Categorieën
Film Strips

Gedoe om Filmfanfare

Het nieuwe verstripproject van Gert Jan Pos, voormalig stripintendant van het Fonds BKVB, en Willem Thijssen, intendant animatie bij het Filmfonds, heeft voor nogal wat beroering gezorgd in de Nederlandse filmwereld deze week. Filmfanfare moet een boek worden waarin vijftig Nederlandse films worden verstript in één pagina. Mooi is dat! met film dus. Maar niet iedere filmregisseur is er blij mee dat zijn film ongevraagd bewerkt wordt.

Er werd al eerder over bericht in verschillende kranten en dinsdag gingen de Jackhalzen uit DWDD op onderzoek uit. Ze interviewden Pos en regisseurs Dick Maas en Alex van Warmerdam. Ook actrice Nelly Frijda (Ma Flodder) kwam aan het woord. Allen spraken ze tegen het plan van Gert Jan. ‘Ik ben er verbolgen over,’ aldus Van Warmerdam. Maas was eventueel wel voor een leuk geldbedrag over te halen.

Het was natuurlijk ook wat naïef van de stipintendant en de mensen van het Eye Filminstituut om te denken dat ze zomaar gebruik mogen maken van andermans intellectuele eigendom. Een telefoontje met een vriendelijk verzoek had ongetwijfeld een hoop gezeur bespaard. Volgens een artikel in de Volkskrant heeft Pos wel de filmproducenten van tevoren op de hoogte gebracht: ‘En iedereen reageerde enthousiast.’ Kennelijk niet iedereen. Wellicht hebben de producenten niet met de regisseurs overlegd.

Volgens een update op de Volkskrant-site gaat Pos de producenten en regisseurs alsnog een brief sturen om uit te leggen dat het hier gaat om een hommage.

Hoe zit dat eigenlijk met Mooi is dat! vraag ik me af. In dat boek worden 57 literaire klassiekers in één pagina verstript. Zijn daar de auteurs van tevoren van op de hoogte gesteld? Het dikke koffietafelboek kwam vorig jaar uit. Er werden meer dan drieduizend exemplaren van verkocht.

Filmfanfare is natuurlijk niets meer dan hetzelfde idee maar dan met film. De filmlijst is samengesteld door 25 filmdeskundigen. Er kwamen honderd titels op een lijst te staan, waaruit de vijftig striptekenaars zelf een film mochten kiezen. De nieuwste filmtitel die op de lijst staat, is de komedie New Kids Turbo uit 2010. De oudste film die wordt bewerkt tot strip is Een Carmen van het Noorden uit 1919. Filmklassiekers als Flodder, Karakter, De Lift, Soldaat van Oranje en Turks Fruit zijn ook geselecteerd.

Weer een verstripboek
Ik gun de deelnemende stripmakers van Filmfanfare natuurlijk een extra betaalde opdracht en de lol die het maken van zo’n verstripping met zich meebrengt. Ongetwijfeld zitten er een paar grafische pareltjes tussen. Iedereen moet kunnen uitgeven wat hij wil, maar persoonlijk zit ik niet op nóg een bundel éénpaginaverstrippingen te wachten.

Mooi is dat! is een interessant boek met mooie illustraties. In een aantal gevallen moet je het betreffende boek kennen om de verstripping te kunnen plaatsen. De teksten van Pieter Steinz bieden in dat opzicht ook niet altijd uitkomst. Als uittrekselboek is Mooi is dat! dus wat mij betreft niet geslaagd. Als staalkaart evenmin. De selectie van stripmakers is arbitrair. Er missen veel namen om een compleet beeld te geven van het striptalent in Nederland en Vlaanderen. Maar goed, het boek heeft publiciteit voor het beeldverhaal opgeleverd en dat is een verdienste. Ook hadden de geselecteerde stripmakers er weer een opdracht bij dat jaar.

Stripessays
Maar waarom het trucje van verstrippingen herhalen? Zit de lezer op een boek met 50 filmverstrippingen van één pagina te wachten? Wat voegt dit precies toe? Had Pos niet veel beter nu een ander soort stripproject opgepakt, eentje waarbij iets nieuws over het Nederlandse beeldverhaal aan het grote publiek wordt getoond? Zoals bijvoorbeeld de Jan Hanlo Media-essayprijs eerder dit jaar. Daarin zijn tien stripessays gebundeld rond het thema zintuigen. Een essay in stripvorm, dat is een interessant experiment waarin de mogelijkheden van het medium verkend worden.

Die verstrippingen en stripadaptaties kennen we nu wel. Ik lees liever originele verhalen van Nederlandse stripmakers dan een filmverhaal in een veel te strak stripjasje van één pagina. Ik had veel liever een mooie bundeling van originele korte verhalen gezien dan Filmfanfare.

Nou ja, met alle negatieve media-aandacht die het Filmfanfare project nu krijgt, heeft Pos wel weer de aandacht op het beeldverhaal weten te richten. Dat was immers ook een van de speerpunten van de intendant.

Door Michael Minneboo

Michael Minneboo is een freelance journalist gespecialiseerd in popcultuur, fancultuur, strips, film, online media en beeldcultuur. Hij schrijft over onder andere comics, Nederlandse strips & animatie en interviewt makers uit binnen- en buitenland. Daarnaast geeft hij lezingen en adviseert hij particulieren en bedrijven over bloggen.

16 reacties op “Gedoe om Filmfanfare”

Ik zeg altijd: “Doe lekker wat je wilt”. Ik hou niet van de term “verstripping” omdat het naar mijn idee een negatieve reducerende betekenis in zich mee draagt. Strippen doe je met een muur of een gebouw. En het geeft de tekenaar iets van een winterschilder, de klusjesman die wat kan met de kwast.

Maar het idee dat tekenaars iets met een film doen is eigenlijk wel aardig, maar heeft niets met verstrippen te maken. verbeelden of zelfs recenseren gaat te ver. Het kan m.i. niet meer zijn dan een bespiegeling van een film in stripvorm. Waarom bespiegelen we in deze tijd op de film en het boek en niet op de samenleving? Naar mij idee is de strip steeds weer naar binnen toe aan het kaleidoscoperen, in plaats van haar eigen kracht als oorspronkelijk medium laten zien. En dan heeft het kiezen voor een dergelijke vorm het nadeel dat de stripwereld weer eens op ondeugdelijke wijze laat zien waartoe het in staat is. Communicatief een slechte beurt, denk ik, maar ik kan het fout hebben.

Ik ken de resultaten van dit initiatief niet, dus kan inhoudelijk niet reageren. Een genie kan met elk gegeven iets, dus wie weet levert het wat op. Maar verder ben ik het helemaal eens met je conclusie. Maar wat aandacht betreft, zou ik zeggen. Luis in de pels van andere media zijn kun je ook wel in je eentje zonder subsidie.

“Waarom bespiegelen we in deze tijd op de film en het boek en niet op de samenleving?” Goede vraag, dat zou inderdaad meer mogen gebeuren.

“Naar mij idee is de strip steeds weer naar binnen toe aan het kaleidoscoperen, in plaats van haar eigen kracht als oorspronkelijk medium laten zien. En dan heeft het kiezen voor een dergelijke vorm het nadeel dat de stripwereld weer eens op ondeugdelijke wijze laat zien waartoe het in staat is. Communicatief een slechte beurt, denk ik.” Er gebeuren wel interessante dingen op stripgebied, vind ik, zeker sommige makers zijn op boeiende wijze aan het experimenteren met het medium. Ook worden er boeiende persoonlijke verhalen vertelt. Maar dit soort projecten betreft ben ik het met je eens.

He getver nee zeg, ik heb helemáál geen zin om naar buiten te kaleidoscoperen & op de samenleving te bespiegelen. Verder vind ik verstrippingen – of hoe je ’t beest ook noemen wilt – mooi & boeiend om mijn tanden & tekenpen in te zetten. En in het kader van het bovenaan deze thread genoemd adagium ga ik daar dan ook lekker mee door. En ook met het schrijven & uitwerken van eigen verhalen. Beide vormen kunnen in mijn (kuch) oeuvre uitstekend naast malkander bestaan.

Merel onderstreept met haar “En ook met het schrijven & uitwerken van eigen verhalen.” precies wat ik bedoel. Een artiest leeft niet in een afgescheiden universum in mijn beleving, en een “eigen verhaal” is in mijn ogen altijd een bespiegeling op de samenleving, je behoort er zelf ook toe.

Tekenaars die graag een verhaal verbeelden moeten dat gewoon doen natuurlijk, het product moet uiteindelijk wel op eigen kracht kunnen drijven lijkt me, en ik heb al gezegd dat ik in dit geval dat nog niet heb kunnen checken, omdat ik de bundeling nog niet gezien heb. Het gaat nu ook niet om de intenties van tekenaars, die zoals ik zei, vooral moeten doen wat ze leuk vinden, maar om de intenties van een -gezamelijk- project. Vooral omdat het een gezamenlijk strip-project is ontstaat er een imago van de strip waar je wel of niet blij mee kan zijn. Overigens vind ik de Stripkrant een voorbeeld van de strip als zelfstandig medium, ook al mag het van mij ook gewoon Krant heten. Dat wil overigens niet zeggen dat het een beter product is dan Filmfanfare.

Zo’n stripkrant is een mooi voorbeeld van hoe je strips ook onder de aandacht van het grote publiek kunt brengen. Ook al kun je discussiëren over de inhoud en welke strips daar wel of niet in moeten staan, maar het feit dat je op die manier de Nederlandse strip onder de lezers kunt brengen, vind ik positief.

fijn stuk, mooie reactie van Peter Koch.
ik denk dat dit soort ‘verstrippingen’ vooral de intentie hebben een brug te slaan naar het zogenaamde ‘grote, breed geïnteresseerde publiek’. dat gaat bijna altijd gepaard met concessies. maar het is ook altijd goed om de vinger op die zere plek te leggen.
iets anders: ik hoop dat Thijssen de opvolger is van Pos en dat het Filmfonds de rol van het Fonds BKVB over heeft genomen. twee strip-intendanten at zou toch wel een beetje veel van het goede zijn ;-).

Thijssen is op dit moment de animatie intendant van het filmfonds, ik geloof niet dat hij een baan van stripintendant ambieert. Daarbij was het een eenmalige oefening. Volgens mij zijn er geen plannen voor een nieuwe nu Gert Jan ermee gestopt is.

Je hebt natuurlijk gelijk: ik denk ook dat het als brugfunctie bedoelt is, maar die brug is al geslagen of niet, dat weten we eigenlijk nog niet, met Mooi is dat!. Ik zou graag gezien hebben dat er nu een andere kant van het medium strip getoond zou worden middels een groot project. Je kunt veel meer met strips dan alleen ander materiaal verwerken. Het grote publiek moet dat toch ook weten.

Mooi gezegd door Peter: “Luis in de pels van andere media zijn kun je ook wel in je eentje zonder subsidie.” Ik vind het jammer dat de twee meest prestigieuze projecten die de stripintendant ons uiteindelijk gebracht heeft beide meeliften op de verdiensten van andere media.
Het lijkt wel alsof er gezegd wordt dat strips en tekenaars tot niet meer in staat zijn dan een reeds bestaand verhaal van getekende plaatjes te voorzien. Wanneer gaat er nou eens geld naar een project waarin tekenaars laten zien dat zij een verhaal kunnen vertellen dat door gebruik van beeld een ervaring wordt voorbij gaat aan wat alleen met woorden op papier of bewegende beelden gedaan kan worden. Dat is de boodschap die je als stripintendant moet verkondigen: strip biedt iets wat andere media niet hebben!

Mooi gezegd, ik sluit me daarbij aan. Een project als Filmfanfare communiceert in ieder geval niet dat stripmakers boeiende verhalen weten te vertellen of met originele strips op de proppen kunnen komen.

Ach ja, als je een vrije interpretatie geeft van een bestaand verhaal, lijkt dat me niet echt een probleem. Dat is net zoiets als een recensie schrijven.

Ik denk dat het in dit geval ingewikkelder ligt, tenzij de ondertitel van Filmfanfare: ’50 filmrecensies’ wordt. Je hebt namelijk kans dat stripmakers ook de acteurs uit de film gaan natekenen. Heb je dan niet met portretrecht en dergelijke te maken? En kun je zo maar een adaptatie maken, want daar hebben we het in feiten over, van andermans werk zonder daarvoor toestemming te hebben? Ik denk het niet.

Los van de discussie over Filmfanfare sluit ik me graag bij de mening van Peter Koch aan en hoop ik dat er meer strips komen waarin de samenleving, in al zijn facetten, meer centraal staat. Het lijkt er inderdaad op dat striptekenaars daar vroeger veel meer gevoel voor hadden, waardoor ze, ook in strips als De Generaal en Agent 327 maar zeker ook in de klassieke krantenstrips, een herkenbaar verhaal tekenden.

Reacties zijn gesloten.