Categorieën
Film

Film A-Z: K

Vandaag is in mijn Film A-Z de K aan de beurt, maar het is vooral de K van karig lijstje. Ik heb niet zo veel filmfavorieten die met die letter beginnen.

Ik vond Karakter van Mike van Diem bijvoorbeeld een goede film: mooie artdirection, goed camerawerk. Maar ik zou hem toch niet tot mijn favorieten rekenen. Ook The Karate Kid, die ik erg leuk vond toen hij uitkwam, komt niet in dit rijtje voor. Ongetwijfeld zullen sommige mensen met Kill Bill op de proppen komen. Sorry, ik was niet erg onder de indruk van dit aan filmcitaten samenhangende hobbyprojectje van Quentin Tarantino. Vermakelijk is Kill Bill zeker, maar sinds de première heb ik niet de behoefte gevoeld de rolprent nog eens te bekijken.

De onderstaande twee films wel.

Kick-Ass (Matthew Vaugh, 2010)

Kick-Ass
kwam een paar maanden geleden uit in de bioscoop, dus hij is nog erg vers. Toch is het een film die ik graag nog een keer ga zien. Niet alleen omdat deze stripverfilming gebaseerd is op een origineel idee, namelijk dat gewone mensen opeens proberen superhelden te zijn, maar ook omdat dit idee prima is uitgevoerd. Al gaat mijn voorkeur uit naar het origineel: de prachtige strip van Mark Millar en John Romita Jr. Zie hier mijn recensie.

Kiss Kiss Bang Bang (Shane Black, 2005)
Ironische misdaadfilm van de scriptschrijver van Lethal Weapon, Last Action Hero en The Long Kiss Goodnight die met deze film zijn regiedebuut maakte. Robert Downey Jr. (daar is ie weer) speelt kruimeldief Harry Lockhart die op de vlucht voor de politie, bij een filmauditie terechtkomt. Hij mag naar Hollywood waar hij een paar dagen meeloopt met detective Perry Van Shrike, door iedereen Gay Perry genoemd vanwege zijn voorkeur voor de herenliefde. Lockhart komt al snel een oude jeugdvriendin tegen, en samen raken ze in meer intriges, problemen en intertekstuele verwijzingen verzeild om de rest van de film in volle vaart te houden.

Prima vertolkingen, ook van Val Kilmer als Gay Perrry en Michelle Monaghan als mooie jeugdvriendin. De filmvertelling refereert naar zichzelf: niet alleen spreekt Downey Jr. rechtstreeks het publiek aan, ook wordt de film vaak letterlijk even stilgezet voor een grappige terzijde of toevoeging. Regisseur en scenarist Black haalt een paar keer hard uit naar tinseltown en schetst een cynisch beeld van de filmfabriek die Hollywood heet.

De volgende keer gaan we verder met de letter L en wel op vrijdag 18 juni.

Categorieën
Strips

Dit weekend is Haarlem Stripstad van Nederland

Dit weekend is Haarlem weer even Stripstad van Nederland. Dat betekent natuurlijk ook speciale aandacht voor de VPRO Debuutprijs. In de refter in het stadhuis van Haarlem is een overzichtstentoonstelling van alle tekenaars die in het verleden de VPRO debuutprijs wonnen. Ook werk van Martijn van Santen, de winnaar van dit jaar, hangt ertussen.

De autobiografische stripmaker Floor de Goede won hem in 2006: ‘De uitreiking was tijdens Strips in Stereo. Er waren toen heel veel mensen in Paradiso. Ik had naast dat alles echt het idee dat het mijn avond was. Ik vond het fantastisch. Ik was er heel blij mee. Het was vette erkenning natuurlijk dat mijn werk goed gevonden werd, ook buiten de striplezers.’

Welke invloed had de debuutprijs op je ontwikkeling als stripmaker?
‘Het was in ieder geval een grote aanmoediging om lekker door te gaan. Al was ik ook doorgegaan als ik niets had gewonnen. Voor zover ik weet heeft het mijn herkenbaarheid niet vergroot, al word ik nu wel iedere keer genoemd als de nieuwe winnaar bekend wordt gemaakt.’

Floor maakte er indertijd de volgende strip over:

Andere gelukkige winnaars wiens werk te zien is in de refter in het stadhuis zijn: Randall.C (2008), Gerolf van de Perre (2004), Benno Vranken (2002), Mark Hendriks (1996), Matthias Giesen (1998) en Marcel Ruijters (1994).

En verder…
Oké, genoeg over de Debuutprijs. Er valt de komende dagen natuurlijk nog veel meer te beleven op stripgebied.
Aanstaande zaterdag staat er in Het Parool een groot interview dat ik met Ruijters hield naar aanleiding van zijn nieuwe boek Roadkill. Later deze week publiceer ik nog een artikel over de Oost-Europese strip, het grote thema van de Stripdagen dit jaar.

Wat er nog meer te doen is op de Stripdagen kun je natuurlijk lezen op hun site, (zie hier het programmaboekje) maar ook Jeroen Mirck, oud(?)-stripjournalist schreef een aardig overzicht met een persoonlijke insteek. Ook is er veel te doen met de Zone 5300, de uitgave van een nieuw nummer met Peter de Wit als gastredacteur en de Summer Sale.

Het korte interview met Floor de Goede stond ook in VPRO Gids #23.

Categorieën
Strips

Eerste Illustratie Biënnale tijdens Stripdagen Haarlem

Tijdens de Stripdagen Haarlem vindt in de Toneelschuur op zaterdag 5 juni de eerste Illustratie Biënnale plaats. Grafisch ontwerper Marlies Visser is initiatiefnemer.

Waarom een Illustratie Biënnale?
‘Omdat er heel veel mooi werk wordt gemaakt, dat alleen te zien is als je goed zoekt. Voorheen had je nog wel eens een overzichtstentoonstelling in het Stedelijk maar tegenwoordig zijn er nog maar weinig plekken waar je illustraties kunt bekijken. Een biënnale is een mooie vorm om het werk te presenteren en om een ontmoeting tussen makers en geïnteresseerden te organiseren.’

De ondertitel van de Biënnale is ‘het onzichtbare zichtbaar gemaakt’.
‘Onzichtbaarheid kan op twee manieren worden opgevat. Aan de ene kant maakt een illustratie de essentie van een tekst zichtbaar en aan de andere kant willen we de illustratoren zelf zichtbaar maken.’

Wat kunnen de mensen verwachten?
Joost Swarte opent de biënnale om 11.30. Leuk, want hij heeft ook de Toneelschuur ontworpen, wat dit theater eigenlijk tot een ruimtelijke illustratie maakt. In de grote zaal zal een uiteenlopend gezelschap van negen illustratoren hun werk presenteren. Per drie worden ze geïnterviewd door Jellie Brouwer van NPS Kunststof terwijl we ook een selectie van hun werk projecteren. Zo willen we de essentie van hun werk tonen. Speciale gast is Thé Tjong-Khing. Hij won dit jaar de Max Velthuijs-prijs, een Nederlandse oeuvreprijs voor illustratoren van kinderboeken.’

Waarom is er voor deze illustratoren gekozen?
‘Illustratie is een heel breed begrip; we willen zoveel mogelijk disciplines aan bod laten komen. Maartje Kunen maakt bijvoorbeeld medische illustraties, Paul Faassen humoristische illustraties en cartoons en Han Hoogerbrugge maakt onder andere webanimaties.’

En verder?

Illustratie: Julie Verhoeven

‘Het programma bestaat uit drie presentatierondes. Tussendoor kunnen mensen de digitale expositie in wandelen waar werk van circa 100 illustratoren op twaalf grote beeldschermen te zien is. Omdat de expositie van het ene scherm naar het andere reist, kun je bij één scherm gaan staan om alles te zien, of meelopen met een illustratie. In de foyer is een museumwinkel ingericht met in eigen beheer geproduceerd werk van de deelnemers. En er is een ‘wandelende tentoonstelling’ van bijzondere illustraties en ontwerpen op T-shirts.’

Wat is de belangrijkste ontwikkeling op het vlak van illustratie?
‘De mogelijkheid om je werk te presenteren op het internet. Door het web kunnen makers ook experimenteren met de manier waarop ze hun werk presenteren, bijvoorbeeld door animatie. Met een site vallen de landsgrenzen weg. Nederland is immers maar klein.’

Dit interview is ook in VPRO Gids 23 gepubliceerd.

Categorieën
Strips

Interview Martijn van Santen: Winnaar VPRO Debuutprijs

Stripmaker Martijn van Santen heeft dit jaar de VPRO debuutprijs gewonnen voor zijn album Werk in uitvoering. De geldprijs van 2500 euro krijgt hij overhandigd tijdens de opening van de Stripdagen Haarlem. Woensdag 2 juni werd de winnaar in de VPRO Gids bekendgemaakt.

De strip waarmee Martijn van Santen de tweejaarlijkse VPRO Debuutprijs heeft gewonnen, was een improvisatie-experiment, een webcomic die als feuilleton in 2007 op de site stortbak.net is gepubliceerd. Eind vorig jaar verscheen het verhaal in boekvorm. In Werk in uitvoering schetst Van Santen een wereld waarin mensen, pratende dieren, dinosauriërs en een ei druk debatteren over semantiek, ambitie en creativiteit.

Het juryrapport oordeelde dat Van Santen ‘met een sterk gevoel voor timing, intellectuele diepgang en grappige situaties tot één vloeiend geheel weet te smeden. Zo wordt een dialoog over ethiek in reclame feilloos versneden met een hilarische scène waarin Eitje het opneemt tegen een reus van een buffel.’

Waar gaat Werk in uitvoering over?
‘Medewerkers van een reclamebureau krijgen de onmogelijke opdacht om een campagne verzinnen voor een product waarvan ze niet weten wat het ding voorstelt. Tegelijkertijd vecht de directeur van het bureau met zijn innerlijke demonen, heeft een sigarenverkoper ruzie met al zijn klanten en worstelt een jonge webcomictekenaar met zijn eigen identiteit. Dat het centrale thema van de strip conflict is, viel me pas op toen ik het werk in één keer teruglas. Het verhaal is al tekenend ontstaan. Ik wilde wel eens proberen een lang verhaal te maken, want tot dan toe had ik alleen nog strips van een pagina gemaakt. Dat ik er zonder een idee van de plot aan ben begonnen, kun je vooral merken aan de eerste tien pagina’s. Daar ben ik nog aan het zoeken naar een richting en de personages aan het uitdenken.’

Je geeft ook duidelijk je visie over webcomics in de strip. Is die visie inmiddels veranderd?
‘Als fenomeen is het tegenwoordig minder zichtbaar ten opzichte van een paar jaar geleden. Veel mensen zijn ermee gestopt. Ik ben nog steeds van mening dat er veel troep tussen zit, toch kunnen er spannende dingen ontstaan als mensen zonder redactionele inmenging hun creativiteit kwijt kunnen. Ik vind strip een prachtig medium, waar je verschillende kanten mee opkunt. Film is al doorgeëvalueerd, maar bij strip staan we aan het begin van het medium. We zijn allemaal het wiel nog aan het uitvinden.’

Waarom heb je dit album in eigen beheer uitgegeven?
‘Oorspronkelijk zou Bee Dee de strip uitgeven. Ze toonden al interesse toen het verhaal nog in delen online verscheen. Toen Werk in uitvoering af was ging het financieel al slecht met ze. Later gingen ze failliet.’

Dus eigenlijk wel goed dat je het zelf hebt gedaan?
‘Achteraf wel ja. Van een aantal stripmakers ligt het werk nu bij de curator om per opbod verkocht te worden. Ik heb het overigens ook nog aan andere uitgevers aangeboden, maar die waren niet erg happig. Uiteindelijk wilde ik het gewoon zelf uitbrengen, zodat ik het op mijn eigenwijze manier kon doen.’

Hoe is dat bevallen?
‘Het was een gemengd genoegen. Aan de ene kant had ik het gevoel een professional te zijn omdat ik mijn strip eigenhandig in de boekwinkel heb gekregen. Aan de andere kant is het heel veel werk. De zakelijke kant is erg intensief waardoor er minder tijd overblijft om te tekenen. Distributie is voor een kleine uitgever onmogelijk. De tarieven van het Centraal Boekhuis zijn veel te hoog als je maar één uitgave hebt.’

Ga je er nog wel mee door?
‘Ik wil binnenkort nog wel twee kleine boekjes uitgeven met korte verhalen en stijlexperimenten. Die heb ik in de afgelopen twee jaar getekend.’

Heb je al veel exemplaren verkocht?
‘Ik heb 500 stuks laten drukken en moet er nog zo’n 350 kwijt. Ik merkte wel dat de verkoop toenam als er ergens een goede recensie geplaatst werd. Misschien dat de Debuutprijs helpt.’

Hoopte je dat je deze prijs zou winnen?
‘Ik heb er wel bij stilgestaan, maar had er niet echt op gehoopt. Aan het begin van het jaar heb ik het boekje wel naar verschillende mensen opgestuurd. Ook naar de VPRO. Ik heb toen zelfs nog gebeld met de boekenredactie, maar men wist niet of de prijs nog wel bestond. Maar ik ben er erg blij mee. Het is heel leuk als mensen hun waardering uitspreken. Je werkt er maandenlang aan. Je vrienden vinden het natuurlijk leuk, maar het is goed om te horen dat anderen het ook een goede strip vinden.’

Hoe ga je het vieren?
‘Nog geen idee. De avond van de uitreiking is er een groot feest waar veel stripmakers rondlopen.’

Bier en stripmakers gaan meestal goed samen. Dat wordt dus een rondje geven.
‘Euh, waarschijnlijk wel.’

Zelfportret van Martijn van Santen

Van Santen maakt herrie
Martijn van Santen (1977) studeerde in 2004 af aan de Willem de Kooning Academie. Zijn werk verscheen onder andere in Maxim, Myx stripmagazine en de Nederhorror stripbundel Bloeddorst. Ook is hij gitarist in het Rotterdamse noise-collectief Lokomitiv Panzerfaust. Van Santen: ‘Dat is een band die ik met drie vrienden van de kunstacademie heb opgericht. We zijn nog niet goed genoeg om gestructureerde liedjes te spelen, vandaar dat we het een noise-collectief noemen. We hebben één keer opgetreden tijdens een feestje in een kraakpand. Dat was een groot succes. Nou ja, het was wel om vijf uur ’s nachts, dus het publiek was toen niet echt objectief meer.’

Dit interview is ook in VPRO Gids 23 gepubliceerd.

Categorieën
Striprecensie Strips

Jaren van de olifant 2: De Leveling

Ondanks het feit dat de titel Jaren van de olifant 2 luidt, is De Leveling geen direct  vervolg op het album waar Willy Linthout twee Eisner Award-nominaties voor kreeg. De Leveling is een op zichzelf staand stripalbum met hetzelfde personage in de hoofdrol, namelijk Karel Germonprez.

In de twee verhalen waar De Leveling uit bestaat ontmoet Germonprez verpleegster Florentine die hij nog van vroeger kent. Het gehandicapte dochtertje van Florentine is gestorven. Ze heeft net als Germonprez, wiens zoon in de vorige strip zelfmoord heeft gepleegd, veel verdriet te verwerken. Florentine kan zich er dan ook niet toebrengen om de rolstoel van haar dochtertje weg te doen. Daarvan afscheid nemen betekent voor haar accepteren dat Roosje er niet meer is.

Semi-autobiografisch
Het eerste deel van Jaren van de olifant was semi-autobiografisch. De Vlaamse Linthout verloor net als de hoofdpersoon een zoon aan zelfmoord. ‘De gebeurtenissen in Jaren van de olifant zijn weliswaar verzonnen, maar de gevoelens zijn echt,’ vertelde de stripmaker in een interview met ZozoLala. Interessant gegeven van de strip was dat Linthout deze in zijn bekende Urbanus-stijl tekende. Niet een stijl die je direct associeert met zware onderwerpen als zelfmoord en het omgaan met verdriet, hoewel het in het genre van autobiografische strip niet ongebruikelijk is om in een niet-realistische stijl te tekenen. Gerard Leever tekent bijvoorbeeld zijn Gleevers Dagboek ook in een mainstream stijl.

Onafgemaakt
Net als het eerste deel is deze strip niet geïnkt. Toen had Linthout daar een duidelijke reden voor: ‘Sams leven was niet af, dus is de strip over hem dat ook niet.’ Kennelijk is die werkwijze hem bevallen of wenst Linthout de eenheid tussen de verschillende delen te bewaren. Het ongeïnkte tekenwerk maakt tevens in een oogopslag duidelijk dat dit album weer heel anders is dan zijn Urbanus-strips. Maar een artieske of inhoudelijke reden kan ik er niet voor verzinnen.

De groezelige potloodtekeningen bewijzen het verhaal echter geen dienst en hadden naar mijn smaak beter strak geïnkt kunnen worden. Dat past beter bij de friovole tekenstijl die an sich prima aansluit bij de plot, want hoewel het verhaal op het eerste gehoor ernstig klinkt, lardeert de tekenaar de vertelling met humoristische overdrijving. Als Flo’s dochtertje vlak na de bevalling niet blijkt te reageren op haar omgeving en geen geluid maakt, wordt ze aangesloten op onomatopeeënmachine die haar de juiste dosis geluidseffecten toedient. Zo bevat de strip nog meer grappige vondsten die je van de maker van de Urbanus-strips kunt verwachten.

Willy Linthout – Jaren van de olifant 2: De leveling
Catullus, €11.95
ISBN: 9789078753353

*** (3 vd 5)

Deze recensie is ook op het stripblog van Zone 5300 gepubliceerd.

Categorieën
Mike's notities

Rusthuis voor oude koeien

Sommige mensen kunnen het niet laten om oude koeien uit de sloot te halen. Vooral online komt dat nog wel eens voor. Dat heeft alles met de aard van het beestje te maken. Soms is het echter heel goed om je te ontfermen over oude koeien, zoals boer Bert Hollander die een rusthuis voor Berta’s op leeftijd heeft.

Ik ontbijt met de televisie aan. Ik ben een nieuwsjunk en kijk graag bij mijn pindakaas naar het journaal. In het weekend grijp je in Nederland dan wel eens mis, want men gaat ervan uit dat je op zondag liever de Heer toezingt (die daarom niet voor niets oordopjes heeft uitgevonden natuurlijk) of dat je kindertelevisie kijkt. De KRO herhaalde van morgen een aflevering van het programma De Wandeling, waarin Hella van der Wijst een eindje oploopt met iemand en die het hemd van het lijf vraagt. Grote levensvragen, dat soort dingen.

Bert Hollander en koe. Bron: KRO.

Vanmorgen liep ze over het weiland van boer Bert Hollander, die het koeienrusthuis runt waar hij oude koeien verzorgt. Hollander was ooit geluidsman voor The Cure on tour, maar zei de muziekwereld vaarwel toen liefde voor het boerenleven alsnog toesloeg.

Bert kwam op mij over als een lekker nuchtere boer. Iemand die met hart voor het dier. Een genieter van de rust die zelf geen woord te veel zegt.

Hij hoopt met zijn rusthuis vooral ook te laten zien dat koeien sociale beesten zijn en niet alleen het lapje vlees op je bord of wandelende melkproducenten. Nou ja, wandelend… in de bio-industrie kan menig koe haar kont niet keren natuurlijk. Fijn dat ze bij Bert wel een hele weide hebben om samen te ravotten. Het rusthuis is populair. Zoals alles in Nederland is er een wachtlijst.

Koeien die niet meer productief zijn hebben het recht op een onbezorgde oude dag. Dat is het motto van stichting de Leemweg. De stichting adopteert en verzorgt koeien uit heel Nederland, om te voorkomen dat deze worden geslacht of nog verder worden uitgemolken door de bio-industrie.

Ik vond het een ontroerende uitzending. Fijn om te zien dat iemand gedreven door zijn passie zoiets moois weet op te zetten. Goed om te ervaren dat de tele-visie soms inderdaad als venster kan dienen om interessante zaken uit de wereld te laten zien.

De Wandeling met de koeien van Bert was een vrolijk stemmend begin van deze (Zon)dag. Nee, ik ben niet meteen vegetariër geworden. Maar misschien moet ik ook maar een koe adopteren.

Bekijk hier de uitzending.

Categorieën
Mike's notities

Stemloos

Nee, het gaat allang niet meer om de waarheid. Daar ging het nooit om. Inmiddels is de modder om elkaar te bekogelen op en gaat men met zwaarder geschut gooien. Dát is campagne voeren.

Op wie ga jij stemmen beste kiezer? Maakt het eigenlijk uit op wie we gaan stemmen? Ja, want we leven in een democratie. Nee, want sinds wanneer doet de overheid wat we willen? Je stemt op een partij met het verkiezingsprogramma dat het beste bij je past. Maar wat als je je door geen van de partijen voelt aangesproken? Dan maar de minst kwade optie kiezen.

Hoe dan? Door alle verwijten over en weer in de verschillende debatten, is het niet te achterhalen wie de waarheid spreekt, of nog erger: wat er waar is. En niet alleen politici onderling gaan de strijd aan. Had Netwerk Rutte zo voor schut mogen zetten van de week? Natuurlijk niet. Een hysterisch jankend wijf neerzetten, dat is geen journalistiek, dat is stemmingmakerij door de EO. Een christelijke omroep die de VVD aanvalt, op het moment in de campagne dat Rutte de kans voor nog een premierschap van Balkenende steeds kleiner doet worden. Je zou er bijna paranoïde van worden en een complot vermoeden.

Sommige politici spelen hun rol voortreffelijk. Vaklui zijn het. Dat maakt niet meteen dat ik op ze wil stemmen. Ik zie dat Rutte het als politicus goed doet, maar hij is niet van mijn partij. Pechtold is er ook zo een, hij weet goed te debatteren en zijn partij onder de aandacht te brengen. Al weet ik nog steeds niet waar D66 nu precies voor staat.

Poltiek gaat niet over de poppetjes, probeer ik mezelf voor te houden als ik zie hoe het stel kemphanen haantje de voorste proberen te zijn tijdens debatten en de tv-momenten daarbuiten. En het nieuwe jongetje van de klas, die het allemaal niet zo goed schijnt te weten hoe hij zich in het kippenhok moet gedragen, wordt door de rest gepest.

Ja, Cohen stuntelt soms. Hij heeft zelfs niet alle cijfers paraat zoals de rest van de calculators die berekenend hun speer- en breekpunten uitbraken. Verdomd, hij wacht keurig op zijn beurt voordat hij mag spreken. Hij laat mensen uitpraten en valt ze niet halverwege hun antwoord in de rede. Dat siert de beste man in mijn ogen. Misschien is Cohen een nieuw geluid in de politiek, een nieuwe methode van aanpakken.

Ik weet het niet hoor, ik schrijf alleen maar op wat ik denk. Ik heb geen politicologie gestudeerd, dus ben net als ieder ander die binnenkort zijn stem moet uitbrengen. Maar waarop weet ik nog niet. Het zal wel weer een stemwijzer worden, of stomwijzer, want die lijkt beter dit politieke klimaat te horen. Het feit dat ik een applicatie op een website nodig heb om eruit te komen, stoort me mateloos. Ergens in mijn achterhoofd knaagt het idee dat democratie zo niet in elkaar moet zitten.

Ik kan natuurlijk ook een vrije dag vullen met het lezen van alle partijprogramma’s en die naast elkaar leggen om tot een keuze te komen. Maar dan moet er na de verkiezingen een coalitie gevormd worden, met breekpunten, keerpunten en voor mijn part taartpunten. En dan zakken alle plannen, berekeningen en voornemens weg in een moeras van compromissen en beloftes aan vriendelijke naties. En voordat je het weet beginnen we weer ergens een oorlog waar we niet horen te zijn, kopen we dure gevechtsvliegtuigen terwijl we eigenlijk geld in onderwijs en zorg moeten pompen en gaat het internet op slot omdat belangen van copyrightuitbaters zwaarder wegen dan persoonlijke, creatieve uitingen.

Je kunt natuurlijk niet stemmen, maar daar verander je het systeem niet mee. ‘Het systeem’ schrijf ik, alsof ik buiten de maatschappij sta. Dat sta ik niet, maar staat politiek Den Haag in de maatschappij? Hebben die twee dingen nog wel met elkaar te maken?

Tot slot, in willekeurige volgorde, enkele boeiende blogposts die ik van de week las over de verkiezingen, omdat ik liever interessante meningen hoor of lees dan welke verkoper van politiek dan ook.

Ik werd op het bestaan van de stomwijzer gewezen door Elsbeth Witt van Elsbeth schrijft.

Categorieën
Strips

Kolk verstript Grunberg

Stripmeester Hanco Kolk heeft Arnon Grunbergs verslag over zijn verblijf in Bagdad verwerkt tot een strip. ‘Paranoia in Bagdad’ zal verschijnen in Eisner #4.

In de strip van vijftien pagina’s heeft de ‘stripversie’ van Grunberg een bizarre ontmoeting met een journalist van het gezaghebbende dagblad The Guardian, die echter alleen over naakt dansende vrouwen wil praten. Pas veel later blijkt het om een geldbeluste oplichter te gaan, of een moordenaar.

Grunberg getekend door Kolk.

Eisner #4, die op 2 juni verschijnt, bevat naast ‘Paranaoia in Bagdad’ ook verstrippingen van Robert Vuijsjes Alleen maar nette mensen door Bart Nijstad, van een gedicht van Menno Wigman (door Roel Smit) en van een autobiografisch verhaal van Herman Brusselmans, dat is bewerkt door Caryl Strzelecki.

Deze Eisner zit dus bordevol met literaire inspiratiebronnen. Of die allemaal leesbare en leuke strips opleveren is dus vanaf volgende week te lezen.

Dit soort nieuws staat natuurlijk ook op het stripblog van Zone 5300.

Categorieën
Strips

Juryberaad VPRO Debuutprijs

Dit jaar ben ik een van de juryleden van de VPRO Debuutprijs. De prijs die tweejaarlijks wordt uitgereikt aan het meest veelbelovende stripdebuut. Woensdag heb ik samen met mijn collega’s vergaderd in café-restaurant De Pont aan ’t IJ.

Heel veel strips

Stripmakers Sandra de Haan en Floris Oudshoorn, stripgebruiker Stijn Schenk en ondergetekende stripjournalist maakten onder leiding van stripmaker Thomas Langedijk, ook wel bekend als Tommy A., een keuze uit de debuten van de afgelopen twee jaar.

Het was een zeer gezellige bijeenkomst kan ik je vertellen. Onder het genot van sterke koppen koffie (maagperforatie verzekerd) en met een flinke stapel strips in ons midden, discussieerden we met elkaar over de merites van de beeldverhalen. Een rustig en prettig debat waar menig politicus nog wat van kan leren.

Eigenlijk waren we het al snel unaniem eens wie de Debuutprijs 2010 in de wacht mocht slepen.

Jureren,  ik maak er geen gewoonte van, maar soms wil ik me voor de volle 100% voor een prijs inzetten.  In 2006 zat ik in de jury van de Clickies. Toen nog onder leiding van voorzitter Jeroen Mirck. Die prijs wordt dit jaar weer uitgereikt tijdens de Stripdagen, al is het fenomeen webcomic natuurlijk lang niet meer zo groot als een paar jaar geleden. Ben dan ook erg benieuwd met wie de Clickie-jury op de proppen komt.

Wie, oh wie
De winnaar van de VPRO Debuutprijs wordt aanstaande woensdag bekend gemaakt in de VPRO Gids met een interview met de winnaar van ondergetekende. De gelukkige debutant(e) mag vrijdag 4 juni de prijs, een geldbedrag van 2500, in ontvangst nemen tijdens de opening van de Stripdagen.

In de refter in het stadhuis van Haarlem wordt de jubileum-editie van de Stripdagen Haarlem gevierd met een overzichtstentoonstelling van alle tekenaars die in het verleden de VPRO debuutprijs c.q. aanmoedigingsprijs wonnen: Randall.C (2008), Floor de Goede (2006), Gerolf van de Perre (2004), Benno Vranken (2002), Mark Hendriks (1996), Matthias Giesen (1998) en Marcel Ruijters (1994).

Categorieën
Boeken

Wilt u niet aan mijn jasje trekken: De relatie tussen politiek en pers

Wilt u niet aan mij jasje trekken! is een uitspraak van Ruud Lubbers tegen een opdringerige verslaggever en de titel van het boek van Eric Vrijsen waarin hij de relatie tussen politici en journalisten onder de loep neemt. Fijn leesvoer in aanloop naar de verkiezingen.

Vrijsen is politicoloog en sinds 1990 werkzaam bij het weekblad Elsevier. Hij zette zijn eerste stappen als parlementair verslaggever in de vroege jaren tachtig. Vrijsen scheeft zijn boek vanuit zijn eigen ervaring. Naar aanleiding van door hem geschreven stukken werpt de journalist een verhelderend licht op gebeurtenissen, personen en rellen uit de Haagse politiek.

Vrijsen schrijft toegankelijke studies van Pechtolds populisme en cabareteske optreden in de kamer, beschrijft de opkomst van Mark Rutte en analyseert hoe Harry van Bommel de rel rondom zijn vermeende seksuele intimidatie jegens een personeelslid van de ambassade in Jordanië onschadelijk maakte. De casestudies riepen bij mij vaak een gevoel van herkenning op. Het zijn namelijk verhalen die in de afgelopen jaren prominent door de pers zijn behandeld.

Soms brengt Vrijsen dingen met elkaar in verband die tot schokkende conclusies leiden: Hij beschrijft bijvoorbeeld uitvoerig hoe het vermeend martelen van Irakese gevangenen door Nederlandse militairen er toe leidde dat het leger een belangrijke leider van de Taliban liet gaan. Hij mocht niet verhoord worden zodat de minister buiten schot zou blijven. Die vreesde voor nieuwe verhalen in de pers over martelingen door de MIVD. Drie weken na de vrijlating van de leider voerden de Taliban een massale aanval uit in Chora, waarbij een Nederlander en 50 tot 80 Afghaanse burgers omkwamen. Wie weet had die vrijgelaten leider bij verhoren informatie over deze aanval prijsgegeven. Misschien hadden zo veel slachtoffers voorkomen kunnen worden. Dat laatste is een gok van de auteur, maar zijn conclusie is niet ondenkbaar.  Vrijsen illustreert in het betreffende hoofdstuk mooi hoe de angst voor negatieve pers kan leiden tot verkeerde beslissingen. De macht van de Nederlandse pers kan groot zijn, al is de relatie tussen journalisten en de politiek een symbiotische. Beide spelers hebben elkaar nodig.

De belangrijke rol van Wilders

Geert Wilders karikatuur. Bron: Eppo.

Doordat Vrijsen al een tijdje meegaat op het Binnenhof kent hij veel politici persoonlijk. Dat levert soms interessante onthullingen op. Zo blijkt Geert Wilders een hartelijke vent te zijn die vroeger zeer benaderbaar was. Vrijsen en Wilders spraken geregeld af in Hotel Wilhemina in Venlo om bij te praten. Dat was voordat Wilders met zijn kruistocht tegen de islam begon en continue bewaking nodig had.

Vrijsen analyseert de rol die Venloze politicus vervult in Den Haag. Het politieke bestel heeft iemand als Wilders broodnodig om de verveling te verdrijven: ‘Zonder Bolkestein, Fortuyn, respectievelijk Wilders zou het publiek de belangstelling voor de politiek compleet verliezen, zeker in tijden van economische voorspoed,’ zegt Vrijsen. Dat soort gasten zorgen immers voor ophef en schudt het ingedutte parlement wakker.

Daarbij weet Wilders abstracte vraagstukken te concretiseren: ‘Uit het grote vraagstuk van de migratie en integratie pikt hij vernuftig de voorvallen en incidenten waarbij het grote publiek zich iets concreets kan voorstellen.’

Feuilleton
Waarom volgt het publiek de gebeurtenissen in Den Haag? Omdat het een groot theater lijkt, een feuilleton met vaste spelers. Het is vermakelijk om hun schermutselingen te volgen. Aangezien journalisten ook gewoon kranten moeten verkopen en kijkcijfers dienen te scoren, bericht iedereen over dezelfde zaken, uit angst iets belangrijks te missen. Deze nivellering in de berichtgeving maakt dat de Haagse soap overal vrijwel hetzelfde is, of je nu de krant leest of het NOS Journaal kijkt.

De politieke werkelijkheid is in de afgelopen dertig jaar veranderd: ging het vroeger vooral over ergens in het midden uitkomen als het om geschillen ging, zijn politieke conflicten nu erg ad hoc. Den Haag is erg onvoorspelbaar en kort van adem geworden. Iets wat Vrijsen mooi aanduidt met de incidentendemocratie.
Het lijkt wel of er elke dag weer een nieuw relletje te noteren valt in Den Haag. Dit is deels waar, maar de beeldvorming is tegelijkertijd wel erg eenzijdig. Journalisten zijn daar verantwoordelijk voor.

Wedstrijddemocratie
Vrijsen schrijft  dat journalisten graag controversiële onderwerpen behandelen, maar de thema’s negeren waarover de politieke partijen het stilzwijgend eens zijn. Een relletje is immers nieuws. Het gevolg daarvan is een systematische vertekening van de politieke werkelijkheid. Er is geen sprake meer van een krachtmeting tussen ideeën, de beeldvorming is die van een wedstrijd tussen politici en tussen partijen. Daarmee doen journalisten de lezers tekort vindt Vrijsen: De eenzijdige nadruk op het wedstrijdelement leidt uiteindelijk tot de onterechte voorspelling dat het land onbestuurbaar wordt, doordat de keizers massaal wegvluchten bij de middenpartijen en zich nestelen bij de protestpartijen op de linker- en rechterflank. Een verontrustende gedachte.

Eric Vrijsen – Wilt u niet aan mijn jasje trekken!
Balans, € 17,95
ISBN:9789460032424

Deze recensie is ook op de site van Zone 5300 gepubliceerd.

Categorieën
Strips

Creatieve Marktplaats op de Stripdagen: Opdrachtenwedstrijd voor ambitieuze tekenaars

De stripdagen Haarlem staan voor de deur. Dit jaar wordt voor de tweede keer de Creatieve Marktplaats op het stripfestijn georganiseerd.

Op 4 juni wordt in Het Patronaat in Haarlem van 12.00 tot 16.00 de Creatieve Marktplaats georganiseerd De Creatieve Marktplaats is een plek waar beginnende tekenaars en professionals van bureau’s, agentschappen, bedrijven en instellingen elkaar kunnen ontmoeten.

Onderdeel van de Creatieve Marktplaats is de opdrachtenwedstrijd. Tekenaars kunnen proberen om een van de zes opdrachten binnen te halen. Onder meer een exclusieve expositie in de Sugar Factory, een poster voor Het Patronaat en een logo voor Hogeschool Inholland. De deadline is 1 juni aanstaande. De briefing kun je vinden via http://www.stripdagenhaarlem.nl/2010/opdrachtenwedstrijd/.

Meer weten over de Creatieve Marktplaats? Ik schreef er in 2008 dit verslag over.

Categorieën
Striprecensie Strips

Het verhaal van een slechte rat

Het verhaal van een slechte rat van Bryan Talbot kwam in 1995 uit in Engeland, won veel prijzen, waaronder een Eisner Award, en is nu voor het eerst vertaald in het Nederlands. Dat werd tijd. Het is een prachtig gevisualiseerd en inlevend verhaal waarin duidelijk de gevolgen voor het slachtoffer van seksueel misbruik worden aangetoond.

Helen Potter, seksueel misbruikt door haar vader en verwaarloosd door haar moeder, verlaat op jonge leven het ouderlijk huis. In het spoor van haar grote voorbeeld Beatrix Potter reist ze van Londen naar het Lake District, waar ze uiteindelijk de confrontatie met haar demonen aandurft.

De stripmaker baseerde al zijn personages op bestaande mensen en dat is aan de gedetailleerde tekeningen en natuurgetrouwe acteursregie af te zien. De strip is visueel zeer toegankelijk. Door de prachtige inkleuring komt het Lake District als decor extra indrukwekkend uit de verf.

Willekeurig
Dat het Lake District een speciale rol in de strip speelt is geen toeval. Achterin vertelt Talbot over de ontstaansgeschiedenis van zijn strip. Hij wilde al jaren een verhaal over het Engelse Lake District schrijven en tekenen, de streek waar hij sinds zijn veertiende verliefd op is. Omdat hij een reden nodig had om het personage Helen het huis uit te laten vluchten koos hij lukraak het onderwerp seksueel misbruik.

Zoals hij zelf schrijft:

‘Het was nogal willekeurig, maar als motief goed genoeg. Het is immers een van de belangrijkste oorzaken van dakloosheid onder tieners. En het leek goed aan te sluiten bij het verlegen karakter van de hoofdpersoon.’

Gelukkig zag Talbot zelf ook in dat dit toch vaak onbespreekbare onderwerp het epicentrum van zijn vertelling diende te worden.

Schoolvoorbeeld
Talbot las als research veel boeken over seksueel misbruik van kinderen en het is te merken dat hij zich goed in dit thema verdiept heeft. Het moment dat Helen haar gevoelens uit en midden in het natuurschoon van het Lake District denkbeeldig haar vader toeschreeuwt, doet enigszins gekunsteld aan. De dialoog had zo uit een voorlichtingsboekje kunnen komen. Naar ik vernomen heb wordt Het verhaal van een slechte rat tegenwoordig ook in de voorlichting gebruikt.

Ook had ik de uiteindelijke confrontatie met de vader heftiger voorgesteld. De boosdoener komt er mijns inziens te makkelijk van af. Maar dat zijn slechts enkele vlekjes in een verder zeer interessante striproman waarin een gevoelig onderwerp op stijlvolle wijze behandeld wordt.

Bryan Talbot – Het verhaal van een slechte rat
De Vliegende Hollander € 19,95
ISBN 978 90 495 0046 7

****

Deze recensie staat ook op het stripblog van Zone 5300.