Categorieën
Strips

Gay Pride volgens Erik Kriek

Dit weekend is het Gay Pride in Amsterdam. Gelukkig, want het is nog steeds nodig om mensen te laten weten dat er niks mis is met homoseksueel zijn. Er zijn nog te veel religieuze dwaallichten in de wereld die niet precies snappen wat naastenliefde inhoudt.

Meestal vind ik de Gay Pride te druk om er te gaan kijken, maar ik vind het prima natuurlijk dat er een feestje wordt gegeven om seksualiteit te vieren en de homo’s een hart onder de riem te steken. We moeten de domme homohaters laten zien dat ze verkeerd zitten en een vrolijke en kleurrijk bootoptochtje door de grachten van Amsterdam is daar een goede methode voor.

Stripmaker en illustrator Erik Kriek maakte deze strip over de gay pride voor NRC Next in 2006. Hij deelde hem vandaag op Facebook en ik vind hem nog steeds tof en relevant, dus plaats ik hem ook even hier. (Met toestemming van de maker uiteraard.)

gaypride_erik-kriek

Categorieën
Fotoblog

Je hebt van die dagen

gebroken_pianoVandaag liep ik langs deze overleden piano. Of nu ja overleden, er komt nog weinig zuiver geluid uit het instrument. Passend, want ik voel me vandaag ook een beetje zo. Moe, sloom en geen zin om serieus met schrijfklussen aan de slag te gaan. Ik geloof dat het een beetje een rustdagje gaat worden.

Categorieën
English Striprecensie Strips

Review: MPH by Mark Millar and Duncan Fegredo

Mark Millar is one of my favorite current comic book writers. The Scottish scribe (born 1969) always comes up with promising high concepts that deliver most of the time. Millar is the co-creator behind titles such as Kick-Ass (which I reviewed earlier), Wanted, The Secret Service and Marvel’s Civil War. If some titles sound familiar to you that may be because most of his creator-owned series have been adapted for the silver screen or will be in the near future.

mph-coverMPH is a five-part limited series recently collected in one trade paperback published by Image Comics under Millar’s own label Millarworld. The science fiction comic revolves around Roscoe, a 19 year-old drugs runner that hopes to get out of the slums of Detroit and build himself a business. During a drug deal Roscoe gets busted and goes to jail. He’s a model prisoner, counting on his good behavior to reduce his sentence. However, when Roscoe discovers he’s been framed, he takes a special drug he has been offered. This special drug, called MPH, gives Roscoe the power to move really fast. While under the influence of the drug, it seems time and everyone else stands still which makes escaping the high guarded prison easy.

Roscoe, together with his best friend, his girlfriend, and her younger brother decide to use the remaining pills to rob as many banks as possible. This isn’t just their ticket out of the slums of Detroit, it is also their way of getting back at the bankers and other bastards that bankrupted the city in the first place: ‘We knew it was wrong but it felt so good to pick the pockets of all of those fat cats that crippled Detroit. The banks that stopped our lines of credit, the crooked politicians that sold us down the river, the car companies that outsourced jobs and left us with nothing but drugs and American Idol. They took us from being an industrial powerhouse to half the city upping and leaving us with over eighty thousand empty buildings. It’s only right we got a little payback for those three generations of corruption and neglect,’ are Roscoe’s thoughts on their actions. And really, who could blame them?

By anchoring MPH in contemporary America, in which a lot of regular folks are crippled financially by the economic crisis, Millar not only tells a relevant story, he also writes characters whose motives are understandable and hard to argue with, especially when the thieves act like modern-day Robin Hoods and start to distribute part of their takings amongst the poor and jobless.

Of course, there’s trouble on the horizon: not only will they run out of pills, the teens will also have to fight Uncle Sam and a mysterious guy who seems to know an awful lot about the drugs and Roscoe and his partners. I don’t want to spoil the story too much, so let’s just say Millar has some nice twists and turns in store before this adventure comes to a well-rounded end.

MPH_page

British artist Duncan Fegredo is MPH‘s co-creator and delivers realistic and vibrant art for the comic. Fegredo really gets across the contrast between the fast-moving thieves and the world around them, which is not an easy feat in a medium consisting of static images.

MPH reads like a fast-moving and very enjoyable movie, so I wouldn’t be surprised if we can revisit these characters in the cinemas soon.

This review was written for and published on the wonderful blog of the American Book Center.

Categorieën
Fotoblog Strips

Zondagmiddag in Lambiek

abel_in_lambiekAfgelopen zondag bezocht ik Lambiek in de Kerkstraat omdat ik wat stripalbums van Dick Matena wilde kopen. Helaas hadden ze niet de verhalen die ik graag wilde hebben, maar ik vond wel Exploring Calvin and Hobbes: An Exhibition Catalogue. Een prachtige vondst, want dit is de catalogus van de expositie in The BIlly Ireland Cartoon Library & Museum in Ohio. Behalve prachtig werk van Bill Watterson staat er ook een interview met de tekenaar en geestelijk vader van Calvin & Hobbes in. Dat alleen al is de aanschaf waard, want interviews geeft Watterson vrijwel nooit. Overigens is er een grote uitverkoop in Lambiek op dit moment en die zie je hier op de foto. Zoals je ziet werd er met interesse naar enkele albums gekeken.

Oh ja, ik fotoblog, sinds mijn nieuwe iPhone, ook op Instagram:

Categorieën
Strips

Matena in Meermanno

In Museum Meermanno is op dit moment een grote overzichtstentoonstelling van het werk van stripmaker Dick Matena te zien. Een geslaagde ode aan een veelzijdig tekenaar.

matena_expo_03In ruim 200 originele tekeningen geeft de tentoonstelling Dick Matena: Getekend leven een mooi overzicht van de mans oeuvre.

Dick Matena’s werk (1943) kent een ongelooflijke veelzijdigheid. Matena lijkt in alle genres en stijlen thuis en maakte tot nu toe sciencefictionverhalen, avonturenstrips, westerns, surrealistische vertellingen, erotiek, humorstrips en stripadaptaties van romans en kinderboeken. Hij begon als zeventienjarige bij de Toonderstudio’s en tekende toen in de Toonderstijl. De eerste strip die Matena onder eigen naam publiceerde, was Polletje Pluim. Daarna werkte hij ook voor stripbladen Pep, Eppo en Mickey Maandblad. In de humoristische of karikaturistische stijl tekende hij strips als De Argonautjes en Grote Pyr.

In de jaren zeventig begon hij realistisch te tekenen, eerst nog voor jeugdbladen, maar al snel voor een volwassen publiek, in tijdschriften als Gummi en Titanic. De strips Amen, Mythen en De prediker, betekenden eind jaren zeventig zijn internationale doorbraak in Europa en in de Verenigde Staten. Daar werd zijn werk onder andere gepubliceerd in Heavy Metal. Matena tast in deze strips de grenzen af van normen, waarden en moraal – ook bleef hij altijd experimenteren. In de Mythen-verhalen heeft telkens een andere bekende figuur de hoofdrol. Zoals Elvis Presley, Bob Dylan en Alfred Hitchock. Het zijn allegorieën van tien pagina’s waarin Matena een eigen kijk geeft op de levensloop van deze bekende figuren. Het verhaal Amen werd gecensureerd gepubliceerd in Heavy Metal. Zo kreeg het jonge meisje dat in de strip rondloopt een broekje aan getekend. Het verhaal De prediker ging sommige bladen te ver en werd geweigerd. Met dit verhaal wilde hij de lezer laten zien dat de mens van nature tot het kwade geneigd is. Matena zei hierover in Stripschrift #173 (1983): ‘Het zijn dubbele-bodem-verhalen, het is allemaal zo symbolisch als de pest. Als mensen De prediker op morele gronden afwijzen, vanwege die baby aan het kruis, dan schokt mij dat echt. […] Maar het is geen baby, lees het verhaal nou eens goed. Ze lezen niet, ze kijken alleen naar dat prentje.’

Zelf vind ik deze periode en verhalen van Matena het interessantst. Tijdens het zien van de stukken uit die strips in de expositie, kreeg ik ook meteen zin om de betere stripwinkel te bezoeken en wat albums te kopen.

matena_expo_02 matena_expo_01

Dubbelop
Matena is bij de Nederlandse cultuurelite de laatste jaren vooral bekend door zijn stripversies van literaire meesterwerken als Reve’s De avonden, Kort Amerikaans van Jan Wolkers en werk van Elsschot. Ook maakte hij stripversies van kinderboeken als Dik Trom en Afke’s tiental. In de tentoonstelling wordt Matena geroemd vanwege deze ‘literaire strips’: ‘Zijn meest vernieuwende invloed op de stripwereld ligt in zijn bewerkingen van Nederlandstalige literaire meesterwerken.’

Zelf ben ik van dit werk minder gecharmeerd omdat Matena de tekst van de oorspronkelijke bron integraal opneemt (–iets wat de samenstellers van de expositie juist vernieuwend vinden.)
Matena-getekend-levenLeuk wellicht voor de fans van Reve, maar die hebben De avonden toch al in de kast staan. Door de tekst geheel over te nemen krijg je nare dubbelingen waarbij de tekst precies hetzelfde vertelt als het beeld. Zo doe je het medium strip mijns inziens tekort, want als je iets kan vertellen in beelden – en beeld is een belangrijk kenmerk van strips – waarom moet je dat wat je ziet dan ook nog eens vertellen in de tekst? Dat is een behoorlijke platte manier van vertellen. Het ergste is nog dat Matena met deze boeken een trend heeft gezet: veel literaire uitgevers dachten een nieuwe markt gevonden te hebben door allerlei boeken te laten verstrippen. Een paar uitzonderingen daargelaten, was het resultaat van deze projecten vaak behoorlijk slecht en creëerde het beeld dat strips alleen literair kunnen zijn of serieus genomen dienen te worden als ze gebaseerd zijn op een roman.

Maar goed, wat anderen doen mogen we Matena natuurlijk niet kwalijk nemen. En de eerste paar literaire adaptaties van zijn hand zijn mooi getekend.

De avonden.
De avonden.

Bij de tentoonstelling is ook een rijk geïllustreerde catalogus verschenen geschreven door Rob van Eijck, die ook samen met Jos van Waterschoot de expositie samenstelde. Te koop voor slechts een tientje, dus geen verkeerde aankoop voor bezoekers die onder de indruk zijn van Matena’s tekenwerk – wat er veel zullen zijn, vermoed ik. Uiteraard heb ik ook een exemplaar aangeschaft. Nu nog even de stripwinkel in.

Breed publiek winnen voor de strip
Er zijn serieuze plannen voor een nieuw stripmuseum. Maartje de Haan is daar een van de initiatiefnemers van. Dat museum zou eerst in Dordrecht komen, maar volgens de laatste berichten zal dat waarschijnlijk een plek krijgen in Rotterdam. Prima natuurlijk, nog een museum gewijd aan strips erbij, maar eigenlijk is een tentoonstelling in een meer algemeen museum nog fijner, als je nieuw publiek voor het beeldverhaal wil winnen in ieder geval. Stripliefhebbers zullen namelijk altijd hun weg naar een stripmuseum wel vinden, maar anderen waarschijnlijk niet. Een grote tentoonstelling in een museum als Meermanno, ook wel het huis van het boek genoemd, biedt een mooie kans voor de oningewijde om eens kennis te maken met het beeldverhaal en Nederlands tekentalent. Daarom vind ik het tof dat er nu zo’n expositie is over Dick Matena. Eerder had het museum een tentoonstelling over Eppo en 200 Jaar Beeldverhaal.

Dick Matena: Getekend leven is nog te zien tot en met 27 september 2015.

Museum Meermanno
Prinsessegracht 30
2514 AP Den Haag

Categorieën
Fotoblog

Hulk was here?

Ik probeer iedere dag te beginnen met een wandeling door het park tegenover mijn huis. Even wandelen voordat ik uren achter mijn computer zit te schrijven. Erg leuk om de dieren in het Westerpark in actie te zien, zoals deze ganzen die ik zaterdagochtend tegenkwam:

westerpark_gansJammer dat sommige mensen er een behoorlijke puinhoop van maken. Iedere dag worden de overvolle vuilniszakken – die vaak rondom de afvalbakken worden gezet – opgeruimd. Vaak ligt er ook veel los afval verspreid over het park. Waarom mensen niet gewoon hun eigen afval mee naar huis nemen, is mij een raadsel. Het lijkt me een kleine moeite.) Dit glas ligt er echter al een tijdje:

westerpark_glasNa de storm van zaterdag ben ik weer even naar buiten gegaan. Er waren heel wat takken van de bomen af gewaaid. Of is er misschien een chagrijnige Hulk langsgekomen?

westerpark_na_storm_boom westerpark_na_storm

Categorieën
Daily Webhead Video

DW Video: Vlaamse kunst in Beelden aan zee

Deze zomer staat in het museum Beelden aan zee hedendaagse beeldhouwkunst uit Vlaanderen centraal. Een korte blik op de expositie Vormidable.

In de expositie is werk te zien van 35 Belgische kunstenaars: Philip Aguirre Y Otegui, Ruben Bellinkx, Peter Buggenhout, Jan De Cock, Caroline Coolen, Leo Copers, Anton Cotteleer, Johan Creten, Berlinde De Bruyckere, Peter De Cupere, Eva De Leener, Wim Delvoye, Fred Eerdekens, Nick Ervinck, Jan Fabre, Honoré d’O, Lawrence Malstaf, Philip Metten, Wesley Meuris, Sofie Muller, Nadia Naveau, Renato Nicolodi, Hans Op de Beeck, Panamarenko, Tinka Pittoors, Peter Rogiers, Kelly Schacht, Johan Tahon, Patrick Van Caeckenbergh, Luk Van Soom, Leon Vranken en Dirk Zoete.

Een prachtig pand trouwens, dat museum. Toen Linda en ik het donderdag bezochten was er veel zon dat door de dakramen scheen, wat het museum een open karakter geeft. Dat gevoel wordt versterkt door het feit dat je rustig naar buiten kunt lopen waar een deel van de beelden te zien is. Het was ook erg fijn en rustgevend om langs en rond de beelden te lopen en in alle rust de details te bekijken.

Een van mijn favoriete stukken is deze contemplatieve manfiguur. Deze is onderdeel van de vaste collectie en staat buiten:

beelden_aan_zee
Vormidable loopt tot en met 25 oktober 2015.

Categorieën
Fotoblog Strips

Vintage Batman

vintage_batman
Mijn outfit voor vandaag. Dat Batman-T-shirt heb ik al sinds 1989, toen de eerste film van Tim Burton uitkwam. Ik was twaalf en met mijn moeder een dagje in Amsterdam. Eigenlijk was het T-Shirt iets te groot voor me. ‘Mooi, dan kun je erin groeien,’ zei mijn moeder. Tegenwoordig pas ik hem nog steeds en is het shirt een van mijn favorieten. Het zwart is inmiddels grijs geworden maar dat maakt het T-shirt mooi vintage, vind ik.

Categorieën
Bloggen Strips

Strips kun je op allerlei manieren aandacht geven

Als journalist ben ik veel bezig met het medium strip, ook op mijn blog. Maar dat hoeft gelukkig niet alleen maar door albums te recenseren.

michaelmetbuffy1Waarom ik blog? Omdat ik het leuk vind en omdat ik een sterkte behoefte voel me via dit medium uit te drukken. Ook is het een perfecte manier om via een andere weg strips onder de aandacht te brengen. En dat vind ik erg belangrijk. (En nee, gelukkig zijn er veel blogs en sites waar dit gebeurt. Ik ben zeker niet de enige die over strips publiceert.)

Waarom ik zoveel over strips schrijf? Als journalist ben ik heel veel met strips bezig. Dat komt voort uit mijn passie voor het beeldverhaal, vandaar dat ik er ook veel over publiceer op dit blog. Onder andere door recensies te schrijven, maar ook door nieuwe uitgaven aan te kaarten op andere manieren. Ik vind het heel erg leuk om stripmakers te interviewen over hun werk bijvoorbeeld of om lang te turen naar een stripplaatje en kijken wat dat oplevert.

Eigenlijk ben ik niet zo fan van recenseren. Dat klinkt misschien gek, want ik schrijf veel recensies van strips en films, maar het is toch zo. Ik vind dat een goede recensie aan bepaalde kenmerken moet voldoen, bepaalde regels volgt en een specifiek stramien. Daarbinnen kun je een veel spelen als schrijver, maar toch heb vaak zin om mij aan die regels te onttrekken.

Daarom heb ik de rubriek Minneboo leest in het leven geroepen: zodat ik uitgaven kan behandelen op een andere manier, bijvoorbeeld door het over een tekenstijl of tekenaar te hebben of over een bepaald thema. Soms is het al voldoende om gewoon een cover te plaatsen en een korte synopsis van het verhaal te geven.

In ieder geval biedt de rubriek mij de kans op een meer persoonlijke wijze over een strip te schrijven. Die persoonlijke benadering hoort ook bij online publiceren en zorgt ervoor dat mijn stukken weer net iets anders zijn dan die van andere schrijvers. (Hoop ik.)

Zeker bij langlopende reeksen is het soms fijn om iets anders te schrijven dan een recensie, want bij doorlopende verhalen kopen de fans de albums toch wel, en een beginnende lezer zal toch bij eerdere delen moeten beginnen. Dan is het vaak dus al voldoende om aan te geven dat er een nieuw deel uit is, zonder heel diep op details in te gaan.

Tenminste, dat vind ik. En door de variatie hou ik het voor mezelf ook leuk om die grote stapel strips door te werken. Ik merk in de praktijk echter dat niet voor iedereen de strekking van een artikel duidelijk is. Hoewel ik onder Minneboo leest een duidelijke disclaimer publiceer over het doel van de rubriek, worden die stukken toch vaak gezien en op Facebook aangeduid als recensies.

Tja. Ik weet niet wat daar de oplossing voor is. Ik denk dat mensen al snel denken dat als je over een album schrijft dat het een recensie is en ik weet eerlijk gezegd niet hoe ik die visie kan veranderen.

Misschien is zo’n disclaimer niet genoeg.

Misschien maakt het uiteindelijk ook niet veel uit, behalve dan dat ik laatst een reactie onder een stuk kreeg van iemand die wilde weten wat ik nu van het betreffende album vond.

Misschien hebben de lezers wel vooral behoefte aan recensies.

Wat vind jij en waar heb jij vooral behoefte aan als stripliefhebber en bezoeker van dit blog?

Categorieën
Film Filmrecensie Strips

Filmrecensie: Ant-Man

Ant-Man mag dan niet zo bekend zijn als Spider-Man, Iron Man en Captain America, Marvel studio’s vereert de kleine man met grootse daden nu ook met een eigen film die hoewel goedbedoeld, toch erg clichématig is geworden.

ANTMAN_posterEigenlijk hadden we Ant-Man allang verwacht in een van de Avengers-films, want Hank Pym is een van de oprichters van dit superheldenteam. In de comics van Marvel welteverstaan, niet in het cinematic universe dat enigszins afwijkt van de stripbronnen. In de filmversie is Dr. Pym (Michael Douglas) allang aan zijn pensioen toe en geeft hij de mantel van Ant-Man over aan Scott Lang (Paul Rudd). Nu ja, mantel: Ant-Man is in staat om microscopisch klein te worden door een geavanceerd kostuum. Op die schaal leven maakt hem meteen supersterk. Ook kan hij met mieren communiceren. Laten we niet te lang mierenneuken over hoe dat technisch gezien precies in elkaar steekt, de superhelden van Marvel krijgen hun krachten immers via magische wetenschap.

Scott Lang is een inbreker met een gouden hartje die zijn straf heeft uitgezeten maar als ex-gevangene geen baan kan krijgen. Van zijn ex en haar verloofde mag Lang zijn dochtertje niet zien zolang hij geen alimentatie betaalt en zonder werk is dat lastig. Gelukkig ziet Pym in Lang de perfecte kandidaat om de nieuwe Ant-Man te worden. Pyms voormalige protégé Darren Cross staat namelijk op het punt om het Ant-Man-kostuum en formule na te maken en te verkopen aan de hoogstbiedende militaire macht. De mogelijkheid om supersterke minisoldaten in te kunnen zetten is erg aantrekkelijk voor Hydra – de ultieme boosaardige organisatie waar veel Marvelhelden én de Agents of S.H.I.E.LD al eerder mee in de clinch lagen. Het is aan Ant-Man om dit nieuwe kostuum te stelen en de verkoop te voorkomen.

Familiedrama
Vader-kindrelaties staan centraal in Ant-Man: Lang wil graag een relatie opbouwen met zijn dochtertje terwijl Pym en zijn dochter Hope (Evangeline Lilly) van elkaar vervreemd zijn. Ook bad guy Cross voelt zich afgewezen door mentor en vaderfiguur Pym. Ondanks zijn gele outfit wordt hij nogal kleurloos en vlak gespeeld door Corey Stoll. Zelfs mét zijn daddy issues wordt hij nergens echt interessant. De rest van de cast, vooral Michael Douglas en Evangeline Lilly, speelt zijn rol voortreffelijk.

Het goede nieuws is dat deze Marvel-film redelijk losstaat van de eerdere afleveringen en dus goed op zichzelf te kijken is. Je hoeft vrijwel geen voorkennis te hebben, ook al vliegt the Falcon van the Avengers even langs. De scènes waarin Ant-Man in verkleinde vorm in actie komt zijn zeer geslaagd. Het is leuk om hem te zien knuffelen met mieren en om hem door een maquette te zien rennen om heelhuids uit een kogelregel te komen. In verhouding tot Ant-Man zijn de kogels namelijk enorm. The Incredible Shrinking Man heeft een superheldenpak aangetrokken, zeg maar. Als Ant-Man zich verkleint tot quantumniveau en tussen moleculen zweeft, krijgt de superheldenfilm even een markant en fijn psychedelisch tintje. Dat Ant-Man ook in staat is objecten te vergoten of verkleinen levert een paar grappige verrassingen op tijdens de obligate eindconfrontatie tussen held en schurk.

Ant-Man_01Heist-film
Het slechte nieuws is dat Ant-Man toch vooral een voorspelbare film is geworden die smaakt als een opgewarmd kliekje. Goed, door het superheldengenre te kruiden met ingrediënten uit de heist-film smaakt Ant-Man iets anders dan de voorgaande Marvel-films, maar dit opkikkerende effect wordt vrijwel geneutraliseerd door het zeer traag verlopende eerste uur en clichématige dialogen. Deze zitten vol met expositie en bevatten zo nu en dan grapjes die soms geslaagd, soms zeer voorspelbaar zijn.

De drie onhandige handlangers die Ant-Man helpen om het kostuum van Cross te stelen, zijn een bekend element van de heist-film en zorgen voor een ontspannen komische noot. Toch vraag je je op een gegeven moment af wat voor film regisseur Peyton Reed nu eigenlijk wilde maken: een familiedrama met een superheldeninsteek of een komedie die de draak met het superheldengenre wil steken. Het eindresultaat is nogal onevenwichtig.

Kortom, Ant-Man is niet zo slecht als bijvoorbeeld als Green Lantern of Man of Steel – beide mislukte pogingen om de superhelden van Marvels concurrent DC Comics naar het witte doek te vertalen – maar haalt het bij lange na niet bij Spider-Man 2 van Sam Raimi of de meer recente twee afleveringen van The Avengers van Joss Whedon.

Ant-Man draait vanaf 23 juli in de Nederlandse bioscoop en draait sinds 15 juli al in België.

Deze recensie is geschreven voor en gepubliceerd op SchokkendNieuws.nl.

Categorieën
Fotoblog

Binnenkort ook een Batman-pak

pakken van Opposuits
Foto van de foto van Anaïs López uit NRC Next.

Vandaag lees ik in de NRC Next Carrièrebijlage over de mannen van Opposuits, die maatpakken hebben bedacht met bijzondere prints of felle kleuren. Ik heb altijd meewarig naar de mannetjes in pakken gekeken: ik zou nooit geassocieerd willen worden met zo’n kantoordwangbuis en alle negatieve connotaties die dergelijke uniformen bij me oproepen, laat staan dat ik in zo’n ding rond zal lopen, maar als ik lees dat Opposuits binnenkort komt met Superman- en Batmanpakken, begin ik te lachen. Dat klinkt zo fout dat het weer goed wordt. Zo fout dat je met zo’n kostuum dus lekker de draak kunt steken met de kantoorcultuur en politici die denken dat een het dragen van een maatpak ze een bepaalde glans geeft. (Of zoiets, geen idee eigenlijk waarom je zo gek moet zijn om een maatpak te dragen. En zo fris zijn die dingen niet, want je kan ze niet even in de was gooien maar moet ze laten stomen. Dat zal niet iedere week gebeuren waardoor de stof van de meeste maatpakken op een gegeven moment vol zit met oud zweet. Er lopen dus veel politici en zakenlui rond waar een luchtje aan zit.)

Maar goed… Eindelijk kostuums die me wel aanstaan en misschien ook goed staan. Een apart soort uniform dat een stripjournalist niet zou misstaan.

Categorieën
English Striprecensie Strips

Review: Locke & Key, vol. 1 – Welcome to Lovecraft

Locke & Key #1: Welcome to Lovecraft is a quality book. Joe Hill and Gabriel Rodriguez treat the reader to a captivating and well-executed supernatural thriller that you’ll want to read in one reading session because it’s a real page-turner.

locke_key_coverReader, be warned, though: this series is very addictive. Most comic book stories seem to be never-ending. Such is the nature of comics. Sometimes this annoys me, because I like to have closure from time to time. Maybe that’s why I like graphic novels so much because, when you reach the end of the book, it usually also means the story is finished. The series Locke & Key was published in comics format from 2008 through 2013. Right now it is finished. Welcome to Lovecraft is the first trade paperback of six. So basically Locke & Key reads like a graphic novel in six installments.

The series revolves around the Locke family. After the brutal murder of the father, the three siblings and their mother move to their ancestral home in Lovecraft, New England. The mansion is called Keyhouse and has magical keys and doors, giving the bearers of the keys magical powers. For instance, one of the keys gives you the power to temporarily die and turn into a ghost. Another key changes your sex. The Locke family will soon will find out that a devious demon, kept captive on the grounds, also has its eyes on the keys and is willing to shed blood to get them.

locke&KeyAuthor Joe Hill (yes, Stephen Kings’ son and author of Wraith, which I reviewed a while ago) gives an original twist to the haunted house theme and treats us to very rounded and likable characters. The three Key kids have a hard time dealing with the murder of their father and all of them do this in their own way. These characters imbue the horror story with a lot of heart.

The horror and violence in Locke & Key feel real and are not for the faint of heart. Gabriel Rodriguez‘s art style is very lively, consisting of stark, clear lines. It’s just cartoony enough to take some of the edge off of the depicted violent actions.

Locke-and-Key-demonI wonder if an adaptation of the comics will be as graphically violent. Several years ago, Fox ordered a TV series pilot based on Locke & Key. The pilot was made, but the network decided to pass on the series. However, Universal is developing a movie adaptation at the moment. Locke & Key has won numerous awards, including an Eisner Award in 2011 for Joe Hill as Best Writer and the 2012 British Fantasy Award for Best Comic or Graphic Novel.

The Locke family might live in a harsh world, but it also contains a lot of magic. To me, Locke & Key is just that: comic book magic. I’d like to recommend you step through the door to enter this dark, but fascinating world. I enjoyed every page.

A special Locke & Key Master Edition, collecting the first two story arcs, was published earlier this month.

This review was written for and published on the wonderful blog of the American Book Center.