Categorieën
Fotoblog Mike's notities

Avonturen in Antwerpen (1): Veel façades en facetten

L. en ik vinden allebei dat we een paar dagen vakantie hebben verdiend. Op naar Antwerpen met de trein van tien voor vijf. Onderweg lees ik Maus van Art Spiegelman en eet ik een broodje brie.

Antwerpen CS.

Het is niet mijn eerste keer in Antwerpen, toch zie ik bij ieder bezoek weer een ander facet van deze Vlaamse prachtstad. Van de tot nu toe bezochte Belgische steden – waaronder Brussel, Gent en Brugge – zou ik er geen bezwaar tegen hebben hier een woning te betrekken, mocht dat ooit te combineren zijn met mijn carrière. Sowieso staat België veel vriendelijker tegenover het beeldverhaal dan Nederland. Zo telt Antwerpen zes beschilderde stripmuren en vindt tweejaarlijks de beurs Strip Turnhout plaats waar ik vorig jaar was met Nieuw Gehoer. Een positiever ontvangst kwam zelden voor.

Detail van een van de stripmuren.

Schril contrast
We komen iets na zevenen aan op centraal station en besluiten naar het hotel te lopen. Van de Frankrijk Lei, naar de Britse tot de Amerika Lei. Daar staat het Hotel Rubenshof te wachten. De hal en receptieruimte van het hotel zijn indrukwekkend. In neo-art nouveau stijl. Maar de receptieruimte is een façade. Achter de deuren van de kamers gaat een sjofele inrichting schuil die nog het meest doen denken aan het interieurdesign van het voormalig Oostblok. Het tapijt zit vol vlekken, de muren zijn okergeel gekleurd en het geheel maakt een onafgemaakte indruk. Geeft niets, we gaan toch meteen de stad in. De paffende paffer
Het valt me meteen op dat er flink gepaft wordt in de cafés. Een ober legt mij uit dat er gerookt wordt in de tenten waar er niet gegeten wordt. Na een paar maanden rookverbod is het even wennen om weer in andermans kankerzucht te zitten. L. en ik mijden de komende twee dagen dat soort drinkgelegenheden dan ook zoveel mogelijk. Die avond nuttig ik een voortreffelijke lasagne in Canal; L. smult van de tapas. Koud hè?
De volgende ochtend begint met de nare ontdekking dat de douche alleen koud water biedt. Bij nader bibberend onderzoek blijkt dat de thermostaatkraan niet goed werkt. Als deze geheel open wordt gezet, geeft de douchekop sporadisch een zuchtje lauw water. De hotelmanager vindt het vervelend om te horen en zal proberen er iets aan te doen. Een andere kamer is helaas niet beschikbaar. Als we die avond weer terugkomen in de kamer ligt er een doosje zeebanket voor ons op bed. En een briefje met excuses. Er is niets aan te doen totdat de loodgieter maandag zijn gezicht laat zien. Er ziet niets anders op dan bibberend te douchen. Deconstructivisme in het ModeMuseum
Op zaterdag bezoeken we in het Modemuseum. Bij binnenkomst worden we aangesproken door een promotieteam van Nescafé. De twee dames en heer zijn gekleed in strakke zwarte t-shirts waarop Nescafé in witte letters staat geschreven. Het drietal lijkt net een stel modebewuste modellen. Niet geheel ontoepasselijk in een modemuseum. Ze bieden ons een kopje koffie aan. Het bezoek begint dus al goed, al geven mijn smaakpapillen de voorkeur aan cappuccino. Met de koffie in de slokdarm begeven we ons naar het eigenlijke doel van het museumbezoek: de expositie over Maison Martin Margiela. Kenmerkend aan deze modekunstenaar is dat hij nooit in de openbaarheid verschijnt en weigert interviews te geven. Een paar designs in de tentoonstelling spreken me aan. Hij heeft een collectie gemaakt op basis van kleertjes voor Barbie- en Kenpoppen. De uitvergrootte, scheefzittende jasjes werken op de lachspieren. Een serie silhouetten steken mooi strak af tegen de witte achtergrond. Het deconstructivisme wat de maker aanhangt spreekt mij in het bijzonder aan. Een gedachtegoed dat ook terug te vinden is in filmtheorie. Maison Martin Margiela past dit toe door de constructie van kledingontwerpen bloot te leggen. Margiela toont de binnenkant van een kledingstuk, legt de constructie ervan bloot en focust op datgene wat de mode doorgaans angstvallig verborgen wil houden. Mij zie je er niet in lopen, maar het idee erachter is wel prikkelend. Ik ben zo’n type dat graag wil weten hoe iets in elkaar steekt.

Antwerpen. Foto: L.

De sporen van het verleden
Tot slot bekijk ik nog eens de tweedehands kleding die Margiela heeft overgespoten met zilververf. Tijdens modeshows breekt de verf, waardoor de onderlaag langzaam te voorschijn komt. Daarmee wil hij aangeven dat we het verleden niet verborgen kunnen houden. Hij heeft een punt: als ik later door het centrum van Antwerpen loop, denk ik automatisch terug aan de keren dat ik er eerder was. Specifieke voorvallen schieten me te binnen terwijl ik tegelijkertijd nieuwe herinneringen aanmaak.Wordt vervolgd…

Door Michael Minneboo

Michael Minneboo is een freelance journalist gespecialiseerd in popcultuur, fancultuur, strips, film, online media en beeldcultuur. Hij schrijft over onder andere comics, Nederlandse strips & animatie en interviewt makers uit binnen- en buitenland. Daarnaast geeft hij lezingen en adviseert hij particulieren en bedrijven over bloggen.

4 reacties op “Avonturen in Antwerpen (1): Veel façades en facetten”

Leuk! Ik ben Rubensfan en vind het grappig dat je in het Rubenshotel sliep. Wel heel jammer dat het verblijf tegenviel… een koude douche brrr…

@Aukje: Je wordt er wel lekker wakker van, maar fijn is anders. Overigens ben ik een paar jaar geleden in het Rubenshuis geweest. Aanrader!

Reacties zijn gesloten.