Ik moet een beetje oppassen dat ik de komende kerstvakantie niet elke dag op Tumblr blijf hangen, maar voorlopig vermaak ik me goed met alle mooie visuele vondsten daar.
Zo kwam ik deze fan-art poster van BosLogic tegen voor de aankomende Spider-Man-film.
Ik heb natuurlijk de trailer van Spider-Man:Homecominggezien, maar heb mezelf voorgenomen niet over aankomende films meer te speculeren. Ik word zo langzamerhand gek van alle geruchten, vermoedens en andere angsten die online verspreid worden over films, ver voordat ze in de bioscoop te zien zijn.
Zondagavond had ik zo maar weer eens zin om The Breakfast Club te kijken.
Nog steeds een erg vermakelijke film. Het is ook nu nog boeiend om te zien hoe Hughes de tieners met uiteenlopende karakters naar elkaar toe laat groeien tijdens een zaterdag nablijven op school.
De scène waarin alle hoofdrolspelers in een kringetje zitten en een openhartig gesprek voeren, staat nog steeds als een huis. Goede dialogen, goed acteerwerk. John Hughes, scenarist en regisseur van de film, was slim in het vermijden van trendy taalgebruik, waardoor de tieners ook nu nog verstaanbaar zijn en niet zo gedateerd spreken.
De muzikale intermezzo’s en de danssequenties komen nu wel erg achterhaald over, maar goed de film is dan ook meer dan dertig jaar oud. 1985 ligt alweer lang achter ons.
Dat doet de vraag rijzen hoe tieners van nu naar deze film zullen kijken. Herkennen ze zichzelf net zo goed in de archetypes als mijn generatie dat deed? Of kunnen de jonge kijkers van nu niet door de achterhaalde kleding en muziek kijken?
Waarom de rubriek Frames? De verhalen die we lezen en zien maken net zo goed deel uit van onze levensloop als de gebeurtenissen die we in reallife meemaken. In de rubriek Frames verzamel ik stills uit de films (en soms tv-series) die ik heb gezien om zo die herinneringen te kunnen bewaren en koesteren.
De laatste keer dat ik in de bioscoop in slaap viel was bij een voorstelling van de eerste Lord of the Rings-film. Bij Rogue One: A Star Wars Story donderdagavond moest ik ook behoorlijk vechten tegen de slaap en dommelde ik bijna in.
Ik ga nu dus ook geen uitgebreide analyse geven, maar mijn algemene in druk van deze nieuwe Star Wars-film is eerder meh, dan tof.
[spoilers!]
Rogue One speelt zich af voor A New Hope. De rebellen ontdekken dat het Empire een wapen aan het maken zijn waarmee ze hele planeten kunnen vernietigen. Juist, de Death Star. (Weer). Het is aan een klein groepje rebellen onder leiding van Jyn Erso om de bouwtekeningen voor dit wapen te stelen.
De personages vond ik ontzettend vlak. Ik miste echt de dynamiek tussen Han Solo, Leia en Luke Skywalker en de chemie die ze met elkaar hebben. Het is tekenend dat een hergeprogrammeerde droid van het Empire het meest uitgesproken karakter heeft van alle personages. Nieuwe helden als Cassian Andor en de blinde semi-jedi Chirrut Îmwe komen nauwelijks uit de verf en werken als comic relief ook niet zo best.
En volgens mij hebben ze een grote kans laten liggen door niet meer te focussen op Galen Erso, gespeeld door Mads Mikkelsen. Hij is de man die de Death Star bedacht heeft en er met grote bezwaren aan werkt. Hij wordt door het Empire gedwongen de Death Star te maken, maar in plaats van dieper op de psychologie hiervan in te zoomen, blijft het verhaal steken in Star Wars clichés. En zijn dochter, Jyn Erso (Felicity Jones), die de film draagt, had zeker meer uitgediept mogen worden.
Nu hebben de filmmakers echt hun best gedaan om een Star Wars-film te maken die niet op een Star Wars-film wil lijken: driekwart van de opnames zijn onderbelicht en grauw gekleurd. Er zijn knipoogjes naar de andere films, onder andere een kort shot waarin we C3PO en R2D2 zien. Het eindgevecht tussen de rebellen en de Stormtroopers op het strand geeft dit cliché dus een nieuwe setting die doet denken aan oorlogsfilms, maar tegelijkertijd ontstijgt het allemaal niet een soort prefab Star Wars-film.
Stormtroopers worden beach boys.
Om over de sim-Leia aan het einde van de film nog maar te zwijgen. Die ziet er allesbehalve geloofwaardig uit en haalt de algemenen indruk van de special effects, die verder prima zijn, behoorlijk naar beneden. Het is leuk om een jonge Leia te zien, en nee, Carrie Fisher ziet er niet meer uit alsof ze begin twintig is, maar deze Leia-avatar leek uit een game uit 1995 te komen. Houterig en niet overtuigend.
Ik vond op alle fronten The Force Awakens vorig jaar veel leuker. Natuurlijk, hadden we toen allemaal een rammelde honger naar meer Star Wars-films. Het was jaren geleden sinds er een goede was uitgekomen en toen The Force Awakens niet tegen bleek te vallen, maakte dat het feest alleen maar beter.
Rey was een prachtige vondst en je leerde haar gedurende The Force Awakens echt kennen. Dat had ik bij de hoofdpersonen van Rogue One helemaal niet. Een emotionele investering in ze is vrijwel niet mogelijk, dus wanneer er belangrijke personages sterven voel je daar niets bij.
Dit ziet er echt wel tof uit maar…
Eén toffe scène waarin Darth Vader helemaal losgaat maakt wel wat goed hoor en de luchtgevechten zagen er weer fantastisch uit. Toch voelt Rogue One als een teleurstelling.
Een tijdje geleden was ik bij Met het oog op morgen om over Wonder Woman te praten. De superheldin zou namelijk bij de VN ere-ambassadeur voor vrouwenemancipatie worden. Dat is ze twee maanden geweest, maar nu 45.000 een zuurpruimen een handtekening tegen deze actie hebben gezet, is Wonder Woman weer ambassadeur af.
Wonder Woman was created 75 years ago. Although the original creators may have intended Wonder Woman to represent a strong and independent “warrior” woman with a feminist message, the reality is that the character’s current iteration is that of a large breasted, white woman of impossible proportions, scantily clad in a shimmery, thigh-baring body suit with an American flag motif and knee high boots –the epitome of a “pin-up” girl, aldus de petitie.
Opvallend vind ik het woordje ‘white’ ook in deze. Hoezo maakt het uit dat Wonder Woman blank is? Mogen we in dit tijdperk van diversiteit waarbij politieke correctheid belachelijke vormen begint aan te nemen, geen blanke heldin meer als voorbeeld nemen?
En als je ergens tegen bent, waarom meteen verbieden? Je kunt ook proberen de positieve kant van een verhaal te zien, ook al ben je het er niet helemaal mee eens. Maar nee, als mensen iets niet bevalt, moet er meteen maar een punt achter gezet worden. Dus in plaats dat we het nu gaan hebben over hoe we ervoor kunnen zorgen dat mannen en vrouwen door iedereen, maar dan ook echt iedereen als gelijkwaardig worden beschouwd, gaan we weer eens lopen zeuren over het symbool dat we daarvoor gebruiken.
Daarnaast vind ik het jammer dat mensen zo op het seksisme hameren. Wonder Woman is veel meer dan een sexy vrouw immers. Ik vond haar wel een goed rolmodel voor deze functie, zoals ik eerder hier al toelichtte.
Is seksisme een onderdeel van het superheldengenre? Ja, het komt veel voor. En je mag er natuurlijk commentaar op hebben, maar wie Wonder Woman alleen maar beoordeelt op haar uiterlijk kent de strips en het personage echt niet goed. Sterker nog: als we iemand alleen maar beoordelen op hoe ze eruit ziet en wat ze draagt, wat de mensen achter de petitie dus doen, zijn we dan niet seksistisch bezig?
Mauro Caldi is de naam van een stripreeks rondom de gelijknamige monteur en autocoureur. De verhalen zijn lichtvoetig en plezierig leesvoer, zoals zoveel avonturen van de Franco-Belgische strip.
De strips spelen zich af in het Italië van de jaren vijftig van de vorige eeuw en de maffia speelt een belangrijke rol. Ook zitten er snelle auto achtvervolgingen en race-scènes in de albums die verder vooral gaan over het oplossen van een misdaad.
Zo wordt Mauro in album #2: Cinecittà ingehuurd door de filmstudio om stand-in te zijn voor een bekende filmster. Hij wordt verliefd op de medespeelster die droomt van een carrière in Hollywood. Al snel raken Mauro en Gigi verwikkeld in de zaakjes van een gangster genaamd Dottore die zijn verdwenen dochter zoekt.
In het derde album wordt Mauro verliefd op een dievegge en dit leidt tot een directe en bloederige confrontatie met de man die haar bezit. En in album #4, De baai der leugenaars, krijgen Mauro en Gigi te maken met een verdronken vrouw en een stel valsemunters.
Kuifje 2.0
Mauro lijkt met zijn rode haar, kuif en vaste blauwwitte kleding, wel een beetje op Kuifje, al is hij iets minder slim, rechtlijnig en saai dan zijn voorganger. Mauro is in tegenstelling tot Kuifje namelijk wel geïnteresseerd in vrouwen en minder braaf. Daarentegen moet hij vaak uit de nesten gehaald worden door zijn oudere vriend Gigi, terwijl Kuifje toch meestal Haddock moet redden.
Daarom Minneboo leest: Als stripjournalist wil ik zoveel mogelijk strips onder de aandacht brengen. Daarom heb ik de rubriek Minneboo leest in het leven geroepen, om te laten zien hoe rijk en divers het medium strip kan zijn. De artikelen in deze rubriek zijn geen recensies (die teksten staan gepubliceerd in de bijhorende rubriek), maar kunnen thematisch zijn, een interview, een tekenstijl belichten of simpelweg een nieuwe uitgave kort aanstippen.
We kwamen opvallend veel platenhoezen tegen uit de jaren zeventig waarin de mannen dikke snorren onder hun neus droegen. Dat was toen misschien een toppunt van mannelijkheid, nu gaat van zo’n snor toch een dikke Village People vibe uit.
NSFW?
Op Tumblr vond ik zondag deze platenhoes. Ook uit de seventies en waarschijnlijk een beetje NSFW, hoewel ik niet precies weet waar daar de grens ligt. Is dat een beetje bloot en hangt het er dan van af wat je precies ziet? Is geldt NSFW alleen voor pornografie? Misschien hangt het ervan af waar je werkt en met wie…
In ieder geval een platenhoes die we als ‘fout’ zouden bestempelen, hoewel ik het eerlijk gezegd niet erg zou vinden om aan die bar een biertje te drinken.
Op Fakebook meldde Milan Hulsing het volgende over deze hoes:
Het grappige is dat er in deze hoes nooit een plaat heeft gezeten. Het was een soort gimmick, met erin alleen een zwarte papieren schijf met een tekst waarvan de strekking was dat de gever alleen geld had voor een hoes maar niet voor de plaat.
Leuk om te weten, Milan, maar nu zullen we er dus nooit achterkomen hoe Music for Hangovers klinkt…
De laatste dagen denk ik vaak na over wat Kerstmis nu eigenlijk voor mij betekent.
Kerstmis heeft voor mij geen bal met de geboorte van een zeker heiligboontje te maken, want als atheïst vind ik geen troost of logica in de Bijbel, Koran of Thora. Dat soort onzinverhalen zijn niet aan mij besteed.
Maar in een seculier bestaan heeft kerst ook zo zijn functie, maar wat, mag iedereen natuurlijk zelf invullen. Zelf heb ik het niet zo met het commercieel festijn dat het soms wordt, maar als mensen zich helemaal suf willen kopen, moeten ze dat maar zelf weten.
Waarom ik dan toch met deze vraag zit?
Ik realiseer me dat mijn beeld van kerst vooral bepaald wordt door kerstfilms. En hoewel ik eigenlijk best van kerstfilms en de bijbehorende sfeer houd, besef ik ondertussen dondersgoed dat de uitvoering het zelden haalt bij de voorpret. Daarom is ‘Driving Home for Christmas’ van Chris Rea waarschijnlijk een van mijn favoriete kerstnummers. Het zit in ieder geval al een paar weken in mijn hoofd.
Als Rea na al die anticipatie eindelijk thuis is, blijkt vast dat de kinderen ruzie hebben, de kat de kerstboom inspringt zodat alle ballen op de grond rollen en dat de kalkoen veel te lang in de oven heeft gezeten. Hopelijk wordt het niet zo erg als in deze creepy illustratie overigens:
Merry Christmas, to My Wife – art by Johnny Craig (1954). Bron: atomic-chronoscaph.tumblr.com
Maar we kunnen wel stellen dat de mythe van kerst zoals die wordt voorgeschoteld in verhalen en films is altijd mooier dan de werkelijkheid.
Misschien dat ik daarom graag de kerstdagen doorbreng voor de buis, kijkend naar een onbereikbaar ideaal. Of mezelf krom lachend omdat er op vakkundige wijze de draak mee wordt gestoken, zoals in Elf en Scrooged, twee van mijn favoriete kerstfilms.
Kerstsfeer wordt voor mij dan ook mooi weergegeven in dit frame uit Batman Returns. Het statige Wayne Manor in de ijzige sneeuw, het batsignaal maakt duidelijk dat Bruce vanavond niet bij de openhaard eggnog zit te drinken.
Wat mij overigens ook vaak goed in de decembersfeer brengt, is gezellig afpreken met vrienden. Zo zat ik afgelopen woensdag met Jooper in mijn favoriete Amsterdamse eetcafé te genieten van de beste hamburger van Nederland. Dat doen we overigens geregeld en niet alleen in december, maar toch…
De kerstsfeer zat er goed in. Dat kwam onder andere door de nep kerstboom naast ons tafeltje en de kerstbomenverkoop op de Nieuwmarkt waar ik opweg naar het restaurant langs liep. Goed, de Waagh is niet echt Wayne Manor in de sneeuw, maar het ziet er toch behoorlijk sprookjesachtig en kerstachtig uit, vind ik.
Ook kwam ik toen deze witte rakker tegen:
Vrijdagavond zat ik met Peter de Kock in Le Journal in Utrecht om gezellig bij te praten. Later kwam Daan daar ook bijzitten en hebben we nog fijn getafeld.
Peter en ik spraken onder andere over dankbaarheid, een onderwerp waar hij eerder deze week over blogde. Nadenken over waar je dankbaar voor bent, is een mooie activiteit voor de feestdagen, vind ik.
Deze post schrijf ik met een bezwaard hart, want vandaag is bekend gemaakt dat tekenaar Peter van Straaten is overleden. Daarmee is misschien wel de beste tekenaar van Nederland niet meer onder ons.
Peter van Straaten. Bron: www.petervanstraaten.nl
In ieder geval is nu een van mijn helden overleden, want ik heb altijd erg van Van Straatens tekeningen gehouden.
Als geen ander was Peter van Straaten in staat menselijke tekortkomingen met zoveel mededogen te verbeelden. Al zijn tekeningen zijn raak en door de schetsmatige, ietwat krasserige stijl altijd meteen herkenbaar als een tekening van Van Straaten. De tekenaar/cartoonist/schrijver hield ons een spiegel voor. Dankzij zijn feilbare personages konden we om onszelf lachen.
Tot mijn spijt heb ik Peter nooit langer gesproken dan korte gesprekjes hier en daar en is het nooit gekomen van een goed interview. Ik had hem heel graag willen spreken over zijn vakmanschap, wat hij dacht tijdens het tekenen en het toch iedere keer tot zulke scherpe observaties wist te komen. Hij kwam op mij over als een zachtaardige man met wie je graag een biertje of wijntje drinkt op een lauwwarme zaterdagmiddag.
Mijn gedachten gaan uit naar zijn nabestaanden. Ik hoop dat zij enigszins troost kunnen vinden in de ontelbaar veel geluksmomentjes, glimlachjes en schaterlachen die Peters werk bij mensen losmaakte.
Hieronder het officiële in memoriam dat uitgeverij De Harmonie vandaag opstuurde.
In Memoriam: Peter van Straaten (1935-2016)
In zijn woonplaats Amsterdam is op donderdag 8 december op 81-jarige leeftijd de tekenaar, cartoonist en schrijver Peter van Straaten overleden. Zijn werk is geliefd en veelomvattend: van politieke prenten, cartoons en strips, toneelstukken, erotische tekeningen tot vele bundels met proza. Een groot deel van zijn leven tekende Peter van Straaten voor Het Parool (van 1958 -2012), later ook wekelijks voor de Volkskrant en een geïllustreerde column in NRC Handelsblad.
Van Straatens laatste tekening verscheen dinsdag 2 augustus 2016 in de Volkskrant. Op 27 september jl ontving Peter van Straaten voor de vijfde maal de Inktspotprijs, de prijs voor de beste politieke tekening van het jaar.
De carrière van Peter van Straaten beslaat meer dan een halve eeuw waarin hij duizenden tekeningen maakte voor landelijke en regionale dagbladen, weekbladen en boeken alsook theater- en filmaffiches. Zijn werk is vele malen in boekvorm verschenen en jaarlijks, sinds 1994 tot heden, worden zijn tekeningen gebundeld in Peter’s Zeurkalender.
Hier won Peter van Straaten in 2010 de Inktspotprijs mee.
Na het gymnasium in zijn geboortestad Arnhem studeerde Van Straaten aan de Kunstnijverheids- school, de huidige Rietveld Academie in Amsterdam. Zijn loopbaan begon als reportagetekenaar bij Het Parool, waarin later de geliefde strip Vader & Zoon is verschenen. De strip verscheen maar liefst 7000 keer in Het Parool. Van 1988 tot 2012 publiceerde Van Straaten in dezelfde krant elke dag een cartoon onder de titel Het dagelijks leven. Vanaf 1969 tot 2014 verscheen wekelijks een politieke prent in Vrij Nederland. Hiermee won Van Straaten vier keer de Inktspotprijs voor de beste politieke tekening van het jaar en recent voor de vijfde maal met zijn Volkskranttekening: ‘Ik ben geen vluchteling, ik woon als twintig jaar naast u.’
Als schrijver publiceerde Van Straaten vanaf 1968 het feuilleton Agnes over een alleenstaande moeder en haar opgroeiende zoon (gebundeld in twaalf boeken), brieven en columns samen met Eelke de Jong en Rijk de Gooyer, een kinderboek (Een jongen en zijn boom, 1998) en ook een aantal toneelstukken waaronder Een lichte lunch (1987).
Zijn omvangrijke oeuvre is vele malen bekroond. In 2006 ontving hij de Gouden Ganzenveer en in 2010 werd hem de Jacobus van Looy-prijs toegekend, een prijs voor dubbeltalenten. In 2011 ontving Van Straaten een eredoctoraat aan de Rijksuniversiteit Leiden vanwege de wijze waarop zijn cartoons het menselijk gedrag inzichtelijk maken. Zijn erepromotor, hoogleraar klinische psychologie, Willem van der Does gebruikt al jaren de cartoons van Peter in colleges en in zijn boeken Zo ben ik nu eenmaal! en Dat moet mij weer gebeuren.
Peter van Straaten laat een oeuvre van tientallen publicaties en duizenden tekeningen na. Hij was getrouwd met kunstenaar Els Timmerman.
Céline en de kolonie van collaborateurs gaat over de vlucht van de Franse schrijver Louis-Ferdinand Céline (1892-1961) naar Denemarken.
In 1944 landen de geallieerden in Frankrijk en slaat de omstreden schrijver en arts op de vlucht, omdat hij met de Duitsers heeft samengewerkt en enkele antisemitische pamfletten heeft geschreven. Samen met zijn vrouw, kat en acterende vriend belandt hij in het kasteel van Sigmaringen, een toevluchtsoord van de collaborerende Franse elite en andere dubieuze figuren.
Schrijver Christophe Malavoy baseerde zijn graphic novel op de ‘Duitse trilogie’ van Céline. Malavoy toont mooi de grijswaarden van Célines karakter: hij schreef dan antisemitische pamfletten, als arts helpt hij ook ondergedoken zieken. We zien vooral een man die heulend met de duivel probeert het vege lijf te redden.
Mooie potloodtekeningen rijk aan details.
De Italiaanse broers Paul en Gaëtan Brizzi visualiseerden het ietwat absurdistische verhaal in een levendige, energieke stijl. Hun sporen als animatoren zijn duidelijk in hun tekenstijl terug te zien. De mooie karakterkoppen van de personages doen denken aan het betere Disneywerk. Niet zo gek, want ze regisseerden onder andere De klokkenluider van de Notre-Dame.
Prostaatonderzoek wordt grappig in beeld gebracht.
Nu ben ik geen kenner van het werk van Céline, maar de inleiding en het overzicht van de belangrijkste personages van journalist en vertaler Lambiek Berends maken veel duidelijk.
Daarom Minneboo leest: Als stripjournalist wil ik zoveel mogelijk strips onder de aandacht brengen. Daarom heb ik de rubriek Minneboo leest in het leven geroepen, om te laten zien hoe rijk en divers het medium strip kan zijn. De artikelen in deze rubriek zijn geen recensies (die teksten staan gepubliceerd in de bijhorende rubriek), maar kunnen thematisch zijn, een interview, een tekenstijl belichten of simpelweg een nieuwe uitgave kort aanstippen.
Stripmaker Willem Ritstier krijgt de Stripschapprijs 2017 en letteraar Frits Jonker de P. Hans Frankfurtherprijs 2017.
Willem Ritstier getekend door Fred de Heij.
De Stripschapprijs is een oeuvreprijs die sinds 1974 jaarlijks wordt toegekend aan een striptekenaar of tekstschrijver die zich buitengewoon verdienstelijk heeft gemaakt voor het beeldverhaal in het algemeen en het Nederlandse beeldverhaal in het bijzonder. Dit jaar gaat hij naar Willem Ritstier. Niet onterecht want Ritstier schrijft al heel wat jaren stripscenario’s en heeft zo’n vijftig albums op zijn naam staan.
‘Willem Ritstier heeft zich in zijn ruim vijfendertigjarige carrière als één van de weinige stripmakers gefocust op het schrijven van stripscenario’s. Opvallend omdat Nederland nauwelijks een traditie kent van scenaristen. Slechts een handjevol namen, waaronder de grote drie uit de tijd van de Toonder Studio’s, Lo Hartog van Banda, Andries Brandt en Patty Klein, hebben bewezen dat dit een waar ambacht is,’ aldus het toegestuurde persbericht van het Stripschap.
Frits Jonker – letteraar, schrijver, blogger, verzamelaar en koffiemaatje – krijgt dit jaar de P. Hans Frankfurtherprijs. Ik citeer hier weer even het juryrapport, want ik vind het natuurlijk niet meer dan terecht dat Frits eens flink aandacht krijgt:
Door deze meesterletteraar de prijs voor Bijzondere Verdiensten toe te kennen, willen de commissie en Het Stripschap één van de meest ondergewaardeerde beroepen van het stripvak belichten. Het letteren van strips is onderschat en vaak onopgemerkt gebleven, maar heel belangrijk. Zoals Frits zelf al aangeeft, zorgt de lettering voor de harmonie binnen een striptekening.
En dat heeft deze winnaar meer dan eens bewezen te beheersen. Met een staat van dienst van bijna vier decennia is Frits niet alleen uitgegroeid tot een vakman eersteklas, maar is hij ook geliefd binnen de Nederlandse stripwereld. Als geen ander zoekt hij de grenzen van zijn vakgebied op middels creatieve uitingen en zelfgemaakte alfabetten. Door zijn passie voor het stripverhaal is hij altijd benaderbaar en denkt hij mee met het eindproduct.
Tevens heeft Frits zich breder ontwikkeld op stripgebied. Eind jaren tachtig was hij één van de drijvende krachten achter de Nederlandse uitgave van het literaire stripmaandblad Wordt Vervolgd. Hier maakte hij zich niet alleen hard voor het letteren, maar ook wist hij zich de vormgeving en de rol van het redacteurschap eigen te maken. Met als gevolg dat hij later zelf scenario’s en columns begon te schrijven.
Hoewel het handletteren de laatste jaren terrein heeft verloren op het digitaalletteren, doet nog altijd een vaste grote groep stripmakers en uitgevers een beroep op misschien wel de laatste handletteraar van Nederland. Want wat zou een blad als Zone 5300 en uitgeverijen als Xtra, Sherpa en Scratch Books zijn zonder de lettering van Frits? Om maar te zwijgen van strips als Claire en Willems Wereld, of het dit jaar genomineerde In the Pines van Erik Kriek en Album van het Jaar 2015, De Aanslag van Milan Hulsing. Allemaal recent werk.
Toeval of niet, maar een tijdje terecht stelde ik de VPRO gids voor om een interview met Frits te doen over zijn werk. Daarom ga ik vrijdag bij hem langs om hem te spreken. Uiteraard neem ik meteen even het winnen van de prijs mee. Het artikel komt in week 2 van 2017 in de gids.
In 2014 maakte ik met Frits deze video op Stripfestival Breda:
De Stripdagen vinden plaats op 4 en 5 maart 2017 in De Broodfabriek, Volmerlaan 12 in Rijswijk. De prijsuitreikingen vinden plaats op zondag 5 maart om 13.00 uur.
Plastieken Plunk En nu we het toch over stripprijzen hebben, kan ik meteen even mooi vermelden dat de Plastieken Plunk, de prijs voor het beste korte verhaal, dit jaar gewonnen is door Joris Sysmans met zijn strip Krieg. Jonas toog huiswaarts met de door Luc Cromheecke persoonlijk geknede trofee en 250 euro.
Het verzamelde internet besliste dat De Strip2000 Publieksprijs (50 euro) naar Dennis Marien moest gaan voor zijn strip Metamorfosen.
De Eppo verjaardagskalender hangt bij ons in de wc en is bijna aan vervanging toe. Toch fijn dat we nog bijna een hele maand tegen Esther Verkest aan kunnen kijken.