Categorieën
Strips

Haarlem krijgt stripmuur ontworpen door Thé Tjong-Khing

Haarlem, waar iedere twee jaar het grootste stripfestival van Nederland plaatsvindt, krijgt haar eerste stripmuur, ontworpen door illustrator en stripmaker Thé Tjong-Khing.

Fotograaf: Rob Bruijnen/My Productions

Lees hieronder het vandaag binnenkomen persbericht.

De komst van Haarlem’s eerste officiële stripmuur, die momenteel wordt voltooid en is ontworpen door de 86-jarige Haarlemse meestertekenaar Thé Tjong-Khing, was lang een goed bewaard geheim bij de organisatie van Stripdagen Haarlem en de gemeente, die nauw hebben samengewerkt om dit project te realiseren. De belangrijkste stripstad van Nederland na Duckstad treedt hiermee eindelijk in de voetsporen van andere toonaangevende Europese stripsteden als Angoulême, Brussel en Antwerpen, die al langer in het trotse bezit zijn van officiële stripmuren.

Tonio van Vugt, artistiek directeur van Stripdagen Haarlem, en Blanca de Bruyne van de afdeling culturele zaken van de gemeente Haarlem hebben uitvoerig gescout naar de juiste locatie; de locatie op het Hortusplein ofwel de Raaks is uiteindelijk aangedragen door de gemeente. Het ontwerp van Thé Tjong-Khing, waarin verschillende bekende stripfiguren te zien zijn, beslaat niet één muur, maar zelfs vier. De afbeelding loopt namelijk door op de vier zijden van de liftkoker van parkeergarage Raaks. Het kunstwerk is door het glas rondom de lift te zien.

De muurschildering wordt uitgevoerd door kunstenaar Diego Teroba (Bergen op Zoom, 1975) die bekendheid verwierf als decorateur en vormgever bij De Efteling, maar Thé Tjong-Khing helpt zelf ook mee met schilderen. En ook de Haarlemse fotograaf Fjodor Buis werkt mee aan de uitvoering. Centraal in Thé Tjong-Khings ontwerp staat een groen monster dat zich over alle vier de zijden uitstrekt, met ernaast een keur aan beroemde stripfiguren als onder anderen Sigmund en Dirkjan, maar ook Elsje van de Haarlemse tekenaar Gerben Valkema en Jopo de Pojo van Joost Swarte. Van Thé Tjong-Khings eigen strippersonages maken Annabella uit de Lange Wapper-boeken en Meneer en Mevrouw Hond (met taart) hun opwachting. Daarnaast komt uiteraard ook de Haarlemse geschiedenis aan bod, zoals de vermeende uitvinder van de boekdrukkunst Laurens Janszoon Coster, de Finse reus van Haarlem Daniël Cajanus en Kenau Simonsdochter Hasselaer, die volgens de overlevering tijdens de Tachtigjarige oorlog het verzet van de Haarlemse vrouwen leidde.

Diego Teroba aan het werk. Fotograaf: Rob Bruijnen/My Productions

Voor artistiek directeur Tonio van Vugt is Thé Tjong-Khing zijn droomkandidaat voor het ontwerp van de eerste officiële stripmuur in Haarlem: ‘We kozen voor Khing omdat hij twee verschillende soorten publiek aanspreekt. De stripliefhebber kent hem van Arman & Ilva en Iris, en daarnaast zijn hele generaties kinderen opgegroeid met zijn kinderboeken en kinderboekenillustraties. Hij vertegenwoordigt the best of both worlds, dus het was heel logisch om de eerste stripmuur aan hem te geven. Grappig is dat later bleek dat meer mensen ook al aan hem hadden gedacht, zoals Fjodor Buis met wie Khing een tijdlang een strip heeft gemaakt. Khing was razend enthousiast en kwam met een fantastisch ontwerp en alles viel op zijn plaats.’

Het werk aan de muurschildering op de Raaks verloopt voorspoedig en is naar verwachting eind volgende week klaar. Eind september volgt er dan nog een officiële onthulling – ruim op tijd voor de Stripdagen, want die staan pas weer van 27 mei tot en met 7 juni 2020 op het programma.

Categorieën
Stripplaatjes onder de loep Strips

Stripplaatjes onder de loep: Gezichtsbedrog in Rik Ringers

In Brussel zijn maar liefst vijftig muren gedecoreerd met bekende stripfiguren. De groten van het Franco-Belgische beeldverhaal hebben vrijwel allemaal hun eigen muur. Dus ook Rik Ringers, de misdaadjournalist die altijd hetzelfde colbertje draagt.

Rik_ringers_72-coverAlle albums over Rik Ringers, of Rik Hochet zoals hij in het Frans heet, draaien om het oplossen van misdadige mysteries. Uiteraard schiet de politie altijd tekort bij het ontrafelen van deze whodunits. Gelukkig schiet Ringers zijn maatjes commissaris Baardemakers en commissaris Breebant dan te hulp en ontmaskert de dader of daders. Wat dat betreft biedt de strip Rik Ringers ouderwets gezellig leesvoer. In feite is Ringers een moderne versie van Hercule Poirot.

Al sinds begin jaren zestig verschijnen er stripverhalen met de slimme journalist in de hoofdrol. Geestelijk vaders scenarioschrijver André-Paul Duchâteau en tekenaar Tibet (Gilbert Gascard) introduceerden de slimme misdaadjournalist met het blonde haar al eerder in een paar korte geschreven verhalen in het stripblad Kuifje. Later werden deze ook in het blad Pep gepubliceerd. Ger Apeldoorn schrijft er in het boek De jaren Pep het volgende over: ‘De speurtochtjes van Rik Ringers waren uitnodigend omdat de lezer met behulp van de tekst en de tekening zelf de dader kon aanwijzen. Als je na lezing dacht dat je de oplossing wist (of te ongeduldig was om er zelf over na te denken), kon je verderop in het blad het juiste antwoord lezen.’

©WBT-JP.Remy
©WBT-JP.Remy

Gezichtsbedrog
In het album De schat van de Marollen uit 2006 vindt er in Brussel een reeks geheimzinnige moorden plaats. Deze hebben te maken met een geheim genootschap dat een juwelendiefstal uit 1839 probeert op te lossen. Zo hoopt het genootschap een verloren gewaande schat terug te vinden. Het is aan Ringers om uit te zoeken wie van de leden bereid is over lijken te gaan. Deze lijken worden gevonden tijdens zogenaamde flashmobs: theatrale bijeenkomsten in de openbare ruimte door een groep mensen die iets ongebruikelijks doet en daarna weer snel uit elkaar gaat. De flashmobs worden ad hoc via het internet en sociale media georganiseerd.

Rik_Ringers_stripplaatjeIn het bovenstaande stripplaatje zien we zo’n spontane bijeenkomst. Een groep grappenmakers heeft zich verkleed als Rik Ringers en zich verzameld bij de stripmuur van Ringers in de Bijstandstraat 9. Vandaar dus dat er zoveel mensen rondlopen in het bekende witte, gestippelde jasje van de journalist. Ringers is samen met zijn vriendinnetje Nadine ook aanwezig. Ze dragen zwarte pruiken zodat niemand ze zal herkennen. Als de flashmob voorbij is en de mensen zijn vertrokken, zien Rik, Nadine en Breebant een grote koffer bij de muur staan waar het volgende slachtoffer van de moordenaar in zit verstopt.

Door de stripmuur centraal te stellen in de scène spelen de stripmakers een leuk spelletje met de grenzen van het medium. Op de muurschildering zien we hoe Ringers bij zijn vriendin Nadine probeert te komen. Wie goed oplet ziet dat een duistere figuur in de deuropening van haar appartement staat met een groot mes in zijn hand. Nadine is het nichtje van commissaris Baardemakers die beneden bij de deur is getekend. Omdat de schildering door Tibet in dezelfde stijl is getekend als de rest van de strip, veroorzaakt dit op de bladzijde een prachtig trompe-l’oeileffect. Een knap staaltje gezichtsbedrog dus, want wie het plaatje geïsoleerd van de rest van het verhaal ziet, zou bijna denken dat de mensen Rik Ringers op de muur in actie zien komen terwijl het maar een schildering is. Het ontwerp van de stripmuur komt trouwens uit geen enkel album en is speciaal voor dit project gemaakt.

©WBT-JP.Remy
©WBT-JP.Remy

Jasje
Duchâteau en Tibet (die in 2010 overleed) speelden wel vaker met de regels van de strip in de reeks Rik Ringers. In het album De 5 onzichtbaren laten ze zien waarom Ringers, net als veel stripfiguren, altijd hetzelfde colbertje draagt. Ringers doet zijn kledingkast open en die hangt helemaal vol met identieke jasjes! Dit soort grapjes maken de verhalen van Rik Ringers extra leuk.

Tibet & A.P. Duchateau,
Rik Ringers 72: De schat van de Marollen
Le Lombard

Deze aflevering van Stripplaatjes onder loep is geschreven voor een gepubliceerd in Eppo #15 (2015).

Categorieën
Daily Webhead Strips Video

Stripavonturen in Brussel

Er was veel belangstelling van de internationale pers bij de verjaardag van het Belgisch Stripmuseum. Ondergetekende was twee dagen in Brussel om nader kennis te maken met het stripmatige karakter van de stad.


wittesmurfEen witte Smurf op mijn bureau houdt nauwgezet mijn vingers op het toetsenbord in de gaten. Het figuurtje met vrolijke blik is een souvenir van mijn bezoek aan Brussel afgelopen weekend. Ik was daar om de 25ste verjaardag te vieren van het Belgisch Stripcentrum, nu ook omgedoopt tot Stripmuseum.

Stripdecor
Samen met een groep collega’s was ik op persreis om de goed bezochte persconferentie bij te wonen, met stripmakers te praten en andere stripgerelateerde plekken in Brussel te bezoeken. Met maar liefst 50 stripmuren, het Marc Sleen Museum, het Comics Café, Het Moof en natuurlijk het Stripcentrum kun je Brussel gerust een toeristische trekpleister voor de stripliefhebber noemen. De stad was dan ook de bakermat voor heel veel stripfiguren en een indrukwekkende lijst aan Belgische stripmakers waren er in het verleden actief. En, zo blijkt onder andere uit de indrukwekkende tentoonstelling Beeldig Brussel, is de stad ook dikwijls het decor in menig stripverhaal. Vroeger vooral als achtergronddecor, maar in de afgelopen 25 jaar speelt Brussel in aardig wat strips op de voorgrond mee. Daarom toont de expositie juist voorbeelden uit die verhalen. Van meer dan 40 tekenaars worden er originele platen getoond, van Sokal, Hulet, Dupré en Servais tot Vanistendael, Goldsmith, De Radiguès en Mariën.

Guust Flater
Een beetje jaloers ben ik wel op de Belgen, want in Nederland is het veel moeilijker om in het openbaar je stripliefde te belijden. In Brussel vind je gewoon een standbeeld van Guust Flater op straat en kijkt men niet gek op als je zegt dat je stripjournalist bent. Sowieso is het Stripcentrum een plek om jaloers op te zijn, als Nederlandse stripliefhebber. Het was jaren geleden sinds ik het instituut voor het laatst had bezocht, maar ik was meer dan blij verrast. Boeiende exposities met prachtig origineel werk biedt het Stripcentrum en een uitgebreide bibliotheek en documentatiecentrum met meer dan 60.000 albums, 38.000 magazines en 4.000 theoretische werken.

Een volle zaal tijdens de persconferentie. Foto copyright Daniel Fouss.
Een volle zaal tijdens de persconferentie. Foto copyright Daniel Fouss.

Tijdens de persconferentie vertelden de twee directeuren Jean Auquier en Willem De Graeve over de geschiedenis en nieuwe exposities in het Stripmuseum. Soms keek Auquier mij vriendelijk aan. Ik knikte maar geïnteresseerd terug, terwijl ik geen idee had wat hij zei, want de beste man sprak Frans. Op dat soort momenten voel ik me net een stranger in a strange land en besef ik me dat ik die vier jaar Frans op de middelbare school beter had kunnen opletten in plaats van proberen het leven van mevrouw Van der Poll zo zuur mogelijk te maken. Gelukkig deed De Graeve zijn verhaal in het Nederlands en was de informatie ook terug te lezen in de persmap.

In gesprek met Hec Leemans. Foto copyright Daniel Fouss.
In gesprek met Hec Leemans. Foto copyright Daniel Fouss.

Na de persconferentie heb ik voor een artikel in de VPRO Gids, kort gesproken met Hec Leemans (Bakelandt, FC De Kampioenen) en Pieter De Poortere over het thema striperfgoed. Naar De Poortere is nu een heel auditorium vernoemd in het Stripcentrum omdat zijn creatie Boerke 15 jaar bestaat en een tweede leven in animatie heeft gekregen. Het auditorium is veranderd in de woonkamer van Boerke, waar je uiteraard de animaties kunt bekijken en ook landschapschilderijen hangen waarin het personage zijn opwachting maakt. Die schilderijen laten meteen zien hoe veelzijdig de tekenaar eigenlijk is: De Poortere mengt een romantische schilderstijl met de cartooneske en gestileerde stijl waarin hij doorgaans Boerke tekent.

Pieter De Pootere maakte speciaal voor 25 jaar Stripmuseum deze overzichtsplaat
Pieter De Pootere maakte speciaal voor 25 jaar Stripmuseum deze overzichtsplaat

Smurfenbroekjes
Na het gesprek met De Poortere werd ik zelf geïnterviewd door FM Brussel in het programma De Zoo van Brussel over wat ik in het Stripmuseum kwam doen. Men vroeg me ook om een item uit het museum uit te kiezen en daar iets over te vertellen. Dat moest een tekening van Franquin zijn, vond ik, maar die waren helaas op dat moment in een ruimte die eventjes afgesloten was van de rest. Nu had ik onderweg door de nieuwe Smurfententoonstelling gelopen en zag ik daar een waslijn vol met schone Smurfenbroekjes. Dit vond ik zo grappig, dat ik die even heb aangekaart in de uitzending. ‘Dus, het leukste aan het Stripcentrum vind je het onderbroekje van Smurfin?’ vroeg de presentator. Tja, daar zat ik met een glimlach vol tanden…

Smurfenwas
Smurfenwas

Stripfiguren op muren
Het was ook wel een beetje een haastklus dat interview, want ondertussen was mijn groep al op pad met stripkenner en gids Kurt Morissens die een rondleiding gaf door het museum. Daar wilde ik natuurlijk bij zijn. Evenals bij de wandeling langs enkele Stripmuren in Brussel. Kurt vertelde op luchtige en aanstekelijke wijze allerlei wetenswaardigheden over de muren en stripfiguren, terwijl we op de zonnige middag door het centrum van Brussel wandelden. Mocht je ooit in de buurt zijn, dan raad ik je een wandeling met Morissens zeker aan. Niet in de laatste plaats omdat hij je weet te winnen voor het beeldverhaal én Brussel.

Daarna was het even uitpuffen in mijn hotelkamer in het luxe Radisson Blu. Op de minibar lonkte een pakje studentenhaver naar me, maar met een prijs van maar liefst tien euro, wist ik toch mijn lekkere trek te bedwingen. Ik mocht dan in Bourgondisch België zijn, ik blijf een zuinige Hollander. Geen idee trouwens hoe je studentenhaver in het Frans zegt, maar aangezien zo’n 90% van de inwoners van Brussel Frans spreekt, zou het eigenlijk wel handig zijn om dit te weten. Door de taalbarrière waande ik me soms eerder in Frankrijk dan in België.

Al had ik daar bij de receptie in het Stripcentrum die avond weinig last van. Deze werd bezocht door zo’n 800 man: veel stripmakers en aanverwante lui die met het beeldverhaal te maken hebben, uit binnen- en buitenland. Sowieso had het museum niet te klagen wat aandacht betreft. Er liepen die dag journalisten uit onder andere België, Frankrijk, Italië, Nederland en China rond. Het zal wel laat geworden zijn, toch ontving adjunct-directeur Willem De Graeve mij de volgende ochtend fris en energiek toen ik aanklopte om hem te interviewen.

In de Brasserie hebben we een goed uur met elkaar gesproken over de geschiedenis van het museum en de functie van het Stripcentrum in het verband met striperfgoed. Voor het resultaat van dit gesprek zul je nog een klein maandje moeten wachten, dan staat het artikel in de VPRO gids.

Na het gesprek met Willem heb ik nog de nieuwe tentoonstelling De kunst van het stripverhaal bezocht. Daar heb ik wat videobeelden van gemaakt, dus binnenkort zie je het Belgisch Stripmuseum terug in een Daily Webhead video.

De nieuwste stripmuur in Brussel is van Robbedoes.
De nieuwste stripmuur in Brussel is van Robbedoes.

In de Thalys naar Amsterdam besefte ik dat ik tot voor kort Brussel vooral zag als een politiek bolwerk waar het Europese parlement zetelt en waar politici en lobbyisten gezellig vervelende regeltjes proberen te verzinnen om het leven van de gewone burger wat moeilijker te maken. Mijn beeld van de politiek is in die twee dagen niet veranderd, maar wel mijn blik op de Belgische hoofdstad. Brussel is een intrigerende metropool waar het beeldverhaal op allerlei manieren geëerd wordt en waar ik snel nog maar eens naartoe moet gaan.