Categorieën
Mike's notities

Stephen Fry: ‘God is een monster’

stephen_fry_vs_godMensen die mij een beetje kennen, weten dat ik atheïst ben. Ik geloof niet in God. Ik ben ervan overtuigd dat deze wereld beter, vredelievender en gezelliger zou zijn als religie niet zou bestaan.

Stephen Fry, die ik hoog heb zitten, is ook geen fan van religie en God. Toen hij van Gay Byrne in zijn programma The Meaning of Life de vraag kreeg wat Fry tegen God zou zeggen als hij hem bij de hemelpoort zou tegenkomen, gaf hij dit prachtige antwoord. Ik had het zelf niet beter kunnen zeggen, maar Fry verwoordt precies hoe ik over God, Allah en soortgelijke sprookjesfiguren denk:

Via Christ Oosteroms facebookpagina naar GayStarNews.

Dit interessante artikel kwam ik via de Facebookpagina van Marcel Ruijters tegen. In het stuk worden 12 verschrikkelijke ideeen behandeld die dankzij religie de wereld in zijn geholpen. En bedankt.

Categorieën
Video

Waarom Talking Heads heel boeiend kunnen zijn

Illustratie: Merel Barends

Tijdens mijn studie aan de Hogeschool voor de Kunsten Utrecht werd mij het credo show, don’t tell bijgebracht. Je moet je verhaal laten zien, het niet laten vertellen door talking heads. Toch kunnen pratende hoofden heel boeiend zijn.

Wie een item maakt zorgt altijd dat hij genoeg covershots heeft om zijn video mee ‘dicht te smeren’. Dat wil zeggen: springers in het beeld – wanneer je bijvoorbeeld een stuk uit een interview knipt en de twee uiteinden aan elkaar plakt – moeten worden gecamoufleerd door er beelden overheen te plakken.

Natuurlijk is beeld een belangrijk narratief middel. Beeld kan aanvullende informatie geven, ingewikkelde verhalen visualiseren en dus duidelijker maken en contrasteren met hetgeen er gezegd wordt. Om maar een paar belangrijke functies te noemen.

Het gaat me dan natuurlijk wel om relevante beelden. Zodra deze weinig van doen hebben met hetgeen wat er gezegd wordt, blijft de informatie bij de kijker maar slecht hangen. Bekijk je bij het journaal bijvoorbeeld een item over hoe de economische crisis is veroorzaakt door graaiende bankiers en je ziet alleen maar shots van bankgebouwen, dan komt de informatie niet goed aan. Als je hoofden ziet van de boosdoeners terwijl ze genoemd worden, heeft dat meer impact.

Toch moeten we oppassen met geïnterviewden helemaal weg te plakken onder covershots. Want zo verberg je een hoop interessante informatie voor de kijker.

In de reeks webvideo’s die ik maak over bloggers laat ik voornamelijk geïnterviewde bloggers zien. Ik draai voor deze video’s bijna geen andere shots dan het interview. Omdat je vaak niet weet wie er precies achter een blog zit is het des te leuker om de blogger in kwestie te zien en te horen. Je kunt van zo’n interview namelijk heel veel te weten komen over de blogger, niet alleen door wat die zegt maar ook door hoe hij het zegt.

Je kunt namelijk een hoop afleiden van een talking head.

Bijvoorbeeld:

  • Hoe iemand praat. De toon van zijn stem, de snelheid van praten.
  • Lichaamstaal: hoe beweegt iemand? Snel, met grote gebaren, met kleine gebaren? Kijkt de spreker de interviewer aan, of kijkt hij telkens ergens anders naar?
  • Uit de manier van spreken en de lichaamstaal krijgen we een indruk van iemands gesteldheid. Is de geïnterviewde rustig, op zijn gemak, of juist zenuwachtig?

Ga maar na: als je met iemand aan de koffie zit en die vertelt je een verhaal, kun je je dan goed op dat verhaal concentreren als je zijn gezicht niet ziet? Als we mensen aankijken, dan zijn we gefocust op wat ze zeggen. Video werkt net zo. Je wilt immers dat de kijker een connectie heeft met degene die spreekt.

Vaak laat ik mensen rechtstreeks in de cameralens kijken. De toeschouwer wordt dus aangekeken door degene die spreekt. Al is dat geen vereiste natuurlijk en kunnen sommige mensen dat misschien als te direct ervaren.

Ik kom geregeld de Engelsman Stephen Fry tegen in webvideo’s. Hij is een welbespraakte en boeiende vent. Hem kun je dus makkelijk een half uur laten praten als talking head. De eenvoudige vorm van de webvideo staat dan volledig in dienst van wat hij te zeggen heeft. Het is bijna als je tegenover hem aan tafel zit. Koffie drinken met Stephen Fry, wie wil dat niet?

Natuurlijk hangt de kracht van de talking head wel af van degene die je spreekt en het verhaal wat er vertelt wordt. Sommige mensen vertellen minder boeiend dan anderen. Soms spreekt iemand te monotoon en als datzelfde geldt voor de uitdrukking van zijn gezicht, is het moeilijk bij zo’n video wakker blijven. Het gebruik van de juiste covershots kan de toeschouwer bij de les houden.

Ook bedoel ik niet te zeggen dat er geen gebruik gemaakt moet worden van covershots. Een combinatie van talking head en andere beelden kan juist een heel boeiend visueel tableau opleveren dat je bij de les houdt. Maar wat ik wel wil zeggen is dat de talking head voldoende ruimte moet krijgen. Schroom niet om iemand gewoon rustig aan het woord te laten. Negeer de neiging om zodra iemand aarzelt meteen in je materiaal te gaan snijden en negeer het credo dat je alles maar mooi moet dichtsmeren.

Categorieën
Fotoblog

Oh my! It’s Stephen Fry!

De enige echte Stephen Fry was een paar dagen in Nederland om zijn autobiografie te promoten. Donderdag was hij in de Amsterdamse Singelkerk. Ik schreef er dit verslag over voor NRC Handelsblad.

De bovenste foto van de voorbijlopende Fry zou je technisch gesproken mislukt kunnen noemen, want hij is bewogen. Toch vind ik het een mooie foto omdat Fry toch goed te zien is tussen de mensen door die voor een handtekening in de rij staan. Ik vind het door de beweging ook een dynamisch beeld.

Categorieën
Boeken

College van Stephen Fry

In de Amsterdamse Singelkerk presenteerde het Britse multitalent Stephen Fry donderdagavond zijn autobiografie The Fry Chronicles aan zo’n 350 toehoorders.

De Britse komiek, acteur, tv-presentator en schrijver Stephen Fry (1957) begint met een Nederlands klinkend ‘Goedenavond! Ik ben zo trots en blij om hier te zijn,’ gevolgd door enkele scheldwoorden die hij in de loop der jaren heeft opgepikt. ‘Meer Nederlands ken ik helaas niet. Omdat we in een kerk staan, zal ik proberen mijn taal te kuisen en geen lul en kut meer zeggen. Oeps, nu zeg ik het weer!’


Fry, inmiddels de vijftig gepasseerd, lijkt nog steeds wat op de deugniet die hij vroeger was. ‘Als ik dertig jaar later geboren was had men gezegd dat ik ADHD had, in mijn tijd werd dat Irritating Dick Disorder genoemd.’

Creditcardfraude
Als tiener werd Fry geregeld van school gestuurd. Toen hij op zijn achttiende drie maanden in de gevangenis had gezeten voor creditcardfraude, beterde hij zijn leven en ging studeren aan de universiteit van Cambridge. Het is onder andere zijn studententijd die de Brit beschrijft in zijn boek dat sinds kort vertaald als De Fry Kronieken in de winkels ligt. Op Cambridge ontdekte hij zijn liefde voor acteren, begon hij toneelstukken en komedie te schrijven. Via actrice en studiegenoot Emma Thompson maakte hij kennis met Hugh Laurie. Samen zouden ze later onder andere de legendarische komedieshow A bit of Fry and Laurie maken.

De studietijd komt ook ter sprake gedurende het interview dat filmkenner en journalist Jan Doense met de schrijver afneemt. Evenals Fry’s manisch-depressiviteit en zijn passie voor technologie. Fry is ook een grote Apple-fan. Die avond verwijst hij meerdere malen naar zijn iPad die op tafel ligt. Ook oreert hij een kwartier lang vol bewondering over de carrière van zijn vriend Steve Jobs.

Voorafgaand aan het interview spreekt Fry het publiek een uur vanaf de vloer toe. Met zijn rechterhand leunt hij af en toe op de te lage stoel naast hem, alsof hij zich geen houding weet te geven. Al is ongemak het laatste waar je aan denkt als je zijn openhartige monoloog, gelardeerd met goed getimede grappen en zelfspot, aanhoort. De zaal drinkt ieder woord.

Oscar Wilde
Fry wist al op jonge leeftijd dat hij homoseksueel was: ‘Mijn moeder had het zelfs al door toen ik drie was. Ach ja, moeders voelen dat soort dingen aan.’ Zijn zoektocht naar een rolmodel leidde naar de bibliotheek. Daar ontvlamde Fry’s passie voor kunst en literatuur. ‘Taal is iets buitengewoons,’ zegt hij, ‘Het verschaft je toegang tot andermans geest en kan je ogen openen.’

In de schrijver Oscar Wilde vond Fry zijn homoseksuele rolmodel en geestverwant: ‘Ik was niet langer alleen, maar bovenal was hij de meest glorieuze geest die ik ooit was tegengekomen.’ Vervolgens krijgen de Amsterdammers een college over Oscar Wilde dat schoolmeester Fry schijnbaar uit zijn mouw schudt.

Nieuwsgierigheid
Later verontschuldigt de schrijver zich dat hij eigenlijk over zijn boek had moeten praten, maar de zaal staat open voor Fry’s gepassioneerde betoog over het speels omgaan met ideeën en om altijd nieuwsgierig te blijven. ‘Ik zou het allerliefste voor altijd een student willen zijn. Nieuwsgierigheid is mijns inziens de belangrijkste eigenschap die iemand kan hebben, er plezier in hebben om het leven iedere dag te herontdekken.’ De deugniet van weleer is een romanticus geworden.

Stephen Fry: De Fry Kronieken.
Uitgeverij Thomas Rap. De Engelse versie verscheen bij Penguin. Fry’s optredens in Nederland – hij was woensdagavond in Den Haag – werden door Penguin en The American Book Center georganiseerd. Wil je weten wat de welbespraakte Brit in Den Haag te vertellen had? Check de volledige opnames hiervan op Marcoraaphorst.nl.

Dit artikel is vrijdag 1 juli in NRC Handelsblad gepubliceerd.

Categorieën
Boeken

In de rij voor Stephen Fry

Stephen Fry komt naar Nederland om zijn autobiografie The Fry Chronicles the promoten. Dat is goed nieuws voor de Fry-fans. Ik stond vanmorgen dan ook in de rij voor de ABC in Amsterdam.

Stephen Fry is acteur, schrijver, tv-presentator. Maar bovenal een Engelse mediapersoonlijkheid. Ik vind hem een inspirerend mens, die boeiende ideeën verkondigt, zoals in onderstaand video-interview.


Fry spreekt op 29 juni in Den Haag, een keer in Leiden en op 30 juni in Amsterdam. Vanmorgen werden de kaartjes voor Amsterdam verkocht dus toog ik naar The American Book Center op het Spui in de hoop een toegangsbewijs voor mezelf en Merel te scoren.

Er stond al een behoorlijke rij om kwart voor elf. Maar wat een ordelijke rij! Normaliter zijn de rijen in Nederland een ramp, zeker als je uit meerdere kassa’s kunt kiezen. Op de een of andere manier kies ik altijd de traagste rij uit en vaak wordt er lekker voorgedrongen, want tja, men heeft haast en vindt zichzelf belangrijker dan de rest van de mensheid.
Soms voel je de hete, maar bovenal slechte, adem van degene achter je, die niets heeft begrepen van wat personal space betekent en bijna in je aars probeert te kruipen om maar een stukje naar voren te kunnen.

Maar dus niet vanmorgen. De Fry fans stonden netjes in een halve cirkel richting de ABC en er heerste een ontspannen sfeer. Het deed me denken aan hoe we dat vaak in Engeland zien. Na ongeveer een kwartier stond ik vlakbij de kassa. De man voor me bleek het laatste kaartje te kunnen kopen.

Had ik voor niets in de rij gestaan? Nee, want hij had niets aan slechts één kaartje en liep het pand uit. Zo kwam ik dus aan het allerlaatste kaartje voor Stephen Fry’s presentatie op 30 juni in de Singel kerk.

Met blij gemoed liep ik weer terug naar huis. De kleine spatjes regen deerde me niets, al had dat grotendeels te maken met de paraplu die ik bij me had. Als alles goed gaat komt woensdag mijn exemplaar van The Fry Chronicles binnen. Ik heb er nu al zin in.

STEPHEN FRY: WHAT I WISH I’D KNOWN WHEN I WAS 18 from Peter Samuelson on Vimeo.

Interview via Marco Raaphorst