Categorieën
Strips

Ger van Wulften: Stripondernemer pur sang

Ger van Wulften wordt op de Stripdagen terecht onderscheiden voor zijn bijzondere verdiensten voor het beeldverhaal. Al meer dan veertig jaar is deze eigenzinnige uitgever een stimulans voor de Nederlandse stripwereld.

‘Als je keuzes maakt, dan moet je ze ook volledig uitvoeren. Je gaat ergens voor of niet. Dat is voor mij altijd een rode draad geweest,’ vertelt Ger van Wulften (1945). ‘Ik heb nooit iets uitgegeven waar ik niets meer van wil weten. Een enkel boek misschien,’ zegt hij met een glimlach.

We spreken elkaar in een van de vertrekken van Uitgeverij Xtra in Amsterdam, waar grote posters aan de muur hangen van recente en toekomstige uitgaven, maar waar men niet snel sporen zal vinden van zijn uitgeversverleden. Van Wulften leeft in het nu en kijkt niet graag terug. ‘Geweest is geweest,’ stelt hij. ‘Volgens mij hebben we het allemaal goed gedaan, al zullen anderen daar wellicht anders over denken.’

Illustratie: Fred de Heij

Zaterdag 25 september krijgt hij op de Stripdagen in Houten de P. Hans Frankfurtherprijs. Deze prijs, vernoemd naar de in 1996 overleden oprichter van het Stripschap, wordt ieder jaar uitgereikt aan een persoon die zich op bijzondere wijze heeft ingezet voor het medium strip. Het werd hoog tijd dat de eigenzinnige Van Wulften een dergelijke erkenning kreeg. Hij draait al meer dan veertig jaar mee in het stripwereldje. Als uitgever en vormgever van strips en stripbladen als De Balloen en tegenwoordig Pulpman, organisator van evenementen en stimulator van nieuw talent.

In de jaren zeventig en tachtig presenteerde hij een jonge, veelbelovende generatie stripmakers aan het grote publiek. Talent als Gerrit de Jager, Hein de Kort en Eric Schreurs bood hij een podium. ‘Schreurs (van Joop Klepzeiker) ontmoette ik tijdens een tekensessie in stripwinkel de Zaak Zonnebloem in de Haarlemmerstraat in Amsterdam. Daar zat hij te tekenen. Je staat naar de man te kijken, kijkt nog eens rond naar de andere tekenaars en je beseft dat hij hét heeft. Er zat persoonlijkheid in zijn werk. Schreurs deed alles met intensiteit en eerlijkheid. Hij had boeiende dingen te vertellen, verhalen die overigens voor die tijd schrikbarend ver gingen. In vergelijking met de strips die er toen uitkwamen was Schreurs andere koek. Het was spannend, dus dat wilde ik uitgeven.’

Nekschot
Van Wulften heeft altijd oog gehad voor gewaagde strips waar andere uitgevers hun vingers niet aan durven branden. ‘Dat soort werk heeft iets te melden, vind ik. Het moet een beetje schuren, mag tegendraads zijn. Overigens hoeft het boek helemaal niet mijn mening te zijn,’ zegt Van Wulften die twee bundels uitgaf van Gregorius Nekschot, de cartoonist die in 2008 werd aangehouden omdat zijn grappen discriminerend jegens moslims zouden zijn en zelfs tot haat zouden aanzetten. Van Wulften: ‘Nekschot is natuurlijk geen tekenaar met een hoge aaibaarheidsfactor. Het is geen Disney. Hij heeft een heel uitgesproken mening, maar alle meningen mogen gehoord worden, vind ik. Er hoort geen censuur te zijn. Gelukkig hebben we het uitgegeven en kwamen we redelijk uit de kosten.’

Of hij het volgende boek van Nekschot ook zal uitgeven, weet Van Wulften nog niet. ‘Dat hangt van het werk zelf af en of daar ontwikkeling in zit. Ik heb tegen hem gezegd dat hij zijn repertoire moet verbreden. Dat hij het verbeelden van het ongenoegen in de samenleving breder moet gaan zien.’

Theo van Gogh zat ook in het fonds van Van Wulften. Toen de filmmaker een locatie nodig had om Charley (1986) op te nemen, bood Van Wulften zijn huis aan als locatie. ‘Vrienden is misschien een groot woord,’ zegt de uitgever over zijn relatie met de vermoorde cineast, ‘maar we hebben altijd door één deur gekund en altijd goed voor elkaar gezorgd.’ Van Wulften is niet bang in een bepaalde hoek geplaatst te worden door wat hij uitgeeft. ‘Ach, daar heeft iedere uitgever wel last van dat je een bepaald label opgeplakt krijgt. Daar kan ik me niet mee bezighouden. Dat is een probleem voor de labelaars.’

Manager
Van Wulften was de eerste in Nederland die grote evenementen organiseerde rondom strips, met prijsuitreikingen voor stripmakers waar een hele show omheen zat. Daarnaast runde hij een management en boekingskantoor en organiseerde hij optredens voor mensen als Bram Vermeulen, Herman Brood en Van Gogh, vaak in combinatie met stripmakers die de muziek hadden ontdekt. Op stripvlak begon hij als vormgever van stripbladen als Pep en Eppo, daarna gaf hij ook zelf stripmagazines uit als Gummi, met daarin kwaliteitsstrips van onder andere Dick Matena, Will Eisner, Claire Bretécher, Jacques Tardi en Marcel Gotlib. Aan de andere kant van het spectrum zitten de erotische strips van Penthouse Comix die Van Wulften ook uitgaf.

Oudpapierstalletjes
Gevraagd naar of hij blij is met de onderscheiding, antwoordt Van Wulften dat hij het hartstikke leuk vindt, maar dat hij tevens zijn twijfels heeft over de organisator van de Stripdagen. Volgens Van Wulften gaat het niet goed met de Nederlandse stripbeurzen en vooral die in Houten is op sterven na dood. ‘Ze hadden ooit een gigantische aandacht,’ vertelt hij. ‘Het waren grote beurzen met veel bezoekers. Dat heeft het Stripschap zelf naar de klote geholpen. De beurzen zijn alleen maar kleiner geworden, want de nieuwe generatie laat ze links liggen’

Daar snijdt Van Wulften een heikel punt aan, dat overigens geldt voor meer stripbeurzen in de lage landen die vooral een stoffig imago uitdragen. ‘Het is een plek vol oud papierstalletjes. Men focust te veel op het stukje papier met poppetjes. Vind je het gek dat daar niemand op afkomt?’ Om jongeren te trekken moet de stripwereld samenwerken met de game-industrie en animatie-industrie, vindt de uitgever. ‘Ik heb vaak genoeg gesprekken gehad met het Stripschap, maar daar komt niets uit. Ik heb wel sympathie voor de mensen die erin zitten, daar niet van.’

Gebrek aan talent
Wat de nieuwe, jonge generatie stripmakers betreft ziet Van Wulften het somber in. Hij heeft ook geen hoge pet op van de stripmakersopleiding in Zwolle die vorig jaar september is gestart. ‘Wat er in Nederland gemaakt wordt, vind ik van een bedroevend peil. Wat betreft talent gaat het helemaal niet goed. Dat is allemaal uiterst mager en onopgeleid. Op die opleidingen zitten allemaal leerkrachten die niet weten waar ze het over hebben. De stripmakers waar ik mee gewerkt heb die wisten hoe ze een verhaal moeten vertellen. Ze wisten hoe ze dingen krachtig moeten uitbeelden. Dat waren natuurlijk de exponenten van die generatie, maar stripmakers van dat kaliber zie ik op dit moment nergens.’ Desondanks staat de deur bij uitgeverij Xtra altijd open voor nieuw talent.

De Stripdagen zijn op 25 en 26 september in de Expo te Houten. Het thema van deze editie is 100 jaar Scouting.

Dit interview stond in VPRO Gids #39

Door Michael Minneboo

Michael Minneboo is een freelance journalist gespecialiseerd in popcultuur, fancultuur, strips, film, online media en beeldcultuur. Hij schrijft over onder andere comics, Nederlandse strips & animatie en interviewt makers uit binnen- en buitenland. Daarnaast geeft hij lezingen en adviseert hij particulieren en bedrijven over bloggen.

30 reacties op “Ger van Wulften: Stripondernemer pur sang”

De journalist had Van Wulften wel wat meer weerwerk kunnen geven. Nu blijven zijn uitspraken nogal in de lucht hangen. Ik was het afgelopen weekeinde in Houten en ik had niet de indruk dat ik een stripbeurs bezocht die op sterven na dood is. Zaterdag lekker druk, zondag liep het redelijk door. De Stripdagen blijven de belangrijkste stripbeurs van Nederland, zowel qua bezoekersaantallen en uitstraling.
En ja, de Stripdagen en andere stripbeurzen richten zich op papier. Logisch, want (strip)uitgevers en beurshandelaren doen alleen maar in papier. Digitale producten zijn nog ver te zoeken. Ook bij van Wulften! Is dat erg? Nee, want het voldoet aan een behoefte onder stripliefhebbers om een evenement te bezoeken dat nieuwe boeken onder de aandacht brengt, waarbij tekenaars kunnen worden ontmoet en om lekker te grasduinen in bakken vol oud papier. Leuk! Ik zie het heikele punt dan ook niet.
Dat neemt niet weg dat er inderdaad weinig jeugd rondloopt. Volgens Van Wulften moet daarom worden samengewerkt met de games- en animatieindustrie. De vraag is natuurlijk of dat wel werkt. De organisatie van de Stripdagen Houten heeft de afgelopen jaren wel degelijk samengewerkt met allerlei aanverwante organisaties. Ik kan me bijvoorbeeld nog een samenwerking herinneren met Fox KIds/Jetix en het Holland Animation Film Festival. En dit jaar was er veel aandacht voor manga. Of dit nou zoveel extra (jonge) bezoekers trekt, waag ik te betwijfelen. De stripwereld trekt nu eenmaal een ander en doorgaans ouder publiek, en de jeugd leest nog wel strips, maar is in meer dingen geinteresseerd. Bovendien ontbreekt het eenvoudigweg aan geld om zo’n grootschalig evenement op poten te zetten.
Van Wulften moet ook niet steeds naar Het Stripschap wijzen. Er zal ongetwijfeld vanuit het verleden gezien een hoop op aan te merken zijn, maar in de praktijk is Het Stripschap een kleine vereniging geworden, die het hoofd net boven water kan houden en kampt met een groot tekort aan vrijwilligers. Steeds wijzen op hoe het vroeger was heeft weinig zin. Daar houdt Van Wulften zelf ook niet van, lees ik in het interview, dus dan moet-ie zelf ook niet doen. Het was interessanter geweest als hij zijn collega-uitgevers en ook tekenaars had opgeroepen om mee te helpen met het versterken van de Stripdagen. Het Stripschap kan dat niet alleen.
Zijn kritiek, tot slot, over de nieuwe stripopleiding in Zwolle vind ik een jaar na het begin van dit initiatief voorbarig. Ook hier mis ik namelijk de onderbouwing en blijft het, zoals de rest van het stuk, toch een hoop geroeptoeter vanaf de zijkant. Leuk om op te schrijven en te lezen, maar voor iemand die zo’n prijs van Het Stripschap krijgt en accepteert, vind ik nogal misplaatst.
Ger van Wulften nam afgelopen zaterdag de P. Hans Frankfurter-prijs in ontvangst zonder een dankwoord uit te spreken. Misschien lag het aan podiumangst, maar hij had hier natuurlijk zijn zorgen kunnen uitspreken en een lans kunnen breken voor een andere aanpak. Een gemiste kans.

Hoi Rik,
Bedankt voor je uitvoerige reactie.
Ik voel grote sympathie voor de organisatie van de stripdagenm maar ik denk wel dat Van Wulften de vinger op de zere plek legt. En dat sentiment wordt door veel mensen gedeeld. Aansluiting bij de game-industrie zou nieuwe mensen naar de Stripdagen kunnen brengen. Het gaat er Ger om dat vooral een ouder fanpubliek naar de Stripdagen komt en dat de nieuwe generatie praktisch ontbreekt. Je zegt het zelf in je comment: “De stripwereld trekt nu eenmaal een ander en doorgaans ouder publiek, en de jeugd leest nog wel strips, maar is in meer dingen geinteresseerd.”
Dat er ouderen op afkomen betekent helemaal niet dat het zo hoeft te blijven. Liever niet zelfs, want als die ouderen opeens niet meer komen, en er is inmiddels geen nieuw publiek aangeboord, dan blijft het dus leeg op de beurs. En ja, de jeugd is vooral in andere dingen geinteresseerd. Daarom moet er aansluiting worden gezocht bij die interesses om die kids naar de beurs te krijgen.
Rob van Bavel bijvoorbeeld, die volgend jaar zijn beurs in het centrum van Breda heeft, nodigt buitenlandse gasten uit voor zijn beurs om mensen te trekken. De Stripdagen Haarlem kijken verder dan de boekjes van papier en organiseren interessante exposities en een illustratie biënnale. Kortom, men kijkt verder dan alleen de overbekende stripverzamelaar. En dat is niet alleen toe te juichen, het is noodzakelijk.

Wat Van Wulften ook bedoeld, is dat er niet alleen ouder publiek op de beurs rondloopt, er lopen ook veel mensen rond die voor oude strips komen. Het standaard beeld dat er alleen mensen komen die hun Kuifjeverzameling of Suske en Wiske verzameling willen completeren, lijkt ook de waarheid te worden als je op de Stripdagen rondloopt.

En dat Van Wulften wijst naar het Stripschap lijkt me logisch daar de beurs door het Stripschap wordt georganiseerd en omdat hij, naar eigen zeggen, al vaker met de organisatie heeft gepraat en plannen heeft gepresenteerd.

Als je nieuwe mensen interesseert voor het medium komt het misschien ook nog wel goed met die vrijwilligers voor het Stripschap. Je kunt wel denken dat het allemaal zo moet omdat het al jaren zo gaat, maar daar komen we mijns inziens niet verder mee. En wat geldtekorten betreft: je kunt je neerleggen bij een klein budget, je kunt je ook inzetten om de juiste sponsors te vinden voor je evenement. Ik zeg niet dat het Stripschap dat niet doet, want zover zit ik niet in de organisatie. Jij wel volgens mij, je mag overigens de volgende keer wel vermelden bij je reactie dat je redacteur bent bij Stripschrift dat verbonden is aan het Stripschap. Bij deze.

Tot slot, wat betreft Van Wulften van repliek dienen in het stuk: ik beschouw dat niet mijn taak bij dit betreffende artikel. Het uitgangspunt van het artikel was duidelijk maken aan de VPRO-lezer waarom Van Wulften deze prijs heeft gekregen, wat hij gedaan heeft in de afgelopen veertig jaar in de Stripwereld. En om van deze veteraan te horen wat zijn visie is op de Nederlandse stripwereld en wat hij ervan vindt om deze prijs te krijgen. Zoals je hebt kunnen lezen is zijn houding ten opzichte van de prijs ambivalent. En hoewel ik het persoonlijk niet helemaal eens ben met Ger wat het nieuw talent betreft, kan ik mij aardig vinden in zijn kritiek wat stripbeurzen in Nederland betreft, zoals je hierboven hebt kunnen lezen. Maar voor beide thema’s geldt dat ik het niet op zijn plaats vind om dat in het stuk te verwerken.

Stripschrift is al sinds 2002 zelfstandig en op geen enkele manier verbonden aan Het Stripschap, behalve dat Het Stripschap ons in datzelfde jaar contractueel de opdracht heeft gegeven om het blad te produceren en daarbij een korting heeft bedongen voor haar leden. That’s it. En zolang wij niet failliet gaan blijft dat ook zo.

Dat Sanders zijn privémening uit zonder zijn functie te vermelden is daarom niet onkies, en de waas van belangenverstrengeling die Minneboo er daarna overheen drapeert is volkomen onterecht. Ook het colofon van ons blad verdient het om gelezen te worden, zo blijkt maar weer.

Ik heb bij het lezen van Minneboo’s artikelen sowieso vaak het gevoel dat enig historisch perspectief bij hem ontbreekt en dat hij zich vooral laat leiden door de waan van de dag.
Maar verder is het een sympathieke vent, hoor, lezers!

Goh, Arco. Dat is een zware aantijging die je daar plaatst. Ik ben benieuwd naar je onderbouwde argumentatie daarvoor en voorbeelden die je uitspraak ondersteunen. Maar zullen we het even bij het onderwerp houden voordat we ongefundeerd met modder gaan gooien? Het onderwerp is namelijk de uitspraken van Ger over de Stripdagen en de reacties daarop. En nog even reagerend op het feit dat Sanders als redactielid van Stripschrift reageert: het lijkt me niet meer dan logisch, om de lezers op dit blog daarop te wijzen. Die zijn niet allemaal op de hoogte wie voor wat schrijft. Maar als jij stelt dat Stripschrift volledig onafhankelijk is van het Stripschap dan neem ik dat gemakshalve van je aan. Al lijkt de aanname dat jullie iets met elkaar te maken hebben niet zo gek als je in opdracht van Het Stripschap je blad uitgeeft.

Sorry, Michael, valt me nu pas op: je bent bij je artikel helemaal vergeten te melden dat jij dit jaar lid bent van de commissie die Het Stripschap heeft geadviseerd bij het toekennen van de prijzen. Staat goed op je cv, jôh. Niet meer vergeten, hoor!

Dat ik dit jaar lid ben van de jury van de Stripschapprijzen staat volledig los van mijn werk voor de VPRO Gids of mijn werk voor welk ander blad. Dat is niet relevant voor de lezer van de VPRO Gids. Al zijn mijn opdrachtgevers daarvan wel op de hoogte natuurlijk.

Verder maak ik daar op andere plekken, waar die informatie wel relevant is, geen geheim van. Zie de andere stukken op mijn blog. Ga jij bij ieder stuk wat je schrijft je nevenfuncties vermelden? Ik dacht het niet. En daarbij: het zijn uitspraken van Ger van Wulften die ik als journalist opteken, niet als lid van een comissie. En het feit dat ik met veel plezier in de jury heb gezeten dit jaar, betekent niet dat ik kritiekloos naar een organisatie als Het Stripschap kijk. Of dat ik mijn ideeën niet met mensen als Meerten deel.

Ik heb het idee dat je je persoonlijk aangevallen voelt en dat is jammer. Een discussie over hoe stripbeurzen beter kunnen lijkt me wenselijk. Het kan geen kwaad om eens te horen wat andere mensen daarvan vinden. We willen uiteindelijk allemaal dat dingen beter gaan in de stripwereld. Dialoog is het begin van verandering.

Hoi Michael,
Ik reageerde met mijn uitgeverspetje op, op jouw reactie op Rik, niet op de inhoudelijkheid van het artikel zelf. Daar heb ik een ander petje voor en hobby en werk hou ik strikt gescheiden.
Ik heb helemaal geen zin en tijd om te gaan zoeken naar voorbeelden. Maar ik weet dat ik bij diverse van jouw artikelen me regelmatig bijna hardop heb afgevraagd: ‘Maar weet hij dan niet dat…’

Van het artikel en Gers ideeën heb ik kennis genomen (inderdaad al eerder met Ger erover gesproken) en die worden zeker meegenomen bij de evaluatie, zoals elke mening die wij gevraagd of ongevraagd te horen of te zien krijgen. Ik voel me in het geheel niet persoonlijk aangevallen, hoor. Alle kritiek is juist van harte welkom.

Ik ben toch erg benieuwd naar welke feitelijke onjuistheden je in mijn stukken hebt gevonden. Zeker als je zo beweert dat ik gebrek aan historische kennis zou hebben, kun je je er niet van afmaken dat je nu geen tijd of zin hebt om dan te vertellen om welke stukken of feiten het gaat. Dan wil ik ook bewijzen zien. Niet alleen omdat ik niet van loze aantijgingen houd, maar ook omdat, als er fouten zouden staan in mijn stukken, dan graag wil weten welke. Ik neem mijn werk als journalist namelijk serieus en sta achter alles wat ik schrijf.

We praten langs elkaar heen, dus blijkbaar was ik niet duidelijk genoeg.
Ik merkte bij lezing van jouw teksten meerdere malen dat er standpunten werden ingenomen of vragen werden gesteld waarbij werd uitgegaan van feitelijk verkeerde vooronderstellingen. Als ik zoiets merk is de rest van het artikel voor mij drijfzand en haak ik af. Dat ik die teksten nu niet wil en kan opzoeken maakt mijn waarnemingen niet minder waar.

Sorry Arco, als je zo vaag blijft praten dan neem ik je commentaar niet serieus. ‘Bij meerdere van mijn teksten? welke teksten bedoel je dan? Naar welke vragen verwijs je dan? Als je iets beweert en bent daarna niet bereid om met voorbeelden op de proppen te komen, dan ben je aan het trollen zoals dat heet. Daar is een mooie plek voor op het internet die GeenStijl heet. Ik wens je daar veel plezier.

De discussie begint wat ingewikkeld te worden met al die verschillende petten van iedereen die al dan niet opgezet worden! Dat was ook de reden dat ik reageerde als lezer en bezoeker/deelnemer aan de Stripdagen, en niet zozeer als redacteur Stripschrift. Misschien had ik wel moeten melden dat ik lid ben van Het Stripschap!
Ik wil even terug naar de stripbeurzen. Ik begrijp dat het niet de bedoeling is om de geinterviewde (Ger van Wulften in dit geval) van repliek te dienen, maar ik vind wel dat verregaande uitspraken in een context geplaatst moeten worden. Zeker als ze aantoonbaar onjuist zijn. De Stripdagen Houten zijn niet op sterven na dood, en zeker niet in vergelijking met andere stripbeurzen. Dat Van Wulften geen toekomst meer ziet in dit soort beurzen is een ander verhaal.
Ik weet wel dat hij zich zorgen maakt en daar ideeen over heeft en dat siert hem. Want van veel van zijn collega-uitgevers en van veel striptekenaars hoor je weinig tot niets over het vraagstuk hoe je de jonge generaties bij het beeldverhaal kan betrekken. Het Stripschap zou hier een stimulerende rol in kunnen spelen, maar daar valt gezien het gebrek aan actieve leden en de kleine kas weinig van te verwachten.
Je noemt Van Bavel, die met zijn Stripdagen in Breda naar september gaat verhuizen, twee weken voordat de Stripdagen in Houten normaliter plaatsvinden. Ja, daar zit de stripwereld op te wachten! Bovendien, dat hij buitenlandse tekenaars naar Nederland haalt, gebeurt toch ook in Houten? Daarbij, Van Bavel is bij uitstek een uitgever/organisator met nostalgische gevoelens. Die richt zich met Eppo helemaal niet op de jeugd, maar op die mannen van 30plus en ouder met die linnen tasjes en die dikken buiken die naar Houten komen! 🙂
En dan de Stripdagen in Haarlem. Altijd leuk en interessant, en ze zoeken de grenzen en raakvlakken op, maar het slaat zo vaak door naar artyfarty-navelstaarderij. Ik denk dat de afgelopen Stripdagen in Houten met de padvinders als thema, de manga en de duurste Nederlandstalige strip meer jongeren/ander publiek heeft getrokken dan Haarlem dit jaar met allerlei vage Oostblokkers die net een wascootje kunnen vasthouden.

Het zou fantastisch als er een beurs was met strips, comics, games en animatie, met oud en jong publiek. De grote vraag is: wie gaat dit organiseren/betalen? Het Stripschap zie ik daar niet toe in staat. Het zou wat kunnen zijn voor de stripintendant met die pot geld van dat Fonds voor de Beeldende Kunsten. Maar ik begreep dat die alleen individuele tekenaars kan ondersteunen. Verder is er nog die nieuwe BVS, die belangenclub van striptekenaars. Die gratis krant van BVS is erg leuk, wie weet kunnen ze de krachten nog eens bundelen en allerlei partijen bij elkaar brengen.

Hoi Rik,
Het ging me inderdaad even om ook voor de lezers van het blog duidelijk te maken dat je meer bent dan een leek als het om stripbeurzen gaat en als het om inzicht in Het Stripschap gaat, als lid weet je er inderdaad meer van en misschien voel je je daarom ook meer geroepen om Het Stripschap ’te verdedigen’. En dat is je goed recht overigens.

Verder ben ik verheugd dat we een inhoudelijke discussie voeren over het fenomeen stripbeurs.

Het is natuurlijk ook niet zo dat Het Stripschap alles fout doet. Zeker niet, er staat toch ieder jaar weer een beurs in Houten. Maar men wil het graag anders. Dat vindt niet alleen Van Wulften, dat vinden er wel meer. Ik hoor geregeld wel van uitgevers dat ze de stripbeurs graag anders willen zien. Een meer divers publiek, frisse thema’s, zinnige verbindingen met andere media. Men wil dat strips uit het verdomhoekje komen, dat ze gewoon in de boekwinkel te krijgen zijn. Dat soort dingen. De Stripdagen stralen die frisheid niet uit. Sorry dat ik het zeg, maar 100 jaar scouting is niet bepaald een thema waar ik enthousiast van word als stripliefhebber. Niemand die ik erover sprak. Het riekt te veel naar stripbeurs anno 1970. Die tijden hebben we gehad.

En er lopen genoeg mensen rond met goede ideeën daarover. Men verwacht in dat opzicht weinig van Het Stripschap. Van Bavel richt zich met Eppo inderdaad in beginsel op nostalgische lezers, maar hij plaatst zijn beurs wel in het hart van Breda volgend jaar. Slim want zo trek je ook ander publiek, dan wanneer je op een stoffig industrieterrein je beurs plaatst. Dagjesmensen raken zo in aanraking met strips en ander publiek. Niet alleen de tasjesdragende veertigplusser. Dat maakt Haarlem ook aantrekkelijk. En om de grenzen op te zoeken van het beeldverhaal, daar ligt volgens mij een deel van de toekomst. Ik vind Houten al jaren te veel gefocust op de mainstream. Weer de bekende figuren die wel al jaren hebben gezien. Het beeldverhaal heeft zoveel meer te bieden dan Agent 327, Donald Duck en Sjors en Sjimmie. (Om maar een paar bekende figuren te noemen.) Ik juich die focus van Haarlem juist toe. Al is die beurs natuurlijk ook niet perfect. Peter Breedveld heeft daar in juni nog een uitvoerig essay over geschreven in VN.

Wie moet het regelen, wie gaat dat betalen? Goede vragen. Ik ben het met je eens: Ik zie Het Stripschap dat op dit moment niet doen. Gert Jan Pos is er inderdaad meer voor de stripmaker zelf en heeft daarmee al een vol bord. Daarnaast zie je dat hij wel dingen organiseert als de Kunststripbeurs en dat dit aanslaat. Er zijn dus wel initiatieven te bedenken die buiten het stripbeursidee zitten. BNS is een optie, maar er zijn er vast wel meer. Misschien een idee om daarover eens live verder te praten. Misschien met BNS erbij en Gert Jan. Ik juich discussie over dit onderwerp alleen maar toe.

Ik kan mij toch ook wel vinden in de kritiek van van Wulften. Ik kom al sinds 1982 op de stripdagen en heb geen editie gemist. Mijn gevoel over houten is tweezijdig, aan de ene kant is het gezellig en waren er veel nederlandse tekenaars aanwezig. Aan de andere kant is het natuurlijk bedroevend hoe weinig “grotere” namen of internationale tekenaars er aanwezig zijn. En vooral, hoe weinig grote uitgeverijen er aanwezig zijn. En de lokatie is natuurlijk niet geschikt als je meer toeschouwers of passanten wil trekken. Je moet dan niet op een vergelegen industrieterrein gaan zitten, maar veel meer in een stad, die wellicht mee wil werken het budget ook wat te verhogen.
Ik las hier eerder dat Houten de grootste beurs blijft, dat verbaast me eerlijk gezegd . In Breda heb ik toch heel veel volk gezien en veel meer “interessante” tekenaars. Ook comic tekenaars bijvoorbeeld.
Het zou toch zo moeten zijn dat een beurs georganisserd door het stripschap de grootste moet zijn en dat er veeeeeeeeel meer stripauteurs en uitgeverijen moeten zijn. Nu zijn het inderdaad vaak dezelfde stoffige kraampjes die je steeds weer ziet. Het wordt dan een veredelde markt.
Ik geloof heilig dat de medewerkers van het stripschap hun best doen en wil geen afbreuk doen aan het harde en onbetaalde werk voor het organiseren van deze beurs, maar steeds maar roepen dat mensen/uitgeverijen niet willen komen, tjsa…..dat is misschien te makkelijk.
Je zult toch groter moeten denken en inderdaad misschien met games/films/tv-series en weet ik niet veel. Veel meer media-aandacht en een lokatie waar ook veel “eenmalige” bezoekers kunnen komen, dus in een centrum van een stad met veel aanloop. Met lage toeschouwersaantallen zullen ook de uitgeverijen niet geinteresseerd raken, een vicieuze cirkel.

Gers kritiek snijdt wel degelijk hout, en Arco’s persoonlijke aanvallen op Michael zijn niet zo kies.

Ook ik vind de stripdagen in Houten een nogal troosteloze aangelegenheid waarin vooral nostalgisch wordt teruggekeken naar de tijd van de Eppo, de échte Eppo. Vernieuwing is er in het geheel niet en een crossover naar de gamewereld is een goed idee.

Sterker nog, ik heb het er al vaak met Ger over gehad. Het idee is een game-evenement te organiseren waar ook stripmensen bij mogen aansluiten. Zo ontdekt de jeugd coole strips. Geen Bert & Bertje of Simon Slavink, maar Naruto en The Walking Dead, het werk waarmee Silvester, De Vliegende Hollander en Xtra in positieve zin opvallen.

De hele Nederlandse stripwereld ligt op zijn (creatieve) gat. Ik kreeg laatst die stripkrant in handen, die een staalkaart moet zijn van wat Nederland te bieden heeft, en daar sprongen de tranen van in mijn ogen (zo emotioneel ben ik nou). Wat een droefenis. Allemaal pogingen om Sigmund en Heinz te evenaren, wat toch niet gaat lukken. Niemand is meer geïnteresseerd in het vertellen van een goed verhaal, om maar niet te sreken van geïnspireerd tekenwerk.

In plaats van in een reflex op Gers kritiek te reageren, zou je er ook je voordeel mee kunnen doen. There’s an idea.

Om te beginnen: het Stripschap ben ik dankbaar voor de erkenning in de vorm van de Frankfurtherprijs. Het was inderdaad passend geweest wanneer ik op het podium een vlammend dankwoord had uitgesproken. Ik had iets voorbereid, maar dat kwam er op het moment zelf niet uit. Ik ben geen podiumdier; mijn rol is in de coulissen. De eerlijkheid gebied mij te zeggen dat de toekenning mij, als luis in de pels, aanvankelijk dubbele gevoelens bezorgde. Maar uiteindelijk heb ik mij de prijs met plezier laten aanleunen en genoten van een feestelijk weekend.

De door mij voorbereide korte speech bestond overigens niet uit kritiek, maar uit een zeer welgemeend woord van dank aan de personen die mij in de loop der jaren onvoorwaardelijk hebben gesteund op voor mij cruciale momenten. Dankzij hen besta ik na vier decennia nog altijd als stripuitgever.

Ondanks mijn rol op de achtergrond heb ik mij al die jaren wel degelijk druk gemaakt om het imago van de strip in brede zin. Niet als roeptoeter vanaf de zijlijn, zoals Rik Sanders zegt. Met Arco van Os, Meerten Welleman, Jos Watersloot en anderen binnen de traditionele stripwereld heb ik uitgebreid gesproken over mijn ideeën voor verbreding en verdieping van de stripbeurs.

Ook de stripkrant die wij als XTRA in een hoge oplage hebben uitgebracht, met aandacht voor beeldcultuur in bredere zin, was een poging om een nieuwe doelgroep aan te boren voor het medium strip. Bijvoorbeeld de vele twintigers en dertigers die zich met grafische programma’s, animatie en graffiti bezighouden, studenten aan kunstacademies, etcetera. Met de huidige dominantie van de beeldcultuur kan het niet zo zijn dat er geen aansluiting te vinden is met deze generatie. Ook met onze albumspecials, bijvoorbeeld ‘Varkens als zwijnen’, hebben we geprobeerd om over het medium strip heen te kijken.

Jammer genoeg vond onze krant geen weerklank bij collega-uitgevers, zodat we niet konden komen tot een gezamenlijke uitgave om aldus één vuist te maken, bijvoorbeeld in de boekhandel. Keer op keer lijkt het er op dat iedereen er vooral op uit is om zijn eigen nering te beschermen en de ander als bedreiging te zien. Een ander voorbeeld: de Maand van de Graphic Novel, waarover wij in de krant moesten lezen. De Bezige Bij/Oog & Blik, Silvester en De Vliegende Hollander kozen ervoor om de paar resterende collega-uitgevers niet over dit goede initiatief te informeren. Hopelijk kunnen we volgend jaar allemaal inhaken.

De echte pijn zit ‘m in het feit dat de strip in Nederland historisch is genegeerd en nooit als volwaardig is beschouwd door overheid, onderwijs en culturele instellingen. Dat kan het Stripschap alleen niet goedmaken, noch een eerste overheidsbijdrage van ruim een half miljoen. Het is daarom aan ons allen om de handschoen verder op te pakken, omdat we tenslotte allemaal dezelfde strijd voeren – maar dan graag met plezier en zonder kinnesinne. In Vlaanderen weten ze veel beter hoe dat moet, met goede opleidingen voor illustratoren en stripmakers en met een langlopend stripfonds, dat een uitstekende promotie verzorgt.

Vooralsnog – en hopelijk nog lang – zijn wij uitgever van papier met een omslag. Maar nieuwe ontwikkelingen laten zich niet tegenhouden. En uiteindelijk blijven poppetjes gewoon poppetjes, op welke drager zij ook verschijnen – dat maakt de toekomst uit, en het aanwezige talent.

Beste Ger en anderen die het serieus menen met de strip, ik sluit me volledig aan bij wat Ger te berde brengt over de situatie van de Nederlandse strip. Vooral ‘het beschermen van eigen nering en anderen als bedreiging zien’ vormt een hinderpaal van ongewone proporties in de Nederlandse situatie. Waar komt dat benauwde toch vandaan? Ik vrees dat het ingeslepen volksaard is. We weten het al eeuwen beter dan de buurman, zelfs als die ook best goede ideeën heeft en je samen echt een stap verder zou kunnen komen. Ik merk dat als bestuurslid van Het Stripschap, maar meer nog als initiatiefnemer van het Landelijk Overleg Striperfgoed, dat enkele jaren bestond, waar goed werd gediscussieerd, maar waar iedereen na het zoveelste overleg toch weer huiswaarts toog met het idee: maar ik doe het toch maar op mijn manier, want dat is het beste. Ik blijf echter hopen en mijn best doen om de koppen allemaal dezelfde richting op te krijgen waar het gaat om de thema’s die mij aan het hart gaan. Ik hoop, en vertrouw er ook wel op, dat jij Ger hetzelfde doet. Vroeg of laat moet dat iets op gaan leveren. Misschien moeten we nog eens praten, onze ideeën op een rijtje zetten en daar gericht werk van gaan maken. En iedereen die mee wil praten, denken en dan ook doen, sluite zich aan.

Gegroet!
Jos

Beste iedereen,

Graag wil ik deze discussie tot de zo correct door Michael geformuleerde kern terugbrengen: ‘Dialoog is het begin van verandering.’
Strips bij een nieuw – jonger, if you will – publiek brengen is een complex probleem dat alleen kan worden opgelost door het bundelen van krachten en een zo breed mogelijk scala aan initiatieven – die dan ook in hoog tempo worden genomen. Los van wat eenieder van het aanbod in de BNS-krant mag vinden, is het wel een valide onderneming die strips op een laagdrempelige manier bij mensen brengt die op een andere manier niet zo gemakkelijk in aanraking met strips komen. Voorts worden er momenteel talloze andere initiatieven ontplooid die strips bij een nieuw publiek onder de aandacht brengen. De KunstStripBeurs was al genoemd, graag wil ik daar het ‘comics-on-stage’-concept zoals Zone 5300 dat ontwikkeld heeft aan toevoegen. Zone 5300 deed dat al ettelijke jaren op het Lezersfeest in de bibliotheek van Rotterdam, onlangs is daar het Noorderzon Performance Arts Festival aan toegevoegd waar Zone 5300 in samenwerking met het Fonds BKVB voor het eerst de TheaterStripNacht organiseerde. Dit initiatief is met twee uitverkochte voorstellingen voor nieuw publiek zonder twijfel succesvol te noemen, en zal dan ook prolongatie krijgen. Meer ‘comics-on-stage’-voorstellingen op andere locaties staan op stapel, alleen kan ik daar in deze fase van de onderhandelingen nog geen informatie over geven. Mijn eigen plan (dat middels een interview met Michael elders op deze site globaal ter sprake komt) bevat ook diverse initiatieven op dit gebied. Sommige daarvan (zoals De Maand van de Graphic Novel, een idee van mijn mede-denktanker Mara Joustra) worden inmiddels zelfs al geïmplementeerd. Kans van slagen maken we echter alleen als we erin slagen het publiek een zo volledig mogelijk beeld te tonen van de brede waaier aan genres die het beeldverhaal biedt. Daar behoren de conventionele strips toe die traditioneel via de traditionele stripfestivals onder de aandacht worden gebracht, maar ook zeker de aan literatuur en kunst gelieerde strips die op andere wijze bij het publiek moeten worden gebracht. Het een sluit het ander niet uit, omdat strips zowel low- als highbrow elementen kunnen bevatten en derhalve ook aan de low- en highbrowzijde gepromoot moet worden.
Wat in elk geval als een paal boven water staat: hoe meer discussie, des te beter. The only thing worse than being talked about is not being talked about. Zolang strips zo vurig bediscussieerd worden in de publieke arena als hier nu gebeurt, wordt er aandacht voor gegenereerd. Vandaar dat ik ter besluit dit wil toevoegen:
Ga zo door, mensen!

Hartelijke groet,
Natasja van Loon

PS. @ Michael: het kwam afgelopen weekend door alle drukte niet ter sprake, maar een deel van de respons op mijn interview met jou heeft inmiddels follow-up gekregen. Voornamelijk datgene dat via privékanalen kwam. De respons die via het publieke kanaal van jouw website arriveerde, zal ik beantwoorden zodra ik er tijd voor heb.

Nagedachte: moet ik nou ook mijn CV hier vermelden? Indien ja:
Natasja van Loon
Schrijfster, copywriter, persvoorlichter, journaliste, fotografe, columniste, boekenredacteur Zone 5300, stripactivist, promotor beeldverhalen voor vrouwen.

Dat is inderdaad wel zo netjes, gezien je verbondenheid aan de Zone 5300. Net zo goed dat mensen die lid zijn van het Stripschap en reageren op dit topic dat ook moeten doen, zoals Jos netjes gedaan heeft. Dan weten de lezers uit welke hoek je komt. 🙂

Dank aan allen die inhoudelijk hebben gereageerd en nog gaan reageren op bovenstaand artikel. Het is interessant om de verschillende reacties te lezen en bemoedigend om er veel welwillendheid in te ontwaren. Eens kijken hoe er concreet stappen genomen kunnen worden. Ik hoop dan ook van harte dat de betreffende partijen – in het geval van de Stripdagen het Stripschap onder andere – naar de kritiek zullen kijken, zoals Peter Breedveld ook aangeeft in zijn commentaar. Gezien de uitnodiging tot dialoog van Jos van Waterschoot, ziet dat er vooralsnog positief uit.

Beste mensen,

Ook namens Het Stripschap en Stichting De Stripdagen bedankt voor jullie bijdragen aan deze discussie. Onze reactie volgt binnenkort.

Groet, Meerten

We zijn inmiddels drie maanden verder. Misschien is het mosterd na de maaltijd maar toch een reactie van Het Stripschap.

Ger van Wulften is een vakman in hart en nieren waar de stripwereld veel aan te danken heeft. Niet voor niets heeft hij de P. Hans gekregen. Ook houdt hij ervan om collega’s te prikkelen en zijn opmerkingen zie ik dan ook vooral in dat licht. Natuurlijk kwamen er vroeger veel meer bezoekers naar De Stripdagen. Het was toen het enige grote stripfestival in de hele Benelux, de oplagen van de stripbladen waren gigantisch, Donald Duck werd nog vooral door kinderen gelezen en alle grote striphelden kwamen ieder jaar wel met een nieuw album. Dat bij voorbaat op De Stripdagen ten doop werd gedragen. Meestal in het gezelschap van de grote namen die toen een heel stuk jonger waren dan nu, vergeet dat niet. Heel veel grote namen zijn inmiddels naar een betere stripwereld vertrokken. De stripwereld is veranderd en daarmee ook De Stripdagen. Maar de gedachte erachter niet, een evenement organiseren voor een zo groot mogelijk publiek en ook zoveel mogelijk stripmakers, van welk genre dan ook, de kans geven om zich op het evenement te presenteren.

Het stoffige imago. De kraampjes met bananendozen. Het is maar waar je van houdt. Veel stripliefhebbers, jong en oud, vinden het fijn om in die dozen te neuzen. Anderen houden van mooie stands. Wij ook. Het liefst zouden we iedereen zo’n stand aanbieden. In Expo Houten hebben we op andere beurzen gezien wat er allemaal mogelijk is. Maar voor onze standhouders is het, op een enkele uitgeverij na, niet te betalen. Inderdaad kan dat alleen bij heel veel meer bezoekers.

We zijn voortdurend in gesprek met allerlei partners, ook in de game – en filmindustrie, om De Stripdagen in die richting uit te breiden, maar dat is gemakkelijker gezegd dan gedaan. Die bedrijven hebben hun eigen festivals waar ze liever geld in willen steken. En vergis je niet, overal wordt op de centen gelet, ookal zijn de namen van die bedrijven nog zo groot. Nederland is en blijft op dat gebied een klein land. Bovendien zijn wij er om de strip te promoten en laat die nou vooral op papier worden gedrukt! Dan is niet iedere samenwerking vanzelfsprekend. Maar we staan open voor suggesties, hoor!

Voordat het Fonds BKVB een actieve rol ging spelen in de stripwereld probeerde Het Stripschap voortdurend stripmakers, uitgevers en organisaties aan tafel te krijgen om samen te werken om de problemen in de stripwereld, bijvoorbeeld publiciteit en verspreiding, op te lossen. Ger van Wulften was inderdaad een van de weinigen die daar gehoor aan gaf. Maar een blijvend overleg is het niet geworden. Zelfs niet op het gebied van striperfgoed, terwijl het Stripdocumentatiecentrum Nederland daar jarenlang veel energie in heeft gestopt. Toch blijft het enthousiasme bij organisaties als Het Stripschap en het SDCN bestaan.

De jeugd bereiken is inderdaad een belangrijk punt. Om die doelgroep weer voor strips te interesseren heb je de uitgevers en de media nodig. Eppo en Por Dios zijn een hele grote stap in de goede richting. Opeens maken tienduizenden lezers die opgegroeid zijn met de oude stripbladen Pep, Sjors, Eppo, Tina en Donald Duck weer kennis met strips. En hun kinderen ook. Maar vergeet niet dat strips iedere dag door miljoenen krantenlezers worden gelezen, oud en jong. Alleen gaat maar een klein gedeelte daarvan naar een evenement als De Stripdagen, of koopt een stripalbum in de (strip)winkel. Asterix, Lucky Luke, Suske en Wiske, Jan, Jans en de kinderen blijven evenwel populair en krijgen gezelschap van bijvoorbeeld Fokke & Sukke. Maar niet iedere strip is meer een topper, zoals vroeger.

De Stripdagen wordt in 2011 opnieuw georganiseerd in een kleine stad. En dat heeft natuurlijk een reden. De huren van vergelijkbare evenementenhallen in de grote steden liggen een paar 100 % hoger dan wat wij betalen voor Expo Houten en Evenementenhal Gorinchem. Aangezien wij niet gesubsidieerd worden, zoals Stripdagen Haarlem en Stripfestival Breda, moeten we op de kleintjes letten. En werken we vooral met enthousiaste vrijwilligers, die gelukkig een grote liefde hebben voor strips.

2011 wordt een belangrijk jaar voor Het Stripschap, met een nieuw bestuur en een nieuwe locatie en maand voor De Stripdagen. Over een paar weken worden alweer de winnaars en de nominaties van de Stripschapprijzen bekend gemaakt en kan het jaar goed beginnen. Wie nog een stripmaker of stripalbum wil nomineren kan terecht op info@stripschap.nl en tot ziens op 12 en 13 maart op De Stripdagen in Gorinchem.

Groet, Meerten

Reacties zijn gesloten.