaal is een vrije bewerking van het sprookje De zes dienaren van de gebroeders Grimm. Het is Tommy A’s eerste officiële albumuitgave. Reden voor een feestje. En om de stripmaker even te bellen en wat vragen te stellen.

prins-kat-coverHoe kwam je op het figuurtje Prins Kat?
‘Mensen als dieren tekenen deed ik al en vind ik ook leuk in andere strips, zoals Donald Duck en Donjon. Mezelf teken ik als hond in een autobiografische strip. Eigenlijk had ik al heel lang het plan om van het sprookje De zes dienaren een strip te maken met dieren in de hoofdrol. Ook wilde ik ooit nog eens humoristische avonturenstrip voor kinderen maken. Daartoe voelde ik me verplicht omdat ik als kind al stripfanaat was en ik graag een strip wilde maken die ik als kind ook had willen lezen. Het zijn strips die eigenlijk niet meer worden gemaakt omdat ze zo onrendabel zijn. Prins Kat lijkt erg op de kat uit de strip Cat vs Dog die ik zo’n tien jaar geleden maakte voor mijn online stripmagazine Cutie.

Wat vind je zo leuk aan het tekenen van katten?
‘Ik ben eigenlijk een hondenmens maar katten vind ik leuker om te tekenen. De vorm van voren is extremer met die rare, uitstekende puntoren en die grote ogen van ze. Ik vind dat erg lekker om te tekenen.’

Waarom specifiek dit sprookje? Wat fascineert je er zo aan?
‘Ik ben sowieso altijd al geïnteresseerd in sprookjes, en dit was een sprookje dat niemand kent, terwijl iedereen het eigenlijk wel kent. Een van de redenen dat dit sprookje me is bijgebleven en wat het anders maakt dan de standaard prinsessensprookjes, is dat de hoofdfiguren eigenlijk een soort van superhelden zijn. Prins Kat en de andere figuren zijn eigenlijk een soort X-Men. Je hebt iemand die extreme lange benen heeft en die in no tempo ergens kan komen. Je hebt iemand die net als Cyclops dingen kan laten ontploffen met zijn sterke blik. Een ander personage kan heel ver kijken en heel goed horen. In mijn tienertijd heb ik heel veel Marvel-strips verslonden, net als jij. Dus daar heb ik iets mee.’

prins kat strookJe hebt redelijk de verhaallijn van het oorspronkelijke sprookje gevolgd…
‘Het grappige is dat er enkele rare ontwikkelingen in het verhaal zitten, maar die komen gewoon uit het origineel van de gebroeders Grimm.

De humoristische toon in Prins Kat deed me ook een beetje aan de Rood Gras-strips van Rob van Barneveld denken…
‘Daar kan ik me iets bij voorstellen. Zeker bij Kapitein Salami van Rob, wat een bewerking van Treasure Island is. Ook ik heb een boek gepakt wat ik als kind al leuk vond en daar een humoristische avonturenstrip van gemaakt. Toch staan de projecten compleet los van elkaar. Wat de humor betreft denk ik dat we een zelfde soort invloeden hebben. Ik hoor ook wel vergelijkingen met Adventure Time. Daar heb ik niet zo veel van gezien en die animatieserie is dus ook geen invloed geweest, maar toch is het leuk als mensen daaraan denken, want het is altijd leuk om met goede dingen vergeleken te worden. Dat geldt ook voor het werk van Rob.’

Wat is wel een bewuste invloed op jouw stripwerk?
Donjon van Lewis Trondheim. Het sprookje zelf natuurlijk. Ik heb een sprookjesboek met illustraties van Anton Pieck, en ik denk dat mede dankzij dat boek het sprookje is binnengekomen. Ook Carl Barks is een invloed op me, al denk ik niet dat iemand dat zo snel ziet. Zijn strips hebben een andere toon en humor. En Tomi Ungerer, een in Nederland een vrij onbekende kinderboekauteur. In zijn boekje Geen kus voor moeder zit ook een ondeugende kat in die ook een kind is, en die is ook een beetje chagrijnig. Dus dat boekje is ook een beetje een invloed geweest.’

Geschetste pagina.
Geschetste pagina.

Wie is de doelgroep van Prins Kat?
‘Bovenbouw van de basisschool, dus tien tot twaalf jaar. Ik heb geprobeerd het verhaal niet te ingewikkeld te maken en niet te eng, zodat het voor die leeftijd geschikt is. Tot vijftien jaar zouden ze het ook leuk kunnen vinden, maar ik denk niet dat die kinderen het album snel zullen oppikken. Wat ik zelf als kind heb meegemaakt is dat als je twaalf bent en naar de middelbare school gaat, iedereen strips kinderachtig vindt. Ik denk dat dertien tot vijftienjarigen het ook een leuk album kunnen vinden, maar ze gaan het vast niet lezen want ze moeten zich naar hun idee volwassen gedragen.’

prins kat strookHoe kwam je bij Strip2000 terecht?
‘Dankzij Jeroen Funke eigenlijk. Ik stond in Strips2Go en daar had ik Prins Kat oorspronkelijk voor gemaakt. Ik had de eerste pagina’s al liggen, maar het blad Strips2Go is inmiddels gestopt. Jeroen stelde me voor aan Peter van der Heijden en die was enthousiast. Toen het album in de planning stond overleed Peter plotseling. Vreselijk. Een enorme schok. Als auteur maak je je dan ook zorgen of je boek dan nog wel uitkomt. Dat is natuurlijk heel flauw dat je dan eventjes zo zelfzuchtig denkt, maar dat is wel wat er ook door je heengaat. Maar uiteindelijk is het toch uitgebracht. Anders had ik het zelf gedaan. Ik keek wel uit naar de samenwerking met Peter. Dat was een enthousiaste man met visie. Ik was benieuwd naar hoe hij het album in de markt zou zetten.’

Dit is je eerste album bij een echte uitgeverij toch?
‘Ja. Ik heb wel smallpress dingen gedaan, en dit is het eerste echte boek.’

Dus nu doe je eindelijk mee! (lacht)
‘Ja, ik doe niet meer mee voor spek en bonen. (lacht)’

Met zelf je werk uitbrengen als smallpress is natuurlijk niets mis, maar uigegeven worden door een echte uitgever en in de winkel liggen, dat is toch anders.
‘Het voelt ook anders. Het voelt echter. Het is anders als je niet een nacht heb moeten doorhalen om boekjes te vouwen.’

Dit album ligt nu dus in de winkel. Wat is de volgende stap? Meer avonturen van Prins Kat?
‘Ik ben nu gewoon weer geld aan het verdienen, want als je een paar maanden aan zo’n boek werkt verdien je dus niks omdat er geen betaalde voorpublicatie voor dit soort strips is. Als ik weer wat spaargeld bij elkaar heb dan hoop ik aan een tweede album te werken. Ik heb embryonale ideeën voor verhalen twee, drie en vier. Dus ik denk dat er nog een aantal Prins Kat-albums moeten komen. Het moet gewoon een reeks van tien boeken worden!’

Zo. Dat is klare taal.
‘Ja, maar ik weet nog niet of het me ook lukt hè. Ik kan me niet veroorloven om ieder jaar vier maanden aan zo’n album te gaan werken.’

Tommy A. Prins Kat #1: De zes dienaren
Strip2000, € 7,95

Categorieën
Strips

Marcel Ruijters: ‘Een strip over Jheronimus Bosch maken was een uitdaging!’

8 oktober dit jaar interviewde ik stripmaker Marcel Ruijters in the American Book Center in Amsterdam over zijn prachtige striproman Jheronimus.

Het viel niet mee om een biografische strip te maken over een schilder waar we eigenlijk weinig van weten en waar ook relatief weinig werk van bewaard is gebleven. Ruijters legt in het interview daar de nadelen maar ook de voordelen van uit.

Jitse Verwer, die onder andere de strips aankoopt in de ABC, was zo aardig om de avond te organiseren en het gesprek met zijn smartphone vast te leggen. Als je er niet bij was, kun je het nu dus alsnog bekijken. Pak een kopje koffie en ga ervoor zitten. En ga daarna naar de winkel om Jheronimus aan te schaffen en te lezen. Dat kan in ieder geval in het Nederlands en het Engels.

Categorieën
Daily Webhead Strips Video

Romano Molenaar: ‘Roodhaar is mijn favoriet aan het worden’

Vrijdag 20 november was ik in Groningen om in het Nederlands Stripmuseum de expositie van Romano Molenaar te openen. Dat deed ik natuurlijk met de tekenaar zelf.

Voor een select groepje bezoekers en familieleden van Romano interviewde ik de tekenaar over de expositie en zijn werk. In de tentoonstelling zijn schetsen, lay-outs en uitgewerkte tekeningen te zien van zijn strips, zoals Birds of Prey, Batman, J.Rom, Storm en Roodhaar. Ook krijgt de bezoeker een kijkje in het werkproces van de ijverige veeltekenaar.

Romano spreekt, Minneboo luistert. Foto: © Het Nederlands Stripmuseum
Romano spreekt, Minneboo luistert. Foto: © Het Nederlands Stripmuseum

Voor en na de opening signeerde Romano strips voor zijn lezers. De sympathieke tekenaar maakt heel makkelijk een praatje met zijn fans en ondertussen tekent hij een perfecte Storm, Roodhaar of Batman. Een jonge fan die zelf ook Storm heet, wilde graag een portret van zijn naamgenoot uit Pandarve.

Tijdens het tekenen van Roodhaar stelde ik Romano enkele vragen over deze strip:

De expositie is zeker een bezoekje waard. Er is veel origineel werk te zien. Ook van het project Sparkle the Brain. Zelf vind ik de potloodtekeningen het leukst om te zien, omdat je dan puur de hand van de maker ziet zonder dat iemand anders daar zijn inktlijnen aan heeft toegevoegd. romano-stripmuseum-05 romano-stripmuseum-01 romano-stripmuseum-02 romano-stripmuseum-03 romano-stripmuseum-04 romano-stripmuseum-06 romano-stripmuseum-11

romano-stripmuseum-09
Alle foto’s zijn door mij genomen, behalve deze. Fotograaf: Frank Vleeshouwer
Categorieën
Boeken Strips

De fascinaties en ergernissen van Paul Faassen

Met 2 personen vinden dit leuk houdt illustrator Paul Faassen de moderne mens een lachspiegel voor.

Zelfportret Paul Faassen.
Zelfportret Paul Faassen.

‘Soms zijn er zo veel babyboomers op een plek! Dat komt omdat ze veel tijd en geld hebben!’ Paul Faassen steekt van wal nog voordat hij zijn jas heeft uitgedaan. ‘Ze staan ook altijd voor de schilderijen die ik wil zien. Dicht er bovenop, want ze hebben vaak multifocaal gezeik. Ik heb daar een beeldcolumn over gemaakt.’ Faassen pakt een print uit de stapel papier. Zijn nieuwe boek is namelijk nog niet gedrukt als we elkaar in een café aan de IJ-oever spreken. Op de bladzijde staan foto’s van een ouder publiek dat precies voor een schilderij staat. ‘Eigenlijk krijg je zo een nieuw schilderij, een portret van een achterhoofd. Natuurlijk vind ik het allemaal lieve mensen, maar het grappige is dat een groep babyboomers een zilvergrijze zee vormt die qua kleur mooi contrasteert met de muren en de schilderijen van het museum.’

paul-faassen-2-personen-vin2 personen vinden dit leuk is een bonte verzameling beeldcolumns, illustraties en foto’s die met een licht ironische blik de moderne mens een spiegel voorhoudt. ‘Nee, ik wil mensen niet opvoeden. Moraliseren is voor velen van mijn generatie een vloek, maar iedereen die iets maakt is in feite wel moralistisch. Je geeft altijd duidelijk aan wat wel en wat niet kan, wat goed en wat slecht is. Ik ook, want de coverillustratie van mijn boek laat duidelijk zien hoe ik tegen verschijnselen als Facebook aankijk. Overigens kan ik een dag later een tegenovergestelde mening hebben. Het is een misvatting dat je altijd vast moet houden aan wat je vindt. We bestaan bij de gratie van inconsequentie,’ vertelt Faassen.

Ruggen
Faassen laat zich inspireren door wat hem irriteert en fascineert. ‘Die twee dingen gaan heel vaak samen.’ Hij pakt zijn telefoon en laat een korte video zien die hij op Instagram plaatste en waarin ruggen van allerlei mensen te zien zijn. Een compilatie van geruite overhemden en jurken met planten- of bloemenmotief. ‘Ik bezoek voor mijn werk bijvoorbeeld een evenement als Sail om te zien wat ik daar aantref. Sail draait om boten, maar ik zie daar dan alleen maar ruggen. Vanuit die ergernis ontstaat een schoonheid wanneer ik die grafische patronen achter elkaar zie. Als je dat verzamelt, ordent en dus een nieuwe vorm geeft, blijkt er voor mij een waarde in te zitten die ik niet had vermoed. Zo ontdoe ik de ervaring van de negatieve gevoelens die ik daar ervaar. Ik ben meer een beschouwer dan een deelnemer. Ik voel me niet snel betrokken bij iets. Dat komt omdat ik sceptisch van aard ben.’

Uit: Dieren zonder honger
Uit: Dieren zonder honger

‘Een van mijn fascinaties is antropomorfisme, dat we voortdurend menselijke eigenschappen aan dieren en dingen toekennen. We praten tegen dieren alsof we weten wat ze doormaken. Uit die gedachte is mijn vorige boek Dieren zonder honger voortgekomen, en dat thema zit er ook nu weer in: ik chat met Anna op de site van IKEA. Het is een zoekmachine, maar je ziet een plaatje van een meisje dus men veronderstelt dat ze eigenlijk van vlees en bloed is. Zij doet voorkomen dat ze wel degelijk mijn emotie kan invoelen, maar het gesprek stokt enorm. Daar spreek ik Anna dus op aan.’

Tweety-tieten
Alle foto’s maakt Faassen zelf. Nou ja, behalve die van een wat mollige vrouw die het gezicht van Tweety op haar bovenlichaam heeft gebodypaint. Ze vertelt hoe authentiek ze is: ‘Ik ben zó erg mezelf, dat ik er ook wel eens strontziek van word, zeg ik eerlijk, want dat ben ik ook: eerlijk.’ Faassen: ‘Die vrouw met Tweety tieten vond ik terloops op het web. Haar tekst komt uit mijn koker, want die vond ik goed bij haar passen. Er worden echt veel leuke dingen gedaan op sociale media, maar in bepaalde periodes is het ondoenlijk om het kaf van het koren te scheiden. Er is dan zoveel zooi! Mensen hebben geen remmingen meer.’

faassen-tweety-tieten

Het merendeel van het materiaal in het boek stond eerder onder andere in Vrij Nederland, Volkskrant Magazine en de VPRO Gids, waar Faassen tot de recente restyling elke week een beeldcolumn over media voor maakte. ‘Nee, ik vond het niet erg dat het stopte. Iedere week zo’n beeldcolumn maken is immers een hele opgave en moeilijker dan een illustratie. Ik vind mijn werk leuk, maar niet zo leuk dat ik helemaal in elkaar krimp als zo’n plek dan verdwijnt. Bovendien gaf het weer ruimte voor andere dingen.’

Found footage
‘Zelf moet ik lachen om onbedoeld grappige dingen, zoals de found footage filmpjes van DWDD. Ik geloof niet dat mensen hard lachen om mijn werk, maar meer dat ze glimlachen. Een tennisleraar van me had laatst mijn boeken weer gelezen en zei: “Pijn in mijn buik, hoor!” Nou, daar snap ik helemaal niks van. Maar dat heeft ook gewoon met mezelf te maken, ik lach zelden hardop.’

Paul Faassen. 2 personen vinden dit leuk
(Uitgeverij De Harmonie)

Dit interview is geschreven voor en gepubliceerd in VPRO Gids #44 (2015).

Categorieën
Film

Interview met PES: Avocado als handgranaat

Op het KLIK! Amsterdam Animatiefestival spreekt PES, grootmeester in stop-motion animatie, over zijn werk. ‘Soms zie ik mezelf als een groot kind dat niet wil opgroeien.’

pes_submarine_sandwich
PES speelt zelf een rol in zijn film Submarine Sandwich.

De Amerikaanse filmmaker PES (1973) maakt korte, eigenzinnige en humoristische stop-motion animaties en reclames waarin alledaagse objecten op een atypische manier gebruikt worden of handelen. Stop-motion is een animatietechniek waarbij de beweging van een object of mens beeldje voor beeldje gefotografeerd wordt. Zo maakte PES ook de huidige titelsequentie van het NTR programma Het klokhuis.

In zijn films toont PES een unieke visie op de werkelijkheid. In Roof Sex (2002) bedrijven twee leunstoelen hevig de liefde op het dak van een New Yorkse wolkenkrabber. Een beeld hilarisch beeld dat aansloeg: de film was een online hit en kreeg op het Annecy Animatiefestival de prijs voor beste debuut.

Zijn films draaien om een spel vam verwachtingen en associaties. In het recente Submarine Sandwich snijdt slager PES een bokshandschoen tot plakjes ham en sportsokken tot plakjes ei en belegt er een sandwich mee die lijkt op de the Yellow Submarine van the Beatles. ‘Dat is mijn gevoel voor humor. Voor mij lijkt een voorwerp vaak op iets anders of lijkt het alsof dat voorwerp handelt als iets anders. Dat had ik al als kind,’ legt PES telefonisch vanuit Los Angeles uit. ‘Objecten roepen associaties op. Als je een object vervangt voor een ander object, ga je op een heel andere manier naar een film kijken. De vervangende objecten komen namelijk met zoveel associaties, vormen en woordspelingen, dat de film daardoor bijna een puzzel wordt, een taal der objecten. Meestal begin ik met een beeld in mijn hoofd dat ik nog niet eerder heb gezien en dat ik graag in de wereld wil brengen. Kijk, iedere keer als ik in de supermarkt avocado’s zie liggen, vind ik ze op handgranaten lijken. Als ik er eentje oppak, kan ik die weggooien en de supermarkt opblazen. Dat idee bleef lang hangen totdat ik besefte dat ik een film met een avocado moest maken.’

Dat werd Fresh Guacamole (2012), de kortste film ooit genomineerd voor een Oscar Beste korte film. Fresh Guacamole begint met opensnijden van een handgranaat die van binnen inderdaad een avocado blijkt te zijn.

Kinderspel
‘Mijn werk heeft iets kinderlijks en soms zie ik mezelf als een groot kind dat niet wil opgroeien. In wezen komen mijn films neer op volwassenen die met objecten spelen!’ zegt de filmmaker lachend. Dit kinderlijke komt prachtig naar voren in KaBoom! (2004) waarin we een luchtaanval op een stad zien die gemaakt is van printplaten, lipsticks en parfumflesjes. In zand gestoken sleutels beschieten blauwe speelgoedvliegtuigjes die op hun beurt de stad bombarderen met lucifers en doppinda’s. Ontploffingen worden verbeeld met geel cadeaulint en gekleurde kerstballen. Is het gebruik van speelgoed als oorlogstuig ook een politiek statement dat de animator wil maken? ‘Oorlogvoeren als kinderspel. Het was mijn ietwat droge commentaar op hoe toenmalig president George Bush schijnbaar zonder enig gevoel bommen dropte op Afghanistan. Hoewel mijn films volgens mij niet een duidelijke boodschap uitdragen, was dat met KaBoom! wel het geval.’

Stop-motion

PES. Photo © Mel Melcon/Los Angeles Times
PES. Photo © Mel Melcon/Los Angeles Times

‘Ik beschouw mezelf in eerste instantie als een ideeënman en stop-motion is een erg geschikte techniek voor mijn ideeën. Ik vind het fijn om dingen met mijn handen te maken en hou van de directheid van stop-motion. Ik vind het magisch om dingen te manipuleren die niet perse tot leven gewekt hadden moeten worden.’ Zijn liefde voor stop-motion begon toen PES vlak na zijn afstuderen bij toeval een vertoning van Conspirators of Pleasure van de Tjechische surrealist Jan Švankmajer bijwoonde. ‘Deze speelfilm bevat stukjes stop-motion. Dit intrigeerde mij zodanig dat ik in de cultvideotheek elke bootleg vhs-band kocht die ik van het werk van Švankmajer kon vinden. Nadat ik Švankmajers films beeldje voor beeldje bekeek en op me in had laten werken, was ik er ondersteboven van en voelde ik me aangetrokken tot de stop-motion-techniek zoals ik dat nog nooit had meegemaakt. Zo begon ik mijn eigen ideeën te vormen over hoe ik objecten tot leven kon wekken en dat leidde tot Roof Sex.’

De ruige seks in deze film resulteert in beschadigde bekleding van de stoelen. De twee meubels staan weer onschuldig in de woonkamer als de bewoonster thuiskomt. Ze ziet de scheuren in de stof en verdenkt de kat ervan dat deze zijn nagels flink de kost heeft gegeven. Wie zou immers seksend meubilair vermoeden of kunnen bedenken? PES dus: ‘Toen mijn ouders gingen verhuizen vroeg mijn moeder of ik de twee gouden stoelen uit de woonkamer wilde hebben. Als kind mocht ik daar nooit op zitten, behalve als er een keer een foto gemaakt moest worden. Ze verkeerden nog in prachtige staat. De eerste avond dat deze oude stoelen in mijn appartement stonden, dacht ik: “Deze arme dingen hebben 25 jaar lang in die verschrikkelijke woonkamer opgesloten gezeten, wat zouden ze nu het allerliefste doen?” Dat leidde dus tot stoelen die seks hebben.’

DIY op KLIK
Ongetwijfeld vertelt PES deze anekdote ook als hij op het KLIK Animatiefestival zijn presentatie geeft. Andere gasten op deze editie zijn onder andere de Ierse illustrator, strip- en filmmaker Tomm Moore, de Ierse animator Johnny Kelly en de Nederlandse experimentele filmmaker Johan Rijpma. Het buitengewone werk van deze makers, hun innovatieve technieken en gebruik van materialen belichamen het thema Rock, Paper, Scissors dat de ambacht van animatie en de Do-It-Yourself beweging viert. Deze beweging is bezig is met een sterke opmars als reactie op de digitale revolutie en een toenemende afhankelijkheid van machines.

www.klik.amsterdam. Van 27 oktober tot en met 1 november.

Dit interview is geschreven voor en gepubliceerd in VPRO Gids #43 (2015).

Categorieën
Minneboo leest Strips

Fred de Heij over Pulpman #17

Met pretoogjes meld ik bij deze dat er een nieuwe Pulpman uit is. Dit tegendraadse, erotisch getinte stripblad is het geesteskind van Fred de Heij en wordt door hem samen met Ger van Wulften en Esther Gasseling van uitgeverij Xtra gemaakt.

Nummer 17 is extra dik en groot geworden en bevat onder andere een spoof op Bride of Frankenstein, een nieuw lang verhaal dat een vervolg is op De schuilplaats, Pulpman als detective in een zaak over kutselfies en een strip geschreven door Frits Jonker. Allemaal door De Heij getekend, dus dat is smullen. Maar we hebben er dan ook bijna twee jaar op moeten wachten, want de laatste Pulpman dateert alweer uit december 2013.

Reden voor een feestje dus besloot ik De Heij even te bellen.

pulpman_17_coverHet heeft een tijdje geduurd voordat er weer een nieuwe Pulpman was. Waarom?
‘Absoluut. Op een gegeven moment had ik tegen Ger (van Wulften, red.) gezegd: volgens mij moet het anders. Hij moet dunner worden, vaker uitkomen en minder tekst bevatten en meer strips. Toen kwam Ger een paar weken later weer langs en vertelde wat hij had bedacht: Pulpman moest dikker worden, meer tekst bevatten en minder vaak uitkomen. Precies het tegenovergestelde van wat ik bedacht had dus. Ook goed natuurlijk. Inmiddels had Frits Jonker zich ook aangeboden en toen heeft Ger hem gevraagd om hoofdredacteur te worden. Dat is uiteindelijk op niks uitgelopen. Al die zaken hebben de nieuwe Pulpman vertraagd terwijl het werk allang klaar lag.’

Was jij het eens met Frits Jonker als hoofdredacteur? Ik dacht eerst dat het een grapje was toen ik er over las in de nieuwe Pulpman, maar dat is dus allemaal echt gebeurd?
‘Ja, dat is allemaal zo gebeurd. Kijk, als Frits zegt dat hij er een heel ander blad van wil maken, dan vind ik dat uitstekend. Maar Ger en Esther waren het daar toch niet mee eens. Alles wat we voor Pulpman doen is non-profit, dus ik vind als je tegen iemand zegt dat hij zijn gang mag gaan, dat je hem ook carte blanche moet geven. Als het dan helemaal niet wordt wat je ervan verwacht, geeft dat wat mij betreft niet. Dan maak ik gewoon een stripje om die flauwekul van Frits recht te trekken. Dat etherische gelul dat hakken we wel weer de pan in, denk ik dan. Maar Esther en Ger zagen die plannen van Frits toch niet zo zitten. Daardoor is de boel vertraagd.’

Eigenlijk is Pulpman jouw blad, dus ik vind het interessant dat je dan bereid bent de teugels aan iemand anders te geven om te zien wat dat oplevert.
‘Ja dat vond ik ook interessant. Maar ja, het is ook Gers blad en als uitgever heeft hij daar ook iets over te zeggen. Maar Frits z’n argument dat we die paar lezers die we hebben toch niet voor het hoofd kunnen stoten, is ook weer ijzersterk. Frits wilde meer diepgang, allemaal diepgang… (lacht).’

Het nieuwe nummer is qua formaat ook groter.
‘Ja, hij is een tikje groter. Ook wilde Ger hem ietsje anders hebben, daarom heb ik de cover dit keer niet geschilderd en is het een pentekening geworden. Kleine veranderingen die verder niemand opvalt. Nou ja, het formaat zal wel opvallen.’

Vind je het fijn dat hij iets groter is geworden?
‘Dat maakt mij niet uit.’

Wat wordt nu de frequentie? Wanneer komt de volgende?
‘Als we genoeg materiaal hebben. Ik heb alweer pagina’s gemaakt voor een volgende, dus we gaan rustig door, maar aan de ontstaansgeschiedenis van deze kun je wel aflezen dat er altijd iets kan gebeuren waardoor publicatie wordt uitgesteld. Ik doe daarom nooit uitspraken over wanneer de volgende komt.’

Bij Eva op shoot... Wie wil dat nu niet?
Bij Eva op shoot… Wie wil dat nu niet?

De strip Bij Eva op schoot, een spoof op de talkshow van Eva Jinek, hoe kwam je daar op?
‘Ik vind satire leuk en de Mad bestaat niet meer, dus dacht ik dan maak ik zelf maar wat.’

En toen dacht je Eva Jinek is wel een lekker ding?
‘Nee dat dacht ik niet. Ik zat vorig jaar een keer bij vrienden te praten en toen ze ik dat die bank waar ze bij Jinek allemaal op zitten zo stom vond. Toen zei een vriendin van me: “Dat doet ze speciaal voor jou, want ze wil haar benen laten zien.” Toen dacht ik: “Daar heb ik een onderwerp voor mijn stripje!”

Ja, want je tekent Jinek heel sexy met een diep decolleté.
‘Dat kwam dus eigenlijk door die vriendin van me, door wat zij zei.’

Wie zie je als de doelgroep van Pulpman?
‘Mezelf.’

Er staat nu ook ‘100% Fred de Heij’ op de cover. Het is eigenlijk een Fred de Heij fanclub-blad door Fred de Heij.
‘Ja dat heb ik er niet opgezet. We hadden ook stripmateriaal van andere tekenaars, maar uiteindelijk hebben Ger en Esther besloten alleen pagina’s van mij te publiceren. Vandaar 100% Fred de Heij.’

Is dat vanaf nu ook de koers die jullie gaan varen of kan de volgende Pulpman weer helemaal anders zijn?
‘De volgende keer kan er maar één pagina van mij bij zitten. Dat vind ik juist het leuke: we hebben geen koers. Het mag allemaal ontsporen, wat mij betreft.’

Portret van Elsa Lanchester als de Verloofde van Frankenstein. © Fred de Heij/ Xtra
Portret van Elsa Lanchester als de Verloofde van Frankenstein. © Fred de Heij/ Xtra

Ik vond je satire op Bride of Frankenstein erg grappig. Ik heb de Pulpman op Stripfestival Breda meegenomen en zat hem op weg naar huis in de trein te lezen. Maar dat is toch best lastig om in het openbaar een Pulpman te lezen.
‘Ja dat kan ik me voorstellen. Je wilt toch rekening houden met het andere publiek.’

Ja, er wordt toch hier en daar gepenetreerd op de strippagina’s.
‘Ja, ja, ik zou het ook niet in de trein lezen.’ (lacht)

Ik ben benieuwd hoe het verhaal Roca Verde verdergaat, dus ik hoop dat jullie een beetje opschieten.
‘Ik heb dat verhaal al helemaal uitgeschreven en daar ben ik dus al een heel stuk mee opgeschoten. In de volgende Pulpman stoppen we minstens een stuk of 45 pagina’s van die strip.’

Detective Pulpman onderzoekt kutselfies. © Fred de Heij/ Uitgeverij Xtra
Detective Pulpman onderzoekt kutselfies. © Fred de Heij/ Uitgeverij Xtra

Zit die term Graphic novel je trouwens nog steeds dwars omdat je in dit nummer Pulpman een cursus over de graphic novel laat geven en hij het nogal belachelijk maakt?
‘Het heeft me nooit echt dwarsgezeten. We waren toen op de Avond van de Graphic Novel bij de UvA. Ze hadden mij gevraagd om in het panel te zitten, maar daar had ik helemaal geen zin in. Dat werd toen Peter Breedveld dus dat was een veel betere keuze. Die heeft een mening en die uit hij ook graag. Dat heb ik helemaal niet. Graphic Novel zegt mij ook helemaal niks. Je probeert iets wat helemaal niks is, op te kloppen.’

Nou, je geeft je mening toch duidelijk via het personage Pulpman.
‘Absoluut. Laten we dan zeggen dat ik geen zin heb om in het openbaar te spreken.’

Goed. Ik ben blij dat er weer een nieuwe Pulpman in de winkels ligt en ik hoop dat het niet al te lang duurt voordat de volgende eraan komt. We wachten in spanning af.

Categorieën
Daily Webhead Strips Video

Video-interview met Sytse Algera en Patrick van Oppen

Zaterdag 19 september waren stripmakers Sytse Algera en Patrick van Oppen in Het Beeldverhaal Amsterdam om hun nieuwe uitgaven te promoten. Een mooie gelegenheid om te praten over de stripreeks De Vries en 24/7.

 

Categorieën
English Strips

Interview with Marcel Ruijters about his graphic novel on Hieronymus Bosch

Thursday, October 8th at 19:30 I will be interviewing comic book artist Marcel Ruijters at the American Book Center, Amsterdam.

Jheronimus_ruijtersJoin us for a book presentation, Q&A and book signing with the 2015 Stripschapprijs winner Marcel Ruijters. Marcel will be interviewed by freelance journalist and video maker Michael Minneboo.

Hieronymus
A fictionalised biography of the iconic Medieval painter Hieronymus Bosch, by respected Dutch artist Marcel Ruijters. It is a commissioned work for the Bosch500 Foundation and the Mondriaan Art Fund, as a part of a large program of festivities scheduled for his 500th anniversary in 2016.

Marcel Ruijters
Born in 1966 in Holland, Marcel Ruijters has drawn comics since the tender age of seven. A typical art school dropout, he has self-published over 30 titles since 1988. Several of his short comics stories have been published in international underground publications such as Hopital Brut, Malefact and Stripburger. He has also published five Dr. Molotow books with Belgian publisher De Schaar (now defunct) and three Troglodytes books with Amsterdam-based Oog & Blik. Marcel also paints, creates three-dimensional works, and is a member of the editors’ staff of Zone5300.

Earlier this year, I interviewed Ruijters about the book as well (in Dutch):

Categorieën
Daily Webhead Video

DW Video: Stiemer spreekt

Jaap Stiemer (1967) is journalist, tekenaar, schilder en hij treedt op met gesproken woord. In september 2015 exposeerde hij samen met Arno van de Pol op de Bierkade 4 in Hoorn.

Een gesprek met de kunstenaar over zijn voorliefde voor portretten en waarom het zo lekker schilderen is op de muziek van Frank Zappa.

expo_flyer