Categorieën
Film Strips

Holland Animation Film Festival 2009

4 t/m 8 november staat Utrecht weer in het teken van de animatiefilm, want dan vindt voor de dertiende maal het Holland Animation Film Festival (HAFF) plaats. Dat betekent aandacht voor animatie in al haar verschijningsvormen, van lange speelfilms tot korte non-narratieve films. En speciale evenementen zoals een vj-optreden van Motomichi Nakamura en een kunststripbeurs.

Het HAFF wil het beste van het beste vertonen op animatiegebied. Het festival kent dan ook zes competities: van de internationale competitie voor shorts tot en met MovieSquad HAFF Junior, waar een kinderjury de scepter zwaait. Vanaf nu zal het HAFF, dat sinds 1985 om de twee jaar geprogrammeerd stond, jaarlijks plaatsvinden. De organisatie heeft hiervoor gekozen om op die manier beter op trends in te kunnen spelen. ‘Op het vlak van animatie gebeurt er heel veel,’ vertelt Gerben Schermer, directeur en samen met Erik van Drunen verantwoordelijk voor de programmering van het festival. ‘Om dat bij te kunnen houden en te presenteren moet je jaarlijks een editie hebben. Nu kunnen we een nieuwe film als Panique au village (Stéphane Aubier en Vincent Patar, 2009) meteen vertonen in plaats van dat we een jaar moeten wachten.’ Met ruim 1.300 inzendingen komen er in ieder geval genoeg films uit om jaarlijks een uiteenlopende selectie te maken.

Publiekstrekkers
Naast een divers aanbod van korte animaties, reikend van kleine experimentele producties tot en met opdrachtfilms, toont het festival ook grote publieksfilms als Up! (Pete Docter en Bob Peterson, 2009) van de bekende animatiestudio Pixar en 9 (Shane Acker, 2009), geproduceerd door Tim Burton en Timur Bekmambetov. Een fijnzinnige film in het speelfilmaanbod die een speciale vermelding verdient is de Tsjechische film One night in the city van Jan Balej. Een stop-motion animatie waarin in drie verhalen vol verbeeldingskracht nachtelijke taferelen in de stad worden belicht: de rare hobby’s van de bewoners van een appartementengebouw, de vriendschap tussen een boom en een vis en het laatste segment waarin de wensdromen van twee dronkaards worden gekoppeld aan de lotgevallen van een mislukte straatmuzikant.

4K
Dit jaar ontbeert het festival een speciale gast waar de spotlight op gericht wordt. Voorgaande edities waren onder meer animator Peter Lord (medeoprichter van de Aardman Animations en co-creator van Wallace & Gromit) en Stephen Hillenburg (SpongeBob) speciale gast. Matt Groening, bedenker van de animatieserie The Simpsons, stond dit keer op het wenslijstje, maar het lukte de organisatie van het festival uiteindelijk niet om zijn bezoek rond te krijgen. ‘Hopelijk kunnen we hem de volgende keer wel verwelkomen,’ zegt Schermer. Wel bijzonder is de aanwezigheid van de Japanse kunstenaar/animator Motomichi Nakamura die de leader maakte voor het festival. Hij zal zaterdagavond 7 november een vj-show geven als onderdeel van het evenement en vertoningen van het Berlijnse Pictoplasma-project dat zich richt op hedendaags character-design.In themaprogramma’s wordt de focus op een bepaalde ontwikkeling in de animatiebranche gelegd of een stroming uitgelicht. Zo besteedt het HAFF traditiegetrouw aandacht aan Japanse animatie en nieuwe ontwikkelingen in de sector. Het festival opent bijvoorbeeld met de wereldpremière van de short Red-End and the Seemingly Symbiotic Society van filmmaker Robin Noorda en de fotografe en beeldend kunstenares Bethany de Forest. Deze stop-motion film is volledig digitaal geproduceerd in het nieuwe 4K format: een nieuwe digitale standaard met een zeer hoge resolutie. De productie ervan in live-action is nogal kostbaar, maar in de animatiesector relatief eenvoudig. De filmmakers geven vrijdag 6 november een seminar What the 4K! waarin dieper wordt ingegaan op deze techniek.

Slapstick
In het programma ‘Accidents & Disasters’ staan cartooneske missers, fatale wendingen en slapstick centraal. Het kan geen toeval zijn dat er tijdens de dertiende editie van het animatiefestival een programma is samengesteld rondom het thema ongelukken. Toch is volgens Schermer nummer dertien maar bijzaak voor het samenstellen van het programma: ‘De meeste jonge animators hebben de neiging om sociaalgeëngageerde films te maken. Er worden nog relatief weinig grappige films gemaakt, daarom wilde we de focus leggen op toegankelijke films waar om gelachen kan worden.’ In ‘Accidents & disasters’ zijn onder andere twee films van grootmeester Tex Avery opgenomen en 3 Misses van de Nederlander Paul Driessen, waarin drie luchtige verhalen door elkaar verweven zijn: een flatbewoner, een ridder en een cowboy zijn door hun onkunde niet in staat om respectievelijk drie dames in nood, waaronder Sneuwwitje, te redden.
Om te laten zien wat de bovengenoemde nieuwe garde animators zoal maakt zijn er de competities studentenfilms uit Nederland en België en de vrije korte film. Door digitale technieken is het maken van animaties voor een groot publiek toegankelijk geworden. Dat is een trend die een paar jaar geleden werd ingezet en die een stroom aan producties heeft voortgebracht. Met HAFF Tube kunnen animators zelf hun films van maximaal vijf minuten uploaden en zichtbaar maken. Uiteindelijk kiest een jury, bestaande uit de filmmakers die met hun film zijn geselecteerd voor de competitie voor shorts, uit de shortlist van 50 films één winnaar die als gast van het festival wordt uitgenodigd. Wie zijn werk liever op een groot scherm geprojecteerd ziet, kan zijn werk aanmelden voor het programmaonderdeel Digitale Art Directie.

Naughty
Animatie is een medium waarin de grens van de mogelijkheden vooral ligt bij de creativiteit van de makers. Zoals iedere kunstvorm heeft het medium ook met fatsoensgrenzen te maken en die worden soms overschreden. Medewerkers van Stash dvd magazine – gespecialiseerd in animatie, visual effects en motion graphics – stelde het programma ‘Naughty, Naughty, Naughty’ samen en bundelde 23 commercials, opdrachtfilms, videoclips en korte films waarin de seks, geweld en grove taal de grenzen van het toelaatbare in de media worden verlegd. Zo is in de Durex-reclame Get it on te zien hoe drie ballonhondjes gemaakt van condooms in verschillende standjes met elkaar copuleren. In een spot voor de kinderslotfunctie van een erotisch tv-kanaal, vloeien in een schetsboek inktvlekken langzaam over van afbeeldingen van geslachtsdelen naar beeltenissen die meer geschikt zijn voor kinderogen, zoals beertjes en vogels.

Zie voor meer informatie: www.haff.nl

Dit artikel stond in VPRO Gids #44.

Categorieën
Film

Halloween Horror Show in Tuschinski

Even een pretvertorial tussendoor, omdat ik zoals u weet gek ben op horrorfilms en Halloween in het bijzonder. Dit jaar organiseert Mr. Horror Jan Doense op 31 oktober namelijk een ‘Horrornacht met Halloween in Tuschinski theater in Amsterdam.De Halloween Horror Show is een marathon van vier nieuwe horrorfilms die tijdens dit evenement hun Nederlandse première beleven. Op vrijdag 30 oktober is het programma ook te zien in Trianon, Leiden tijdens het Leids Film Festival. Initiatiefnemer van de Halloween Horror Show is Jan Doense, voormalig directeur van het Imagine/Amsterdam Fantastic Film Festival. Doense, alias Mr. Horror, zag in het in Nederland steeds populairder wordende Halloween een goede aanleiding om de oude traditie nieuw leven in te blazen. ‘In Amerika doen horrorfilms het rond deze tijd van het jaar heel goed’, legt de organisator uit. ‘Die trend is ook in Nederland steeds duidelijker waarneembaar.’ Het is de bedoeling dat de Halloween Horror Show een jaarlijkse traditie wordt.Op het programma van de Halloween Horror Show staan vier Nederlandse premières: Trick ‘r treat, Orphan, Triangle en The Tripper. De eerste en de laatste zijn tijdens de Halloween Horror Show eenmalig in de bioscoop te zien, de andere twee krijgen later nog een reguliere release. Verder zullen enkele korte horrorfilms worden vertoond – waaronder het Nederlandse Zombeer van Barend de Voogd en Rob van der Velden, waar ik in dit stuk al uitgebreid over schreef, het Spaanse Mamá en het Amerikaanse Treevenge. Bezoekers worden aangespoord om verkleed naar Tuschinski te komen.Vrijdag 30.10 – 23.00u: Leids Film Festival. Trianon Theater, Leiden
Zaterdag 31.10 – 24.00u: Pathé Tuschinski 1, AmsterdamLees ook:

Categorieën
Film Mike's notities

Lekker nerden in Londen (2) met Kevin Smith

Dinsdagavond 13 oktober kwam voor mij het hoogtepunt van de reis naar Londen, toen waren we maar liefst vier (!) uur lang getuige van een optreden van de Amerikaanse filmmaker Kevin Smith.

Hij sprak in een zaal in de O2 naar mijn smaak net iets te vaak over het lossen van zijn feces (de man is duidelijk geobsedeerd, wat ook al blijkt uit zijn dagboek My Boring Ass Life), al waren de verhalen over hoe hij eens door de wc is gezakt en die keer dat hij stoned zijn behoefte deed, ook wel weer vermakelijk. Uit de mond van Smith klinkt bijna alles grappig. Kortom, het was een ouderwetse Q&A zoals alleen Smith die kan houden. Smith weet op basis van vragen die door het publiek gesteld worden een zeer humoristisch en doorlopend verhaal te vertellen. Mijn inziens gebruikt hij de vragen slechts om een aantal van tevoren bedachte anekdotes te oreren, maar dat geeft niets, want de regisseur kan met gemak concurreren met menig standupper. Conclusie van Smiths verhaal was dat hij met zijn laatste film Zack & Miri Make a Porno inzag een nieuwe weg in te moeten slaan. Achteraf gezien had hij deze film gemaakt om de criticasters die vinden dat hij met de komst van Judd Apatow (die recent Funny People maakte) overbodig geworden was, het zwijgen op te leggen.

Volgens deze criticasters maakt Apatow bromance-films zoals Smith, maar dan beter. Uiteraard ben ik het daar als Smith-liefhebber niet mee eens, desondanks vind ik ook dat Zack &Miri niet zijn beste filmwerk was. (Ik heb me hier al eerder uitgebreid over beklaagd.) Smith wilde met Zack & Miri laten zien dat hij het nog kon, maar besefte na het draaien van de film dat hij als maker al een tijdje een andere weg is ingeslagen. Met Zack & Miri probeert Kevin Smith als het ware zichzelf na te doen. Dat kan nooit de juiste motivatie zijn voor een meesterwerk.

Ik ben dan ook erg benieuwd naar zijn nieuwste film A Couple of Dicks, met Bruce Willis in de hoofdrol, die binnenkort uitkomt. Smith regisseerde hiervoor het scenario van Mark Cullen en Robb Cullen. Het is voor het eerst dat hij een filmscenario van iemand anders verfilmd. Smith had nog een paar aardige sappige anekdotes over zijn samenwerking met Willis, een acteur die al 25 jaar in het vak zit en zich eigenlijk niet laat regisseren. Ook niet door een acteur met wie hij samen in Die Hard 4 heeft gezeten. Het volgende project wordt waarschijnlijk een film over ijshockey.

Een Clerks-cloon drinkt aan de bar voor de show.

Zoals verwacht was Smiths Q&A een ware samenscholing van nerds. Bijzonder moment was de jongen die zijn vriendin te huwelijk vroeg. (Ze zei nog ‘ja’ ook, nerd-romantiek op zijn prachtigst!). Verder liepen er wat Jay-clonen rond en kampten opvallend veel van de vrouwelijke bezoekers met overgewicht. Net als Smith, die ook geregeld verwijst naar zijn corpulente omvang en wat dit voor zijn seksleven betekent.

Al met al was het een avondje genieten. Ik vond het in ieder geval bijzonder om een Q&A van Kevin Smith (waarvan in de afgelopen jaren enkele zeer vermakelijke dvd’s zijn verschenen) eens echt mee te maken.Hier enkele fragmenten die ik wist op te snorren op YouTube. Ik geef toe, geen van allen geven de sfeer van de avond goed weer en de laatste is wellicht het vreemdste filmpje dat ik ooit heb geplaatst op deze site, maar soms moet je het doen met het weinige beschikbare materiaal. (Het was uiteraard verboden om tijdens de show te video’en. Negeer de stills aan het begin, na een minuutje hoor je de Man praten. Aan het einde van het fragment vertelt Smith iets over zijn samenwerking met Bruce Willis. Smith weet op de set niet welke filmlens bij welke beelduitsnede hoort, iets wat Willis verbaast.

http://youtu.be/86QheNlz8Co

Kevin Smith ontmoet een transseksueel die midden in de ombouw zit. Het verhaal begint pas echt na 4 minuten, maar al met al vertelt het een aandoenlijk verhaal van een fan die helemaal uit zijn/haar dak gaat als hij/zij Kevin Smith backstage ontmoet.

Lees ook het eerste deel van het avontuur in Londen en de volgende posts over Kevin Smith, (of vooral niet als je geen fan bent van deze filmmaker, want dan zit je gewoon je tijd verdoen):

Categorieën
Mike's notities

Lekker nerden in Londen

Wat doen een stel vroeg-dertigers met een voorkeur voor films en strips in een van de bruisendste steden in Europa? Precies: een bezoek aan Forbidden Planet brengen en een Q&A van Kevin Smith bezoeken. En zich verder te buiten gaan aan een oncontroleerbare koopzucht betreffende strips, cd’s en verwante artikelen. Cultuur snuiven noemen we dat. Starbucks, echte Engelse koffie
Samen met compadre Paul, die ik al langer ken dan dat ik mijn naam weet te spellen, vloog ik maandagochtend vroeg met de makkelijke luchtvaartmaatschappij naar de hoofdstad van de UK, waar we snel energie opdeden in een van de vele Starbuckstenten die de stad telt. Starbucks betekent Amerikaans imperialisme, dus daar is weinig Engels aan, maar de reiziger die een opkikkertje kan gebruiken zal dat een worst wezen. Ons dus ook. We zouden de komende dagen nog vaker in dit walhalla van koffieconsumptie aan ons cafeïne gerief komen.Holmes, echte Engelse replica’s
Al was de toerist uithangen niet meteen ons doel van de reis, die maandagmiddag liepen we nog over de Tower Bridge, later over Leicester Square en de volgende dag deden we het Sherlock Holmes museum aan. (Over het bezoek aan Abbey Road verschijnt binnenkort een Mike’s Webisode. Zie hoe de Duitse huisvader zijn gezin over het zebrapad dirigeert voor een foto.) Het Sherlock Holmes museum in Baker Street is een replica van het oude huis en kantoor van de beroemde fictieve speurneus waar ook beelden staan van personages uit de boeken, als evenals acteurs die Watson en Holmes spelen.

Een beeld van Prof Moriaty, de aardsvijand van Sherlock Holmes.


Verboden planeet

Die week bezochten we tweemaal Forbidden Planet waar ik een alleraardigste buste van Jack Skellington van The Nightmare before Christmas aanschafte. Ook nam ik een exemplaar van gebundelde Spiderman krantenstrips en American Splendor: Our Movie Year mee. Een bescheiden hoeveelheid, vooral als je je bedenkt dat Forbidden planet een paradijs is voor een stripliefhebber als ik. Er is zoveel moois te vinden, dat het daarom moeilijk kiezen is. Dankzij het internet is het merendeel echter ook gewoon online te bestellen, dus wie weet wat ik de komende maanden nog binnenhaal. (Hoewel, de stapel nog te lezen cultuur is van zodanige omvang dat ik mezelf een koopstop heb opgelegd.) Later kwamen daar overigens nog een prachtig artbook van Tim Burton, de autobiografie van Roger Moore en The Death of Bunny Munro van Nick Cave bij. Dorian Gray, echte Engelse cultuur
In de avond bekeken wij de film District 9 van regisseur Neill Blomkamp. Een van de originelere sciencefiction flicks die ik de laatste tijd gezien heb. (Hier een kritische recensie van Floortje Smit op cinema.nl). Woensdagavond zagen wij Dorian Gray, een kersverse verfilming van het klassieke boek van Oscar Wilde. The Picture of Dorian Gray, een prachtig boek vind ik dat. Een inspirerend verhaal met een origineel idee als basis. Deze verfilming was in handen van Oliver Parker en hij maakte een onderhoudende film waarin de jonge Dorian Gray na aankomst in Londen zich al snel overgeeft aan de geneugten des levens. Ondanks zijn wilde levensstijl lijkt hij geen dag ouder te worden, wat alles te maken heeft met een schilderij dat langzaamaan steeds meer van zijn zondige ziel blootgeeft. Leuk aan de film vond ik, behalve zeer geloofwaardige acteerprestaties van hoofdpersoon Ben Barnes (Prins Caspian) en Colin Firth, de mise-en-scène. De opnames zijn soms vaak duidelijk in een studio opgenomen en tegelijkertijd hebben ze daardoor een perfecte theatrale uitstraling. Het was helemaal passend om een bezoekje te brengen aan een fictief Victoriaans Londen te brengen terwijl ik me in de hedendaagse versie van die stad bevond. Lees ook: Lekker nerden in Londen met Kevin Smith.

Categorieën
Film Filmrecensie Strips

Filmrecensie: Largo Winch

Verwaterde BondLargo Winch is het hoofdpersonage uit de gelijknamige succesvolle stripreeks van Philippe Francq en Jean van Hamme. Inmiddels zijn er zestien albums en een tv-serie over de rebelse miljardair die liever op avontuur gaat met zijn vriend Simon dan dat hij vergaderingen bijwoont van Groep W, de multinational waar hij hoofd van is.De stripalbums kennen een filmische vertelvorm en bieden de vaart en plezier van een goede actiefilm. Prima bronmateriaal voor een verfilming zou je denken. Helaas is Largo Winch, le film, net zo meeslepend als het kijken naar opdrogende verf.
De vele actiesequenties, de exotische locaties, Largo’s nonchalante houding ten opzichte van gevaar en de schurk met het obligate Oost-Europees accent én gehavend gelaat maken pijnlijk duidelijk dat de producenten een Franse James Bond voor ogen hadden, maar deze ambitie niet waar kunnen maken. Ongetwijfeld lieten de stripmakers zich ook door de Bondfilms inspireren, maar hun creatie komt toch beter tot zijn recht op een strippagina dan als filmheld.Onverschillig
Tussen de actiescènes door wordt er veel overlegd over de toekomst van Groep W. Largo is de geadopteerde erfgenaam van miljardair Nerio Winch, die een meerderheid van de aandelen bezit en op verdachte wijze overlijdt. Snoodaards binnen de Groep zijn niet bereid dit economisch imperium te laten leiden door een onbekende jongen met street smarts. Acteur Tomer Sisley zet een sympathieke Largo neer, maar de verder bordkartonnen cast en de bedrijfseconomische prietpraat – waarvan nooit de ernst duidelijk wordt gemaakt – smoren alle empathie in de kiem, waardoor de clichématige achtervolgingen en het machtspelletje achter de schermen onberoerd laten. Largo Winch, Frankrijk 2008. Regie: Jérôme Salle. Met: Tomer Sisley, Kirstin Scott Thomas en Miki Manojlovic
Deze recensie stond ook in Zone 5300 #87.

Categorieën
Film

John Waters zegt: ‘No smoking!’

De Q&A met John Waters in de Melkweg waar ik laatst bij was, deed me denken aan een kort niet-roken-spotje dat vroeger werd gedraaid voor filmvoorstellingen in mijn favoriete theater in Berkeley op University Ave.In dit spotje kondigt de toen nog jonge filmmaker aan dat er vooral niet gerookt mag worden in het filmtheater terwijl hij zelf lustig een sigaret wegpaft. Typische John Waters humor en in ieder geval een stuk leuker dan de zeurspotjes die je in Nederland doorgaans ziet.

Ik heb er trouwens veel films gezien, in dat oude theater. Een aantal filmklassiekers die mijn jonge filmhart sneller deden kloppen. Er is immers geen betere filmeducatie te bedenken dan het Witte Schoolbord, zoals K. Schippers het witte doek ooit noemde. Ik zag er veel Hitchcock en de Bond-films met Sean Connery voor het eerst op een groot scherm. Ik zat zelfs een hele marathon van Prince-films uit. Die middag onmoette ik Apollonia Kotero (uit de film Purple Rain) tijdens een signeersessie. Zij was daar aanwezig om haar carrière een nieuwe impuls te geven en hoopte dat de vele aanwezige Prince-fans ook haar aankomende album zouden aanschaffen. Ik was daar omdat ik indertijd mezelf als Prince-fan beschouwde. (Een predikaat waar ik mij tegenwoordig verre van houd.)Het filmtheater stond vlak bij de universiteit van Berkeley. Misschien dat er daarom iedere vrijdag laat de film The Rocky Horror Pictureshow draaide, want dat is zo’n typische happening die vooral melige studenten kan bekoren. Een film van John Waters heb ik er overigens nooit gezien, al was het rookspotje wel de eerste keer dat ik van de filmmaker hoorde. Jammer dat overheidsspotjes in Nederland (van het voedingcentrum tot en met die draken van de belastingdienst) nooit eens echt leuk of goed kunnen zijn. Het zijn altijd van die flauwe dingen die volgens mij weinig tot geen effect scoren. Misschien moeten ze daar eens een goede filmmaker op zetten.

Categorieën
Strips

20 jaar Batman: 10 opmerkelijke feiten

Dinsdag 13 oktober is het 20 jaar geleden dat Tim Burtons Batman in de Nederlandse bioscoop in première ging. In de Verenigde Staten kwam de film in de zomermaanden uit en werd een megahype. Zelfs in de vaderlandse Kalverstraat liep men in Batman- en Joker T-Shirts rond. Hier enkele opmerkelijke feiten.

1. Regisseur Tim Burton noemt zichzelf geen stripfan omdat hij als kind nooit wist welke tekstballon hij als eerste diende te lezen. Daarom vond hij de strip The Killing Joke wel goed omdat daarin de volgorde meteen duidelijk is.

2. Toen bekend werd gemaakt dat Michael Keaton Bruce Wayne zou spelen kreeg filmmaatschappij Warner Bros. 50.000 boze brieven van de fans. Ze waren bang dat de film met Keaton, die voornamelijk komische rollen had gespeeld, net zo flauw zou worden als de tv-serie uit de jaren zestig.3. Acteur Michael Keaton heet eigenlijk Michael (John) Douglas. Omdat Hollywood er daar al eentje van had heeft hij zijn naam veranderd.

4. Production Designer Anton Furst kreeg een Oscar voor het ontwerp van Gotham City. Hij pleegde zelfmoord in 1991.

5. Burton vindt dat de Prince-songs, speciaal geschreven voor de film, niet goed in Batman passen en deze teveel in een specifieke tijd plaatsen.

6. Net als Star Wars werd Batman opgenomen in de Pinewood Studio’s in Engeland om kosten te drukken.

7. Tijdens de opnames ontmoette Burton de Duitse schilderes Lena Gieseke en trouwde met haar in februari 1989.

8. Actrice Sean Young was eerst gecast als Vicki Vale. Toen ze bij repetities van een paard af viel en gewond raakte werd ze vervangen door Kim Basinger

.9. Toen Burton Michelle Pfeiffer had gecast als Catwoman voor Batman Returns kwam Young in Catwomankostuum langs op zijn kantoor omdat ze vond dat zij de rol verdiende.10. In tegenstelling tot de stripversie, is het de jonge Joker die de ouders van Bruce Wayne vermoordt in de film.

Dit stuk stond ook in Zone 5300#87.

Lees ook:

Categorieën
Film Filmrecensie

(500) Days of Summer: Anatomie van een verloren relatie

Tom (Joseph Gordon-Levitt) is het heilige geloof in het bestaan van de Ware nooit ontgroeid, Summer (Zooey Deschanel) vindt dat allemaal maar onzin en zit helemaal niet te wachten op een relatie. Toch krijgen ze ‘iets’ met elkaar en terwijl Tom hier een serieuze relatie in ziet, is Summer zich vooral aan het vermaken. Dat kan natuurlijk nooit goed aflopen, toch?Toegegeven, bovenstaande samenvatting riekt naar een doorsnee romantische comedy, maar 500 Days of Summer stijgt mijlenhoog boven dit ingeslapen genre uit. Wat een heerlijke, verfrissende film over de liefde heeft regisseur Marc Webb gemaakt.
500 Days of Summer snijdt een interessant aspect van liefdesrelaties aan: hoe herinneren we ons het verloop van de zojuist gestrande romance? Welk beeld koesteren we van onze ex-geliefde? Het zijn vragen waar de regisseur zichzelf in herkende. Webb schrijft er in de persmap bij de film het volgende over:

‘At the time, I believed that love was a magic pill that would connect my soul to the universe and provide unending, effortless bliss. […] Some people end up with their Summer. I did not. We broke up and I entered into this weird limbo – I couldn’t shake that feeling that something had gone horribly, painfully wrong with the universe.’

Webb snijdt hier een ervaring aan die in het standaardstudiepakket van volwassenwording hoort te zitten. Door de unieke en originele verbeeldingskracht die de filmmakers tentoonstellen wordt deze universele ervaring in 500 Days of Summer op een particuliere en zeer humoristische wijze verhaald. De film bewijst weer eens dat het recept tegen een gebroken hart uit een flinke dosis (zelf)spot bestaat. Arsenaal
Webb, die eerder videoclips en korte films regisseerde, zet in dienst van het verhaal een breed arsenaal aan filmtechnieken in. Zo gebruikt hij splitscreen op het moment dat het paar net uit elkaar is. Zo kan het publiek getuige zijn van hun levens na de breuk. Iedereen vraagt zich in de eerste solodagen immers af wat zijn ex-geliefde aan het doen is (en met wie!). Gelukkig wordt de film nergens zwaar op de hand: wanneer Tom en Summer voor het eerst het bed hebben gedeeld is hij in de zevende hemel. De euforie die hij ervaart wordt in een treffende sequentie in beeld gebracht. Onderweg naar zijn werk begroet Tom mensen uitbundig en wordt door iedereen opeens teruggegroet, alsof de wereld niet meer stuk kan. Webb gooit er nog een schepje bovenop door alle mensen op straat met Tom mee te laten dansen en om de grap compleet te maken fluit een geanimeerde vogel vrolijk en deuntje mee. Roze flashback
Scenaristen Scott Neustadter en Michael H. Weber schreven op basis van eigen ervaringen een origineel verhaal dat niet-chronologisch in elkaar steekt. ‘I don’t want to get over her, I want to get her back!’, roept Tom tegen zijn vrienden en wereldwijze zusje nadat hij door Summer aan de kant is gezet. Tom probeert zich te herinneren waar het precies misging in zijn relatie, derhalve vloeit de film van de ene herinneringen over in de andere, altijd weer terugkomend in het heden: de duistere dagen vol zelfmedelijden waarin Tom verkeert.Zoals vaak het geval is met mensen met een gebroken hart stelt Tom zich het verleden in beginsel rooskleuriger voor dan dat het was. Als we in de film voor een tweede maal bepaalde gebeurtenissen te zien krijgen blijkt dat alles lang niet zo gezellig te zijn geweest dan een eerste blik deed vermoeden. De tweede terugblik gaat soms langer door, zodat we getuige zijn van hoe de stemming verzuurt. Hierdoor verliest de roze bril van Tom langzaam zijn kleur. 500 Days of Summer past naadloos in mijn rijtje favoriete Topfilms over de Liefde, waar High Fidelity (Stephen Frears, 2000), Almost Famous (Cameron Crowe, 2000) en Chasing Amy (Kevin Smith, 1997) ook in staan.

Vanaf 24 september in de bioscoop.
500 Days of Summer, USA 2009. Regie: Marc Webb. Met: Joseph Gordon-Levitt, Zooey Deschanel en Geoffrey Arend.

Deze tekst staat ook op het filmblog van Zone 5300.

Categorieën
Film Filmrecensie

Klik! Amsterdam Animatiefestival 2009: Nederlandse animators hebben weinig te vertellen

Wat de negen animaties in het programma Hollandse Nieuwe – Fresh animation from the Netherlands duidelijk maakt is dat Nederlandse animators vooral verliefd zijn op het animeren zelf, het vertellen van boeiende verhalen lijkt secundair. Films als De Magische Tol van Joost van Veen, Theatre Patouffe van Maarten Koopman en Magic show van Milan Hulsing lijken puur in het leven geroepen om de kunst van het animeren te tonen en komen niet verder dan het overbrengen van een basisidee zonder de toeschouwer in vervoering te brengen. De animators lijken niet geïnteresseerd te zijn in het vertellen van een doorvlochten verhaal. Een uitzondering op deze stelling vormt de animatie Paultje en de Draak, van regisseurs Albert `t Hooft en Paco Vink. Deze film is gericht op kinderen van vijf tot dertien jaar die lijden aan kanker. In de animatie zien we hoe de jonge Paultje ziek wordt en in het ziekenhuis wordt opgenomen. Om aan de jongen uit te leggen dat hij aan kanker lijdt, vertelt de dokter dat er een draak in zijn lijf leeft die de boel loopt te verzieken. In zijn fantasie trekt Paultje als ridder ten strijde tegen de draak. Hij wordt geholpen door de vrolijke blauwe druppels van zijn chemokuur. De regisseurs vertellen dit verhaal volledig visueel en slagen erin om zonder dialoog een ondoorzichtige situatie voor kinderen te verduidelijken. Een andere animatiefilm die in het programma Hollandse Nieuwe opviel, was Variété. Regisseur Roelof Van De Bergh verbeeldt op bijzondere wijze de cyclus van het leven en het jachtige bestaan waar de Westerse mens mee worstelt. Als metafoor gebruikt hij een jonge jongleur die verschillende Chinese bordjes met allerlei mensen uit zijn leven erop draaiende probeert te houden, op een lange houten stok. Al deze mensen staan symbool voor zaken als onderwijs, huwelijk en werk. Wie te veel werk op zijn bord neemt, heeft moeite om alles soepel draaiende te houden. Variété was als enige Nederlandse film in de competitie van het Klik-festival opgenomen en is de officiële inzending van Nederland voor de Academy Awards in Hollywood in de categorie ‘korte animatiefilm’.Dirkjan geanimeerd
Een onverwachte verschijning in deze reeks was de korte animatiefilm Het elixer, met stripfiguur Dirkjan in de hoofdrol. Het elixer is een luchtig verhaaltje waarin Dirkjan aan de slag gaat bij een bank als koffiezetter. Op de werkvloer wordt hij verliefd op Angela, maar zij wordt door een gladde collega weggekaapt. Dirkjan zoekt zijn toevlucht in een drankje om de concurrentie uit te schakelen, maar dit elixer heeft een onverwachte uitwerking. De film is gebaseerd op een strip van Mark Retera, tekenaar en bedenker van Dirkjan. De filmmakers hebben echter veel overboord gegooid om het filmpje zo kort mogelijk te houden. De strip bevatte bijvoorbeeld paginalang koffiegrappen en ging dus veel dieper in op Dirkjan als koffiezetter. Mijns inziens heeft deze animatie dan ook geen meerwaarde ten opzichte van een strippagina aan de hand van Retera. De film werd gemaakt door productiemaatschappij Mooves en is bedoeld als pilot voor een televisieserie. Tot op heden hebben geen van de omroepen in Hilversum interesse getoond in zo’n serie. Voorlopig staat de film dus op zichzelf. Het Elixer was vorig jaar op het Nederlands Filmfestival te zien als voorfilm bij Moordwijven. Omdat echter maar weinig Nederlanders zin hadden om de nieuwe Dick Maas flick te aanschouwen, hebben nog maar weinig mensen de geanimeerde Dirkjan kunnen zien. Ik betwijfel of dat erg is. Il Luster
Animatie van een compleet andere soort is de korte film The Phantom of the Cinema van de Nederlander Erik van Schaaik, waar ik in deze blogpost al uitgebreid over schreef. Zowel Phantom of the Cinema, als Variété, Display en Paultje en de Draak zijn gemaakt door Il Luster producties. Een productiehuis met verhalenvertellers waar we in de toekomst vast nog meer moois van kunnen verwachten.Deze tekst staat ook op het filmblog van Zone 5300.
Lees ook: Het beste van Klik!

Categorieën
Film

John Waters: ‘Je moet jezelf blijven vernieuwen’

Filmmaker John Waters, aka The King of Trash, was in Nederland en liet zijn gezicht zien tijdens het BUT filmfestival in Breda en in de filmzaal van De Melkweg te Amsterdam, waar zondagavond zijn films Polyester (1981) en Pink Flamingo’s werden vertoond. Waters toonde zich een waar entertainer tijdens de Q&A die tussen de twee filmvertoningen plaats vond. Hij beantwoordde vragen van het publiek en lepelde enkele sappige anekdotes op uit zijn filmcarrière, die begon met zijn korte film Hag in a Black Leather Jacket uit 1964.


Waters is altijd een anarchistische filmmaker geweest die door middel van camp en shockerende scènes commentaar levert op de standaardwaarden van de Amerikaanse maatschappij. Waters maakte in 1981 de film Polyester voor het bescheiden budget van 300.000 dollar en vertelde met de film een totaal bizar verhaal dat een parodie moest zijn op de melodrama’s van regisseur Douglas Sirk. Polyester is dan ook een satire op het familieleven in de suburbs, met dragqueen Divine in de hoofdrol. Divine, die in de verte iets wegheeft van Elizabeth Taylor met overgewicht, wordt door bijna iedereen in deze film op vreselijke wijze behandeld. Thuis is het ook al geen pretje voor deze moeder die haar leven volgens de christelijke waarden wil laten leiden: haar man is exploitant van een pornobioscoop en gaat vreemd met z’n secretaresse, haar zoon is een voetfetisjist die de voeten van vrouwen breekt door hard op ze te stampen en haar dochter is een losgeslagen, oversekste puber tot ze zwanger wordt en na haar abortus de edele kunst van het haken ontdekt.

https://www.youtube.com/watch?v=fwtbY9zfOMA

Divine (Harris Glenn Milstead) speelde in veel films van Waters en was een jeugdvriend van de filmmaker. Waters woonde in dezelfde straat in Baltimore als Divine en ontmoette hem op 16-jarige leeftijd. De dikke jongen werd constant gepest en in elkaar geslagen om zijn verwijfde voorkomen. Volgens Waters werd Divine zelfs door zijn moeder gedwongen iedere avond d’r haar te doen. Misschien dat Polyster daarom zo’n verdraaid beeld geeft van een gemiddeld gezin in de suburbs, om te laten zien dat het daar niet zo vredig aan toegaat als dat men zou verwachten.
Een opvallende aanwezigheid in de cast van Polyester is filmster Tab Hunter. Hunter maakte furore in de jaren vijftig en was toen een waar idool. In Polyester speelt hij de rol van Todd Tomorrow die aanpapt met Divine om haar alimentatie in de wacht te slepen, terwijl hij eigenlijk een relatie heeft met haar moeder. Waters vertelde zondagavond dat Hunter zo onder de indruk was van Divine, dat hij later nog een andere film met hem in de hoofdrol produceerde.

Polyester heeft als special feature Odorama: tijdens sommige scènes komt er een cijfer in beeld. Dit cijfer correspondeerde met een speciale kaart die geursamples bevatte. Het publiek diende cijfertjes weg te krassen om zo de betreffende geur te kunnen ruiken. De gimmick was niet beschikbaar in de Melkweg zondagavond. Gelukkig maar, want bij vertoningen waar Odorama vroeger wel werd toegepast stonk de bioscoopzaal aan het einde van de film een uur in de wind van al die geurtjes. John Waters zou namelijk John Waters niet zijn als er niet wat nare odeurs in het palet zouden voorkomen.

Hairspray
In 2007 kwam de film Hairspray uit van regisseur Adam Shankman, met Hollywoodsterren als John Travolta en Michelle Pfeiffer in de hoofdrol. Tijdens de Q&A vertelde Waters dat hij zeer in zijn nopjes was met deze remake van zijn film en dat hij een synopsis voor een sequel heeft geschreven. ‘Het verhaal gaat een compleet andere kant uit. Dat moet ook wel want je wilt altijd het publiek verrassen met iets nieuws. Daarbij is het verhaal van Hairspray is nu al drie keer verteld, in twee films en een broadway musical, hoog tijd dus voor een nieuwe wending.’ De filmmaker achtte overigens de kans niet groot dat de filmproducenten dit nieuwe treatment zouden accepteren.

Klootzak
Iemand uit het publiek vroeg Waters of hij nog steeds de films maakt die hij graag wil maken. ‘Ja, al moet je natuurlijk altijd concessies doen.’ Zijn houding was wel veranderd, gaf hij toe: ‘A 20 year old angry man is sexy, but an angry 60 year old is an asshole,’ legde hij uit. Films als Polyester en Pink Flamingo’s zal hij nu ook niet meer maken. Al spreekt hij nog steeds met trots over het feit dat hij de scène waarin Divine hondenpoep eet in Pink Flamingo’s door de censuur kreeg. ‘Ik vind het fantastisch dat ik ze gemaakt heb, maar die films heb ik dus al een keer gedaan. Je moet jezelf telkens opnieuw uitvinden en blijven vernieuwen.’
De regisseur van films als Cry Baby (1990) en Serial Mom (1994) werkt nu aan een kinderfilm, maar wel voor ‘fucked up little children’ gaf hij lachend toe. Waters vond het fijn dat ook jongere generaties in zijn films geïnteresseerd zijn. Zelf houdt hij die ook goed in de gaten, hij is nieuwsgierig naar wat jongeren uitspoken. Waters doet op dit moment een collegetoer door Amerika, getiteld This filthy world. ‘Vroeger gebruikte ik de term trash om mijn films aan te duiden, maar dat woord is uit. Daarom noem ik het tegenwoordig filth wat ik maak.’

Warhol en Wood
Waters wordt wel eens vergeleken met kunstenaar Andy Warhol. Die vergelijking is ook niet zo gek: beide filmmakers maakten eigenzinnige films met een aparte sterrencast met daarin dragqueens en andere afwijkende types. Zoals Waters zegt: ‘Warhol was de eerste die homo’s en drugs in film toonde.’ De twee heren hebben elkaar dan ook wel eens ontmoet. Warhol was zelfs zo onder de indruk van Pink Flamingo’s dat hij Federico Fellini mee naar de bioscoop nam om de film te laten zien. In het dagelijks leven wordt Waters wel eens voor Steve Buscemi aangezien. Qua gezicht en lichaamsbouw lijken de twee filmmakers/acteurs dan ook wel wat op elkaar. Wel verwonderlijk vond Waters die keer dat een stewardess hem voor filmmaker Ed Wood aan zag.

Underground cinema
Volgens Waters zijn er geen echte underground- en exploitatiefilms meer. Als die er al zijn dan zijn ze vooral online te zien. Probleem is daar wel dat het moeilijk is met online vertoning je geld te verdienen. Ook kun je veel minder makkelijk een sensatie creëren. Waters sprak zeer enthousiast over de horrorfilm The Final Destination die in 3D te zien is. Dit is wat hij tegenwoordig een exploitation film noemt. ‘3D is pure exploitatie. Ik vraag me dan ook af waarom ze geen 3D pornofilms maken.’ Volgens Waters zijn er in het verleden wel pogingen gedaan om erotische films in 3D te maken, ‘maar die waren een beetje mislukt. Met de huidige technieken zou je veel betere resultaten kunnen boeken.’

Het was een genot om Waters te horen praten. De man sprak in een rap tempo en vol enthousiasme. De Q&A duurde ruim een halfuur, waarna de filmmaker in het Theehuis nog even ging zitten om dingen te signeren.



Soortgelijks: Tim Burton op het AFFF.

Categorieën
Film

De mooiste filmposter van Nederland

Je zou bijna vergeten dat naast een goede trailer een doeltreffende filmposter ook bezoekers naar de bioscoop kan lokken. De filmwebsite Cinema.nl organiseert dit jaar daarom voor de negende keer de Afficheprijs.Uit 53 posters van Nederlandse films heeft een vakjury vijf posters genomineerd. Het betreft de affiches van de films Angst (ontwerp Sander Plug), De laatste dagen van Emma Blank (Alex van Warmerdam), Nothing Personal (Susanne Keilhack & Joost Hiensch), Oorlogswinter (Sara Simpson & Richie Burridge) en De Storm (Michael van Randeraat).Uiteindelijk bepaalt het publiek welke uiteindelijk de winnaar wordt. De uitreiking vindt plaats op woensdag 30 september live in het Nederlands Film Festival Journaal dat tijdens het festival dagelijks wordt uitgezonden op Nederland 2. De prijs bestaat uit een geldprijs van € 2.500 en een wisseltrofee (een ingelijst affiche van de klassieker Jonge Harten, ontworpen door Titus Leeser). Ja, dat laatste vind ik ook een beetje een rare prijs. Waarom moet men de poster na een jaar weer doorgeven en krijgt de winnaar niet gewoon een herdruk van de betreffende poster? Nou goed, mocht je je geroepen voelen om mee te stemmen dan kan dat tot en met 28 september 24.00 uur op www.cinema.nl/afficheprijs. Maar zie ook: www.afficheprijs.nl, een nieuwe site gewijd aan posters van Nederlandse films.Zelf vind ik de posters van Angst en Nothing Personal erg mooi. Ook de poster van de film over de theatervoorstelling van Theo Maassen kan mij zeer bekoren door het slimme design, maar die haalde de selectie van vijf niet. De poster van De Storm doet me teveel aan een foute Hollywood-film a la Titanic denken. Hieronder de mening van de vakjury over mijn twee favoriete prenten.Angst – ontwerp Sander Plug
De kwaliteit van het affiche voor de documentaire Angst van Michiel van Erp wordt in hoge mate bepaald door de intrigerende foto. Als toeschouwer word je onmiddellijk betrokken bij een pijnlijk leven achter de luxaflex. Een wereld die wordt bepaald door angststoornissen. Het affiche roept herinneringen op aan de poster voor Body Double van Brian De Palma. De luxaflex werkt als een scherm dat opgetrokken lijkt te worden en anderzijds iets verbergt. Je voelt je bijna een voyeur die deelgenoot van iets wordt gemaakt. Het personage achter de luxaflex kijkt je recht in de ogen, alsof ze zich ervan bewust is dat ze bekeken wordt. Nothing Personal – ontwerp Susanne Keilhack & Joost Hiensch / Shosho
De kwaliteit van deze poster zit ‘m in de minimalistische aanpak, maar het in lakens gewikkelde lichaam geeft een extra dimensie, die je in eerste instantie makkelijk kunt missen. De vrouw is wakker, de manier waarop ze het lichaam vasthoudt, verraadt emotie. Haar foetushouding onderstreept haar kwetsbaarheid, maar in haar houding zit ook iets beschermends en krachtigs. Wat de poster zo intrigerend en effectief maakt, vanuit esthetisch én marketing oogpunt, is de visuele aantrekkingskracht gecombineerd met het feit dat je niet precies weet wat er gebeurt. Is het een psychologische thriller, een liefdesverhaal, een moordmysterie? Het doet er niet toe. De poster is een blikvanger, hij eist je aandacht op. Maar hij schreeuwt zijn boodschap niet uit, het beeld doet zijn werk perfect.

Categorieën
Film Filmrecensie

The Beatles en Funny People

Vanaf zaterdag begint de Beatles-week bij de BBC. En ook de film Funny People die 3 september in première gaat, bevat enkele rake (solo) Beatlenummers. Persoonlijk kan ik geen genoeg van ze krijgen, The Beatles. De band mag dan sinds november 1969 uit elkaar zijn, er gaat bijna geen week voorbij zonder dat er niet een van hun albums in de la van de cd-speler ligt te draaien. Tijdloos vind ik ze en tot op de dag vandaag inspirerend. Zo denkt regisseur Judd Apatow er kennelijk ook over: hij gebruikte maar liefst drie liedjes van Beatles in zijn nieuwste film Funny People. In Funny People krijgt stand-upcomedian George Simmons (Adam Sandler) te horen dat hij ernstig ziek is en nog maar kort te leven heeft. Hij huurt opkomend talent Ira Wright (Seth Rogen) in als persoonlijke assistent en grappenbedenker, want Simmons besluit na jaren flauwe Hollywood-films gemaakt te hebben het standup circuit weer in te gaan. Wanneer Simmons afscheid heeft genomen van vrienden en familie, en in het bijzonder met zijn ex Laura op wie hij nog steeds gek is, blijkt hij op wonderbaarlijke wijze genezen te zijn. Simmons krijgt een tweede kans en besluit om zijn ex voor zich terug te winnen. Hij is van plan om niet langer de egoïstische eikel te zijn die hij altijd was, maar of hem dat gaat lukken is nog maar de vraag.Slechte dag
De film begint met Paul McCartney’s ‘Great Day’ van het album Flaming Pie (1997). Het liedje wordt ironisch gebruikt, want we zien tijdens de openingssequentie hoe Simmons zijn bed uit komt op de dag dat hij te horen krijgt dat hij ernstig ziek is. Voor hem is het dus niet zo’n beste dag.Op een gegeven moment huurt Simmons sessiemuzikanten in om thuis mee te jammen. Het nummer dat hij speelt is ‘Real Love’ van John Lennon. Hij voelt zich zielig en alleen. Voor wie de songtekst erbij pakt is het niet moeilijk voor te stellen dat Simmons dit liedje zingt voor zijn ex Laura (Leslie Mann):

All my little plans and schemes
Lost like some forgotten dream
Seems like all i really was doing
Was waiting for you

Overigens werden er tijdens de opnames acht tot tien nummers opgenomen tijdens de jamsessie omdat Apatow in de montage wilde zien welk nummer het beste zou passen. ‘Photograph’ van Ringo Starr is ook opgenomen en zal waarschijnlijk op de extra’s bij de dvd zitten. Ook komt in de film John Lennons ‘Watching the Wheels’ nog ergens voorbij. Van komedie tot relatiedrama
Helaas is de film Funny People niet van dezelfde kwaliteit als de gebruikte nummers. Hoewel het uitgangspunt een boeiende film kan opleveren, is de derde rolprent van Apatow erg uit balans. Het begint allemaal goed en de comedians doen hun naam eer aan met goede grappen. Halverwege slaat de film om van zwarte komedie in een tenenkrommend familiedrama waar nog maar weinig om te lachen valt. Wanneer Simmons weer beter is en naar het huis van zijn ex afreist om alles weer recht te breien, stuit hij op haar huidige echtgenoot. Deze wordt gespeeld door Eric Bana. Bana slaagt erin de ongeloofwaardigste Australiër ooit neer te zetten. Een hele prestatie als je je bedenkt dat Bana zelf Australiër is. Overigens is met de rest van de cast weinig mis. Sandler speelt deze dramatische rol vol overtuiging en de cameo’s van bekende Amerikaanse grappenmakers zijn vermakelijk en verlenen het verhaal een zekere geloofwaardigheid.Had Apatow maar wat meer de mes in de film gezet en het credo less is more in zijn achterhoofd gehouden. Zijn levenlange fascinatie met stand-upcomedians had hem toch moeten leren dat een goede grap valt of staat met de timing waarin deze verteld wordt. Een afgeslankte filmversie was ongetwijfeld beter geweest. Funny People draait sinds 3 september in de Nederlandse bioscoop.Beatles-week
Maar goed, we hadden het over de vier jongens uit Liverpool. De komende week is het Beatles-week op de BBC 2&4. De aanleiding hiervoor is de computergame The Beatles Rockband die woensdag 9 september uitkomt. De gamer kan net als bij Guitar Hero met een plastic gitaartje meespelen met geanimeerde bandleden. Ook komen er een reeks remasters uit.Op de BBC wordt onder andere de documentaire The Beatles on Record uitgezonden. In de acht jaar sinds hun eerste stappen in de Abbey Road Studio in 1962 maakte de Beatles een hele groei door als muzikanten, een ontwikkeling die is vastgelegd in de studioalbums die ze in die jaren maakten. De documentaire brengt die studiojaren in beeld met zeldzaam archiefmateriaal, foto’s en outtakes. The Beatles vertellen in hun eigen woorden hun geschiedenis. Over de mythe dat The Beatles zouden hebben bijgedragen aan het uiteenvallen van de Sovjet Unie gaat de documentaire Storyville: How the Beatles Rocked the Cremlin. Ook de film Help!(Richard Lester, 1965) wordt weer eens vertoond. Dit keer in gerestaureerde versie. Dus eigenlijk hoef je helemaal de bioscoop niet in deze week. Er is genoeg Beatles-vertier bij de BBC. Misschien moet je alleen even de deur uit om de soundtrack van Funny People aan te schaffen. Trailer Funny People:Deze post staat ook op het filmblog van Zone 5300.