Categorieën
Strips

Mad op zijn Hollands

In september verschijnt het eerste nummer van het nieuwe Nederlandse Mad magazine, een satirisch blad met artikelen, strips, parodieën op films en televisieprogramma’s. Het Amerikaanse tijdschrift, dat al sinds 1952 wordt uitgegeven, krijgt er (een) weer een Hollands broertje bij. Hoofdredacteur Ger Apeldoorn – gek op Mad, stripkenner, vertaler en schrijver van komedies – licht toe.

Waarom een Nederlandse versie?
‘De tijd is rijp voor een Nederlandse Mad. In economisch slechte tijden is het leuk om te lachen. Een gigantisch deel van Nederland zit te wachten op leuke, verteerbare dwarse humor.’

Want, dat hebben we hier niet?
‘Nee, ik vind dat Nederland in bijna al zijn cultuuruitingen slecht voor zijn publiek zorgt. Er is ingewikkeld gedoe voor de elite en troep voor de massa, maar er zijn een heleboel mensen die van slim entertainment houden zonder dat het meteen kunstzinnig gedoe is.’

Wat is de kracht van het blad dat het bijna zestig jaar de lachspieren stimuleert?
Mad is in Amerikaans merk dat niet meer stuk kan. Als jij in Amerika twaalf of dertien bent dan móet je de Mad gaan lezen. Dan leer je dat de wereld geen zoetsappige hemel is, maar dat bitterheid, scherpheid, zuurheid en agressiviteit ook een plaats hebben in humor. Mad haalt iedere pretentie naar beneden.’

Hoe gaat de Nederlandse Alfred E. Neuman,de mascotte van Mad die de covers siert, eruitzien?
‘Exact hetzelfde. Het is gewoon een vertaald Amerikaans blad. Van de 52 fullcolour pagina’s worden er zestien door een Nederlands team gemaakt, dat bestaat uit cabaretiers, cartoonisten, stripmakers, internethumoristen en amateurs. De overige pagina’s zijn vertalingen van de Amerikaanse versie. De Nederlandse editie komt wat betreft toon en inhoud overeen en is te omschrijven als een mix van de onderwerpen van De TV Kantine met de smaak van Koefnoen. Het kan overal over gaan, iedereen mag een tandje kleiner gemaakt worden maar dan wel op een niet-domme manier.’

Wat kunnen we in de eerste nummers verwachten?
‘Onder andere “Alles draait om Linda”, een parodie op de comedy Iedereen is gek op Jack, getekend door Gerben den Heeten. “Tien redenen waarom Maxima een betere koning zou zijn dan Willem-Alexander”, vormgegeven door Joep Bertrams en “Maak zelf je eigen Bløf-song, het is makkelijker dan je denkt” van Wouter Tulp. Verder Mad-klassiekers als Spy vs. Spy en een parodie op de tv-serie Mad men.

Wie moet dat gaan lezen?
‘Het Veronica-, BNN- en Radio 538-publiek. Lezers tussen de 25-35 jaar, maar de nostalgisten zijn natuurlijk zeer welkom. We mikken op een grote oplage en verwachten dat we er 20.000 exemplaren van kunnen verkopen.’

Mad verschijnt 21 september en komt eens per twee maanden uit. Na drie nummers wordt besloten of men ermee doorgaat.Van 1964 tot 1994 verscheen al eerder een Nederlandse Mad.

Dit artikel is in VPRO Gids #35 gepubliceerd.

Categorieën
Strips

Erik Wielaert exposeert in Galerie Lambiek

Even een kort nieuwtje dat ik graag onder de aandacht breng. Tot mijn vreugde exposeert Erik Wielaert namelijk in Galerie Lambiek.

De expositie zal bestaan uit vrij werk, illustraties, originele strippagina’s, schetsen en gesigneerde prenten. Wielaert is beeldend kunstenaar, illustrator en stripmaker en publiceert sinds 1996 in verschillende smallpress uitgaven, zoals Incognito. Zijn werk staat ook geregeld in Zone 5300. Hij is één van de stuwende krachten achter het Gronings striptijdschrift Gr’nn, dat dit jaar zijn 15de verjaardag viert. (Zie voor meer informatie over Gr’nn dit artikel op de site Stripster.nl.)

Samen met Willy Linthout maakte hij voor uitgeverij Standaard de driedelige serie Het Laatste Station. In 2006 verscheen bij uitgeverij Sherpa een bundel van zijn hand onder de titel Nacht en Ontij. In deze bundel toont de tekenaar een voorkeur voor magische verhalen, mysterieuze figuren en buitenaardse wezens. Niet zo gek wellicht: in een interview met 8Weekly Magazine vertelde Wielaert dat hij  zijn inspiratie haalt uit het werk van Moebius, Mike Mignola en Trondheim.

Ik zie Eriks tekenwerk graag en kom zeker de expositie bezoeken.

Op donderdag 1 september, vanaf 17.00 vindt de opening plaats van de expositie. Uiteraard zal de kunstenaar zelf aanwezig zijn.

De expositie van Erik Wielaert is onderdeel van het Striptember festival – het eerste stripfestival van Amsterdam. Zie hier het volledige programma.

Lambiek: Kerkstraat 132 – 1017 GP Amsterdam

Categorieën
Strips

Undergroundtekenaar David Collier in Lambiek

David Collier, zelfportret

Dinsdagmiddag 23 augustus bezoekt de Canadese undergroundtekenaar David Collier (o.a. Weirdo, Drawn & Quarterly, Comics Journal) stripwinkel Lambiek. Hij zal vertellen over zijn autobiografische striproman Chimo.

Chimo gaan over Colliers ervaringen in het Canadese leger ten tijde van zijn uitzending naar Afganistan. Op zijn 40ste nam hij opnieuw militaire dienst om in de voetsporen te treden van o.a. Alex Colville, die voor de Canadian War Artist Program veel werk verrichtte.

Lees meer over deze door Robert Crumb geïnspireerde stripmaker op de site van Lambiek en de biografie op de site van Draw & Quarterly.

Van 16:30 – 19:30 in Galerie Lambiek, Kerkstraat 132 te Amsterdam.

Categorieën
Strips

Treinmeisjes geportretteerd

In de trein kun je van alles doen: lezen, gesprekken voeren, je adressenbestand in je telefoon opschonen en uit je neus eten. Maar je kunt ook interessante medepassagiers vastleggen.

Sean van der Meulen, tekenaar en blogger, tekent geregeld meisjes die hij tegenkomt in de trein. Een paar portretten heeft hij op zijn blog gezet, de rest kun je op Flickr bekijken.

Ik vind het een leuk project en vooral mooie portretten. Van der Meulen zet de dames raak neer op het papier. Ik vind netjes schrijven in een wiegelende trein al lastig.

Van der Meulen vertelde me via Twitter dat hij dit al een tijd doet, maar dat hij de laatste tijd weer wat vaker zijn pen oppakt. De meeste dames hebben het overigens niet door dat ze getekend worden. Soms willen ze het resultaat wel even zien.

Het tekenen van leuke vrouwen is overigens niet geheel zonder risico: ‘Één keertje was een dame wel heel geïnteresseerd in me en dat vond mijn vriendin minder leuk.’

Dit is een van mijn favoriete prenten uit de serie:

traingirl16082010
© Sean van der Meulen

 

Categorieën
Strips

Modeltekenen met een burlesque-twist

Dr. Sketchy’s: ik had er nog nooit van gehoord, maar stripmaker Margreet de Heer vertelde me er vrijdag over in stripwinkel Lambiek. Dr. Sketchy’s is modeltekenen, maar dan anders. En in september gebeurt het in Amsterdam.

Wat maakt Dr. Sketchy’s dan zo anders dan normaal modeltekenen? Het is een combinatie van burlesque en een tekensessie. Prachtige femmes fatales, maar ook oudere burlesque dames en aparte mannelijke performers geven een optreden, waarna zij met een aantal korte poses het publiek de gelegenheid geven hen te tekenen.

Illustratie: Ingi Jensson

Allerlei genres passeren – letterlijk – de revue: Pin-up, can-can, roaring twenties, gothic, fifties, fetish en fantasy. Ervaren kunstenaars en enthousiaste amateurs, iedereen is welkom met zijn eigen tekenspullen in de feestelijke, informele sfeer van Dr.
Sketchy’s Modeltekensessies. En, misschien niet onbelangrijk, de bar is open.

Crabapple
Dr. Sketchy’s Anti-Art School is begonnen in 2005 in New York door de toen 22-jarige kunstenares Molly Crabapple, speciaal voor creatievelingen die zich, net als zij, niet thuis voelden in de gevestigde kunstwereld. Zij organiseerde een mix van theater, cabaret, kunst, alternative lifestyle, verkleedpartijtje en tekenklas, die onmiddellijk aansloeg. Inmiddels zijn er wereldwijd meer dan honderd Dr. Sketchy’s filialen.

(Wat een heerlijke naam trouwens, Crabapple. Die spreekt tot de verbeelding. Ik zie meteen een heel bijdehand stripfiguurtje voor me, maar dat even en geheel terzijde.)

Dr. Sketchy’s Amsterdam wordt gerund vanuit de levendige burlesque-scene, waarin organisator Marco ‘Charley’ Buschman al jarenlang actief is. Hij werkt samen met striptekenares Margreet de Heer van Lambiek, de oudste stripwinkel ter wereld, en Charlotte Wessels, de bekende gothic zangeres van de band Delain.

Vrijdag 16 September 2011 18:00-21:00
Club-8 Admiraal de Ruyterweg 56 Amsterdam
10,- euro entree

Live optredens van:
La Cholita (USA)
The Diamond Bettys (USA)
Nachtclub zangeres Lady Balladyna
Holland’s First ‘Burlesque gal’: ‘Spanish Anna’
Robin The Boy Wonder.

Tekenles hoeft dus niet saai te zijn. Dat je het even weet.

Categorieën
Media Strips

Klopjacht op virtuele kinderporno

Ivo Opstelten, minister van Veiligheid en Justitie, is er klaar mee: virtuele kinderporno moet worden aangepakt, vindt hij. Dus ook getekende afbeeldingen waar geen kind voor is misbruikt.

Laat ik voorop stellen dat ik absoluut niets heb met pedofilie en pedoseksuelen. Seks met kinderen vind ik verwerpelijk, kinderen misbruiken voor pornografische afbeeldingen ook. Wie zich daar schuldig aan maakt, mag van mij levenslang in een celletje wegrotten.

Hentai.

Van de week las ik op de site van De Pers dat Opstelten en het OM geen onderscheid maken tussen ‘reguliere’ kinderporno en virtuele kinderporno, dus tekeningen, strips, animaties en computerafbeeldingen die duidelijk nep zijn en waar geen enkel kind voor model heeft gestaan of voor misbruikt is.

Dat kan sinds 2002 toen de wet werd aangepast en er de woorden ‘schijnbaar betrokken’ werden toegevoegd, waardoor het niet alleen meer gaat over materiaal waarbij iemand van onder de 18 ‘is betrokken’. Het idee destijds was om afbeeldingen aan te pakken die niet van echt te onderscheiden zijn, maar als het aan Opstelten ligt wordt ook overduidelijk nepspul aangepakt. Virtuele kinderporno leidt tot ‘gedrag dat deel kan gaan uitmaken van een subcultuur die seksueel misbruik van kinderen bevordert’, schrijft het OM. Dus van het één (illustraties bekijken) komt het ander (kindermisbruik).
(…)
Eind maart werd een Rotterdammer veroordeeld tot twee jaar celstraf wegens het bezit van (virtuele) kinderporno. Bijzonder aan de zaak was dat de rechter alle virtuele kinderporno op één hoop gooide: levensechte beelden en striptekeningen die overduidelijk nep zijn. Het hoger beroep dient na de zomer.”

Bliksemafleider
In het artikel komen ook tegengeluiden aanbod, mensen die denken dat virtuele kinderporno een goede bliksemafleider kan zijn. Dick Swaab, hersenspecialist en recente Zomergast, beweert dat pornografie ervoor zorgt dat impulsen beter beheerst kunnen worden. Ik denk dat hij daar een punt heeft. Als een pedoseksueel genoeg aan zijn trekken komt door virtuele kinderporno te kijken en zich daarna niet als de eerste de beste RK-priester vergrijpt aan minderjarigen, dan is dat toch goed?

Ivo denkt echter dat het één tot het ander leidt. Ik zou daar dan graag bewijs voor willen zien. Ik ben zelf nog nooit gewelddadig geworden van een actiefilm of het spelen van een game.

Gezien de beperkte capaciteiten van het politieapparaat, dat waarschijnlijk veel nuttiger ingezet kan worden, is het überhaupt de vraag of virtuele kinderporno bestrijden haalbare kaart is. Gaan we nu iedereen vervolgen die hentai op zijn harde schijf heeft staan? Worden alle mangastrips die pedoseksueel getint zijn ook uit de schappen gehaald?

En wat volgt er dan? Een verbod op gewelddadige strips, want die brengen mensen maar op moorddadige ideeën? Een verbod op politieke cartoons waarin pvv’ers vervelend worden afgeschilderd, want dat leidt maar tot nadenken onder de bevolking? Een verbod op afbeeldingen van de profeet of zijn christelijke tegenpool?

Nogmaals: natuurlijk ben ik niet tegen het aanpakken van echte kinderporno. Pak die viezeriken die er op geilen en het maken maar op. Maar als virtuele kinderporno inderdaad helpt als een bliksemafleider dan is het misschien beter om dat te laten bestaan…

Wat vind jij?

Categorieën
Film Strips

Lezing over conservatieve superhelden

Brandon Routh als Superman

Een tijdje geleden blogde ik over het proefschrift van Dan Hassler-Forest. Hassler-Forest is onderzoeker en docent Engelse taal en cultuur en geeft ook lessen over de graphic novel aan de UvA. Volgens zijn onderzoek ondersteunen superheldenfilms die tijdens het presidentschap van George W. Bush verschenen impliciet diens beleid en liggen conservatieve waarden aan hen ten grondslag.

 

Het proefschrift ligt op mijn bureau, maar door de drukte in de afgelopen maanden heb ik er nog niet veel in kunnen lezen. Wie zijn bevindingen in het kort wil horen moet zeker donderdag 15 september naar Dans lezing bij Spui25 gaan.

Jos van Waterschoot, adjunct-conservator bij de Bijzondere Collecties van de Universiteit van Amsterdam, die me een paar maanden geleden nog door het depot begeleidde waar het striparchief is gehuisvest, wees me erop.

Superhelden in de Politiek: Entertainment of Indoctrinatie?
In de jaren na de aanslagen van 11 september is de superheldenfilm een van de meest succesvolle Hollywoodgenres geworden. Is dit toeval, of geven deze films een nieuwe invulling aan de Amerikaanse politieke en culturele identiteit in het tijdperk van globalisering en de ‘War on Terror’? In deze lezing gaat Dan Hassler-Forest in op het onderwerp waarop hij eerder dit jaar promoveerde, waarbij hij ook stilstaat bij de vraag tot in hoeverre er iets is veranderd tijdens het Obama-tijdperk.

Dan wordt ingeleid door zijn promotor Christoph Lindner.

Zie voor meer informatie hier. De lezing is gratis, maar aanmelden verplicht.

Categorieën
Striprecensie Strips

Het fijne, kleine boek van de Beatles

Al een paar dagen klinken liedjes van The Beatles in mijn hoofd en dat komt door Het kleine boek van de Beatles. Een geïllustreerd feitelijk relaas over het leven van de mythische band, gemaakt door fan en stripmaker Hervé Bourhis. Ik vind het een heerlijk boekje.

The Beatles waren al zo’n acht jaar uit elkaar toen ik geboren werd, toch is het mijn favoriete band aller tijden. Dat John Lennon, Paul McCartney, George Harrison en Ringo Starr nog steeds aandacht generen blijkt wel uit de hoeveelheid boeken er nog steeds over hen verschijnen.

Wat het boekje van Bourhis bijzonder maakt, zijn de illustraties. Bourhis tekent in een ontspannen lijn sleutelmomenten uit de Beatlegeschiedenis. Hij baseert zich vaak op bestaande foto’s en albumhoezen, maar door de tekeningen zien die overbekende platen er weer fris uit. Doorgewinterde fans zullen weinig nieuws lezen in dit boekje, maar dankzij de tekeningen krijgen ze dus wel een kans om de geschiedenis van hun favoriete band op een andere manier door te nemen.

Veel Beatle-boeken eindigen op het moment dat de band uit elkaar gaat. Bourhis behandelt ook de solojaren en gaat door tot 2009, het moment dat hij een concert van Paul McCartney bijwoont.

Door de speelse lay-out is het soms niet helemaal duidelijk in welke volgorde de gebeurtenissen hebben plaatsgevonden. Ook had ik een index en paginanummering wel fijn gevonden.

Hervé Bourhis woont in Bordeaux en werkt als illustrator en cartoonist voor een aantal bladen. Hij heeft verschillende titels op zijn naam staan, waaronder Le Petit Livre Rock dat qua aanpak veel wegheeft van het Beatle-boekje.

Recensent
In zijn verhaal schuift de stripmaker zijn eigen mening niet onder stoelen of banken. Hij recenseert de Beatle-platen en voorziet deze van een score. Zo omschrijft hij Rubber Soul – een van de beste platen van het viertal – als volgt: ‘Warm en melancholisch als knappend houtvuur op een zondagmiddag is dit het herfstalbum bij uitstek, en ook van alle andere seizoenen sinds1965.’ Daarentegen is Bourhis minder lovend over de single All you need is love/Baby you’re a rich man: ‘Een lofzang op de universele liefde, irriterend en zo koel als de hel. (…) De b-kant is onverdraaglijk.’ Nou ja, je hoeft het niet met de tekenaar eens te zijn om toch van het boek te kunnen genieten.

Wat ik ook sympathiek vind is dat personages al worden geïntroduceerd voordat ze iets met de band te maken krijgen. Zo geeft de auteur wat achtergrondinformatie over hun latere manager Brian Epstein en Yoko Ono, die enkele jaren later een symbiotische relatie aangaat met John Lennon.

Het kleine boek van de Beatles is fijn leesvoer voor de fans en een ieder die op speelse wijze iets meer willen weten over het legendarische viertal uit Liverpool.

Hervé Bourhis , Het kleine boek van de Beatles
ISBN: 978 90 549 2322 0
Oog & Blik/De Bezige Bij, €24,90

Deze recensie is ook op het stripblog van Zone 5300 gepubliceerd.

Categorieën
Strips

Rhythm van Peter Pontiac vanaf september in de winkel

Ik krijg als stripjournalist veel boeken thuisgestuurd van uitgevers. Vaak ongevraagd, maar nooit onwelkom. Er zijn ook boeken waar ik naar uitkijk, zoals het verzamelde werk van Peter Pontiac dat begin september uitkomt. Rhythm heet de bundel.

Recent heb ik weer eens Kraut en de Pontiac Reviews, de reeks boeken uitgegeven door Oog & Blik waarin het werk van Peter thematisch is gebundeld, gelezen als voorbereiding op het interview dat ik laatst met hem voerde.

De nieuwe bundel Rhythm zal al Pontiacs stripverhalen bevatten. Voor de liefhebber moet dit het perfecte boek zijn, want zijn strips verschenen overal en nergens. Maar de bundel is ook een prima manier om voor het eerst kennis te maken met een van de grootste striptekenaars van Nederland. Nooit eerder is een compleet overzicht van zijn stripoeuvre gepubliceerd. In Rhythm zijn alle strips chronologisch geordend, het geeft zijn ontwikkeling van de underground-strips uit de jaren zeventig tot zijn latere werk weer, maar ook langere verhalen als Lost in the Lowlands en Requim Fortissimo.

Rhythm komt niet toevallig begin september uit, want op de negende van die maand krijgt Pontiac De Marten in zijn handen gestopt. Om zijn oeuvre te vieren krijgt de tekenaar een welverdiende geldprijs van 25.000 euro.

Op 9 september 2011 wordt de Marten Toonderprijs aan hem uitgereikt in de Grote Kerk in Breda, daarna opent de overzichtstentoonstelling Comix, Hot Pix & Tragix in het Graphic Design Museum in Breda. De expositie loopt van 10 september tot 27 november 2011.

Het interview met Pontiac zal begin september in de VPRO Gids verschijnen.

Categorieën
Strips

Interview Daniel Clowes: Ideale mannen op leeftijd

Daniel Clowes maakte twee intrigerende strips over humeurige mannen van middelbare leeftijd. ‘De ideale man en Wilson zijn twee kanten van dezelfde medaille.’

De naam van de Amerikaanse stripmaker Daniel Clowes (Chicago, 1961) zal niet bij iedereen meteen een belletje doen rinkelen, maar de film Ghost World waarschijnlijk wel. De film uit 2001 van regisseur Terry Zwigoff vond zijn oorsprong in de gelijknamige graphic novel van Clowes, die met Zwigoff het filmscenario schreef.

In Ghost World bekritiseren de achttienjarige meiden Enid en Rebecca, aan de vooravond van volwassenheid, de Amerikaanse maatschappij en het consumentisme. Klasgenoten, ouders en stadsgenoten ontkomen niet aan het meedogenloze oordeel van het duo, zelfs de stripmaker niet. Een scène in de strip die niet in de film terechtkwam, is een signeersessie waarin Clowes zielig en alleen achter een stapel boeken zit te wachten op fans die niet komen. Enid observeert hem op afstand, durft de stripmaker uiteindelijk niet te benaderen en zal later tegen Rebecca zeggen dat ze hem een ‘old perv’ vond.

Superheldenstrips
Eenzame signeersessies kwamen in het begin van Clowes’ carrière wel voor.
‘Vroeger zat ik vaak te signeren in stripwinkels waar ze voornamelijk publiek bediende dat superheldenstrips leest, en die staan ver af van de verhalen die ik maak. Ik zat dan achterin en stripkopers keken dan ongemakkelijk mijn richting uit. Bijna niemand kwam naar mijn tafel, hoogstens een of twee mensen in drie uur,’ vertelt Clowes telefonisch vanuit zijn huis in Oakland te Californië waar hij met zijn vrouw en zoon woont.

Een paar jaar voor de film uitkwam werden Clowes z’n strips al wat populairder en zat hij niet meer alleen. Sinds de verfilming van Ghost World heeft hij een aardige fanbase bij signeersessies. ‘Gelukkig is het nooit te massaal geworden. Ik vind het fijn om een beetje een band te hebben met de mensen op stripbeurzen. Tot nu toe heb ik nog nooit op een podium een enorm publiek moeten toespreken. Daar zou ik ook niet naar uit kijken.’

Worsteling
Recent kwam het album De ideale man (Mr. Wonderful in het Engels) uit. Marshall, een kalende man van middelbare leeftijd, beleeft een stormachtige blind date met Natalie. Eén laatste gooi naar romantiek, zoals hij het zelf omschrijft, die rampzalig verloopt. Marshall gaat niet alleen op de vuist met een zwerver die Natalies tas steelt maar ook met haar ex-vriend op een feestje.

Marshall past prima in de rij bijzondere buitenbeentjes die Clowes creëerde: ‘Ze houden bepaalde principes hoog, waardoor ze zich niet comfortabel voelen bij de rest van de mensheid, terwijl ze daar wel een soort van verbondenheid mee willen voelen. Die worsteling interesseert en inspireert me eindeloos.’

Ook Wilson, het hoofdpersonage uit het gelijknamige album dat vorig jaar in Nederlandse vertaling verscheen, is een humeurig en gefrustreerd mannetje. Anders dan Marshall spreekt hij zijn ongenoegens uit, terwijl Marshall vooral geremd is en met zijn tobberigheid niet zou misstaan in een Woody Allen-film.

Middelbare leeftijd
Dat beide strips over mannen van middelbare leeftijd gaan is vrijwel uniek. Clowes maakte De ideale man in opdracht van The New York Times Magazine waarin de strip in twintig afleveringen werd gepubliceerd. De stripmaker werd vriendelijk verzocht rekening te houden met zijn potentiële lezers: voornamelijk mannen van middelbare leeftijd. ‘Marshalls uiterlijk is een beetje gebaseerd op de documentaire filmmaker Errol Morris. Hij lijkt me het prototype lezer van The New York Times Magazine.’

Los van de beoogde doelgroep, raakte Clowes al eerder geïnteresseerd in verhalen over mannen op leeftijd. ‘Rond 2004 was ik bezig met een strip genaamd The Death Ray, die binnenkort eindelijk in boekvorm uitkomt. Die strip gaat over een tiener in de jaren zeventig en bevat een raamvertelling waarin datzelfde personage op oudere leeftijd op zijn leven terugkijkt. Hij is dan inmiddels een humeurige, gefrustreerde man geworden. Toen ik met dat boek klaar was besefte ik dat ik meer over hem en dit soort mannen te vertellen had. Doordat ik zelf ook die leeftijd heb, realiseerde ik me dat je nooit iemand hoort over hoe het is om de middelbare leeftijd te hebben en in onze maatschappij te leven.’

Wilson en Marshall vormen volgens Clowes twee kanten van dezelfde medaille.
De ideale man wordt volledig verteld vanuit het perspectief van Marshall, alles is gefilterd door zijn gedachten en visie. Wilson is veel meer geëxternaliseerd, je ziet hem handelen en zit niet in zijn hoofd.’ Overigens heeft de stripmaker het gevoel dat hij het onderwerp nu volledig heeft behandeld.

Waarheidsgetrouw
Of het nu gaat om kritische achttienarige meiden of boze mannen op leeftijd, Clowes maakt er doordachte personages van. Hij blinkt uit in het schrijven van levensechte dialogen. Zoals gezegd overheersen in De ideale man Marshalls gedachten alles. Tijdens de date probeert hij een zo goed mogelijke eerste indruk te maken. Marshall is hierdoor zo met zichzelf bezig, dat hij geen woord hoort van wat Natalie zegt. Clowes visualiseert dit door bovenop de tekstballonnen van Natalie de gedachten van Marshall te schrijven.

Natalie en Marshall op hun eerste date. (Dubbelklik op plaatje voor grotere versie.)

Clowes: ‘Een paar vrienden van me lijken in sommige opzichten veel meer op Marshall dan ik. Als ik tegen ze praat ben ik me er volledig van bewust dat ze daar geen woord van horen. Ze draaien een scenario in hun hoofd af terwijl ze op de juiste momenten terloops naar me knikken. Het leek me grappig om dat vast te leggen, want het komt natuurlijk vaak voor, zeker bij mensen die veel tijd alleen doorbrengen. Ze ontwikkelen manieren om met zichzelf te communiceren en vergeten vaak dat ze tegen anderen praten.’

Met een oeuvre vol uitgesproken personages rijst de vraag in hoeverre de stripmaker zijn acteurs gebruikt om zijn mening te ventileren. ‘Ik probeer ze niet perse tot stand-in voor mijn mening te maken, ik wil dat ze individuen zijn. Ze zijn meer vrienden van me, wiens mening de helft van de tijd exact overeenkomt met wat ik vind, maar de andere helft absoluut niet,’ zegt Clowes lachend.

Dan Pussey
In de verhalen over de fictieve stripmaker Dan Pussey uit de vroege jaren negentig schetst Clowes een vilein beeld van de Amerikaanse stripindustrie: ‘Ongetwijfeld begon ik aan Pusseys verhalen om mijn frustraties over de stripwereld te ventileren. Ik wilde wraak nemen op de wereld waarin ik vastzat zonder dat ik daar iets over te zeggen had. De enige plek waar ik mijn strips kon verkopen waren namelijk stripwinkels waar alles draaide om superheldenstrips. Toen ik echter aan die verhalen werkte en Dan Pussey wat beter leerde begrijpen, kreeg ik sympathie voor hem. Ik kreeg steeds meer het idee dat ik net als hij had kunnen worden als ik als tiener een paar andere keuzes had gemaakt.’

Daniel Clowes: De Ideale Man. (Oog & Blik/De Bezige Bij).
ISBN: 978 90 549 2315 2

Wilson (Oog & Blik/De Bezige Bij) ISBN: 978 90 549 2288 9

(beide boeken zijn vertaald door Pieter van Oudheusden.)

In het najaar verschijnt The death ray in Nederlandse vertaling bij Oog & blik/De bezige bij onder de titel Dodelijk wapen.

Dit artikel is in VPRO Gids #32 gepubliceerd.

Categorieën
Strips

Striptips: Week 31

Het was een kleurrijke week in de bioscoop: zowel de Smurfen als Green Lantern maakten hun opwachting op het grote scherm. Beide films zijn overigens niet heel erg enthousiast ontvangen. Hier een paar frisse striptips van de afgelopen week.

Dennis Mons schreef een leuk achtergrondartikel voor Spits over onze blauwe vriendjes en interviewde Meerten Welleman, voorzitter van Het Stripschap.

Hier even een stukje om je alvast op te warmen:

Volgens Welleman is de populariteit ook te danken aan de pluriformiteit van de Smurfen. „Ze hebben allemaal een eigen karakter, uitgedrukt in hun naam. Hierdoor zijn ze herkenbaar voor veel mensen. Er is altijd wel een Smurf waarmee iemand zich mee kan vereenzelvigen. Daarnaast wist Peyo ook altijd in te spelen op een actualiteit. Als je alle avonturen bij elkaar pakt, zijn er veel onderwerpen die zijn besproken in de strips. Op het moment dat er maanlandingen waren, kwam er een ruimtesmurf en toen discriminatie vaker ter sprake kwam, tekende hij een zwarte Smurf.”

Henry Cavill als The Man of Steel.


Man of steel

In 2013 vliegt Superman weer de bioscoop in. Geen idee of mensen zitten te wachten op nog een Superman-reboot, maar in ieder geval mag Zack Snyder het proberen met The Man of steel. Snyder maakte eerder natuurlijk het epos Watchmen. Deze week werd de eerste foto van Henry Cavill als de braafste superpadvinder van de wereld vrijgegeven. Deze foto was meteen bron van speculatie, onder andere op de site Badass Digest, waar Devin Faraci de foto nauwgezet analyseerde.

Bunbun promovideo
Van de brave wereld van de kleine blauwe smurfen naar dat van ondeugend, nee, lees: oversekste konijn Bunbun, is het een grote stap. Recent sprak ik met Matt Baay over de eerste uitgave van Bunbun: Carrots included. Niet veel later publiceerde hij onderstaande promo-animatie.

Categorieën
Strips

Axel Alonso geïnterviewd over nieuwe zwarte Spider-Man

Miles Morales is de nieuwe Ultimate Spider-Man.

Axel Alonso, Editor in Chief van Marvel Comics, was deze week te gast bij The early show van CBS om over de nieuwe zwarte Spider-Man te praten.

Zoals ik eerder deze week blogde, wordt in het Ultimate Universum van Marvel Peter Parker vervangen door een tiener van zwarte en Latijns-Amerikaanse afkomst. Parker overleed kort geleden. Uiteraard pakten de media dit bericht meteen op.

In het interview komt duidelijk naar voren dat Obama, de eerste zwarte president van Amerika, een inspiratiebron was om met deze niet-blanke Spider-Man te komen.

Ik ben best benieuwd naar de verhalen rondom deze nieuwe alternatieve Spider-Man en hoe de klassieke thema’s rondom het webhoofd tot uiting zullen komen. Al heb ik serieus mijn twijfels of we ooit een zwarte Spider-Man in de bioscoop zullen zien. Goed, in Daredevil had Kingpin, de misdaadbaas in New York, ook opeens een kleurtje doordat hij door de zwarte acteur Michael Clarke Duncan werd gespeeld. Dat vond ik toen wel jammer. Niet omdat Clarke Duncan geen goede acteur is of omdat zijn postuur niet heel goed bij de rol paste, want dat was zeker het geval, maar wel omdat er meteen een hip-hop sausje over de Kingpin werd gegoten. Daardoor kwam het filmkarakter wel heel ver af te staan van de Wilson Fisk uit de comics.

In recente Marvel-films wordt het personage Nick Fury, het hoofd van S.H.I.E.L.D vertolkt door Samuel L. Jackson. Zijn badass imago past prima bij het Fury. En laten we eerlijk zijn: iedere acteur die Nick Fury speelt en die geen David Hasselhoff heet, is een vooruitgang.

Maar goed, ik dwaal af. Opmerkelijk aan het interview met Alonso is dat de interviewer duidelijk niet op de hoogte is van het feit dat het hier om een alternatieve Spider-Man gaat en niet over de Peter Parker uit Amazing Spider-Man. Het is ook ingewikkeld voor niet-stripfans om al die verschillende universa uit elkaar te houden. Sterker nog: ik bestudeer het beeldverhaal nu al aardig wat jaren en vaak snap ik ook niet helemaal wat ze bijvoorbeeld bij DC Comics allemaal uitvoeren met al die alternatieve werelden die ze daar hanteren.

Overigens is het nieuws van de komst van Miles Morales niet door iedereen met gejuich ontvangen. Michael Maillaro zette een paar racistische reacties op een rijtje.