Categorieën
Film Media

Ghostbusters game en fanfilm

Komt er ooit nog een Ghostbusters 3 of moeten we het met de 3D game doen die in juni dit jaar uitkomt? Sommige fans besloten zelf het antwoord op deze vraag te geven door een fanfilm te maken: Ghostbusters Hellbent.Nee, de film is nog niet af en zou volgens de berichten in postproductiefase verkeren. Het heeft lang geduurt voordat fanfilmmaker Matt Adams het zover gebracht heeft, want hij schreef een eerste versie van het script al in 1999. Op de Myspace pagina van de film staat de volgende synopsis:

Ghostbusters International recruiter Oscar Wallace (Bowles) sets out along the East Coast to set up Ghostbusters franchises outside of New York, Landing him in Richmond, Virginia. A meal gone ghastly leads him to recruit Steven Reeves (Hodges), Marc Skyler (Childress), and Jay Davis (Adams). Three college students with a knack for the paranormal.

They set up shop as GHOSTBUSTERS, ridding Richmond of bizarre aparitions. However, the Boys in Grey are challenged when the River City catches the eye of the anti-christ. Soon all hell breaks loose and it’s up to the Ghostbusters to stop it.

Klinkt als een aardige synopsis, maar hou je adem nog maar niet in voordat je de trailer van de film gezien hebt. Mijn verwachtingen zijn na het zien van de trailer niet bepaald hooggespannen. Typisch een geval van ‘ik ga een leuke video maken met mijn vrienden en laat het camerastatief en goede microfoon thuis’. Het ziet ernaar uit dat de specialeffects beter zijn dan de acteurs. Jammer want het concept van Ghostbusters is rijk genoeg voor interessante films. En games. En animatieseries.

Ghostbusters: Hellbent Trailer (Final) from White Tiger Filmz on Vimeo.

Zo kan het ook:

http://youtu.be/LyVGSGynYpg

Voorlopig zet ik mijn geld in op de game die geschreven werd door Dan Ackroyd en Harold Ramis. De mannen die ook de twee films schreven en deel uitmaken van de cast. De rest van de originele cast doet ook weer mee. Ze spraken de stemmen in en stonden model voor de avatars. Wie alvast een voorproefje wil, check de site van Ghostbusters, the videogame. Moet ik toch een keer een gamecomputer gaan kopen. De laatste keer dat ik een Ghostbuster-game speelde was op de Commodore 64, ergens in de vorige eeuw. “Ooh, he slimed me!”

Categorieën
Film

Nieuwe producent Nederhorrorfilms aangekondigd

Gaat het ooit nog goed komen met de horrorfilm in Nederland? Misschien met de nieuwe productiemaatschappij House of Netherhorror die deze week werd aangekondigd tijdens het filmfestival Cannes. Er staan vier lowbudgetfilms gepland voor volgend jaar.House of Netherhorror zal zich zich exclusief gaan toeleggen op het maken van Nederlandstalige horrorfilms. De productiemaatschappij is een initiatief van producenten Jan Doense en Herman Slagter.Eind vorig jaar namen producenten Jan Doense (Film Events, Amsterdam) en Herman Slagter (Riverpark Film, Rotterdam) het initiatief tot een rondetafelgesprek waaraan diverse getalenteerde Nederlandse filmmakers met een voorliefde voor het horrorgenre deelnamen. Hieruit ontstond het plan om de handen ineen te slaan voor vier low-budget horrorfilms, die als pakket gefinancierd en geproduceerd zullen worden.Vooralsnog zijn er vier projecten geselecteerd:BIJLMER VOODOO
Een film van Barend de Voogd (Zombeer) en Erwin van den Eshof (Doodeind).
Een vluchtelingenadvocate raakt in Amsterdam Zuid-Oost verzeild in een duistere wereld van mensenhandel, slavernij en voodoo.GROENE TANDEN
Een film van Chris W. Mitchell (The Prodigal Son, Birthday Boy). Een groep wildkampeerders strandt in het bos en raakt in de greep van een mythologisch wezen, dat huist op de bodem van een meertje.NIEUW BLOOD
Een film van Edwin Visser en Frank van Geloven (Necrophobia, SL8N8). Een geheim onderzoek naar een revolutionair geneesmiddel tegen kanker en Aids leidt tot een epidemische uitbraak van vampirisme.KINDEREN VAN HET VEEN
Een film van Richard Raaphorst (Zombi 1, Popo). Een gezin dat de drukte van de grote stad verruild heeft voor de rust van het platteland, raakt in de problemen wanneer de vader onder de invloed raakt van hallucinerende paddenstoelen.Lees ook:

Categorieën
Film Media

Sylvester Stallone twittert ook (soort van)

Stallone nu ook op twitter? Nou ja, eigenlijk is het zijn setpubliciste die nieuwtjes blogt over de opnames van Stallones nieuwste actiefilm The Expandables.Lees haar verslag via http://twitter.com/marialascala. Dat laat Bfdfilm vandaag weten.
The Expandables gaat over een groep huurlingen die een Zuid-Amerikaanse dictator proberen ten val te brengen. De cast bestaat uit bekende actie-acteurs als Jet Li, Dolph Lundgren, Eric Roberts, Mickey Rourke en Oscarwinnaar Forest Whitaker. Stallone scheef het script, regisseert en speelt een rol in de film.Filmmakers Jon Favreau (Iron Man) en Kevin Smith, acteur Hugh Jackman en schrijver Neil Gaiman zijn ook te vinden op Twitter. Zij schrijven hun tweets overigens wel zelf. Twitter wordt de laatste tijd steeds meer ingezet om films te promoten. Persoonlijk verwacht ik niet veel van de ‘nieuwtjes’ van de Stallone-film, al geniet ik erg van de tweets van Smith, Favreau en Gaiman.

Categorieën
Fotoblog

Foto: Filmdecor

Soms lijkt het net of ik in een filmdecor leef terwijl ik gewoon een kopje koffie zit te drinken in een grandcafé. Niet omdat de mensen om mij heen, die allen verwikkeld zijn in eigen dialogen, hun dagelijkse sores en dromen, op de achtergrond figureren, maar omdat de omgeving perfect zou passen in een spannende film noir of een kleinschalig drama.
Neem nu Stanislavski in de Stadsschouwburg te Amsterdam. Terecht een theatraal gebouw, met prachtige bogen, kroonluchters en een sierlijke trap, waar je ieder moment een mooi uitgelichte femme fatale kan verwachten die gracieus naar beneden loopt. Dezelfde ruimte kan ook fungeren als een ontmoetingsplek voor twee minnaars die een geheime ontmoeting hebben. Ze zitten achter de pilaar aan het tafeltje in de nis en houden zich zo klein mogelijk opdat ze niet opvallen.
Genieten van een ruimte die tot de verbeelding spreekt. Mijn kopje koffie smaakt er net dat beetje lekkerder door.

Categorieën
Mike's notities

Vijf dagen in flashback

Het was een opmerkenswaardige week, met vage projecties, een literaire ‘ontdekking’, goede maaltijden en dansende schijnsims.
Maandag zat ik in de bioscoopzaal van Warner Bros waar ik de film X-Men Origins: Wolverine zag. Stiekem had ik best naar dit soloavontuur van Wolverine uitgekeken, want van alle X-Men is Logan mij het dierbaarst. Ik mag die opvliegende en getormenteerde rauwdouwer wel en heb dan ook erg genoten van Hugh Jackmans vertolking in de X-Men films. Jackman ging in de afgelopen weken de wereld over om de film, die hij ook produceerde, te promoten. Zijn lotgevallen waren te volgen op twitter. Ongetwijfeld begon de Australische acteur een account op dit hippe netwerk om de film extra onder de aandacht te brengen.Vage film
Maar wat een teleurstelling trof mij in de zaal van Warner. Geen diepgaand relaas over het verleden van Wolverine, maar een haastig en oppervlakkig verhaal dat schetsmatig de geschiedenis van deze X-Man aanstipte. Daarbij was de projectie tijdens de persvoorstelling meermalen onscherp. Dat mag de mening van een recensent natuurlijk niet vertekenen, maar het leidde wel af. Opvallend ook hoe de vertaler niet de moeite had genomen om zich in het bronmateriaal te verdiepen. Zo werd steevast het woordje ‘bub’, wat Logan altijd gebruikt in de strips, vertaald met ‘Bob’. Ook jammer dat Jackman niet zijn pruikje op had. De manen die het gelaat van Logan zo kenmerken zijn vervangen voor een nonchalante coupe. Het is betreurenswaardig dat de film zo kon mislukken ondanks alle goede bedoelingen van mensen als Jackman – dat hij het goed kan vinden met het personage mag na vier films duidelijk zijn. Ik koester een stille hoop dat hij zich met een volgende en boeiende aflevering revancheert.
Dinsdagochtend stond ik op met een zwaar gemoed: er moest nog een recensie over Wolverine aan het web worden toevertrouwd. De ochtend ging dan ook op aan het woordelijk uitdrukken van mijn particuliere mening. Eenmaal aan het schrijven, kwamen de woorden als vanzelf.
In de avond kreeg ik alvast een voorschot op mijn verjaardag, toen mijn ouders in Amsterdam waren en we met z’n vieren een naburig restaurant bezochten om bij te praten, te klinken en van een niet zo’n eenvoudige doch voedzame maaltijd te genieten.De houdgreep
Woensdag deed ik een interessante ontdekking in de boekenkast van L. Daarin stond een boek half uit de rij, alsof hij me stond op te wachten. Een zwoel kijkende jonge vrouw op het omslag maakte mij nieuwsgierig. De houdgreep van Joost Zwagerman, waar de auteur in 1986 mee debuteerde, gaat over Adriënne en Ingmar die samen hun eerste liefde beleven. Fijn dat Zwagerman ons daar ooit deelgenoot van maakte en deze liefde beschreef zoals alleen hij dat kan. Mooi verwoord, inleefbaar en levendig.Wat heerlijk om na zo’n lange tijd weer eens de zinnen te verzetten met een goed literair werk; om te proeven van de Nederlandse taal waarin de geestesbeelden van een ander op vakkundige wijze worden uitgedrukt.Prinsheerlijk
In de avond maakte Amsterdam zich op voor Koninginnedag. De stad gonsde van verwachting. Donderdag begon met de geur van versgebakken appeltaart die mijn neusgaten streelde. Ik kreeg niet veel mee van de dag van Bea, en bracht mijn verjaardag deels door op het balkon, las wat strips en dommelde halverwege de dag weg in een oppervlakkige, surrealistische ervaring en werd pas weer wakker bij het nieuws dat er een aanslag op het Koningshuis was gepoogd. Een nare gebeurtenis die mooi in woorden werd gevat door Nico Dijkshoorn:
(Wat kan ik daar nog over zeggen, wat al niet uitentreuren is gedaan? Treurige gebeurtenis die door de media in overdosis is herhaald. Telkens maar weer dezelfde beelden, alsof dat het begrip voor wat we zien vergroot. Alsof dat iets verandert aan wat er gebeurd is. Volgende week weer een nieuwe ramp en gaan we weer door met de dagelijkse beslommeringen.)
Die avond at ik samen met L in een restaurant waar tot mijn genoegen oude hits van Prince werden gedraaid. Het was een verfrissende herinnering aan oud plezier; ik verbaasde mezelf dat ik nog zoveel songteksten kon herinneren en betreurde het feit dat de vlam van deze geniale muzikant al jaren op een laag pitje brandde.Vrijdagmiddag balanceerde ik onwennig op een wippende stoel op het terras van De Molengang, waar de mannelijke bediening traag en allesbehalve klantvriendelijk was en waar ik samen met de Schone Schrijfster over het schrijven van fictie converseerde tot het tijd was om nog even Lambiek in de Kerkstraat te bezoeken, te bedrinken en te bedanken voor de gastvrijheid.Funky in het Frans
Vrijdagavond was ik met L en Jeroen in De Nieuwe Anita om de Jet Set Party bij te wonen en ons te verbazen over de funky Franse deuntjes van DJ Natasha en de uit Frankrijk ingevlogen deejay/remixer Minimatic. Terwijl Jeroen zijn toekomst in Tarottaal kreeg uitgelegd, keken L en ik naar de dansende jongens en meisjes op het feest. Anachronistische bewegingen, swingende heupen die niet zouden misstaan in een tienerfilm uit de jaren zestig. Hier en daar een houterige kantoorclerk die zijn best deed te mengen met de menigte. Van boven gezien deden deze ritmisch voortbewegende lijven me nog het meeste denken aan die van geautomatiseerd bewegende Sims.
Doch, dat de dames en heren hun dagelijkse zorgen even wegswingden op eigenaardige Franse muziek leek mij een toepasselijke daad aan het einde van deze markante week en een prachtig begin van de nieuwe maand.

Categorieën
Film Filmrecensie Strips

Filmrecensie X-Men origins: Wolverine

Wolverine, de sympathieke rauwdouwer met opvallende coupe en klauwen die net zo scherp zijn als zijn cynische opmerkingen, was natuurlijk al de ster van de eerste drie X-Men-films.

In die filmreeks transformeerde hij van een loner tot teamplayer. Regisseur Bryan Singer maakte handig gebruik van Wolverines status van nieuweling onder de buitenbeentjes: Logans eerste stappen in de wereld van de X-men was voor het publiek een prima manier om bekend te geraken met de wereld van de mutanten: mensen met aangeboren krachten die verguist worden door de samenleving.

Een tweede meesterlijke zet van Singer was het casten van Hugh Jackman in de rol van Wolverine/Logan. De rol was de Australische acteur op het lijf geschreven. De zes klauwen van de mutant zaten Jackman zo lekker dat hij wel trek had in een nieuw avontuur. X-Men origins: Wolverine, is de eerste in een nieuwe serie mutantenfilms waarin de oorsprong van de personages uit de doeken wordt gedaan.

Een van de leidraden van de eerste drie X-Men-films was het feit dat Logan zijn verleden probeerde te achterhalen. In X-Men 2 leerden we al hoe hoe Logan zijn adamantium (een onbreekbaar soort staal) skelet en klauwen kreeg en dat hij door zijn helende krachten veel ouder is dan hij eruit ziet. Met X-Men Origins: Wolverine zou er dieper op de oorsprong van Logan worden ingegaan.

Vadermoord
De film van regisseur Gavin Hood begint dan ook goed: ergens halverwege de negentiende eeuw, op het moment dat Logans krachten zich voor het eerst manifesteren. (Bij mutanten is dat de pubertijd.) Als de vader van de jonge Logan wordt vermoord, ontaart de jongen in een grenzeloze woede en schuiven er een zestal scherpe botten uit zijn vuisten waarmee hij de moordenaar uit zijn lijden verlost. Samen met broer Vincent (Liev Schreiber) vlucht Logan het huis uit. Ze worstelen zich vervolgens door maar liefst vijf oorlogen tot ze tijdens de Vietnamoorlog worden gerekruteerd door William Stryker (Danny Huston) om deel uit te maken van een speciaal taskforce met mutanten. Uiteindelijk keert Logan dit leven vol dood en verwoesting de rug toe om hout te gaan hakken en samen met zijn prachtige vriendin Kayla (Lynn Collins) in een schilderachtig hutje in de wouden van Canada te gaan wonen. Uiteraard wordt de idylle verstoord als Vincent en Stryker weer van zich laten horen. Dit alles leidt tot het moment waarin Logan zich vrijwillig aanmeldt om met het Weapon X programma mee te doen.De grootste handicap van X-Men origins: Wolverine is het feit dat het een prequel betreft: we weten wat er na de film met Wolverine gebeurt, derhalve zijn bepaalde uitkomsten van het verhaal voorspelbaar. Dat hoeft geen probleem te zijn als scenarioschrijvers de aanloop tot deze uitkomsten zo interessant mogelijk maken. Daarin zijn ze niet geslaagd. David Benioff en Skip Woods leverden een script in dat op sommige plaatsen erg onlogisch en gekunsteld in elkaar steekt en daardoor soms meer vragen oproept dan beantwoordt.

Een gemiste kans als je je bedenkt dat er genoeg inspirerende stripverhalen omtrent Wolverine zijn gemaakt. (Wat dat betreft heeft het personage een prachtige ontwikkeling doorgemaakt van de doelgerichte heethoofd die in 1974 debuteerde in een Hulk-comic tot het gelaagde personage dat hij kan zijn wanneer hij geschreven wordt door vaklui als Christopher Claremont en Peter David.)Broedertwist
De film mag dan in het verleden van Wolverine en diens motieven duiken, de plot ontbeert diepte. De relatie tussen Logan en zijn broer Vincent (die later Sabretooth wordt) had op dramatisch vlak beter benut kunnen worden, ware het niet dat broeflief slechts als motivatieloze slechterik wordt gepresenteerd. Wat dat betreft had Sabretooth net zo goed niet Wolverine’s broer kunnen zijn – een feit dat nooit vermeld werd in de andere films en dus speciaal voor deze aflevering is bedacht. De grote confrontatie tussen Logan en Vincent – waarbij Vincent met zijn beestachtige lange nagels de duistere versie van Wolverine is – lost zijn belofte niet in en blijft onbeslist. Uiteindelijk komen de knokpartijen neer op het laten zien wie de grootste, euh, klauwen heeft.

Maar beste lezer en stripliefhebber, het is niet allemaal kommer en kwel als het om deze stripverfilming gaat. Er zitten een paar prima actiesequenties in Wolverine. Het shot waarin Wolverine bovenop een vliegende helikopter springt, herinnert aan de prachtige geïllustreerde acties uit de comics. De climax waarin Wolverine en Vincent het opnemen tegen Deadpool (Ryan Reynolds), die krachten van diverse mutanten in zich verenigt, is spectaculair, al wordt ook deze confrontatie niet tot de maximale mogelijkheden uitgespeeld. Ondanks de cameo van enkele bekende X-Men personages blijft het open einde, inherent aan een prequel, onbevredigend.

Onbevredigend is het woord waarmee dit eerste solo-avontuur van Wolverine getypeerd kan worden: een dergelijk boeiend personage verdient een beter doordachte origin story.
—-
X-Men origins: Wolverine draait vanaf 28 april in de bioscopen.
Deze recensie staat ook op de site van Zone 5300.

Lees ook:

Categorieën
Film Filmrecensie

Imagine-AFFF: Lichten aan

De lichten in de zalen van Tuschinski Arthouse gaan weer aan. Oude blikjes, zakken chips, lege popcorndozen en dooie muizen kunnen worden opgeruimd. Het Imagine/ Amsterdam Fantastic Film Festival is weer voorbij.
Maar wat heb ik een lol gehad. Ik beken: ik ben niet zo dol op filmfestivals. Als ik ze al bezoek, dan hoogstens een à twee dagen. Een hele dag films kijken lijkt heel erg leuk, maar dit een paar dagen achter elkaar en mijn brein loopt over van de indrukken. Bovendien heb ik zelden tijd om hele dagen in het duister alles op het constant veranderende witte canvas in me op te nemen. Dit jaar was dat anders en bezocht ik het Imagine filmfestival meerdere dagen en woonde ik 16 voorstellingen bij. Ik heb dus lang niet alles van het programma gezien, maar was des ondanks zeer tevreden met mijn filmkeuze.Laat ik dit laatste overzicht beginnen met twee animatiefilms die zeker het bekijken waard zijn. One night in the city en Edison and Leo. One night in the city is een verfijnde stopmotion film uit Tsjechië van Jan Balej. De nacht in de stad valt uiteen in drie segmenten. Het eerste draait om de rare hobby’s van de bewoners van een appartementengebouw. Het tweede om de vriendschap tussen een boom en een vis. En het derde koppelt de wensdromen van twee dronkaards aan de lotgevallen van een mislukte straatmuzikant. De animatie is prachtig uitgevoerd. Vooral het segment met de boom en de vis toont veel verbeeldingskracht. Wat doet een boom aan zijn voeten/wortels als hij op stap gaat? Precies: bloempotten.Edison and Leo werd gemaakt geregisseerd door Neil Burns. Het verhaal wordt in een onnavolgbaar tempo verteld. Het draait in wezen om de strijd tussen de arrogante uitvinder George T. Edison en diens zoon Leo. Bij een mislukt experiment is Leo ooit geëlektrocuteerd, waardoor de jongen voor de rest van zijn leven onder hoogspanning staat. Iedere aanraking van Leo is dodelijk. Lastig hoor als je je vriendinnetje wilt aanraken. Producer Dean English vertelde tijdens de Q&A na de viewing dat er absoluut geen boodschap zit in het verhaal. Ze wilden zoveel mogelijk scriptregels breken. (Het personage Edison maakt bijvoorbeeld geen ontwikkeling door.) Ze wilden gewoon een leuk en gek verhaal maken. Dat is ze gelukt.
Bloedarmoede
Menno Kooistra, je kent hem wel van Eeuwig Weekend, was niet te spreken over de horrorfilms op het festival. Ben het deels wel met hem eens: qua creativiteit heeft het genre al jaren te maken met fikse bloedarmoede. Er is weinig origineels in te vinden. Zo vond ik The Children te traag op gang komen en de gewelddadige uitspattingen matig in beeld gebracht. Kinderen zijn normaliter al zwaar irritant, maar kids die hun ouders willen vermoorden die moet je helemaal postnataal aborteren. Een film als Donkey Punch – nog bedankt voor het t-shirt jongens – was wat het geweld betreft al veel grafischer, maar het verhaal van deze flick was middelmatig en slaapverwekkend voorspelbaar.
Ik heb me ook beter vermaakt met de fantasy en sf-films dit jaar. 11 minutes ago bleek inderdaad een heel sympathieke kleine film te zijn. Kreeg er een lekker warm gevoel van in mijn buikje. En ja, er zijn heus een paar minder goede dingen aan te merken op deze flick die in één dag (!) werd gedraaid, maar dat ga ik nu niet doen. (Lees een uitgebreidere recensie door Tonio van Vugt hier.) Al raad ik iedereen draken als Dante 01 over te slaan. Die Fransen met hun Jezus-complex ook. Bah.
Misschien kwam het door het bekijken van vier à vijf films per dag, maar veel films leken wel te lang te duren. Waarom moeten alle films tegenwoordig twee uur of meer duren? (En waarom moet elk verhaal bijna een trilogie zijn?) Er is niets mis met een kortere lengte van 80 minuten als het om horror of sf gaat. Daar hadden ze in de Hammer studio ook genoeg aan.
Less is more, and less bore, people!Alles behalve boring en wat mij betreft nog steeds de beste film die ik op het festival zag, is Let the right one in. Oftewel: Låt den rätte komma in. (Zie hier een uitgebreide recensie over deze prachtige film.) Het was nog een tijdje onzeker of deze film ook daadwerkelijk de publieksprijs, de Silver Scream Award, zou winnen. Het muzikale ruimtefeuilleton Stingray Sam stond deze week namelijk eventjes op numero uno. Onbegrijpelijk, want hoewel deze reeks van zes afleveringen, speciaal gemaakt voor mobieltjes, best vermakelijk was, zou een eerste plaats toch echt te veel eer zijn geweest.
Een heel slechte dag
Nu we het toch over comedy’s hebben: de slotfilm van het festival, A film with me in it, was een heerlijke kluchtige afsluiter. In de film is de acteur Mark een geboren loser: met zijn acteercarrière wil het niet vlotten, hij is achter met de huur, zijn vriendin staat op het punt hem te verlaten, en de huisbaas is een nare bullebak. Op een dag krijgt Marks lijdensweg een hels vervolg wanneer kort na elkaar drie huisgenoten én een hond bij bizarre ongelukjes om het leven komen. Samen met vriend Pierce, alcoholist en wannabe filmmaker, proberen ze deze problemen op te lossen, maar natuurlijk werken ze zichzelf alleen maar meer in de nesten. Deze film van regisseur Ian Fitzgibbon is prima komedie met een goede cast en gevatte dialogen, al kun je je afvragen of deze film thuishoort op het Amsterdam Fantastic Film Festival. Alleen als je de naam Imagine interpreteert als ‘stel je voor dat…’ Maar goed, door het zien van A film with me in it lach je de horror van de afgelopen week goed van je af en loop je met een lekker gevoel de bioscoop uit.
Lees ook over het Imagine-AFFF:

Categorieën
Film Filmrecensie

Imagine-AFFF: Twee losers met magische middelen

La crème en Suspension zijn twee magisch-realistische films die thuishoren op het Imagine filmfestival. Niet alleen omdat een magische gimmick centraal staat, ook omdat je ze buiten het festival waarschijnlijk niet in de bioscoop zult zien. In beide films vertolkt een loser de hoofdrol. Een loser die ondanks magische hulp zijn leven niet weet te beteren. Sterker nog: door de magie werkt hij zich alleen maar meer in de problemen.La crème (Reynald Bertrand, 2007) draait om François, een sukkelige verkoper die zijn dagen slijt met het verkopen van wenskaarten voor een niet-bestaand goed doel. Wanneer François met kerst een geheimzinnige potje crème onder de kerstboom vindt, verandert zijn leven aanzienlijk. Zodra hij het goedje op zijn gelaat smeert, denkt iedereen dat hij een beroemdheid is. Er gaat een wereld voor hem open. Zolang de crème werkt tenminste, want zodra het smeersel is uitgewerkt gunt men hem geen blik meer waardig. Wonderlijk detail is dat iedereen een andere held in hem ziet: de een denkt dat hij een beroemd acteur is, de ander ziet een virtuoos muzikant in François, die met veel plezier misbruik maakt van zijn plotselinge faam.Stillframes
In zowel La crème als in Suspension wordt het magische element niet nader verklaard en als een feit gepresenteerd. Niemand weet wat erin de crème zit of wie deze aan François heeft gegeven. Hij neemt zelf ook niet de moeite om dat allemaal uit te zoeken. Daarvoor is hij veel te druk met het genieten van zijn cadeautje. In Supsension (van Alec Joler en Ethan Shaftel, 2008) is het magische element een videocamera. Wanneer de gebruiker ervan op de pauzeknop drukt, staat de wereld stil en kan hij zich er vrijelijk in bewegen. Daniel overleefde een auto-ongeluk waarin zijn vrouw en zoon het leven lieten. De camera van zijn zoon biedt hem in beginsel wat troost: dagenlang bekijkt hij oude homevideo’s. Zodra hij echter de magische werking van het apparaat ontdekt, is Daniel zijn gezin snel vergeten en richt hij al zijn aandacht op Sarah Kane – de vriendin van het andere slachtoffer in de botsing.Dubieus gedrag
Daniel gebruikt zijn magische camera eerst om kleine vergrijpen uit te voeren. Maar al snel focust hij zich volledig op Sarah en nemen zijn bemoeienissen stalkerachtige proporties aan. Daniels obsessie met haar leidt tot gewelddadige acties met onomkeerbare gevolgen. Het is interessant om te ervaren hoe je als toeschouwer sympathie voor Daniel verliest naar mate zijn gedrag bedenkelijker wordt.De toon van Suspension wordt gedurende de film steeds ernstiger. De makers weten de thrillerelementen goed uit te buiten en deze sfeer tot het laatste frame (letterlijk) vast te houden. La crème, toch echt een comedy, legt veel meer de nadruk op het komische effect dat het magische element in het leven van de personages brengt. In de laatste akte vliegt het verhaal wat uit de bocht. Als een medeverkoper en concurrent een overdosis crème neemt en zo dol op zichzelf wordt dat hij ondersteboven zichzelf begint te bevredigen, verliest het verhaal het laatste zuchtje geloofwaardigheid. ‘Too much of a good thing…’ Niet alleen vanwege de spanningsopbouw, ook vanuit cinematografisch oogpunt is Suspension interessanter dan onopvallend gefotografeerde La crème. De specialeffects van de momenten waarin de wereld stilstaat en Daniel als enige beweegt, zien er bijzonder realistisch uit. Het kostte de filmmakers dan ook een jaar om deze shots naar tevredenheid af te werken. Toch is het jammer dat Daniel niet wat meer experimenteert met zijn camera. Wat zou er gebeuren als hij op de terugspoelknop zou drukken? Het is opmerkelijk dat hij dit niet in ieder geval een keer probeert nadat hij de uitzonderlijke werking van het apparaat ontdekt. Wat dat betreft wordt de gimmick in Suspension weinig gevarieerd toegepast. Hetzelfde geldt overigens voor La crème, hoewel het heel amusant is om te zien hoe François zich steeds meer in de nesten werkt.Deze post stond ook op de site van Zone 5300 en EeuwigWeekend.nl.
Lees ook over het Imagine-AFFF:

Categorieën
Strips

Bunbun exorcist

Even iets anders dan Imagine, of eigenlijk niet, want tijdens een van de dagen op dit filmfestival bracht heer Baay een bijzonder schilderijtje voor me mee.Een bedankje voor een wederzijdse samenwerking. Stripmaker en animator Mattt Baay en ik maakten indertijd samen de Bunbun-animaties voor IntermediairForward.nl. De site waar ik anderhalf jaar webredacteur van was. Mattt had het meeste werk overigens: het animeren van de avonturen van het maffe konijn. Ik bemoeide me alleen met het bedenken van de plot van de afleveringen. De menging van de wereld van Bunbun en die van Intermediair (verhalen over de arbeidsmarkt) werkte op zich prima. Het kostte ons weinig moeite om geschikte situaties te bedenken om Bunbun te laten glanzen. Al zijn de animaties voor IntermediairForward.nl natuurlijk een stuk minder grof en gewelddadig dan de gemiddelde avonturen van het konijn.
Voor dit schilderij liet Baay zich inspireren door de poster van de horrorklassieker The Exorcist (van William Friedkin, 1973). Wat mij betreft nog steeds een van de beste horrorfilms die ik ooit heb gezien. Toen ik de director’s cut een paar jaar geleden in de bioscoop zag, was deze nog net zo relevant en indrukwekkend als in 1973.
Wil je ook een schilderij van Bunbun? Check deze site en stuur een mailtje naar Mattt.De eerste negen afleveringen uit de serie Bunbun Goes Forward:Afl.1: Sollicitatiegesprek
Afl.2: Beroepskeuzetest
Afl.3: Het zwarte gat (na de studie)
Afl.4: Bereid je voor
Afl.5: De eeuwige student
Afl.6: Salarisonderhandelingen
Afl.7: Een passende baan
Afl.8: Blijf jezelf
Afl.9: Het assessment

Lees ook:

Categorieën
Film

Imagine-AFFF: Intermezzo

Voor mij blijft de beste ervaring op het AFFF, euh Imagine filmfestival toch het interview met Tim Burton vorig jaar. Het komt niet veel voor dat je de kans krijgt om je held van zo dichtbij mee te maken. Toch is het dit jaar ook zeer goed toeven op het festival.De eerste twee dagen van Imagine zag ik vier films per dag, samen met vriend Paul. Van tevoren hadden we een schemaatje opgesteld, waar ten alle tijden van afgeweken kon worden. Heren Baay en Van Barneveld voegden zich soms bij onze gelederen. Gezellige boel is dat, samen films kijken.Over het filmaanbod heb ik dit jaar niet veel te klagen. Imagine biedt een mooi divers programma met goede films. Niet iedere flick in het programma is briljant natuurlijk, dat kan haast niet, maar over het algemeen ligt het kwaliteitsgehalte hoog. Aan het einde van de eerste dag bijvoorbeeld Let the right one in (Tomas Alfredson, 2008) gezien. Prachtige vampierenfilm, heel subtiel gedraaid, mooi en ontroerend verhaal. Aukje schreef er een uitvoerige recensie over die je hier kunt lezen. Wat mij betreft – ten tijde van dit schrijven zijn we halverwege het festival – nu al de beste film van het Imagine dit jaar.Visueel bombardement
Gedurende het festival leef je in een luchtbel. De buitenwereld bestaat even niet meer en komt bij terugkomst enigszins surreëel over. Dagen bestaan uit films kijken en als nomaden van zaal naar zaal lopen. Tussendoor een toiletbezoek, kopje koffie en weer op tijd door naar de volgende voorstelling.In een dag vier à vijf films kijken maakt een heftige indruk, een waar bombardement aan beelden brandt als het ware op het netvlies in. Na het zien van Chemical Wedding, die enkele visueel bombastische scènes bevat, was het fijn om even buiten frisse lucht te happen alvorens in de hyperactieve animatiefilm Edison and Leo (Neil Burns, 2008) te stappen. Het effect van die twee films achter elkaar kijken (en als avondeten een mega zak chips naar binnen werken) was groter dan wat een sterke pot koffie kan veroorzaken. Slapen was er de eerste paar uur niet meer bij; wel uren nagenieten op het hoofdkussen. De kracht van cinema.

Edison and Leo.

Lees ook over het Imagine-AFFF:

Categorieën
Film Filmrecensie

Imagine-AFFF: Interactieve films zijn frustrerend!

Zondagmiddag vond tijdens het Imagine festival het symposium Screen/Play over films en games plaats. Een panel van game- en filmmakers zou van gedachten wisselen over de vraag in hoeverre fantastische films en games elkaars verteltechnieken kunnen aanwenden voor eigen gebruik. Aanwezig waren onder meer JT Petty (filmmaker, kinderboekenschrijver en gamemaker), Auriea Harvey and Michaël Samyn (indie-gamemakers die The Path maakten) en filmmaker Mateo Guez. Eigenlijk kwam er niet veel nieuws uit de monden van de kenners. Films gebaseerd op games zijn slecht; aan games liggen over het algemeen een weinig psychologisch verhaal ten grondslag en gaan vooral over schieten, vechten of rennen. Harvey en Samyn proberen met hun virtuele kunststukjes los te komen van bovengenoemde gameconventies. Dat levert ze nog wel eens het kritiek op dat hun werk ’too heavy’ zou zijn. Vooralsnog zijn deze indie-gamemakers in de minderheid en wil het gros van de spelers inderdaad gewoon kunnen raggen. Een parallel met de filmwereld is hier natuurlijk snel gelegd: de independents die kunstfilms willen maken versus de commerciële blockbuster uit Hollywood.Late fragment
Na het symposium werd het pas echt interessant toen de interactieve film Late fragment vertoond werd. De Franse filmmaker Maeto Guez was een van de drie regisseurs die aan dit project meewerkte. Hoewel zichtbaar trots op het resultaat, zei hij waarschijnlijk nooit meer aan zo’n interactief project mee te doen. Met drie regisseurs samenwerken betekent namelijk je ego buiten de deur zetten. En om een film interactief te maken moeten er veel concessies worden gedaan. Late fragment zou met een belangrijk kenmerk van de game toepassen, namelijk interactie. Willekeurig kan de kijker van scène verwisselen en op die manier zijn eigen versie van de film samenstellen. Bevalt een scène je niet, dan skip je dus gewoon door naar een volgende. En als je meer wilt weten over de achtergrond van een van de personages, dan kun je met een druk op de knop de achterliggende gebeurtenissen uit diens leven exploreren. Dat klinkt leuk, maar is dat ook leuk als je in een volle zaal naar de film zit te kijken en je zelf niet aan de knoppen zit? Eigenlijk niet.

Plotgaten
Tijdens de vertoning van Late fragment voelde ik mij meerdere malen gefrustreerd als iemand op de knop drukte en er naar een ander fragment werd overgeschakeld. Gefrustreerd omdat ik zelf niet achter de knoppen zat en graag de betreffende scène uit had willen kijken. Maar ook omdat de vertelling door het koortsachtige zappen zo gefragmenteerd was dat de reconstructie van het verhaal door de vele plotgaten ernstig werd bemoeilijkt. Het verhaal van Late fragment barst bijna van menselijke emoties en is niet van het soort waar je vrolijk van wordt. In principe zijn er drie zware drama’s door elkaar vermengd. Het is de vraag waarom men niet voor iets vrolijker/toegankelijker materiaal heeft gekozen voor dit experiment. Nu komt de toeschouwer door het zappen van de ene emotie in de andere terecht, zonder dat hij precies weet wat ervoor heeft plaatsgevonden. In een van de verhaallijnen komt het personage dat als kind misbruikt werd zijn misbruiker na jaren weer tegen. Zal hij zijn verkrachter van het leven beroven of laten gaan? Geen idee, voordat de scène waarin hij de dader confronteert afgelopen was, had iemand alweer op de knop gedrukt.

Daarbij gaat de vergelijking met de interactie met games ook maar zeer beperkt op. Bij een game heb je de actie zelf in de hand: de speler bepaalt wat het personage doet. Goed, ook bij games geldt dat er limieten zijn aan wat je als speler wel en niet kan doen, maar het feit dat je je avatar zelf bedient maakt dat games veel meer bewegingvrijheid bieden dan een film. Bij het ervaren van de interactieve film kun je niet veel meer dan tussen voorgeprogrammeerde scènes zappen. Dat biedt enige vertelvrijheid, maar wel van een zeer beperkte soort. Deze vertelwijze nodigt uit om de film meerdere malen te bekijken en op andere momenten op de knop te drukken. Bij iedere vertoning zullen zo meer verborgen details aan het licht komen. Het resultaat van de vertoning zondagmiddag was een vage indruk van drie verhalen vol plotgaten, met als uitkomst één van de drie mogelijke eindes die de Late fragment te bieden heeft. Maar zelfs zo’n einde biedt weinig soelaas als de voorgaande gebeurtenissen als door een blender vermalen aan je gepresenteerd worden. Natuurlijk is het na één vertoning een voorbarige conclusie, maar wat mij betreft is het voorlopig ‘game over’ voor de interactieve film.

Deze post staat ook op de site van Zone 5300 en EeuwigWeekend.nl.

Categorieën
Film Filmrecensie

Imagine-AFFF: Gewelddadige seksuele uitspattingen

Twee dagen in het donker bij Imagine/AFFF heeft acht filmviewingen opgeleverd. Het merendeel daarvan was meer dan de moeite van het kijken waard. In het brede filmaanbod zitten twee uiteenlopende films vol bizarre seksuele uitspattingen: Someone’s knocking at the door en Chemical weddingVoor mij was de horrorfilm Someone’s knocking at the door, de zwakste schakel in de reeks filmvertoningen. Indie-regisseur Chad Ferrin vergastte de wereld al eerder met tot de verbeelding sprekende titels als The Ghouls en Easter Bunny Kill! Kill! Zijn Someone’s Knocking at the Door behoort tot het genre tienerhorror, maar dan met een vreemde psychedelische en seksueel geladen twist. Studenten in films zijn over het algemeen vervelend voorspelbaar en junkies al helemaal, dus wanneer een paar studenten geneeskunde onder invloed van drugs een psychopathisch stel uit de dood terugbrengt, kun je alleen onheil verwachten. Eén voor één vallen de studenten ten prooi aan de moordlustige seksmaniakken. Deze kunnen verschillende gedaanten aannemen, al bezwijkt bijna iedereen aan het monsterlijk groot geslacht van John Hopper. Anale en orale verkrachtingen te over in Someone’s knocking at the door.Ferrins vertelling wordt naar het einde toe erg onsamenhangend. Soms bekruipt je het gevoel dat bepaalde scènes alleen zijn gedraaid omdat ze mooie, surrealistische plaatjes opleveren. Zoals de begrafenisstoet die door een bos- en duinlandschap loopt. Waar naar toe mag Joost weten. De scriptschrijvers hebben in ieder geval verzaakt enige logica in het geheel te brengen.Here comes Crowley!
Tot de categorie bizar maar boeiend behoort Chemical Wedding; overigens ook een film vol gewelddadige seksuele uitspattingen, zij het dit keer uitgevoerd door een charismatische occultist. Regisseur Julian Doyle werkte samen met Iron Maiden-zanger Bruce Dickinson en maakte een vreemdsoortige mengelmoes van sciencefiction, fantasy en absurdistische comedy. Nu was Doyle onder meer de editor van Monty Python-films, en wanneer in een van de scènes een typisch Britse heer in een fel paars pak en een bolhoed op het hoofd door de straat loopt, is het bijna onmogelijk om niet aan het onsterfelijke Britse comedy-team te denken. Toch bevat de film genoeg naargeestige horrormomenten om op Imagine thuis te horen.In Chemical Wedding belandt de geest van Aleister Crowley, de Britse occultist die tevens een grote fan was van vrije seks, door een experiment met virtual reality in het lichaam van een verlegen, stotterende professor. In zijn nieuwe gedaante gaat hij letterlijk over lijken om een magische ceremonie voor te bereiden die hem onsterfelijk moet maken. Ondertussen vergrijpt Crowley zich zo vaak mogelijk aan gewillige en ongewillige slachtoffers. Wanneer blijkt dat het meisje van de escortservice niet het rode haar heeft waar hij om vroeg, spijkert Crowley haar aan de voordeur van het bordeel vast. Daarmee geeft hij een letterlijke interpretatie van de term pin-up.De film wordt gedragen door Simon Callow die zijn Crowley personage dik aangezet en met een aanstekelijke, theatrale flair gestalte geeft. ‘De enige aanwijzing die ik Callow gaf,’ zei regisseur Doyle tijdens de Q&A voor de filmvertoning, ‘was dat hij Crowley als Richard III moest spelen.’ In Chemical Wedding wordt behalve Aleister Crowley ook Shakespeare op de hak genomen als de door Crowley bezeten professor over zijn studenten heen pist en ‘To pee or not to pee,’ schreeuwt. To pee, dus. Kortom: aanrader!Deze post stond ook op Eeuwig Weekend en op de site van Zone 5300.Lees ook: