Categorieën
Juniorpress Strips Video Vlog

Retro Smash Afl. 13: Brieven van Toen

Michael en Jacarrino gaan het hebben over de ‘Brieven van Toen’. Oftewel de meest opvallende brieven in de Eppo, Webnieuws en meer. Met maar liefst 3 verschillende gasten! Marvin Lancel, eRiQ Taranaki en Peter de Bruin. De laatste ken je misschien nog wel als redacteur en vertaler van onder andere Juniorpress Comics.

Duik in de wereld van deze vintage brievenpagina’s!

Categorieën
Juniorpress Spidey's web Strips Video Vlog

BRIEVEN VAN TOEN: Verkleed als Spider-Man | 601

Was de brievenpagina van Spektakulaire Spider-Man 91 nu de eerste in een Juniorpress comic? Of was er misschien toch een comic eerder? En in deze aflevering een brief van een jongen die zich verkleedde als Spider-Man.

Categorieën
Juniorpress Spidey's web Strips Video Vlog

BRIEVEN VAN TOEN: De allereerste BRIEVENPAGINA | Spektakulaire Spider-Man 91 | 599

In Spektakulaire Spider-Man 91 uit 1987 stond de allereerste brievenpagina. De eerste brief was die van Peter de Bruin die later ook voor de uitgeverij ging werken als vertaler.

Categorieën
Juniorpress Strips Video Vlog

BRIEVEN VAN TOEN: Verliefd op ROGUE | Uit X-Mannen 66 | 590

In Brieven van toen duik ik in de brieven die vroeger naar Juniorpress zijn gestuurd. We beginnen met een romantische brief van iemand die verliefd is op X-Men Rogue.

Categorieën
Juniorpress Minneboo leest Schrijven Strips Video Vlog

Zo schrijf je een goede brief (Volgens Gé Apeldé) | 448

In de oude comics van Juniorpress kom je behalve toffe superheldenstrips natuurlijk ook boeiende redactionele pagina’s tegen. En soms ook tips over hoe je een goede brief schrijft. Want Ger Apeldoorn (Gé Apeldé voor JP-lezers) was streng voor zijn briefschrijvers.

Categorieën
Juniorpress Spidey's web Strips Video Vlog

In de jaren tachtig waren COMICS best GRIMMIG | 354

Begin 1987 stond er voor het eerst in een Nederlandse Spider-Man-comic een redactionele pagina. Vanaf deze maand publiceerde Juniorpress een aflevering Webnieuws.

Al snel volgden ook brievenpagina’s. Dat was heel erg leuk, want de redactionele pagina’s hielden je op de hoogte van welke comics er allemaal uitkwamen, ook voelde je je als lezer direct door de redactie van Juniorpress aangesproken. Zo voelde je je nog meer betrokken bij deze uitgaven.

Categorieën
Spidey's web Strips

Tussendoortjes

Amerikaanse comics worden ook wel gewoon magazines genoemd. Ze bevatten namelijk niet alleen strippagina’s, maar ook advertenties en redactionele pagina’s.

Op die redactionele pagina’s staan wel eens illustraties om de boel te verfraaien. Soms zijn dit illustraties uit de strips zelf, soms lijken het wel unieke tussendoortjes. Deze kwam ik tegen in Web of Spider-Man #13 (Oktober 1986):


Vaak, zoals nu, staat er bij die illustraties geen tekenaar vermeld. Het zou kunnen dat deze tekening uit een strip is gehaald, of dat John Romita Sr., die toen art-director was bij Marvel, of iemand van zijn staf deze illustratie heeft gemaakt.

Categorieën
Strips

Racisme in comics

Tja, om een thema als racisme te behandelen, moet je soms personages racistische uitspraken laten doen.

Niet alle lezers begrijpen dat, blijkt uit deze brief in Web of Spider-Man #13 (Oktober 1986):

Categorieën
Bloggen

Waarom je negatieve comments moet negeren

Illustratie: Emma Ringelberg

Sinds ik ben gaan bloggen heb ik een haat-liefderelatie met het reactieformulier. Of eigenlijk: met reageerders.

In beginsel ben ik voor het gegeven dat mensen kunnen reageren op blogposts. In het positieve geval levert dat interessante reacties op die de blogpost verrijken, soms door aanvullende informatie voor de lezer en blogger, soms doordat de reageerder eigen ervaringen deelt met de wereld of een compliment geeft. (Complimenten zijn als chocoladekoekjes voor een blogger en motiveren om meer te schrijven.) Allemaal mooi, maar je ziet te vaak dat mensen hun zure ei kwijt moeten: het zijn immers vaak de energiezuigende zeurpieten die reageren. GeenStijl is daar groot mee geworden. Het grote nadeel van negatieve reacties: ze zetten de toon voor de rest van de discussie en in sommige gevallen zorgen die reacties ervoor dat de discussie een heel andere kant op gaat en eigenlijk niet meer slaat op de blogpost zelf. Dat laatste is helemaal spijtig want een blogger legt ziel en zaligheid in zijn stuk en dan komt er een zuurpruim langs die al dat mooie werk eigenlijk teniet doet.

In comics zijn sinds jaar en dag brievenpagina’s te vinden waarin brieven van lezers worden afgedrukt. Comicveteraan Jim Shooter (over wiens blog ik laatst nog blogde) schrijft het volgende over het nut van die brievenpagina’s:

Lettercols in commercial, entertainment publications are PROMOTIONAL INSTRUMENTS (and entertaining, if done right). Like it, don’t like it, or whatever. If you’re a professional with the brains God gave a goat, you know this and you act accordingly. This isn’t journalism.

Ideally, you select letters positive letters, especially thoughtful, thought-provoking letters, including some, OCCASIONALLY that express thoughtful criticism along with positive comments. A critical letter that is clearly biased or dumb enough to incite the readers to rebut it, if only in their own minds, works too. Publishing 101.

Stan told me that when John Romita replaced Steve Ditko on Spider-Man, the mail was overwhelmingly negative. Stan ran only the rave letters, almost without exception. Soon, the mail became overwhelmingly positive. And, P.S., people got used to John’s style and sincerely started grooving on it. This happened, in part, because the lettercols promoted the new look. That helped to start a movement.

P.S. That wouldn’t have worked if John’s work wasn’t really good. Trying to promote in a lettercol something that’s really lousy usually is a non-starter.

Ik zie een overeenkomst tussen die reacties van lezers op de brievenpagina en de reacties van bloglezers. Veel negatieve reacties lokken meer negatieve reacties uit; veel positieve reacties zorgen dat mensen positief tegen de zaak aan gaan kijken. Als je als blogger zelf zou bepalen welke reacties je onder een stuk plaatst, dan zou je dus de flow van deze reacties kunnen manipuleren. Dat doen bloggers in de prakijk meestal niet, want we leven nog in het vage idee dat internet democratisch is en dat iedereen gehoord moet worden. Onzin natuurlijk. Je kunt als blogger negatieve reacties van lezers met een GeenStijl-mentaliteit gewoon weren van je blog. Hun reacties leveren namelijk niets positiefs op en kosten doorgaans veel te veel tijd. Tijd die je beter kunt besteden aan inhoudelijke reacties waar je nog iets van opsteekt.

Misschien gaat het weren wat te ver voor sommigen, maar dan zou ik ze in ieder geval negeren. Al loop je dan wel de kans dat die negatieve comments die nergens op slaan toch de rest van de discussie sturen.

Let wel: het gaat me niet om reacties van mensen die kritisch zijn over wat je schrijft en dat op een beschaafde, constructieve manier laten weten. Daar heb je wel wat aan als blogger. Aan azijnpissers die alleen maar hun plasje willen doen, niet.

Gewoon je comments uitzetten
Dat neemt overigens niet weg dat je vrij bent als blogger om je commentformulier op een gegeven moment op slot te zetten of helemaal achterwege te laten. Een blog is nog steeds een blog als er niet gereageerd kan worden.

Soms schrijf ik een stuk waar wat controverse over is en dan staat er binnen de kortste keren een hele rits reacties onder. Dat gebeurde laatst bij mijn stuk over waarom ik geen advertorials op mijn blog wil.

Dat onderwerp leverde sowieso heftige discussies op tijdens #blogpraat. Daar heb ik een paar dingen van geleerd:

  • Voor mij werken discussies op Twitter niet. Ik vind 140 tekens te weinig om me genuanceerd uit te kunnen drukken. Zonder nuance heb je niet veel aan een discussie. Kortom: wat levert al dat gepraat je eigenlijk op?
  • Ook discussieren via een commentformulier gaat me steeds meer tegenstaan. Sommige reageerders hebben je stuk niet goed gelezen of verkeerd geïnterpreteerd waardoor een discussie daarna flink loos kan gaan. Tekst en te snel lezen kunnen tot een hoop onduidelijkheid leiden. Als ik een stelling met iemand wil bespreken, spreek ik liever met die persoon af. Voorbeeld: Marco Raaphorst en ik waren flink heen en weer aan het antwoorden op elkaar op mijn blog terwijl we elkaar die avond ook zouden zien, want we gingen samen naar de debatavond in de Balie over journalistiek. Tegenover elkaar zitten praat een heel stuk makkelijker. Je kunt iemand zien, je hoort de nuances in zijn stem en ondertussen kun je ook nog gezellig een glas drinken met elkaar. Ik geef dus weer de voorkeur aan gezichtscontact en laat discussies op het web links liggen, want het kost me simpelweg te veel tijd. Tijd die ik aan andere dingen wil besteden.
  • Karin, Marco en ik reageren vaak op elkaars blogpost door zelf een blogpost te schrijven. Ik ben van mening dat, wanneer je een blogpost schrijft, jezelf meer de tijd gunt. Dat levert overwegend genuanceerdere teksten op dan via een reactieformulier. En zo ontstaat ook nog eens een mooie ketting aan blogposts die naar elkaar verwijzen.
  • En als mensen zelf geen blog hebben en toch wat aan je kwijt willen, kunnen ze altijd een mailtje sturen.

Wat betekent dit voor mijn blogpraktijk? Dat ik zo nu en dan gewoon de comments uitzet. Als ik een blogposts schrijf, dan staat daar in principe alles in wat ik te zeggen heb. Ik heb vaak geen zin om dan met Jan en alleman tot het oneindige in discussie te gaan. Daar word ik simpelweg niet gelukkig van en het kost me te veel tijd.

Don’t like? Tough shit.

Categorieën
Boeken Juniorpress Strips

Spider-Man in Er gebeurde o.a. niets

Donderdag wordt het boek Er gebeurde o.a. niets gepresenteerd bij Athenaeum in Haarlem. Het is een ‘roman-in-korte-verhalen’ zoals auteur Joubert Pignon het werkje zelf omschrijft. Mijn favoriete stripheld Spider-Man speelt een kleine rol in een van de verhalen.

De auteur was zo vriendelijk om me de tekst toe te sturen:

STEM (1)
Op straat zie ik een man die ik van vroeger ken. Hij lijkt gek geworden. Hij fietst slingerend over straat en schreeuwt er hardop bij. De mensen op straat kijken verschrikt op. Als de man de mensen ziet kijken schreeuwt hij naar ze. Bij de pinautomaat zie ik de man weer. Hij is van zijn fiets gestapt, maar schreeuwt nog steeds. Ik sta achter hem in de rij. Als de man aan de beurt is, steekt hij geen pasje in de gleuf. Hij staat alleen maar te schreeuwen met zijn fiets aan de hand. Na een minuut stapt de man op zijn fiets en fietst weg.
Vroeger kwam ik vaak in de Haarlemse stripwinkel Nou En?!. Ik kocht stripboeken en bleef rondhangen in de winkel, omdat ik, wanneer ik lang genoeg in de winkel bleef rondhangen, bier kreeg van de eigenaar. De winkel had een aantal vaste klanten. Die kochten strips, praatten met elkaar en wachtten tot ze bier kregen. Een van de vaste klanten was een rocker met een zware basstem. Toen ik zijn stem voor het eerst hoorde, herkende ik zijn stem meteen. Het was een stem uit het verleden, die ik ooit eens door de telefoon gehoord had. In de winkel kocht de rocker altijd stripboeken van Spider-Man. De rocker vertelde dat Spider-Man zijn grote voorbeeld was, dat hij wilde zijn zoals hij. De rocker vertelde dat hij van plan was een boek over zijn vader te schrijven. Hij kwam altijd op de fiets. Hij was er erg zuinig op. Hij had de fiets van zijn vader gekregen.
Toen we een jaar of tien waren lazen mijn beste vriend Harold en ik altijd samen stripboeken. Op een dag lazen we in een nummer van Spider-Man een lezersbrief waarvan de toon ons niet aanstond. We vonden de man een enorme sukkel. De naam en de woonplaats van de schrijver stonden onder de
brief. Haarlem. In het telefoonboek zochten we de man op. We draaiden zijn nummer. Er werd opgenomen. Een basstem zei de naam van de briefschrijver. Een harde, diepe stem. Harold en ik schrokken, riepen snel: ‘Sukkel!’ in de hoorn en hingen op.

Die brievenpagina in de Nederlandse uitgaven van Marvel Comics kan ik me nog goed herinneren. Zelf heb ik er ook wel eens een schrijfsel aan gewaagd die ook gepubliceerd werd. Niets mooiers kon ik me op die leeftijd voorstellen om mijn eigen brief in een Spider-Man comic te zien staan. Nou ja, behalve een bezoekje aan de redactie dan. Dat heb ik ook eens meegemaakt, maar dat is een verhaal voor een andere keer. De brievenpagina was een handige manier van de Juniorpress redactie om een vinger aan de pols te houden en te horen wat er onder de lezers speelde, welke series ze graag vertaald wilden zien en hoe ze bepaalde verhalen vonden. Al had de Nederlandse redactie natuurlijk geen invloed op wat er in Amerika geproduceerd werd, in het geval van sommige series maakten ze wel een selectie van wat ze wel en niet uitgaven.

‘Er gebeurde o.a. niets  gaat over een jonge verkoper in een dierenwinkel die meer van het leven wil, maar niet precies weet wat. Uit een knarsende, schurende collage van zeer korte verhalen ontstaat een relaas over werken te midden van cavia’s en goudvissen, over een gestoorde buurman, drank, liefde, literatuur, verdwijnende vriendschappen en de dood. Met een droogkomische stijl weet Joubert Pignon de lezer te verwonderen. Er gebeurde o.a. niets is het verhaal van iemand die wil ontkomen aan zichzelf, maar uiteindelijk niet in beweging kan komen. Ondertussen nadert, onder andere, het onheil,’ aldus de flaptekst.

Er gebeurde o.a. niets wordt uitgegeven door Atlas Contact en ligt vanaf eind volgende week in de winkel. Het boek wordt donderdag 4 oktober gepresenteerd vanaf 19:30, bij boekhandel Athenaeum Haarlem (Gedempte Oude gracht 70 Haarlem)