Categorieën
Film Filmrecensie Mike's notities

Een kunstminnend weekend in Arnhem

L. en ik besloten dat een weekendje Arnhem in een rustiek hotel precies was wat we nodig hadden. Dus togen we op vrijdagavond, net na de spits, met de auto naar de hoofdstad van Gelderland.We kwamen ’s avonds laat in het centrum van Arnhem aan. We parkeerden bij Hotel Molendal, gelegen aan de rand van het Sonsbeekpark, op een steenworp afstand van de binnenstad. Er stond een prettige tweepersoonskamer op ons te wachten op de derde verdieping. Hotel Molendal is het voormalige woonhuis van André de la Porte. Deze villa in Jugendstilstijl werd in 1904 als eerste in de omgeving gebouwd.

Uitzicht vanuit de hotelkamer.

Zaterdag brachten we een paar uur door in het Sonsbeekpark, waar veel beelden geëxposeerd staan, een hertenkamp is en twee watervallen. Het viel me hier op hoe heuvelachtig Arnhem en omgeving eigenlijk zijn. Heel anders dan de platte randstad. Stadspark
Het Sonsbeekpark is ’s lands eerste monumentale stadspark. Een belangrijk onderdeel van het park is de St Jansbeek. Vroeger stonden hier zeven molens langs de St Jansbeek. Tegenwoordig staat er daarvan nog één. De Witte molen heet ie. L. en ik bezochten ook even het bezoekerscentrum dat naast de molen staat. Het was die dag open monumentendag. In het park en bezoekerscentrum waren dan ook een hoop bezoekende bejaarden te vinden.

De Witte Molen.

L. en ik zochten weer snel de buitenlucht op en vonden rust bij de waterval.Door het gehele park hingen allerlei installaties en kunstwerken als onderdeel van een expositie van het Museum voor Moderne Kunst. Het was erg verrassend om dergelijke beelden tussen de bomen te ontdekken.Processies
Later die middag bezochten we het Museum voor Moderne Kunst Arnhem (MMKA) waar de tentoonstelling Carried Away/Procession Art werd gehouden. De tentoonstelling bestaat uit het werk van internationale en Nederlandse kunstenaars die processies organiseerden, of zich hebben laten inspireren door processies, politieke parades, carnavalsoptochten, marsen of begrafenisstoeten. Sommige moderne sculpturen konden mij wel bekoren, zoals het werk van Stephen Wilks die levensgrote varkens naar George Orwells boek Animal Farm maakte.Magisch realisme
Het meest onder de indruk was ik echter van de tentoonstelling over het magisch realisme, waar werk hing van de oude meesters Pyke Koch, Edgar Fernhout, Carel Willink, Dick Ket, Wim Schumacher en Charley Toorop.

Detail van het zelfportret van Edgar Fernhout (1912-1974).

Mocht je ooit een bezoekje brengen aan het MMKA, dan raad ik je bij deze de aspergequiche in het restaurant af. Die had dezelfde nare smaak als de olieverf schilderijen die in het museum hingen.

De beeldentuin rondom het museum kan ik je echter wel aanraden. Daar is onder andere deze prachtige deur te aanschouwen.

Een – wat mij betreft – grappig uithangbord in het centrum van Arnhem.

Factory Girl
In de avond besloten we deze kunstgerichte dag af te sluiten met een voorstelling van Factory Girl. Deze film uit 2006 van George Hickenlooper vertelt over het leven van Edie Sedgwick. Deze schoonheid verliet de kunstacademie om het te gaan maken in New York en raakte verstrikt in het web van de wereld van Andy Warhol. Het is een film die vooral de negatieve kanten van haar leven belicht en waarin alle personages heel zielig worden voorgesteld. Op het moment dat acteur Hayden Christensen (Skywalker in de nieuwe Star Wars-trilogie) in de film verscheen en een belabberde poging deed om Bob Dylan te imiteren, had Factory Girl voor mij volledig afgedaan. Hoe een regisseur deze non-acteur kon casten om iemand met de statuur van Dylan neer te zetten, was mij een compleet raadsel. In I Am Not There waren daar nog zes acteurs voor nodig. Allemaal met meer ervaring en veel meer talent dan Anakin Skywalker. Christensen probeert op krampachtige wijze de stem van Bob Dylan na te doen, maar lijkt eerder een monotone voice-over van een derderangs film noir detective op te roepen. Nee, Factory Girl zou wat mij betreft nooit op de lijst van beste film verschijnen. Mocht je de flick toch per se willen zien: ga de bioscoop dan niet in zonder wat prozac-pilletjes.
Een pluspunt aan de voorstelling was dat ik ter promotie van de film een blik Campbell Tomato Soup kreeg van de caissière. De Warhol-fan in mij maakte een klein huppeltje bij de aanblik van dit soepblik.Veluwe
De zondag stond vooral in het teken van de Nederlandse prairie: de veluwe. We pakten twee Witte Fietsen waarmee we het gebied doorkruisten. Bij het Kröller-Müller Museum parkeerden we de stalen rossen om daar een paar uurtjes heerlijk te dwalen door de beeldentuin.
‘Kijk uit attention’ van Krijn Giezen (1939) is sinds een ongeval helaas afgesloten voor het publiek.
Paviljoen voor de 5de Internationale Beeldententoonstelling in het Park Sonsbeek te Arnhem, 1966; herbouwd in de beeldentuin van het museum, 2005-2006.Net als ET
Toen het museum ging sluiten, liepen we naar de fietsenrekken waar normaliter de Witte Fietsen staan. Die waren echter allemaal al meegenomen, of hadden een lekke band. Er zat niets anders op dan de 2,5 kilometer terug te lopen naar de auto. Toen we echter stuitten op een hek en een bordje met ‘verboden toegang’ moesten we van het aangewezen pad afwijken. Al snel liepen we niet meer in de goede richting. Een aardige man en een kaart bood uitkomst. We waren inderdaad een stukje verkeerd gelopen. De avond viel en het zou weldra donker worden. Heel toevallig stonden er twee witte kinderfietsen op ons te wachten in de berm. Niet veel later raceten we door het Veluwse landschap op veel te kleine fietsjes. In mijn hoofd hoorde ik de melodie van de film ET, want het deed me denken aan de fietstocht van Elliot en co. Goed, Elliot had een crossfiets en een alien in het mandje aan het stuur die de fietsen door de lucht liet vliegen, maar voor de rest voelde het precies hetzelfde. 🙂 Een aardige melige afsluiter van een weekend vol kunst – in Arnhem.
Lees ook:

Categorieën
Boeken Strips

Vrijdagmiddag (2): Geestverruimende middelen en nachtwezens in The ABC

Het regende zachtjes toen ik die vrijdagmiddag The American Book Center op het spui binnendruppelde. Mijn gedachten waren nog even bij de afgelopen uren in het Crea Café, waar ik met een oude studiegenote had bijgepraat. Maar nu was het tijd voor boeken. Nu ja, strips om precies te zijn. The American Book Center huist alweer een aantal jaar op het Spui in Amsterdam. Ik kom er al sinds mijn studietijd, toen de boekwinkel nog aan het einde van de Kalverstraat zat. Het is voor mij de perfecte plek om te snuffelen en onverwachte ontdekkingen te doen.Geestverruimende middelen
Wat mij betreft is een goede boekwinkel een vrijhaven – een plek weg van alledag waar je geestverruimende middelen in de vorm van boeken, teksten en comics kunt vinden en waar je, in het gunstige geval, even rustig kunt bladeren, lezen en snuffelen. De betere boekhandel past bij je smaak en heeft dat ene boek wat je zoekt in de kast staan, of kan daar zonder moeite aankomen. The American Book Center voldoet niet aan alle bovengestelde eisen, want door de smalle gangen en volle winkel word je vaak gestoord in het snuffelen door andere papierzoekers. Ook kun je er niet lekker in een hoekje zitten lezen, zoals dat wel kan in de boekwinkel Borders in Londen. Toch is het een van mijn favoriete plekken om te vertoeven. Omdat het personeel er al jaren werkt, kom je er altijd herkenbare gezichten tegen. De staff van de ABC geeft de indruk hart voor de zaak te hebben. Die herkenbaarheid en continuïteit geven een vertrouwd gevoel. Vanwege de kortingskaart voel je je als klant toch onderdeel van de gehele sfeer daar. En de collectie graphic novels en filmboeken is zeer ruim.

De trap naar de eerste verdieping. Foto: Boekhandel-info.nl

De laatste tijd is het scannen van de aanbiedingskast op de eerste verdieping vaste prik geworden als ik in Amsterdam ben. Ook dit keer stonden er weer een paar interessante comics tussen die ik niet wilde laten staan. Nachtwezens
Zoals een mooi gebonden hardcover editie van Nocturnals. Stripmaker Dan Brereton schildert zijn strips. Zijn artwork greep me dan ook meteen: mooi geschilderde platen vol rijke details. De strips over de nachtelijke outcasts werden oorspronkelijk halverwege de jaren negentig uitgegeven. Het verhaal vertelt over de supernatuurlijke avonturen van Doc Horror en zijn dochter Evening. Ze opereren in de fictionele stad Pacific City, ergens gelokaliseerd in Californië. In de verhalen over de Nocturnals worden gangster/pulpverhalen gecombineerd met fantasiewezens, bovennatuurlijke elementen en een halloweenachtige sfeer.

Prachtig werk van Dan Brereton.

Ook waren er veel hardcover Batman-titels in de aanbieding die middag. Ik voelde me als een kind in een snoepwinkel, maar wist mijn koopdrift te beheersen tot een paar titels. Want, laten we eerlijk zijn, The ABC is niet een van de goedkoopste boekwinkels in Nederland. De prijs van de boeken ligt vaak ver boven die van online winkels. Iets wat de aanbiedingenkast des te aantrekkelijk maakt. Toen ik even later op de bank zat, met een verse pot thee naast me, en de bladzijden van Nocturnals opensloeg, ging er een wondere en tot nu onbekende wereld voor me open. En dat is toch de kracht van een goede strip en een goed boek. Mijn honger naar bijzonder leesvoer was weer voor even gestild.Mocht de lezer het zich afvragen: deze tekst is niet gesponsord door de ABC. Desondanks wijs ik je graag op het blog van de boekwinkel.Lees ook:

Categorieën
Mike's notities

Vrijdagmiddag: Niet-nostalgisch weerzien

Vrijdagmiddag leek Amsterdam niet meer droog te zullen worden. Ik toog met een zware weekendtas vol mooie verwachtingen van het aankomende weekend in Arnhem door het centrum op weg naar het Crea Café.
Toen ik nog studeerde aan de UvA kwam ik daar vaak. Gezellig wat drinken met studiegenoten, films bespreken én kennismaken met medestudentes. Crea was ook een prima plek om zo nu en dan, anoniem tussen de drukte, wat te lezen of gewoon uit het raam te staren en te genieten van een warme cappuccino. Ik was er jaren niet geweest. Er waren wat tafeltjes en nieuwe gezichten bijgekomen, al herkende ik de barman meteen. Die stond er toen ook al. Misschien was hij nu bedrijfsleider. Ik hoopte het voor hem. Studiegenoten
Ik had een afspraak met L.D., een oude bekende van mijn studietijd. Zij deed tv, ik film. We hadden elkaar al zo’n twee jaar niet gesproken, tot die verrassende ontmoeting op Festival de Beschaving een paar weken eerder. Toevallig bedacht ik me net die week dat ik haar weer eens moest bellen. Misschien kwam het omdat ik een favoriete tv-serie uit die tijd op dvd aan het kijken was, dat ik zo aan oude studiegenoten zat te denken. Veel van hen had ik uit het oog verloren. Zo gaat dat. Maar het tij is soms te keren. Binnenkort moest ik ze maar eens mailen om te horen wat ze tegenwoordig allemaal doen. L.D. was inmiddels afgestudeerd en druk bezig met een paar mediaprojecten. Het was leuk om haar weer te zien. Binnen een half uur waren twee jaar overbrugd en praatten we met elkaar alsof er nooit een contactstilte was geweest. Terwijl we meer over het nu dan het verleden praatten, kwamen er allerlei studenten om ons heen lunchen – de nieuwe garde. De vroeg-twintigers leken jonger dan ooit. Het decor was hetzelfde als toen, en de handelingen die erin plaatsvonden ongetwijfeld ook. Toch voelde ik een onoverbrugbare afstand tussen hun wereld en de mijne.Heden
Die middag kwam het verleden niet tot leven; de stemmen van toen bleven verstomd. Nostalgie is voor oudere mensen. Daar waren L.D. en ik nog niet aan toe. We waren bezig met het leven na de studie. Het vinden van de juiste plek in de wereld, nieuwsgierig naar waar de reis naartoe ging, niet waar we al geweest waren. De fundamenten van de toekomst waren gelegd, maar er moest nog serieus aan worden gebouwd.

Het terras van Crea, vlak voor het lunchuur.

Studietijd
L.D. miste het studieleven niet zo. Ik eigenlijk ook niet. Wie mist er immers dagen blokken voor tentamens en lange, soms saaie hoorcolleges? Nou ja, de avondjes gezamenlijk films kijken, het bezoeken van lezingen, filmtheorieën bediscussiëren en de sociale contacten miste ik wel. En het na college rondhangen in Crea was altijd aangenaam. Studie-uitstelgedrag was namelijk een heerlijke bezigheid. Vrijheid om je eigen tijd in te delen: de natte droom van menig dertiger met een vaste baan. L.D. en ik namen afscheid met het voornemen snel weer te bellen. Terwijl ik richting het Spui en The American Book Center liep, ook ontdekt tijdens mijn studietijd, begon het weer zachtjes te regenen.Lees verder: Vrijdagmiddag (2): Geestverruimende middelen en nachtwezens in The ABC.

Categorieën
Mike's notities

Berlijn (4): Ich bin kein Berliner…

Hoewel de meeste Berlijners die we spreken goed Engels spreken (beter dan mijn Duits in ieder geval), loopt de communicatie niet geheel vlekkeloos.L. en ik verblijven in een bescheiden hotel in de wijk Prenzlauern Berg. De eerste avond maak ik een ‘goede indruk’ bij onze Duitsche receptioniste, als zij al kauwend onze sleutel aanneemt en ik haar ‘gesundenes fressen’ toewens. Ze schrikt hier duidelijk van en kijkt me verbaasd aan. Ik stamel in het Duits dat we dit in Holland tegen elkaar zeggen als we gaan eten. ‘Wij zeggen dat alleen als dieren eten,’ zegt de receptionist. ‘In Duitsland zeggen we Bon appetit!’ Oh. Ik zal wel te veel Jiskefet gekeken hebben. Lost in translation
Misschien moet ik het vanaf nu maar bij Engels laten, want van die vier verplichte jaren Duitse les op het vwo is verdammt wenig overgebleven. Koffie bestellen gaat nog, maar complexe zinnen met meer dan vier woorden, spreek ik vooral in onverstaanbaar gestamel uit. Wat dat betreft was mijn omgang met de locale bevolking in Edinburgh indertijd een stuk makkelijker. ‘Ich bin kein Berliner…’Duidelijke taal
Op de tweede dag gaan we in een eetgelegenheid zitten voor de lunch. Het restaurant zit vast aan een creatief centrum dat veel weg heeft van het Westergasfabriek-terrein in Amsterdam. De ober met Egyptisch voorkomen ploft de menukaarten op tafel en blaft ons in snelgesproken Duits af, alsof het hem irriteert dat we de taal niet goed spreken. Tegen een stel jonge Duitse meiden doet hij even later poeslief. We staan op en besluiten onze lunch ergens anders te eten. Dat doen we in een gezellig (selfservice) bakkerijtje in een van de straten die in het Franse kwartier liggen. Het is dat er om ons heen Duits wordt gesproken anders zouden we ons in Parijs wanen. Dikke vrouw
Berlijn lijkt op iedere straathoek wel een verrassing in petto te hebben. Zo staat in dezelfde Franse buurt een boekenboom. Wie zich aanmeldt bij de betreffende stichting kan mag daar een boek uithalen mits je er een boek voor teruglegt. Niet ver van de boekenboom zien we een verontrustende polaroid op straat liggen van een naakte dikke vrouw die met haar kruis richting de cameralens, op bed ligt. De polaroid ligt op de stoep en lijkt welhaast met opzet zo neergelegd. Het schokkende beeld blijft nog lang op mijn netvlies plakken. Wat we ook geregeld tegenkomen is een ouderwetse kauwgomautomaat. De kauwgomballen lijken niet meer ververst te zijn sinds het vallen van de muur. Waarschijnlijk worden ze niet meer als zodanig gebruikt, maar doen ze dienst als object trouvé. Gezellige emo-bar
Ook kent Berlijn veel gezellige drinkgelegenheden. Om de hoek van ons hotel is een smal, maar diep café waar muziek uit de jaren zestig, zeventig en tachtig wordt gedraaid. Het tafelblad is een elektronisch mens-erger-je-niet-spel. De muren zijn behangen met gekleurde doeken, een poppenmeisje met een bloem in haar hand zit op de kast en knikt ons mechanisch toe. Het publiek is van alle leeftijden in dit café. L. en ik vinden het er gezellig en drinken rondje met ze mee. Opvallend detail is dat de mensen hier roken. Dat is weer even wennen. Als L. haar cola op heeft doemt de barman bij ons tafeltje op. Hij is lang, draagt een zwart t-shirt en heeft emo-haar. Of we nog iets willen drinken. Hij kijkt zo indringend dat we haast niet durven te weigeren, maar het is mooi geweest voor vanavond. Als we een paar minuten later het pand uit lopen, staat de barman plotseling achter mij. Hij wenst me vriendelijk een prettige avond. De lange weg naar huis
Ik moet weer aan het café denken als L. en ik op woensdag weer in de trein naar Nederland zitten. De leukste plek om uit te puffen was duidelijk het binnenplaatsje met die mechanische muppet.
Echt kennis maken met de Duitsers is niet gelukt – de ervaringen met bar- en hotelpersoneel waren wisselend. Verder hebben we niet veel mensen op straat gesproken. Daarvoor waren we ook te kort in de stad. Gelukkig hebben we samen veel lol gehad. Wat ik vooral meeneem uit Berlijn is een goede indruk van de straatkunst aldaar. De street art alleen is al een goede reden om nog eens terug te komen. Overigens hebben we natuurlijk ook de nodige toeristenclichés bewandeld. Bekende monumenten als de Reichstag en de televisietoren op Alexanderplatz hebben we wel gezien, maar we zijn er niet binnen geweest. De rijen met toeristen voor de gebouwen waren daarvoor veel te lang. Ook de volgende keer dan maar.
Tot mijn verbazing ontdekte ik bij mezelf een fascinatie voor de geschiedenis van de Muur. Je kunt er immers niet omheen als je in Berlijn bent. Thuis zal ik eens flink gaan googlen. En die Spider-Man-strip erop naslaan.Het reisverslag over Berlijn wordt besloten met een video-impressie.
Het hele Berlijn-reisverslag op een rij:

Categorieën
Mike's notities

Berlijn (3): Street art

Kunst ligt op straat in Berlijn, of liever gezegd: het staat op de muur geschreven. Berlijn is een van de steden waar je veel street art kunt zien. Vele muren staan vol geschreven met graffiti en afbeeldingen. Vooral in Oost-Berlijn is het lastig een maagdelijke muur te vinden. L. en ik nemen een lange wandeling langs dit open atelier. East Side Gallery
De stukken van de Berlijnse muur die bewaard zijn gebleven zijn ook vol getekend. Zoals het 1,3 kilometer lange stuk muur in de wijk Friedrichshain – deze zogenoemde East Side Gallery bevat ruim 106 (politieke) muurschilderingen met daaroverheen verse graffiti.

Politieke prent in de East Side Gallery.

Street art
Street art is veel meer dan simpel graffiti. Het omvat in principe alles wat op muren staat, van stickers, sjablonen en posters, maar ook zonder toestemming geplaatste beelden en schilderingen. De oorsprong van graffiti in Berlijn ligt in het westelijke gedeelte van de stad. In de vroege jaren tachtig was de Amerikaanse sector een smeltkroes van anarchistische punkers, Turkse immigranten en West-Duitse dienstweigeraars. Vooral in Kreuzberg, een buurt die van drie kanten ommuurt was, kwam de scene goed tot bloei. Ze hadden immers genoeg muuroppervlak om op los te gaan.
Verboten!
In Oost-Berlijn was het bekladden van de muur streng verboden. De Stasi, de inlichtingendienst in de DDR, zorgde ervoor dat de muur schoon bleef. Wie betrapt werd op het schrijven van graffiti kon de bak indraaien – of erger. Dat veranderde allemaal na het vallen van de Muur. Kustenaars, muzikanten en jongeren gingen toen juist wonen in Oost-Berlijn en al snel waren de grijze buurten van de stad onder geschilderd in fel gekleurde afbeeldingen. Begin jaren negentig werd er een speciaal taskforce in het leven geroepen om de graffiti te bestrijden, maar deze organisatie werkt niet heel snel en kan de groei van straatkunst moeilijk tegenhouden. Ze arresteren zo nu en dan wat mensen en delen boetes uit die op kunnen lopen tot duizenden euro’s. Kunst met de B van Berlijn
L. is specifiek geïnteresseerd in de straatkunst in Berlijn. Ik associeer volgeschreven muren in eerste instantie met verpaupering, al kunnen de muurschilderingen en gespoten sjablonen mij zeker bekoren. Gelokt door een oud cinemabord komen we bij toeval op een binnenplaatsje terecht in de wijk Mitte. De bioscoop vertoont ook films in de oorspronkelijke taal. We willen naar de film Be Kind Rewind, maar deze draait pas laat op de avond. We nemen wat te drinken en kijken eens goed rond op het binnenplaatsje.Er staat een mechanische muppet die met zijn vleugels begint te bewegen en met zijn ogen draait als je wat geld in de sleuf gooit. (Zie foto.) Het café waar we op terras zitten, is van binnen erg donker en lijkt een oud krakerscafé te zijn. Erboven zitten een winkeltje van kunst- en stripboeken en een expositieruimte. We hebben een creatieve ader van Berlijn gevonden en nemen de tijd om eens goed tussen de boeken te struinen. Gekke bekken
Op de laatste dag bezoeken we nog het Hamburger Bahnhof-Museum fur Gegenwart Berlin. Daar hangen een paar originele Warhols (daar is ie weer) en Lichtensteins. De expositie van het werk van Anna & Bernhard Blume: Pure Reason kan mij minder bekoren. Ik zie een serie vervreemdende zwart-witfoto’s waarin de twee kunstenaars zelf de hoofdrolspelen en gekke gezichten trekken. In sommige foto’s gaan ze de strijd aan met abstracte vormen die hen proberen te omsluiten. Wat dat betreft heb ik aansprekender werk in de straten van Berlijn gezien. Hoewel:

L. en ik vragen ons af of bovenstaande spam nog stamt uit de tijd dat er geen interpret was in Duitsland.

Lees ook:

Categorieën
Mike's notities

Berlijn (2): Muurbloempjes en oorlogsmonumenten

Ook al is de Muur in november 1989 omgegaan, de overgebleven delen zijn een grote toeristische attractie in Berlijn.Als kind maakte ik voor het eerst kennis met de Berlijnse muur in een Spider-Man comic. De superhelden Wolverine en Spidey namen het op tegen de KGB waarbij het webhoofd illegaal de muur over moest, naar de Sovjetsector van de stad. Die Spinne in Berlin die een robbertje knokt met de geheime politie én Wolverine op een mistroostig Russisch kerkhof. (Wie durft nog te beweren dat je niets leert van strips?)

Muurbloempjes.


Koude oorlog
Tijdens geschiedenisles leerde ik dat Berlijn analoog aan heel Duitsland na de Tweede Wereldoorlog door de geallieerden werd verdeeld in verschillende sectoren: een Britse, Franse, Amerikaanse en een Russisch gedeelte. Omdat Berlijn geheel in de Duitse Democratische Republiek lag, zagen veel Sovjetonderdanen de stad als vrijplaats om te vluchten naar het westen. Daarom besloten Walter Ulbricht en de Sovjetleider Nikita Chroesjtsjov een einde te maken aan de leegloop. In de nacht van 12 op 13 augustus 1961 werd begonnen met de bouw van de Berlijnse Muur. De scheiding tussen Oost- en West-Berlijn zou tot november 1989 duren. Leven in angst
Slenterend door Berlijn verbaast het mij dat Berlijners helemaal niet bezig zijn met het verleden, met de Muur. Waarom zouden ze ook? Het is alweer lang geleden. De jonge generatie weet niet hoe het was toen het Oosten en Westen van elkaar gescheiden waren. Hoe het was om in de DDR in angst te leven: je eigen buren konden immers agenten van de geheime dienst zijn. Wie kritiek uitte over het politbureau kon makkelijk verraden worden. Die situatie is voor ons als toeristen moeilijk voor te stellen, al lopen L. en ik gefascineerd langs enkele kenmerkende overblijfselen van dat verleden. Op verschillende plekken in de stad staan stukken muur opgesteld, al geven deze kleine stukken niet echt een goed beeld van hoe de situatie vroeger was.

Uitzicht op de Muur bij Bernauer Strasse.

De Muur in Bernauer Strasse vanaf het Oosten gezien.

De beste plek om een beetje een indruk te krijgen van de Muur is aan de Bernauer strasse. Daar staat een groot origineel stuk van de muur. In het documentatiecentrum zijn filmopnames te zien uit de tijd van de Muur. Ook van mensen die ontsnappen van het Oosten. Mensen die in het Oosten woonden aan de Bernauer strasse hadden uitzicht op het vrije westen. Volendam
L. en ik besluiten een kijkje te nemen bij Checkpoint Charlie, waar vroeger de overgang tussen het Amerikaanse gedeelte van West-Berlijn naar de Russische sector was. Ik verwacht het bekende wachterhuisje te zien, maar ben hevig teleurgesteld als we, na een lange wandeling langs de route waar de muur liep, aankomen bij dit historische punt.

‘Smile swcheinhund!’
Twee modellen voor Checkpoint Charlie.

Voor het checkpoint staan twee acteurs verkleed als een Amerikaanse en een Franse soldaat. Toeristen kunnen voor één euro met ze op de foto. ‘De soldaten’ leggen gebroederlijk hun arm op de schouders van de toerist. Leuk voor thuis en net zo authentiek als de mensen die klederdracht dragen in Volendam.Betonnen abstractie
Veel indrukwekkender is het holocaustmonument dat een serene schoonheid uitstraalt. Het monument is ontworpen door Peter Eisenmann en werd na jaren bakkeleien in 2005 eindelijk neergezet.

Dankmal für die ermordeten Juden Europas.

Eisenman wilde met zijn ontwerp een fysieke ervaring bij de bezoekers teweegbrengen. De eindeloze doolhof moet de bezoeker het gevoel geven de oriëntatie te verliezen. De 2711 zuilen verschillen in hoogte van straatniveau tot vier en een halve meter; ze zijn allemaal licht gekanteld. De gangen zijn te smal om naast elkaar te lopen. Iedereen moet daarom het monument alleen ervaren.Verstoppertje
Ik loop door de gangen langs de grote betonnen blokken – een labyrint van figuurlijke graven. Op een van de blokken zit een jongen gitaar te spelen. Verderop spelen mensen verstoppertje tussen de zuilen. Het is bijzonder om te zien hoe dit monument op verschillende manieren wordt gebruikt door de bewoners en bezoekers van de stad. Het monument is meer dan alleen een plek waar je stil kunt staan bij het verleden. Mensen kunnen het monument op eigen wijze een plaats geven in hun leven. Dat maakt het holocaustmonument in Berlijn vele malen nuttiger dan die stenen penis op de Dam in Amsterdam. Wordt vervolgd…Lees ook:

Tot slot: Klein Orkest met ‘Over de Muur’. Omdat het een mooi nummer is. Filmpje is gemaakt door Limbo 1342.

Categorieën
Mike's notities

Berlijn (1): Street art, nazi’s en Hasselhoff

Zes uur op je kont zitten terwijl je met hoge snelheid door het landschap reist heeft iets onnatuurlijks. Samen met L. in een overvolle treincoupé met Nederlanders, Duitsers, Fransen, Belgen en andere nationaliteiten. Op weg naar Berlijn. Voor het eerst naar de hoofdstad van Germanië.L. is goed gezelschap en het laatste James Bond-boek Devil May Care valt niet tegen. Jengelende kinderen en de hitte negeer ik zoveel mogelijk. Aan het einde van de middag speelt een van de medereizigers een dvd af op zijn laptop. Een drama over racisme met Pierce Brosnan – zo te zien aan de Duitse filmtitels is de dvd nagesynchroniseerd. Vreemde gewoonte is dat, het inspreken van films in de eigen taal. Typisch iets wat ik associeer met Duitsland.

Of je wurst lust. Let op de sms-smiley boven het stalletje :-).

Vooroordelen
Je merkt dat je de grens over bent op het moment dat de conducteur alleen nog in het Duits de stations omroept. Tot aan de Nederlands-Duitse grens gebeurt dat in meerdere talen – service van de zaak. Hierin zie ik mijn tweede vooroordeel jegens de Duitsers bevestigd. Het eerste wat je over Germanië leert op de basisschool, tenminste in mijn tijd, is de holocaust. Een eerste indruk blijft je altijd bij, het is de basis waarop alle andere indrukken geplaatst worden. De associatie tussen Duitsers en nazi’s werd dus vroeg gelegd. Tijdens de studie filmwetenschap bestond Duitse cinema uit drie perioden: het expressionisme in de jaren twintig van de vorige eeuw, Weimar-films en – daar heb je ze weer – de nazi-propaganda van Leni Riefenstahl. En niet te vergeten de derderangs nazi-schurken uit de vele Hollywood-films.

No-nazi’s dus.

Euh, Saunahaus ‘ss’?!

Natuurlijk weet ik ook wel dat dergelijke stereotyperingen de waarheid niet benaderen; toch is het is moeilijk je blik niet te laten beïnvloeden door dat soort beeldvorming. David Hasselhoff als door zichzelf uitgeroepen nationale held van de Oosterburen helpt daar ook niet tegen. Hasselhoff
David Hasselhoff, wat heeft die nu weer met Berlijn te maken, vraag je je wellicht af. The Knight Rocker stond op 31 december 1989 op de restanten van de Berlijnse muur het nummer ‘Looking for Freedom’ te zingen. Sommige Amerikanen denken nog steeds dat de acteur/zanger verantwoordelijk was voor het omvallen van de muur. Muziek
De muur in Berlijn was het symbool van de Koude Oorlog , symbool voor de verdeling tussen Oost- en West-Duitsland. Berlijn is echter meer dan dat. In de dagen voor de reis heb ik naar Lou Reeds album Berlin geluisterd. Ook Low van David Bowie – het eerste van drie albums die de muzikale duizendpoot maakte in het Berlijn van de Muur – draaide menig rondje in de player. Twee grote muzikanten voelden zich geïnspireerd door deze stad en leverden albums af die tot hun beste werk gerekend kunnen worden. Gek genoeg spookt het mindere werk, namelijk het nummer ‘Looking For Freedom’, Hasselhoffs vertaling van het Duitse nummer ‘Auf Der Strasse Nach Suden’, door mijn hoofd als we aankomen op Hauptbahnhof.

Filmgrootheid David Lynch op een muurposter die toch wat doet denken aan het duistere Germaanse verleden.

Aankomst
Misschien heeft iedereen zijn eigen Berlijn. Hoe je de stad ziet is een keuze. Laat je je beïnvloeden door gegevens uit het verleden of stap je anno nu het hotel uit, de stad in. Ik streef naar het laatste. De ontdekking van ‘mijn’ Berlijn kan beginnen. Wordt vervolgd…Lees ook:

Categorieën
Mike's notities

High school blues

Nu mijn zusje midden in de eindexamenperiode zit, vraag ik me af wat er is gebeurd met al die kennis die ik heb vergaard gedurende die lange lesuren op de middelbare school. Ik prijs me gelukkig met het feit dat ik me nog maar weinig kan herinneren van het klasbezoek zelf. Het idee dat je oneindig lang naar een docent moet luisteren die iets vertelt, is een gedachte die mij niet direct kan bekoren. Ik herinner me geschiedenislessen waarin ik pagina’s vol schreef met gedicteerde feiten die nooit relevant leken te zijn voor mijn eigen leven. Ik herinner me momenten van paniek waarin de gepresenteerde nieuwe wiskundeformule een onoplosbaar mysterie leek. Gelukkig waren er ook de lessen Engels waarin we het filmoeuvre van Monty Python voorgeschoteld kregen en lessen kunstgeschiedenis waar mijn passie voor beeldanalyse zachtjes werd aangewakkerd. Veel van de dingen die ik toen in mijn hoofd heb gestamd, zijn verloren gegaan. Kennis is vooral vergeten omdat ik er daarna niets meer mee heb gedaan. Want wat je niet gebruikt, zakt weg in het zwarte gat in de hersenen waarin alle nutteloze data verdwijne. Over het algemeen was het lesgedeelte van de middelbare school geen pretje. De buitenschoolse activiteiten vormden wat dat betreft een mooi contrast. Samen met vrienden in de kroeg, gezellige pauzes, bij elkaar thuis rondhangen, feestjes, video’s kopiëren met m’n beste vriend, culturele avonden organiseren, een schoolkrant vol schrijven…

De laatste dag
De morgen van de uitslag van het eindexamen kreeg iedereen die gezakt was voor twaalf uur een telefoontje. Ik kon niet wachten en was om half elf al op school om de uitslag te vernemen. Het idee om het laatste jaar vwo over te moeten doen had inmiddels nachtmerrieachtige proporties gekregen. Marloes kwam op me afgerend om te vragen of ik geslaagd was. Ik wist nog van niets. Ik liep met haar en beste vriend A. richting het hoofdgebouw. Onderweg kwamen we Esther H. tegen. Zij was geslaagd, en zei dat ik dat ook was. Goed om te horen, maar ik moest het toch even zelf zien. Bij de administratie lag de lijst met uitslagen. De woorden van Esther bleken waar: ik kon na zes jaar m’n middelbare schoolcarrière afsluiten. De rest van de dag bleef ik op school hangen om vrienden en klasgenoten te feliciteren met hun resultaten. Een enkeling had nog een herkansing te doen. In de avond bij Esther H. en vrienden feestgevierd en dat later voortgezet in de kroeg. Een uitbundige sfeer. Gedronken en met veel mensen gepraat over De Toekomst die dankzij de geslaagde uitslag toegankelijk was geworden. Thomas en ik feliciteerden elkaar wel vijftig keer die avond. Toen de kroeg werd gesloten, wilde niemand echt weg. Net als bij een goed boek, wil je het lezen van de laatste bladzijde zo lang mogelijk uitstellen. Met enkele vrienden fietste ik richting huis. De meeste mensen van toen zijn in de nacht der vergetelheid verdwenen. Een paar ervan zie ik nu nog. Maar de hechte sociale groep waar ik toen deel van uit maakte, raakte al snel onthecht.
That’s the way the cookie crumbles.

Overgangsritueel
In Amerikaanse tienerseries zie je zelden iemand echt in de boeken zitten. De kern van de series draait om de sociale wereld rondom de lessen. De hartstocht, de pijn, relaties, familieperikelen… de bouwstenen waaruit het dagelijks leven bestaat. Het is niet voor niets dat als de camera een blik werpt in het klaslokaal, het niet lang duurt voordat de bel gaat om het lesuur uit te luiden. Studerende en luisterende mensen bieden immers een saai beeld. Het eindexamen gaat dan ook niet om cijfers. (Sindsdien is er nooit meer naar de behaalde cijfers gevraagd.) Het eindexamen is een overgangsritueel. Een test die je moet doormaken om je te harden voor wat erna komt. Misschien dat ik daarom zo verdomd weinig kan herinneren van lange uren in het klaslokaal en de eindeloze huiswerkuren. (Niet dat je mij daarover hoort klagen. 🙂 )

Categorieën
Mike's notities

Springlevend

Nog niet dood, part deux

‘The key isn’t winning… or losing. It’s making the attempt. I may never be what I ought to be, want to be… but how will I know unless I try? Sure, it’s scary, but what’s the alternative? Stagnation… a safer, more terrible form of death. Not of the body, but of the spirit. An animal knows what it is. And accepts it. A man may know what he is… but he questions. He dreams. He strives. Changes. Grows.’
Christopher Claremont, Wolverine (1982).

Jeugdzonden
Een paar dagen geleden kwam ik Miss Z. tegen. Een oude vriendin die ik al jaren niet meer had gezien. Verwaterd contact. Ik moest dan ook twee keer kijken voor ik de vriendelijke moeder van midden dertig met het jonge meisje in het kinderzitje op haar fietsstuur herkende als Miss Z. Niet dat ze echt veel was veranderd. Hoewel: de vrolijke vrije geest die ik kende was moeder geworden en verantwoordelijk voor het opvoeden van een kleine spruit. Het vrolijke kind keek me nieuwsgierig door haar brilglazen aan terwijl ik met haar moeder sprak over wat ze allemaal had uitgespookt in de afgelopen tig jaar. En of ze nog steeds met D. omging. Tien jaar geleden had ik een korte film gemaakt met de naam De Schilder. D. speelde de gelijknamige detective die zijn naam had gekregen vanwege het feit dat ‘als hij met je klaar was, je over de hele straat was uitgesmeerd.’ Een van de cinematografische jeugdzonden uit mijn begintijd aan de Hogeschool voor de Kunsten Utrecht. ‘En ben je nu al een beroemd filmregisseur?’ vroeg Miss Z. ‘Still working on it…’ grapte ik. Het leek misschien dat in de afgelopen tien jaar niet veel van mijn plannen terecht was gekomen – ik woon zelfs nog in hetzelfde huis als toen – toch was mijn wereld danig veranderd en sinds de HKU was er heel wat gebeurd. Goed, de eerste grote speelfilm moest ik nog draaien, maar ondertussen heb ik wel een paar leuke producties op mijn naam staan. Focus
Toch zette deze korte maar gezellige ontmoeting me aan het denken. Ik ben de laatste tijd meer gefocust op de dingen die ik belangrijk vind. Daarbij heb ik rust gevonden om andere zaken als ondergeschikt te beschouwen, me daar minder druk om te maken. Levenstijd is schaars en moet daarom grotendeels nuttig besteed worden, vind ik. Geduld en doorzettingsvermogen zijn twee eigenschappen die in symbiose een sterke levenskracht kunnen zijn.
Koninginnenacht zit ik samen met wat vrienden in mijn stamkroeg. Om 12 uur drinken we op mijn gezondheid. Weer een jaartje op de teller. Vriend Paul vraagt wat me plannen zijn voor het komende levensjaar: een nieuwe leukere baan staat hoog op het lijstje; een paar goede videoprojecten maken, Project Manic af schrijven en me richten op publiceren van teksten. Dat leek me wel weer ambitieus genoeg voor één jaar. Niet vragen maar doen
Een paar uur later zit ik aan de bar, om mij heen veel tieners en twintigers. Ik spreek die avond met een lange blondine van 17, een Jonge Bekende van begin 20 en een meisje van 22. Geen idee hoe het komt, maar ieder gesprek loopt uit op het vergelijken van levensfilosofieën. Ze proberen allemaal op hun eigen manier hun identiteit vast te stellen en de zin van het leven te bespreken: Waarom Zijn We Hier? Wie Ben ik? En Wat Hierna? De laatste twee antwoorden heb ik voor mezelf al eerder bedacht. De eerste, de grote Waarom Zijn Wij Hier-vraag beantwoord ik voorlopig met de tegenvraag ‘Waarom niet?’. Met de laatste slok bier spoel ik alle zwaarmoedigheid die bij het filosoferen komt kijken, weg en stap rond half drie de avondlucht in. De tijd van levensvragen is voorbij. De tijd van actie en streven naar is aangebroken.
Lees ook: Nog niet dood

Categorieën
Mike's notities

Vliegend tapijt

Eigenlijk was het de schuld van de nieuwe televisie. Die moest in een andere hoek gezet worden, omdat het beeldscherm te veel licht weerkaatste van het dakraam aan de andere kant van de kamer. Samen met vriend Paul de breedbeeldtelevisie anders neergezet. Ja, maar nu zou de nieuwe zithoek tegenover de tv precies terechtkomen op de plek waar een lelijk gat in het tapijt zat. Zaterdagmiddag, 16:00 uur
Tijd voor nieuwe vloerbedekking. Zaterdagmiddag staan Paul en ik in de plaatselijke Leenbakker. Stofjes snuffelen, meubels kijken. Een rol met een aangename kleur is in de aanbieding. Ter plekke besluit ik deze te kopen. Dus vier meter afsnijden, de tapijtrol op twee plaatsen dubbelvouwen en in de auto proppen. We zetten de auto in het centrum neer. Twee vroeg-dertigers lopen met een rol tapijt langs de koopverslaafden op de markt. Net als het zachtjes begint te sneeuwen lopen we mijn huis binnen. Mazzel. Thuis aangekomen overzien we de situatie. De woonkamer moet namelijk nog leeg. In twee uur trekken we alle kasten leeg, slopen we een bureau en een kast, zetten we het zeil in de keuken vol met spullen. Ik maak tijdens een het inpakken een snelle schifting tussen wat kan blijven en wat permanent mag verdwijnen. De helft van mijn videocollectie zal het niet overleven. We leven immers in het tijdperk van dvd. Vergane glorie
Een snelle snackmaaltijd later trekken we het oude tapijt eruit. Zo gepiept: de stof lijkt al half vergaan en springt bijna spontaan van de vloer af. Het is een uur of negen ’s avonds als we het nieuwe tapijt over de vloer uitrollen. Staat wel mooi zo. Gek eigenlijk: al een paar jaar heb ik weinig tot niets aan het huis gedaan. “Binnenkort verhuis ik toch, dus dan zet ik alle meubels bij het grofvuil”, dacht ik altijd. “Ja, maar voor je het weet woon je tussen het grofvuil”, zegt Paul tijdens het straktrekken van het tapijt. Daar heeft hij natuurlijk een punt. Je leeft immers nu en niet later. Je kunt zaken uitstellen in de hoop op een nieuwe wending, maar zolang deze uitblijft kun je er maar beter het beste van maken. Zelfs al woon ik nog maar een paar maanden in dit appartement, dan woon ik in ieder geval weer lekker en knus. Bier!
We plakken de randen vast met dubbelzijdig plakband, maar het afsnijden blijkt nog een heel secuur werkje te zijn. Tja, daar zijn niet voor niets professionals voor. Die mag het dan ook afmaken van de week. We zetten een deel van de spullen terug en gaan het nieuwe tapijt vieren in mijn stamkroeg. Lees ook: Grote opruiming

Categorieën
Strips

Grote opruiming

Gewoon een weekje pauze van alles. Een weekje voor mezelf. Zonder werk, zonder collega’s. Geen kantoor. Een weekje om te schrijven aan Project Manic. Het werd vooral een tijd van opruimen. Zondagmiddag, 12:30 – eerste paasdag
Ik zit achter de laptop, buiten sneeuwt het. Waarom weet ik niet, maar het zal wel iets met Al Gore te maken hebben. Maar zo inconvinient vind ik de sneeuw eigenlijk niet. Ik zit toch binnen. Ik schrijf dit op zondagmiddag, maar zal het pas op dinsdag op de site plaatsen. Heb net een Perfecte Zondag online gezet, en die laat zich niet zo maar naar onder verplaatsen. Perfecte Zondagen moet je immers koesteren; de ruimte gunnen, omdat ze zeldzaam zijn. Dinsdagochtend zit ik weer op mijn werk. Met frisse tegenzin te schrijven aan een website. Maar nu nog niet, nu kijk ik naar de sneeuw en mijn (bijna) opgeruimde woonkamer. Project Manic
Een prettig gevoel nestelt zich in mijn borst. De week liep iets anders dan ik had gepland, maar dat was helemaal niet erg. Ik wilde elke dag vier uur gaan schrijven aan Project Manic. Om een begin te maken met een nieuw treatment (voor meer details zie Het script in de la, red.). Dat is wel een paar dagen voorgekomen. De karakterisaties staan inmiddels op papier, langzaam beginnen ideeën voor spannende scènes zich te ontvouwen. Persoonlijke zaken kwamen echter tussen het script en mij. Zaken die ik al veel te lang had genegeerd. Afscheid van het verleden
Mijn huis was dringend aan een opknapbeurt toe. Eigenlijk al meer dan een jaar. Opruimen dus. Drie vuilniszakken vol oude administratie, syllabi van de studie en tijdschriften. Raar dat ik die readers nog zo lang had liggen. Je denkt al die wetenschappelijke artikelen ooit nog eens nodig te hebben, maar als je research doet voor een nieuw stuk kopieer je meestal opnieuw de geschreven bronnen. Misschien is het moeilijk om afscheid te nemen van het verleden. Zeker als die onverwacht uit de hoek komt: een doosje met brieven van ex-geliefden en oude foto’s. Oude woorden verhalen vergeten emoties die niet meer bestaan. Wat moet je daar tegenwoordig nog mee? Toen mijn laatste opa overleed liet hij een huis vol spullen achter. We vonden zelfs vijf oude frituurpannen met het vet er nog in (!). Andere spullen waar meer voorspelbaar: boeken, cd’s, puzzels en heel veel foto’s. Een leven vol herinneringen. De balans opmaken
Wat blijft er over na een leven vol plezier, verdriet, televisie, reizen, ziekte, gezin, liefde en werk? Ik besefte dat, mocht ik nu plotseling dood neervallen, mijn nabestaanden een helse klus zouden hebben met het opruimen van mijn kot. Honderden strips, boeken, dvd’s, de verplichte paparassen, kleding. Dat wil je niemand aandoen. Grote delen van mijn verleden verdwenen daarom de afgelopen week in vuilniszakken. De ophalers zullen ze naar de vergetelheid voeren. Een nieuw begin, maar niet zonder het voorgaande. Ik heb ook dingen op de bewaarstapel laten liggen. Ook dat doosje met oude brieven zal nog even bewaard blijven. In ieder geval tot de volgende opruimwoede. Lees ook: Verzamelwoede

Categorieën
Strips

Zaterdagmiddag in de prehistorie

Toen ik nog op de middelbare school zat, bracht ik meestal het laatste deel van de zaterdagmiddag in de stad door. In de stripwinkel om precies te zijn. Meestal besloot ik ter elfder ure dat ik wel zin had in een nieuwe Spiderman-comic, dus sprong ik op de fiets en reed vanuit de buitenwijk naar het centrum. De stad waarin ik woon heeft maar één stripspeciaalzaak, waar klanten al sinds jaar en dag worden begroet door een norse verkoper. Hoewel de winkel vooral gericht is op de Europese strip, is er ook een kleine collectie Nederlandse comics te koop. (En voor de liefhebber van een ander soort stripfiguren is er een pornohoek, waar volgens mij de meeste omzet vandaan komt. Maar dat even terzijde.) Aangezien ik niet veel zakgeld had en bijfuncties als krantenjongen en vakkenvuller ook niet heel veel opleverden, was het altijd een kwestie van afwegen en kiezen. Ik was toen nog druk met het sparen van Spektakulaire Spidermans van uitgeverij JuniorPress en in plaats van de comics opvolgorde te kopen, koos ik altijd de verhalen uit die me op dat moment het meest aantrekkelijk leken. Zodoende heeft het een tijdje geduurd voordat ik de hele serie compleet had. Als ik dan mijn zorgvuldige selectie had gemaakt, was het door wind en weer terugfietsen naar huis om ’s avonds voor de televisie de nieuwe deeltjes van kaft tot kaft te lezen. In die tijd herlas ik geregeld oude nummers. Dus de comics gingen lang mee. De Spektakulaire Spiderman-serie staat nog steeds bij mij in de kast. De oude comics hebben een specifieke geur: vaak ruiken ze naar oud krantenpapier. Als ik die geur nu ruik, dan sta ik toch even weer als veertienjarige in die stripwinkel op zaterdagmiddag.Gerelateerde artikelen: Leven met een webhoofd
Handtekening des tijds
.