Categorieën
Film

Brando’s Kurtz (3): Stemmen over Kurtz

1. Inleiding2. (De)Constructie van een personageIn het eerste deel Apocalypse Now krijgen we veel informatie over Kurtz door de dialogen van personages en het dossier over hem dat Willard leest. Als we Kurtz eindelijk ontmoeten in het laatste deel van de film, weten we al heel veel over dit personage.
Voordat we Kurtz voor het eerst echt zien, overheersen de indicatoren van zijn karakter die Rimmon-Kenan directe definities noemt. In het eerste deel neemt de stem van Kurtz een speciale plaats in: deze horen we op een bandopname tijdens de briefing scène waarin Willard zijn opdracht krijgt. Willard wordt ontboden bij generaal Corman en krijgt tijdens de lunch twee bandopnamen van Kurtz te horen. In de eerste opname vertelt Kurtz over een droom die hij had: een slak kroop op de scherpe rand van een scheermes. Kurtz stem klinkt rustig, filosofisch bijna, maar ergens klinkt er iets beangstigends in zijn stem. Op de tweede opname zegt Kurtz het volgende:

“We must kill them. We must incinerate them. Pig after pig, cow after cow, village after village, army after army. And they call me an assassin. What do you call it when the assassins accuse the assassin? They lie.. they lie and we have to be merciful for those who lie. Those nabobs. I hate them.
How I hate them…”

De carrière van Kurtz
Tijdens de briefing scène zijn er drie belangrijke indicatoren van het Kurtz personage: de eerste is zijn stem, de tweede indicator is hoe de mannen reageren op die stem en de derde indicator is de carrière van Kurtz. Wanneer de stem van Kurtz de ruimte vult, voelen de officieren zich niet comfortabel. Hij spreekt op een kalme toon over de ergste dingen. Uit de gesproken tekst wordt duidelijk dat Kurtz een hekel heeft aan de dubbele moraal die het leger kennelijk hanteert. De woorden van Kurtz staan in schril contrast met de carrière die hij zorgvuldig heeft opgebouwd. Over de glansrijke carrière van Kurtz wordt tijdens de lunch verteld. We horen dat hij een uitstekende officier was. Generaal Corman omschrijft hem als: ‘Een goede man met een gevoel voor humor’. Nadat Kurtz bij de special forces in dienst trad, veranderde hij. Zijn methoden werden ‘ondeugdelijk’ (unsound). Op een gegeven moment is hij de grens naar Cambodja overgestoken met zijn leger bestaande uit Montagnards, de inheemse bevolking. Dit leger aanbidt hem alsof hij een god is en volgt al zijn orders op – hoe belachelijk deze ook zijn. Willard moet Kurtz doden omdat het leger geen controle meer over hem heeft; hij opereert op eigen houtje en laat de meest verschrikkelijke moorden uitvoeren. Waarom Kurtz opeens van koers veranderd is specificeert generaal Corman niet, maar hij geeft de volgende ‘verklaring’:

“In this war, things get confused out there, power, ideals, the old morality, and practical military necessity. Out there with these natives it must be a temptation to be god. Because there’s a conflict in every human heart between the rational and the irrational, between good and evil. The good does not always triumph. Sometimes the dark side overcomes what Lincoln called the better angels of our nature. Every man has got a breaking point. You and I have. Walter Kurtz has reached his. And very obviously, he has gone insane.”

Later op de boot vat Willard dit heel mooi samen. Hij en Chef zijn net ontsnapt aan de klauwen van een tijger. Hier leren we dat als je van de boot gaat, de horrors je opwachten. Willard zegt dan dat je alleen maar van boord moet gaan als je bereid bent tot het uiterste te gaan. Hij zegt dat Kurtz van boord is gegaan en alles achter zich gelaten heeft. Hier kunnen we uit afleiden dat Kurtz bereid is tot het uiterste te gaan: hij heeft de ‘horrors’ getrotseerd.Overigens is hierin natuurlijk ook een commentaar op de Vietnam-oorlog te lezen. De gekte en de waanzin waarmee de soldaten werden geconfronteerd. Door Willard op zijn reis te volgen, biedt Coppola de kijker een blik op deze waanzin. Kurtz’ dualisme
De stem van generaal Corman heeft autoriteit en is daarom volgens Rimmon-Kenan een betrouwbare bron van informatie. Zij noemt dit een authoritative voice. (Rimmon-Kenan 1983: 60) De generaal laat een foto zijn waarop een smetteloze Kurtz in uniform te zien is. Een beeld dat goed past bij de smetteloze carrière die door de generaal verhaald wordt. Dit beeld biedt een mooi contrast met de woorden van Kurtz die we op de tape horen en duidt daarmee aan dat Kurtz wel degelijk veranderd is. Met de foto en de bandopnames wordt zijn dualistische karakter in een scène op tafel gelegd. Willards perspectief
Tijdens Willards reis op de rivier leest hij regelmatig in het dossier van Kurtz. Dit is de belangrijkste informatiebron voor dit deel van de film. Toch krijgen we de informatie niet droog voorgeschoteld, omdat alles geïnterpreteerd wordt door Willard. Daarbij voorziet hij ons van zijn eigen inzichten: hij reflecteert op de feiten die hij leest over Kurtz en probeert zich, net als de kijker, een beeld van hem te vormen. Net als het publiek zoekt hij naar motieven, waarom de kolonel deed wat hij deed, en probeert Willard een coherent personage te maken van Kurtz. Hij wil weten waar hij tegenop moet boksen als hij de kolonel eindelijk ontmoet. De vragen die Willard zich stelt, zoals waarom Kurtz bij de groene baretten wilde terwijl hij er eigenlijk al te oud voor was, zorgen ervoor dat bepaalde feiten als opmerkelijk gemarkeerd worden. Naarmate Willard meer leest begint hij Kurtz beter te begrijpen. Hij krijgt bewondering voor de man die hij moet vermoorden. Willards zienswijze gaat ook steeds meer op die van Kurtz lijken. Een voorbeeld hiervan is de scène waarin de ploeg van de patrouilleboot uit zenuwen de onschuldige bemanning van een sampanboot uitmoord. Er leeft nog één slachtoffer. Deze zouden ze volgens het boekje moeten verzorgen. Willard schiet haar dood en in zijn voice over vat hij heel kort samen waarom Kurtz zo’n hekel heeft gekregen aan het leger:

“We’d cut them in half with a machine gun and give them a
band aid. It was a lie, and the more I saw of them, the more
I hated lies. […] I felt I knew one or two things about Kurtz
that weren’t in the dossier.”

Omdat het geheime dossier een officiële waarde heeft, geldt het als een autoriteit, net als de stem van kolonel Corman. Daarom valt het dossier ook onder directe definitie. Naast officiële documenten bevat het dossier foto’s, krantenknipsels en brieven van Kurtz aan zijn gezin. De foto’s helpen ons een beeld te vormen van de gebeurtenissen uit het leven kan Kurtz. Er zijn portretfoto’s van Kurtz in uniform, foto’s van zijn gezin en operaties die hij heeft uitgevoerd. Brieven van Kurtz
De brieven geven ons directe toegang tot het personage; zijn gedachten en gevoelens worden aan ons geopenbaard via de tekst. De brieven zijn een verwijzing naar Kurtz z’n sociale omgeving. Voordat hij naar Vietnam gestuurd werd, was hij een vader van een gezin. Zoals uit de brief blijkt, geeft hij veel om zijn zoon. In de brief die Willard voorleest probeert Kurtz aan zijn zoon uit te leggen waarom hij beschuldigd is van moord. Kurtz had opdracht geven tot de moord van vier Vietnamese dubbelspionnen. Kennelijk had hij de goede vier te pakken, want na de operatie was de Vietcong niet meer operatief in zijn sector. Toch wilde het leger hem ervoor vervolgen omdat hij buiten het boekje had opgetreden. Vanaf dat moment vormde hij een risico voor het leger en werd hij als een gevaar beschouwd. Kurtz zit daar niet zo mee, zoals hij in zijn brief schrijft: “As for the charges, I’m unconcerned. I’m beyond their timid, lying morality. And so I’m beyond caring.”Uit zijn woorden wordt duidelijk zijn afkeer voor de dubbele moraal van het leger onderstreept. De tekst heeft daarom dezelfde functie als de tweede bandopname die we in de briefing scène hoorde. Het feit dat hij überhaupt de zaken probeert uit te leggen aan zijn gezin is een duidelijke aanwijzing voor Kurtz’ ‘humane’ kant. Hij wil dat zij de waarheid weten, wat er ook gebeurd. Daarom vraagt hij Willard later zijn zoon uit te leggen wat hij heeft geprobeerd te doen. De reis van Willard
Naast het dossier komen er tijdens de reis van Willard andere indicatoren voor die helpen een beeld te vormen van Kurtz. Sommige indicatoren dienen als contrast met het Kurtz personage. Zo komt Willard in aanraking met Kilgore. Kilgore is de gung-ho officier die op nogal eigenzinnige wijze oorlog voert. Zo laat hij een groep bomen met napalm bestoken om ademruimte te creëren. Willard vraagt zich terecht af wat de legerleiding tegen Kurtz heeft als ze Kilgore’s methoden geen probleem vinden. Willards commentaar geeft de analogische functie aan van Kilgore: aan de ene kant bewijst Kilgore dat men nogal ver ging in Vietnam, aan de andere kant beseffen we dat Kurtz het wel erg bond moet hebben gemaakt – nog veel erger dan Kilgore – om door het leger doodgewenst te worden. Dennis Hopper
De laatste belangrijke stem die iets over Kurtz vertelt voordat we hem daadwerkelijk in de film zien, is de fotojournalist, gespeeld door Dennis Hopper, die is blijven hangen bij de tempel van Kurtz. Dit personage is een combinatie van Hopper zelf, fotojournalisten die de oorlog versloegen als Sean Flynn en de Rus uit Conrad’s Heart of Darkness die Marlow verwelkomt. Coppola omschreef het karakter als: “a foil and a fool to Brando’s king.” (Cowie 2000: 82-3) Hij functioneert als een spiegel en nar van de koning. Hoppers personage is niet zo betrouwbaar – niet een authoritative voice – als de eerdere stemmen. Hij is duidelijk de kluts kwijt. Toch geeft hij een rake typering van Kurtz:

“He can be terrible, he can be mean, he can be right. He’s fighting the war. He’s a great man. […]But you don’t judge him like an ordinary man.”

Later, als Willard gevangen is genomen, voegt Hopper nog toe:
‘The man is clear in his mind, but his soul is mad.”Volgende keer Kolonel Kurtz en zijn ‘horror’…

Literatuur
Bordwell, David en Thompson, Kristin. Film Art. An Introduction. 5th edition. New York: McGraw-Hill, 1997.

Cowie, Peter The Apocalypse Now Book. Faber and Faber LTD, 2000

Dyer, Richard. Stars. London: British Film Institute, 1998.
Rimmon-Kenan, Shlomith. Narrative Fiction. Contemporary Poetics. London: Methuen, 1983.

Door Michael Minneboo

Michael Minneboo is een freelance journalist gespecialiseerd in popcultuur, fancultuur, strips, film, online media en beeldcultuur. Hij schrijft over onder andere comics, Nederlandse strips & animatie en interviewt makers uit binnen- en buitenland. Daarnaast geeft hij lezingen en adviseert hij particulieren en bedrijven over bloggen.