Categorieën
Strips

Amsterdam West in het teken van de strip

Stadsdeel Amsterdam-West is drie maanden lang de gastheer van meer dan 35 gerenommeerde Amsterdamse tekenaars. In de maanden februari, maart en april staat het stadsdeel in het teken van de strip en strips in het teken van het stadseel. Op straat, in winkels en in diverse cafés, zal het beeldverhaal zichtbaar zijn. Ook is er een gratis stripkrant met verhalen uit de buurt: Wat Wil West geheten.

Poster getekend door Jan Cleijne
Poster getekend door Jan Cleijne

Centraal in de activiteiten staan drie pijlers: de artistieke waarde van strips, de verhalen van Oud-West, en de betekenis van stadsdeel West als creatief hart. De titel van het project is Zichtbare Lijnen en het doel is om het publiek bewust te maken van de vele mogelijkheden die de negende kunst te bieden heeft.

Stripkrant
Zichtbare Lijnen gaat van start met de feestelijke lancering van de gratis stripkrant Wat Wil West in OT301. Wat Wil West is de opvolger van de stripkrant Orient X Press, die in 2012 stadsdeel Amsterdam-Oost in kaart bracht. Wat Wil West biedt de lezer een blik in de verhalen van de buurt. Van de bitterzoete herinneringen van bejaarde bewoners, de ervaringen van de stadsboeren in de buurtbak, tot aan de interactieve uitklapposter voor jeugdige lezers.

De krant is bovendien geheel als beeldverhaal vormgegeven, zelfs de advertenties zijn strips. Vanaf 5 februari zal de krant in een oplage van 20.000 verspreid worden door Amsterdam West waarbij de postcodes 1053 en 1054 een exemplaar in de brievenbus zullen ontvangen. Daarnaast is Wat Wil West natuurlijk ook ook verkrijgbaar in de betere stripwinkels van groot Amsterdam. Op vrijdag 31 januari wordt de krant gepresenteerd vanaf 21.00 uur en zal worden opgeluisterd door diverse live-acts en dj’s, waaronder de stripmakersbands Blackbird & Thrushes en Onder Kelvin.

Hier alvast wat voorproefjes uit de stripkrant die ik erg mooi vind:

Door Ruben Steeman. Klik op het plaatje voor grotere versie. (Of hoeven we dat tegenwoordig niet meer te melden en spreekt dat voor zich?)
Door Ruben Steeman. Klik op het plaatje voor grotere versie. (Of hoeven we dat tegenwoordig niet meer te melden en spreekt dat voor zich?)
Plaatje uit de strip van Wasco.
Plaatje uit de strip van Wasco.

Zichtbare lijnen
Het stripfestival bestaat uit veel activiteiten, voor een goed overzicht daarvan verwijs ik je graag naar de Facebookpagina. Hier alvast een kleine greep. Op 31 januari zal in restaurant de Peper in de OT301 een expositie openen van tekenaars Merel Barends en Suus van den Akker. Deze expositie is te zien tot en met 1 maart.

In de publieke ruimte zijn onder meer de pilaren van het overdekte deel van de Kinkerstraat voor strips gereserveerd. Over de gehele periode dat het festival duurt worden telkens nieuwe pilaren van enorme striptekeningen voorzien. Op 8 februari worden tussen 13:00 uur en 14:30 uur de ramen van de HEMA op de hoek van de Kinkerstraat en de J.P. Heijestraat door 16 tekenaars vol getekend. Op 13 februari gaat vervolgens het Bellamy etalageproject van start: een wandeling met gids langs verschillende etalages in de buurt waarin de tekenaars van Go West de beelden en verhalen die zij in de krant gepubliceerd hebben exposeren, aangevuld met nieuwe verhalen over opgroeien in Oud-West. De wandeling wordt afgesloten in de bibliotheek met livemuziek en informatie over striptekenen en is voor iedereen toegankelijk, al wordt aanmelding van tevoren via kin@oba.nl wel aanbevolen.

Eveneens interessant is de tentoonstelling met werk van Go West-tekenaars in stripwinkel Het Beeldverhaal op de Bilderdijkstraat vanaf 28 februari. Maar er zijn ook individuele exposities van de tekenaars te zien, zoals onder anderen Remco Polman (Floris en Dirkjan) in café Bax, forumcartoonspecialist Bas Köhler in het WG Café, en Jan Cleijne (Helden van de Tour) in café Du Cap.

Meewerkende tekenaars
In alfabetische volgorde: Aart Taminiau, Aloys Oosterwijk (Willems Wereld), Arie Plas, Bas Köhler, Ben Westervoorde, Bjorn, Christina Garcia Martin, Farida Laan, Femke van Heerinkhuizen, Fleur Post, Floor de Goede (Flo), Jan Cleijne, Julie Rosebud, Lotte Klaver, Maaike Hartjes, Maarten Schuurman, Maia Matches, Mass Hab, Marjolein Verbruggen, Mat Vaassen, Merel Barends, Michiel Wijdeveld, Pepijn Schermer, Peter Pontiac, Rey Roman, Remco Polman, René Windig (Heinz), Rogier Klop, Ruben Steeman (Elke dag rust), Rudi Jonkers, Suus van den Akker, Thijs Vissia, Tjeerd Royaards (Cartoonmovement), Typex, Wasco, Willem Vleeschouwer en Yvo Spry.

Zichtbare Lijnen en de stripkrant zijn mede mogelijk gemaakt door Gemeente Amsterdam Stadsdeel West, Amsterdams Fonds voor de Kunst, de meewerkende tekenaars, buurt- en regiegelden, WOOW, diverse instellingen en bedrijven. Het geheel is een initiatief van Maia Machèn en Stijn Schenk.

Categorieën
Strips

Kickboksende Marokkaanse meiden verstript

In Chicks, Kicks and Glory staan de levensverhalen van kickboksende Marokkaanse meiden centraal, verbeeld door zeven stripmakers.

Kickboksen lijkt in eerste instantie een mannensport. Toch is deze vechtsport erg populair onder meiden van Marokkaanse komaf. Stripmakers Peter Pontiac, Farida Laan, Maaike Hartjes, Mike Kok, Sandra de Haan en het duo Henrike Olasolo en Christina Richarte verstripten in korte verhalen de ervaringen van kickboksende Marokkaanse meiden. De expositie van deze strips is het speerpunt van het multidisciplinaire project Chicks, Kicks and Glory van Imagine IC, dat ook een dansvoorstelling en striptekenworkshops omvat.

Aan de basis ligt een verkennend onderzoek van antropoloog Jasmijn Rana, onderzoeker aan het Amsterdam Institute for Social Science Research van de UvA en projectmanager bij Imagine IC in Amsterdam Zuidoost. ‘Ik wilde vooral onderzoeken hoe deze meiden tot de keuze komen om te gaan kickboksen. Wat hun motivatie is,’ vertelt Rana.

Blauwe plekken
Toen de antropologe de sportschool bezocht, viel het haar op een gegeven moment op dat er relatief veel Marokkaanse vrouwen het kickboksen beoefenen. Om dit verder te onderzoeken is ze, in het kader van participerende observatie, zelf ook gaan kickboksen. ‘Het is bij zo’n lichamelijk onderwerp belangrijk dat je ook zelf doet. Je kunt wel over kickboksen praten, maar als je het zelf niet hebt meegemaakt en gevoeld hebt, wie ben je dan om daar iets over te zeggen?’ Het kickboksen gaat haar steeds beter af. Lachend: ‘Ik ben geen beginner meer en heb minder blauwe plekken dan toen ik begon. Ik krijg wel eens in de training het verwijt dat ik er niet met mijn hoofd bij ben, maar dat ben ik natuurlijk op een heel andere manier. Ik probeer namelijk ook in de gaten te houden wat er om me heen gebeurt.’

Rana voerde haar onderzoek uit op kickboksscholen en clubs in onder andere Amsterdam, Rotterdam, Den Haag, en de Marokkaanse steden Rabat en Berkane. Nadat ze zich bekend had gemaakt als antropoloog, voerde ze informele gesprekken en interviews met verschillende kickboksters die ze daar had leren kennen. ‘De kleedkamer is een goede plek om informatie op te doen,’ vertelt Rana. ‘Het is een vrij moeilijke groep om interviews mee te voeren. Vaak haken ze af als je met een taperecorder aan komt. Ik heb die meiden vooral goed leren kennen door bijvoorbeeld met ze te gaan shoppen en met ze te hangen in de stad. Dat werkte heel goed.’ Verder interviewde ze wethouders en eigenaren van sportscholen.

Fragment van de strip van Sandra de Haan

De populariteit van kickboksen heeft volgens de antropologe deels te maken met het feit dat het relatief veel wordt aangeboden in de directe leefomgeving, via buurthuizen bijvoorbeeld. ‘Het is een populaire sport in Marokko en veel Marokkaanse jongens in Nederland doen aan kickboksen. Veel meisjes kennen de sport dus via een bekende. Sport is ook vaak gerelateerd aan klasse, een bepaalde groep doet nu eenmaal een specifieke sport graag. Ook is kickboksen een relatief goedkope sport.’

Hoewel voor de dames een belangrijke motivatie het krijgen van een gezond en strak lijf is, speelt ook vaak een rol dat de ouders bepaalde sporten afkeuren. ‘Sommige meiden zouden wel een andere sport willen doen, maar dan hebben de ouders daar een probleem mee. Voor zwemmen moet je een zwempak aan en voor hockey een kort rokje. Ze kiezen daarom liever voor een sport waar de vrouwen apart kunnen trainen of waar ze hun eigen kleding kunnen kiezen.’

Ook de mededeling dat ze willen kickboksen wordt niet altijd met open armen ontvangen. De dames gaan op verschillende manieren met deze weerstand uit de omgeving om. Een deel kiest ervoor niet te gaan sporten om de wens van hun ouders te respecteren, anderen nemen hun moeder mee naar de training om te laten zien wat er gebeurt. Rana: ‘Wanneer een moeder bezwaar maakt omdat haar dochter islamitisch is, komen sommige meisjes met argumenten uit de islam. De profeet heeft gezegd dat je voor lichaam en geest moet zorgen en daar hoort sport ook bij.’

Verstrippen
Rana wilde meer met haar onderzoek doen dan alleen een rapport publiceren. ‘Als wetenschapper moet je ook teruggeven aan de samenleving,’ vindt ze. Om een zo groot mogelijk publiek te bereiken werd voor het medium strip gekozen. De graphic novel is de laatste tijd in opkomst. Het is een trend om levensverhalen van bekende figuren als Anne Frank en kunstenaars als Vincent van Gogh te verstrippen. Bij Imagine IC worden verhalen over migratie en multiculturele activiteiten verteld via tentoonstellingen en multimediaprojecten, in samenwerking met kunstenaars en wetenschappers. De organisatie ontbeerde echter kennis over de Nederlandse stripwereld. Met behulp van Gert Jan Pos, stripintendant bij het Fonds BKVB, werden de stripmakers voor het project gevonden.

Rana: ‘Het proces is redelijk organisch verlopen: ik heb zes levensverhalen uitgedeeld. Deze waren deels geconstrueerd om de privacy van de geïnterviewden te waarborgen. De tekenaars hebben op basis van de thema’s die uit de verhalen naar voren komen een scenario gemaakt.’

Illustratie: Mike Kok

Farida Laan zette de beoefening van de sport tegenover de uitvoering van het islamitische gebed. Dat familie een belangrijke rol speelt in de sportkeuze van de meisjes, maakt het stripverhaal van mangatekenaar Mike Kok duidelijk. De Marokkaanse Rachida moet niet alleen opboksen tegen haar opponenten in de ring, maar moet ook de strijd aangaan met vooroordelen uit haar omgeving. Kickboksen is niet voor meisjes, vindt haar vader. Volgens haar moeder is Rachida als tiener te oud om samen met jongens in dezelfde ruimte te sporten. Pas wanneer haar broer en een vriend op haar ouders in praten, mag ze lessen volgen in het buurthuis.

Bakvissen
De verhalen zijn getoetst aan de werkelijkheid, maar bevatten ook fictionele elementen. Zoals de strip van Sandra de Haan over de Rotterdamse Aicha. Dankzij haar kickbokstraining weet ze de jongen waar ze verliefd op is te redden van een straatrover. Ze is bang dat zijn mannelijke trots nu gekrenkt is en dat er ze een romance wel kan vergeten. De Haan: ‘In die cultuur is het toch wel zo dat de jongen het meisje hoort te beschermen. Als zij op een gegeven moment de rol van redder op zich neemt, wordt de rolverdeling omgegooid.’ De Haan, die doorgaans autobiografische strips maakt, vond het spannend om een strip te maken over een onderwerp dat ver van haar afstaat. ‘Ik vind het leuk om een fictieverhaal te maken dat de kernzaken waar deze meiden mee bezig zijn, raakt,’ vertelt ze.

‘Wat betreft de problemen waar ze tegenaan lopen en de interesses die ze delen, zijn Marokkaanse meisjes net zo goed bakvissen als autochtone leeftijdsgenoten. Die zitten met elkaar ook alleen maar over jongens te kletsen.’ Toch staat ze als blanke Hollandse vrouw van 41 ver af van de specifieke cultuur van de Marokkanen. ‘Hun taalgebruik is anders, maar hoe ze precies praten weet ik niet. Gelukkig heeft Jasmijn de tekst gelezen en er een paar woorden uitgehaald die de meiden niet zouden gebruiken.’

De meeste stripmakers hebben een bezoekje gebracht aan de sportschool om een paar van de sporters te ontmoeten. De Haan gebruikte foto’s en een video op YouTube om het vechten te verbeelden en hoe de sportkleding eruit ziet: ‘Voor mij is de kickboks scene een ver-van-mijn-bedshow.’ De stripverhalen hebben doorgaans een positief einde. Jasmijn Rana, die zich verder in de kwestie wil verdiepen door een promotieonderzoek, is zelf ook tevreden over het verloop van het project: ‘Hoewel het in Frankrijk al langer voorkomt, spelen islamitische meisjes in Nederland nauwelijks de hoofdrol in stripverhalen. In Burka Babes van Peter de Wit komen ook hoofddoeken voor, maar dat is een cartoon en heeft niets met de werkelijkheid te maken.’

Op 16 september opent Imagine IC de tentoonstelling ‘Chicks, Kicks and Glory.’ De tentoonstelling loopt tot februari 2011 en reist daarna door naar het Gemaal op Zuid in Rotterdam.

Dit artikel stond woensdag 25 augustus in Het Parool.