Categorieën
Film Frames

Hitchcock/Truffaut: Praten met je held

Psycho janet leighDe arme Janet Leigh ligt een beetje dood te zijn op de badkamervloer van een gruizig motel. Zojuist heeft Norman Bates, verkleed als zijn moeder, hard zijn best gedaan haar in stukken te snijden. Met Psycho creëerde Alfred Hitchcock de slasher-film. En de rest was filmgeschiedenis.

De laatste dagen denk ik veel aan Alfred Hitchcock en zijn films. Tijdens mijn studie aan de Universiteit van Amsterdam kregen we een semester lang lessen over Hitchcock: zijn oeuvre is een filmschool op zichzelf. Dat besefte de Franse regisseur en criticus François Truffaut ook.

Truffaut was een van de vaders van de Nouvelle Vague en een groot bewonderaar van Alfred Hitchcock. In 1962 zaten de twee heren acht dagen lang aan een tafel te praten over filmkunst en de films van Hitchcock. Die gesprekken werden gepubliceerd in het boek Hitchcock/Truffaut. Nog steeds een belangrijk naslagwerk voor iedereen die films wil maken.

Ook een goed boek voor stripmakers trouwens, want veel van de technieken die Hitchcock bespreekt, zijn leerzaam voor mensen die op visuele wijze verhalen willen vertellen. Of dat nu op film is of met een tablet en stripkaders, maakt niet zoveel verschil. Beide media hebben immers veel overeenkomsten.

hitchcock truffautAfgelopen zondag zag ik in Eye de documentaire Hitchcock/Truffaut (Kent Jones, 2015) die weer gebaseerd is op dit prachtige boek. Aan het woord komen regisseurs als Martin Scorsese, Wes Anderson, David Fincher en Olivier Assyas. Allemaal zijn ze wel op een bepaalde manier beïnvloed door de master of suspense, zoals Hitch ook wel genoemd werd.

Ook zitten er enkele audiofragmenten van de gesprekken tussen Hitchcock en Truffaut in de film. Het verbaasde me enigszins dat er aan tafel ook een vertaalster zat. Truffaut stelde zijn vragen in het Frans, en Hitchcocks antwoorden werden weer aan hem terug vertaald. Gek, want de Franse regisseur sprak Engels en regisseerde zelfs een Engelstalige films. Misschien was hij desondanks toch erg onzeker over zijn kennis van de Engelse taal.

Het idee van Truffaut die zijn grote held en voorbeeld interviewt, spreekt mij erg aan. Ik interview zelf namelijk ook graag mijn helden. Handtekeningenjagen doe ik niet, maar antwoorden verzamelen en conversaties met mijn helden starten des te grager. Een van die helden zal altijd tekenaar John Romita Jr. blijven. Vroeger was Steven Spielberg de regisseur waar ik het meest tegenop keek. Volgens mij kun je met hem ook goede gesprekken over filmtechniek voeren, want de filmkunst beheerst hij tot in zijn vingertoppen.

Door Hitchcock/Truffaut ben ik ook nieuwsgierig geworden naar de films van Truffaut. Ik geloof dat ik daar vroeger wel een paar van gezien heb. In ieder geval kwamen die ook tijdens mijn studie filmwetenschap ter sprake, want Truffaut (1932-1984) was ook een goede filmmaker. Om mijn geheugen op te frissen zag ik deze week Fahrenheit 451 en zijn debuut Les Quatre Cents Coups uit 1959. Zijn eerste film is meteen een van zijn meest persoonlijke. Over hoe een tiener maar niet begrepen wordt door de volwassenen in zijn leven en daardoor langzaam afdwaalt naar een nihilistisch bestaan. Er wordt de hele tijd over de jongen gepraat maar eigenlijk niet met de jongen. De jonge acteur Jean-Pierre Léaud speelt de tiener Antoine Doinel die min of meer gebaseerd is op Truffaut zelf. Ze maakten samen nog vier andere films waarin verschillende stadia van Doinels leven verhaald worden.

Les Quatre Cents Coups
Het beroemde laatste shot, een freeze-frame uit Les Quatre Cents Coups.

Voor de aanvang van de documentaire Hitchcock/Truffaut zat een vrouw in een boek te lezen. Dat bleek de biografie van Vladimir Vladimirovitsj Nabokov te zijn: haar literaire held. ‘Ik hoop dat de documentaire een beetje goed is,’ zei de stijlvol geklede, Belgische vrouw met een licht Fransaccent, ‘want anders blijf ik liever dit boek lezen.’ Ze vertelde me dat Nabokov op een gegeven moment in de Verenigde Staten ging wonen en ook in het Engels boeken schreef. Hoewel zijn taalgebruik grammaticaal correct was, had hij een bepaalde manier van dingen zeggen, een sensibiliteit die ongewoon was in het Engels. Interessant wat mensen over hun helden weten te vertellen.

Categorieën
Film

Film A-Z: P

Het schiet alweer aardig op met mijn film ABC. Vandaag zijn we bij de P. Hieronder de drie titels met de letter P die ik bijzonder genoeg vond om een paar keer te zien en die ik bij harte aanbeveel.

The Prestige (Christopher Nolan, 2006)
In de prachtige film The Prestige draait alles om twee illusionisten, die door onderlinge rivaliteit verwikkeld raken in een levenslange strijd om macht en status. Vanaf het eerste moment dat Robert Angier (Hugh – Wolverine – Jackman) en Alfred Borden (Christian – Batman – Bale) elkaar ontmoeten, zijn ze concurrenten. Hun aanvankelijk vriendschappelijke competitie evolueert tot een bittere rivaliteit die gevaarlijk en dodelijk blijkt te zijn.

Alle acteurs geven dit verhaal vol goochelarij en een snufje magie de juiste realistische zwaarte mee waardoor de wereld van 1900 geloofwaardig tot leven komt.
David Bowie speelt uitvinder Nikola Tesla en doet dat voor zijn doen erg ingetogen. Puik acteerwerk. Tesla is het enige personage in de film dat niet fictief is en is de uitvinder van onder andere de Teslaspoel en heeft veel betekend voor de uitvinding van wisselstroom en de radio.

Regisseur van deze sfeervolle en spannende film is Christopher Nolan die recent wederom een interessante film afleverde: Inception.

Psycho (Alfred Hitchcock, 1960)
De oerversie aller slasherfilms. Anthony Perkins lijkt een aardige, nette opgevoede jongen, maar blijkt een psychopaat te zijn die in de kleren van zijn moeder zijn hotelgasten in stukjes snijdt. Nu lijkt de film redelijk braaf, maar in 1960 doorbrak Hitchcock aardig wat taboes met zijn zwart-wit film. Als je al bedenkt dat het zeer ongebruikelijk was om een toilet te tonen in films, dan begrijp je dat de scène waarin Marion Crane (Janet Leigh) in de douche doodgestoken wordt er behoorlijk, eh, inhakte indertijd. Bates blijft wat mij betreft het schoolvoorbeeld voor psychopaten. Gek genoeg heb ik nooit een van de vervolgen gezien. Misschien moet ik dat toch maar eens gaan doen…

De remake van Gus Van Sant uit 1998 is mijn ogen nog steeds een nutteloze exercitie die maar beter vergeten kan worden.


Pulp Fiction (Quentin Tarantino, 1994)
De beste en boeiendste film die Tarantino ooit maakte. Origineel, apart, bijzondere dialogen, een interessante verhaal structuur en een swingende soundtrack. Meer coolness mag je echt niet van een film verwachten.

De volgende aflevering van mijn Film A-Z is over twee weken, dus op vrijdag 27 augustus.

Categorieën
Film

Film A-Z: N

We zijn alweer bij de letter N van mijn Film A-Z. Dit keer twee nachtmerrie-titels in het rijtje. Verder kwam ik niet zo ver met de N eigenlijk. Voel je vrij om bij de comments je eigen favoriete films te noemen die met een N beginnen. Vergeet niet te vermelden waarom je die flicks zo goed vindt.

The Nightmare Before Christmas (Henry Selick, 1993)
Prachtige animatie die eigenlijk nooit verveelt, zelfs niet voor iemand als ik, die zelden musicals leuk vindt. De visie van Tim Burton werkt zowel in stop-motion als live-action en weet mij tot nu toe nog steeds te boeien. Al vond ik Alice in Wonderland een stuk minder. Nightmare gaat steevast aan tijdens saaie kerstdagen en is ook een prachtige Halloween-film. En Halloween, daar smul ik van.

A Nightmare on Elm Street (1984-1994)
Ik heb de recente remake nog niet gezien, maar sta daar ook niet voor te trappelen. Waarom moet deze prima filmcyclus van Wes Craven überhaupt hermaakt worden? Ik zie liever de versies uit de jaren tachtig. Freddy Krueger, de man met de nare klauwende handschoen die je in je nachtmerrie vermoordt, is een filmicoon geworden en een paar films uit de reeks zijn erg goed. Mijn favoriet uit de reeks is Wes Craven’s New Nightmare, numero zeven uit 1994, waarin blijkt dat de verhalen rond Krueger zijn verfilmd omdat dit de enige manier is om de boeman te bezweren. Maar nu er al een tijdje geen films meer zijn gemaakt of verhalen over hem zijn verteld, dreigt Krueger dreigt door te dringen in de echte wereld en is een bedreiging voor de acteurs en de crew die de films gemaakt hebben. Omdat veel mensen in deze film zichzelf spelen, lopen werkelijkheid en fictie mooi door elkaar.

North by Northwest (Alfred Hitchcock, 1959)
Noem me ouderwets, maar Hitchcock-films: daar hou ik van. De grootmeester van de cinema dient niet voor niets als schoolvoorbeeld in de studie filmwetenschap. Dit is een van mijn favorieten, al is het alleen maar omdat hij bijna elke maand werd uitgezonden op TNT Classic Movies. Maar vooral om Cary Grant – de George Clooney van het oude Hollywood.

De charmante reclameman Roger O. Thornhill (Grant) wordt tijdens een lunch in het Plaza Hotel van New York per ongeluk aangezien voor geheim agent George Kaplan – een fictief personage dat de geheime dienst heeft bedacht om de ’tegenpartij’ om de tuin te leiden. Thornhill wordt ontvoerd door twee gewapende mannen en meegenomen naar een huis op Long Island, waar hij wordt ondervraagd door een man die zich voorstelt als Lester Townsend (James Mason). Thornhill kan echter de vragen van de man niet beantwoorden en ontkent George Kaplan te zijn. Logisch, want zoals gezegd bestaat die Kaplan helemaal niet. De rest van de film is een vermakelijke achtervolging, inclusief de iconografische scène waarin Grant achterna gezeten wordt door een vliegtuigje, eindigend in de klassieke scène bij Mount Rushmore.

Het thema van ’the wrong man’, de man die onterecht van iets wordt beschuldigd, is typisch Hitchcock. Evenals de speelse manier waarop hij met intriges omgaat. Natuurlijk is er ook een MacGuffin, een object waar iedereen in de film achteraan zit, maar eigenlijk van alles kan zijn en geen andere functie heeft dan het voortzetten van het verhaal. In North by Northwest is dit de microfilm.

De volgende aflevering van mijn film A-Z is over twee weken, dus op vrijdag 30 juli.

Categorieën
Film

Stan Lee spreekt Oscarcommissie toe

Stan – the man – Lee, bedenker en cocreator van een ontelbare hoeveelheid  Marvel-helden als Spiderman, The Fantastic Four en de Hulk, voert een pleidooi voor een nieuwe categorie bij de Oscars, namelijk voor de cameorol.

Cameo-acteurs zijn meestal maar kort in beeld, maar vaak toch herkenbaar omdat het bekende koppen zijn.  Alfred Hitchcock zorgde ervoor dat hij altijd even in beeld was in zijn films. Het was zijn handelsmerk. In zijn latere films kwam Hitcock meestal in de eerste minuten al op omdat mensen het van hem verwachtten en het zoeken naar Hitchcocks bekende profiel anders te veel af zou leiden van het verhaal.

Wegwijzer voor ruimtewezens
Lee is zelf een van de ongekroonde koningen van de cameorollen. In bijna alle verfilmingen van Marvel-strips komt hij wel even langs, als een Hitchcock van de superheldenfilms.Lee speelde in de film Mallrats (Kevin Smith) zichzelf en deed dat overigens heel verdienstelijk.

In zijn nieuwe creatie, Super Seven, heeft Lee voor zichzelf een hoofdrol gereserveerd. Maar het gaat dan ook om een optreden als stripfiguur. In de strip en animatieserie gaat Lee zeven buitenaardse wezens die op aarde zijn gecrasht, wegwijs maken.

Maar deze week, met de aankomende Oscars in het vooruitzicht, breekt de schijnbaar onvermoeibare Lee een lans voor de cameospeler: ‘You can take the actors out of a movie and it still works. You can’t cut the cameo without killing the flick!’ Nuff Said!

Stan Lee’s Oscar Campaign from Stan Lee

Via SuperheroHype.com

Hier een montage van Stan Lee’s superheldenoptredens.