Categorieën
Strips

Pieter van Oudheusden: ‘Je moet je eigen werkelijkheid het scenario binnentrekken’

Pieter van Oudheusden vertaalt strips en hij schrijft zelf scenario’s. De wraak van Bakamé maakte hij samen met tekenaar Jeroen Janssen. Een striproman gebaseerd op Afrikaanse volksverhalen.

Wanneer het vliegtuig met het Afrikaanse voetbalelftal aan boord, neerstort, leidt het spoor al snel naar de hyena Mpyisi. De ware schuldige is echter de doortrapte haas Bakamé. Mpyisi reist af naar de blanke tovenaar Bwana Kero om hem te vragen Bakamé, die zichzelf verrijkt door andermans zwakheden uit te buiten, voorgoed uit te schakelen. Ondertussen doet de haas een gooi naar het burgemeesterschap.

Aldus beknopt De wraak van Bakamé, een fantasievolle striproman vol zijpaden, satire en expressieve erotiek tussen mensen en dierfiguren. Het vuistdikke boek werd geschreven door Pieter van Oudheusden en getekend door Jeroen Janssen.
Het stripduo werkt vaak samen. Enkele jaren geleden maakten ze het verhaal Bananenbier, met Bakamé in de hoofdrol. Toen Janssen in Rwanda les gaf, kwam hij door zijn studenten in aanraking met Rwandese en Kongolese volksverhalen over de markante haas, die door pater Gustaaf van Acker rond 1900 zijn opgeschreven.

Witte tovenaar
‘Wij hebben die volksverhalen als uitgangspunt genomen en ingrijpend bewerkt,’ vertelt Van Oudheusden. ‘Bwana Kero is de eigenlijke hoofdfiguur. Hij is onze versie van pater Van Acker. Die zal zich waarschijnlijk in zijn graf omdraaien omdat hij als tovenaar wordt opgevoerd. Er zitten ook actuele elementen in het verhaal. Tijdens het schrijven waren de Amerikaanse presidentsverkiezingen aan de gang. Daar wilde ik iets mee doen, daarom stelt Bakamé zich verkiesbaar.’ Ook voegde de auteur autobiografische elementen toe. Net als de auteur lijdt Mpyisi tijdelijk aan slapeloosheid.

‘Het mengsel van geweld, erotiek en magie, en dat de grenzen daartussen vervagen, maakt De wraak van Bakamé typisch Afrikaans,’ zegt Van Oudheusden. ‘Toch gaat de strip niet alleen over Afrika, maar evengoed over algemene menselijke zaken. Het verhaal speelt in het dorp Buruseri, de Rwandese naam voor Brussel. Tot op zekere hoogte is de dorpspolitiek in het verhaal een satire op de dorpspolitiek in Vlaanderen en in Nederland.’

Sympathieke dommerik
De schrijver geeft toe dat hij en Janssen zich het meest verwant voelen met de hyena in het verhaal: ‘De haas is de man die je zou willen zijn en de hyena is de man die je bent: niets menselijks is hem vreemd. In al zijn domheid en gemeenheid, wekt hij sympathie en mededogen op.’

Van Oudheusden vertaalt naar eigen zeggen 40 tot 50 strips per jaar. ‘Een fulltime baan.’ Daarnaast is hij een zeer verdienstelijk interviewer, recensent en productief als auteur van beeldverhalen en kinderboeken. ‘Schrijven doe ik eigenlijk maar één uur per dag, tussen half acht en half negen ’s avonds, als de rest van Nederland naar De Wereld Draait Door zit te kijken. Als je de hele dag voor het schrijven hebt, dan ben je ook maar een à twee uren echt productief. Het denkwerk gaat constant door.’

Melancholisch en grimmig
Als scenarist werkt hij samen met een uiteenlopend gezelschap Nederlandse en Vlaamse stripmakers als Sebastiaan Van Doninck, Erik Wielaert en Eva Cardon. In zijn scripts geeft Van Oudheusden de stripmakers de ruimte het beeld zoveel mogelijk zelf in te vullen: ‘Voor een tekenaar is het ongelooflijk frustrerend om alleen de uitvoerder van andermans ideeën te zijn. Ik schrijf hooguit 75 procent van het script, omdat ik wil dat de tekenaar het afmaakt. Een illustratrice met wie ik werk, zei dat mijn verhalen altijd een melancholieke ondertoon hebben, ook de kinderboeken. Juist in die verhalen zit er altijd wel een scherp randje, een grimmige bijklank. Bakamé is uitermate grimmig’.

Als hij scenaristen een tip zou moeten geven, dan is het wel dat ze hun eigen ervaring in het script moeten gebruiken. ‘Fransen hebben daar een mooi woord voor: vécu. Dat betekent: ervaren, aan de lijve ondervinden. Je moet altijd je eigen werkelijkheid binnen je scenario trekken. Wat De wraak van Bakamé sterkt maakt, is dat je weet dat Jeroen dingen tekent die hij zelf gezien heeft. Het is ervaring uit de eerste hand, geen plaatjes van internet die zijn overgetrokken. Een goed scenario is immers veel meer dan een optelsom van alle strips die iemand gelezen heeft of de films die hij heeft gezien.’

Deze filosofie sluit nauw aan op de beste les die Van Oudheusden leerde van stripmaker Joost Swarte. ‘Die zei dat kwaliteit altijd boven komt drijven. Als je je eigen ding blijft doen, komen mensen naar je toe om wat jíj kunt. Als je andermans kunstje nadoet, zullen ze altijd naar die ander gaan.’

Dit interview is woensdag 8 september in Het Parool gepubliceerd.