Categorieën
Film Spidey's web Strips

Spidey’s web: Waarom we Peter Parker niet zwart moeten maken

Als je Peter Parker laat spelen door een zwarte acteur, maak je inherent een ander personage van hem en geen getrouwe stripverfilming.

Spider-Man gaat deel uitmaken van het cinematografische universum van Marvel omdat Marvel Studio’s en Sony Pictures eindelijk een deal met elkaar hebben gesloten. Dat is voor mij goed nieuws, want nu kunnen de films van Marvel weer een beetje meer lijken op de Marvelwereld uit de strips. Al zal het nog een tijd duren voordat de X-Men en Fantastic Four daar deel van gaan uitmaken.

Klik op het plaatje, dan wordt ie groter.(Echt waar)
Klik op het plaatje, dan wordt ie groter.(Echt waar)

Er is op dit moment echter een hardnekkig gerucht gaande dat de nieuwe incarnatie van Spider-Man waarschijnlijk zwart zal zijn. Filmjournalist Jeff Sneider liet zich ontvallen in een podcast  (vanaf 44:30) dat hij uit betrouwbare bron had vernomen dat het 95% zeker is dat Spider-Man door een donkere acteur gespeeld gaat worden. Meteen ging dit gerucht als een lopend vuurtje door het web en schreeuwlelijk Dan Slott, die al een jaar of drie Amazing Spider-Man schrijft en daardoor mijn leven als Spider-Man-fan flink verzuurt, opperde op Twitter dat Peter Parker best door een zwarte acteur gespeeld kan worden. Er is volgens Slott niets inherent wits aan Parker.

Miles Morels is de nieuwe Ultimate Spider-Man.
Miles Morales is de nieuwe Ultimate Spider-Man.

amazing_spiderman_gwen_peteAllereerst dit: er bestaat een zwarte Spider-Man in the ultimate universe van Marvel, Miles Morales. Het zou voor de filmmaatschappijen een slim idee zijn om dit personage op te voeren in de films. De laatste twee Spidey-films met Peter Parker (Andrew Garfield) zijn redelijk geflopt. Dat komt onder andere doordat ze opnieuw de origin van de held hebben verteld. Daar zat het publiek volgens mij niet op te wachten. Daarnaast sloeg Electro in Amazing Spider-Man 2 een verschrikkelijk modderfiguur en werden er bepaalde scènes geschrapt door producenten wat het verhaal niet ten goede kwam. Om een frisse, nieuwe versie van Spider-Man aan het publiek te tonen zou Morales onder het masker een goede gok zijn. Miles’ fans zien dat wel zitten.

Samuel L. Jackson
Toen de superhelden van Marvel werden bedacht door Stan Lee, Jack Kirby, Steve Ditko en anderen, was het een andere wereld. Er waren vrijwel geen donkere helden in fictie te vinden. In ieder geval niet in comics. In de loop der jaren zijn er bij Marvel aardig wat etnische superhelden bij gekomen, maar in verhouding zijn dit nog steeds een handje vol ten opzichte van blanke helden. Nu er steeds meer behoefte lijkt te zijn aan diversiteit, aan helden met een andere etnische achtergrond én aan heldinnen, en de mediamakers doorhebben dat hieraan gehoor geven veel geld oplevert, is de roep om representatie in de filmversies van de strips groot. Iedereen draagt Nick Fury als voorbeeld aan, maar vergeten er vaak bij te zeggen dat Samuel L. Jacksons versie van Fury is ingegeven door de Fury uit het ultimate universe van Marvel. Dus ook al loopt er sinds jaar en dag een blanke Fury rond, in de films en de tv-serie Agents of SHIELD is hij zwart, want het is eigenlijk de ultimate versie. Sterker nog: schrijver van de strips Brian Michael Bendis had Jackson in gedachten toen hij Fury een make-over gaf.

In de aankomende reboot van The Fantastic Four wordt Johnny Storm gespeeld door acteur Michael B. Jordan terwijl Johnny in de strips een blanke huidskleur heeft en de broer is van Sue Storm die gespeeld wordt door blanke actrice Kate Mara. Iemand opperde ergens dat ze nog steeds broer en zus kunnen zijn omdat hun ouders een interraciaal stel zijn. Allemaal leuk en aardig, maar ik heb grote bezwaren tegen lukraak de etniciteit van bestaande personages veranderen.

spiderman_upsidedownkiss_filmPeter Parker is een blank personage. Dat is hij altijd geweest. Ik zie filmadaptaties van strips het liefst zo trouw mogelijk. Bij een adapatie van het ene naar het andere medium moeten er altijd dingen worden aangepast. Een film is nu eenmaal geen strip. En een verhaal dat in 1962 is gedacht, zoals de origin van Spider-Man, behoeft updates als je in 2002 een film daarvan uitbrengt, wat Sam Raimi’s eerste Spidey-flick duidelijk laat zien. In de kern is het verhaal behoorlijk trouw aan die van de strips gebleven en dat vond ik juist zo goed aan Raimi’s films. Maar een zo’n update zou niet de huidskleur van het personage moeten zijn, want dan verander je een belangrijk onderdeel van zijn identiteit.

Stel je voor dat we een biopic maken over Martin Luther King en dat een blanke acteur die hoofdrol speelt. Of een film over Nelson Mandela en hetzelfde geintje flikken. De wereld zou op zijn kop staan. En terecht, want in hun verhaal, in hun geschiedenis speelt hun etniciteit een grote rol. Hetzelfde geldt voor bepaalde superhelden van Marvel. Black Panther moet ook gespeeld worden door een donkere acteur en Storm van de X-Men kun je ook niet door een roodharige Ierse dame laten spelen. Nu zou je nog kunnen zeggen: Ja, maar bij die personen en personages wordt hun geschiedenis mede bepaald door hun afkomst. Mijns inziens geldt dit voor ons allemaal in meer of mindere mate.

Kleur bekennen
Volgens Slott is er niets inherents blank aan Peter Parker, maar dat ben ik niet met hem eens. Onze huidskleur bepaalt deels onze identiteit. Huidskleur en afkomst zijn belangrijke kenmerken van hoe mensen je zien. Geloof je me niet? Vraag je dan eens af of je leven anders zou zijn geweest als je niet blank maar met een donkere huid geboren was. Of andersom. Stel dat alles in je leven hetzelfde is als nu, maar dat je een andere etniciteit hebt. Ik weet wel zeker dat mensen anders op mij hadden gereageerd als ik niet blank was geweest of als ik een Marokkaanse naam had gehad. Niet altijd, maar er zouden zeker momenten zijn geweest dat ik gediscrimineerd werd of was uitgescholden vanwege mijn huidskleur.

Lukraak personages van etniciteit veranderen is zeggen dat ras en huidskleur niet uitmaken. Dat is ontkennen dat onze maatschappij racistisch is. En die vlieger gaat al helemaal op voor Amerika, waar de kloof tussen zwart en blank groot is. Waarschijnlijk groter dan hier, maar Nederland is al te klein als het om Zwarte Piet gaat. Huidskleur maakt uit. Het zou mooi zijn als we in een wereld zouden leven zonder racisme en vooroordelen jegens de ander, maar voorlopig is dat nog een utopie. (En daarop wijzen maakt me nog geen racist.)

De kloof maak je niet kleiner door blanke personages zwart te maken. Wel door interessante zwarte personages die Marvel al heeft de spotlight te geven. Een zwarte Peter Parker is niet de Peter Parker die ik uit de strips ken. Dat betekent niet dat er geen zwarte, Aziatische of Latino Spider-Man kan zijn. Natuurlijk wel, maar noem hem dan niet Peter Parker.

Parkers etniciteit veranderen zou mijns inziens net zo radicaal zijn als een vrouw van hem maken.

Voor mij maakt het niet uit dat Peter Parker een fictiefiguur is en niet ‘echt’ bestaat. Dat hij fictie is geeft de mensen van Sony geen vrijbrief om zomaar zijn etniciteit te veranderen. Ik ken Peter Parker al dertig jaar en ik ken hem beter dan menig familielid of vriend of social media-contact. Over de hele wereld is Spider-Man bekend en het merendeel van de mensen die hem kennen weet ook dat Peter Parker onder het masker schuilgaat. Als men een film over hem maakt, wil ik die als Spider-Man-fan die het liefst zo getrouw mogelijk zien, En veel andere Spidey-fans ook. Hetzelfde gevoel kennen veel Star Wars-fans als George Lucas weer eens met een aangepaste versie van zijn films komt.

Overigens heb ik niet de illusie met dit betoog anderen van gedachten te doen veranderen. Als jij vindt dat Peter best door een zwarte acteur gespeeld kan worden, voor wat voor reden dan ook, kan ik je vast niet van het tegendeel overtuigen. En dat hoeft ook niet, want iedere Spidey-fan heeft recht op zijn eigen mening en visie op Peter Parker. Ik geloof ook niet dat als de mensen van Sony een zwarte Peter Parker prefereren om bovenstaande redenen, dat zij de mening van de stripfans mee laten tellen. Het grote geld regeert immers. Maar ik wilde het wel even gezegd hebben. Dat ben ik mijn vriend Peter wel verschuldigd.

Categorieën
Stripplaatjes onder de loep Strips

Stripplaatje onder de loep: Duivelsjongen als held

Hellboy is een van mijn favoriete striphelden: hij ziet eruit als een duivel, maar is een good guy. In een wereld vol folkloristische verwijzingen, bovennatuurlijke elementen en als Shakespeare sprekende schurken relativeert Hellboy de situatie met droogkomische opmerkingen. Niet slecht voor een monster dat eigenlijk in de wereld werd gebracht om de Apocalyps te ontketenen.

In de Amerikaanse stripwereld die gedomineerd wordt door superhelden, is Hellboy een vreemde eend in de bijt. Met een rode huid, hoeven als voeten, een staart, een rechterhand van steen en een tweetal hoorns die uit zijn voorhoofd groeien, maar die hij klein houdt om ‘op straat niet op te vallen’, doet het demonische uiterlijk van dit duivelskind zijn naam eer aan. Kwaadaardig is hij echter niet, in tegendeel: Hellboy bestrijdt in dienst van het Bureau for Paranormal Research and Defence bovennatuurlijke monsters en kwaadaardige krachten. Eigenlijk is Hellboy dus toch een soort superheld.

hellboy-wake_devil

Mike Mignola

Mignola signeert. Foto: Michael Minneboo.
Mignola signeert. Foto: Michael Minneboo.

De expressieve tekenstijl met het sterke licht-donkercontrast van stripmaker en geestelijk vader Mike Mignola, is een andere reden waarom ik deze strip graag lees. Bovenstaand stripplaatje is afkomstig uit het verhaal Wake the Devil. Een prachtig stukje grafische kunst dat niet zou misstaan in een galerie of museum. Hellboy gaat op de vuist met de mythologische figuur Hekate, die dit keer de vorm heeft van een monsterlijke, slangachtige vrouw. Tijdens het gevecht probeert Hekate onze held ervan te overtuigen dat hij zich weer bij zijn eigen soort moet aansluiten. Dat hij zijn lot niet kan ontlopen en dat Hellboy in dienst van Het Kwaad een sleutelrol zal spelen in het einde der tijden. Dit is overigens de reden waarom Rasputin in opdracht van de Nazi’s Hellboy in onze wereld bracht tijdens WOII. (Zie het verhaal: Seed of Destruction.) Hellboy wil hier echter niets van weten.

Dat de twee personages tegenstanders zijn wordt in de afbeelding ook nog eens duidelijk gemaakt doordat Hellboys felrode huid contrasteert met de groene huidskleur van het slangenwijf. Hellboys rood contrasteert sowieso altijd mooi in de wereld die Mignola tekent en die gevuld is met voornamelijk donkere en aardse kleuren. Alsof hij daarmee nog eens duidelijk wil maken dat Hellboy niet van deze wereld is. Interessant, want Hellboys karakter is zeer menselijk en geïnspireerd op dat van Mignola en diens vader.

Vader
Een paar jaar geleden interviewde ik Mignola over zijn creatie tijdens Stripfestival Breda dat toen nog plaatsvond in het Racketcenter. In de kantine, waar de geur van gefrituurde kroketten hing, vertelde hij mij dat zijn eigen vader een belangrijke inspiratiebron was voor het karakter van Hellboy: ‘Ik wilde dat Hellboy ouder en een stuk taaier was dan ik. Mijn vader werkte als timmerman. Hij kwam altijd thuis met verwondingen, zoals schaafwonden en droog bloed op zijn gezicht. Als ik dan vroeg wat er gebeurd was, zei hij: “Oh ja, ik bleef aan een spijker hangen” of “mijn hand bleef in een machine steken.” Hij zei dat altijd op een toon alsof er niets aan de hand was, want mijn vader was een taaie met echte werkmanshanden. Hij was van de Tweede Wereldoorlog-generatie. Hellboy is net zo’n rouwdouwer. In dat opzicht is Hellboy het tegenovergestelde van mij. Toch praat hij precies zoals ik. Toen ik met deze strip begon was schrijven nieuw voor me. Ik wist niet hoe ik een stem voor een personage moest vinden, dus hield ik zijn tekst dicht bij wat ik zelf zou zeggen. In principe heersen er twee stemmen in de Hellboy-strips: de slechteriken spreken in Bijbelse en Shakespeare-achtige teksten terwijl Hellboy het deel van mijn brein representeert dat zich schaamt voor dramatische speeches. Daarom onderbreekt hij de schurken ook als ze praten. Er is een scène waarin een vampier maar door praat en Hellboy hem onderbreekt met de zin: “Grote woorden voor een man die geen broek aan heeft,” dat soort dingen.’

hellboy_-wake_devil_coverNog een voorbeeld van Hellboys droge opmerkingen zien we terug in bovenstaande scène. Als Hellboy in de confrontatie de eerste tik uitdeelt, maakt hij een bijdehante opmerking: ‘Lady, I was gonna cut you some slack, ‘cause you’re a major mythological figure, but now you’ve just gone NUTS!’ Hellboy weet hoe hij zijn punches van een ferme punchline moet voorzien.

Mike Mignola. Hellboy: Wake the Devil 1-5.
Uitgeverij Dark Horse.

Geschreven voor en gepubliceerd in Eppo #1 (2015).

Categorieën
Strips Video

Video: Stripfiguren in de platenkast

In het televisieprogramma TopPop 3, op Ned 3, dook de sympathieke 3FM-DJ Gerard Ekdom iedere week in zijn platenkast en hield een muzikaal thematisch verhaal over popmuziek. Een aflevering was dat muziek en strips (en een beetje animatie eigenlijk) en kwam Gerard met een paar opmerkelijke nummers op de proppen.

Ik mis in je verhaaltje het nummer van de Crash Test Dummies over Superman, Gerard:

Categorieën
Spidey's web Strips

Spidey’s web: Zo ziet een blije Spider-Man eruit

Tijdens een bezoekje aan Curt Connors komt Peter Parkers professor Morris Sloan binnenwandelen met een stapel examens. Daar zit ook Parkers uitslag tussen. Als hij ziet dat hij een tien heeft gehaald voor zijn eerstejaars kandidaatsexamen (graduate studies) kan hij zijn blijdschap niet onderdrukken.

Hoe dat eruit ziet? Zo dus:

ASM-243-vrolijke-spiderman1
ASM-243-vrolijke-spiderman2 ASM-243-vrolijke-spiderman3

Ik word erg vrolijk van het onderste plaatje waarin Spidey dolblij over de straten van New York springt. Dat Spider-Man erg blij is dat hij geslaagd is voor het eerste jaar van zijn promotiestudies snappen we natuurlijk helemaal. Ik kan me zelf nog goed herinneren hoe blij ik was toen ik mijn bul haalde en mezelf Drs. in de filmwetenschap mocht noemen.

Als de vrolijke bui wat bekoeld is en Peter nadenkt over zijn situatie, wordt hij somberder. Later die avond slingert hij door New York om eens goed na te denken. Zijn vriendin Black Cat ligt in het ziekenhuis en haar behandeling gaat een flinke berg rekeningen opleveren. De studie zal in het tweede jaar meer tijd opeisen en dat betekent dat Peter minder tijd heeft om geld te verdienen met het maken van foto’s. En dat terwijl zijn leven als Spider-Man ook al zo’n tijdvreter is. Uiteindelijk besluit Peter om zijn studies voorlopig op pauze te zetten. Een beetje een domper op een verhaal dat zo vrolijk begon. Kijk daarom nog maar een keer naar het plaatje van de vrolijke Spider-Man.

Amazing Spider-Man #243. Tekst Roger Stern. Tekeningen John Romita Jr.

Categorieën
Stripplaatjes onder de loep Strips

Stripplaatje onder de loep: Dikke vrienden

Twee jaar geleden werd met veel succes een nieuw avontuur van Asterix uitgegeven, Asterix bij de Picten, gemaakt door scenarist Jean-Yves Ferri en tekenaar Didier Conrad. Een vermakelijk album. Toch gaat er wat mij betreft niets boven de klassieke verhalen van het oorspronkelijke creatieve team achter de reeks, Albert Uderzo en René Goscinny.

De geliefde Galliër en zijn dorpsgenoten debuteerden 29 oktober 1959 in het eerste nummer van het franse stripblad Pilote, opgericht door Albert Uderzo, René Goscinny en Jean-Michel Charlier (auteur van onder andere Blueberry). Dat Asterix een grote ster zou worden zit al in zijn naam: Aster is het Latijnse woord voor ‘ster’, de toevoeging rix is Keltisch voor ‘koning’. Hoewel, Uderzo (1927) heeft ooit gezegd dat als ze niet zelf een stripblad hadden gehad om Asterix in te introduceren, hij er waarschijnlijk nooit was gekomen. Veel uitgevers geloofden niet in Asterix als held omdat hij met zijn kleine voorkomen er niet uit ziet als een typische held. Die waren indertijd namelijk jong en aantrekkelijk. Misschien dat het nieuwe aan Asterix en Obelix er juist voor heeft gezorgd dat de striphelden opvielen.

Een andere belangrijke factor is waarschijnlijk de scherpe pen van René Goscinny (1926-1977), een geniaal stripauteur die naast Asterix onder andere ook de reeks Lucky Luke pende. Ook een strip die ik tegenwoordig nog graag herlees. Dat kan ook makkelijk want beide reeksen zijn door hun historische setting tijdloos, maar bovenal zijn ze goed geschreven en bevatten scherpe grappen.

Running gags
Goscinny schreef over de Galliërs avonturen vol woordspelingen en knipoogjes naar de geschiedenis en de actualiteit. Ook ging hij speels om met clichés, stereotypen en culturele referenties. Een van de sterke punten van de Asterix-strip is de herkenbaarheid die deels wordt veroorzaakt door herhaling en running gags. Goscinny laat in de verhalen bepaalde elementen telkens terugkomen waardoor deze een vaste waarde worden en door de herkenning juist een lach opwekken. Denk bijvoorbeeld aan de Bard die constant het zingen wordt ontzegd omdat hij geen toon kan houden, de arme Romeinen die iedere confrontatie het onderspit moeten delven en Obelix die nooit toverdrank mag drinken omdat hij als kind in de ketel is gevallen.
stripplaatje-asterix_geschenk v caesarVriendschap
Mijns inziens is het hart van de reeks de vriendschap tussen Asterix en Obelix. Hoewel de vrienden elkaar altijd bijstaan, hebben ze ook geregeld ruzie. Zoals in het album Het geschenk van Caesar, waar bovenstaande stripstrook uit afkomstig is.

Als de nieuwe dorpsbewoner Appendix, aangespoord door zijn vrouw Angina, campagne voert om dorpsleider te worden, raakt hij natuurlijk in conflict met Abraracourcix, de huidige leider van het dorp. Er barst een politieke strijd los tussen Appendix en Abraracourcix (die in de huidige vertaling Heroïx heet). Tijdens een maaltijd laat Asterix aan zijn vriend weten dat hij de vreemdelingen het liefste ziet vertrekken, want dat gezin leidt tot ruzie in het dorp. Obelix, die zojuist tot over zijn oren verliefd is geworden op de dochter van Appendix, is het daar niet mee eens en stormt boos Asterix’ huis uit.

asterix_coverIn de scène hierboven leggen de twee het weer bij, zoals ze dat altijd doen. Asterix zoekt Obelix op en vraagt of zijn vriend nog steeds boos is. Vervolgens gaat de kleine blonde Galliër naast Obelix zitten en prikt hij speels in diens zij. Dat amuseert zijn vriend. Uiteraard is Obelix veel sterker en als hij Asterix’ vriendschappelijke gebaar herhaalt, knalt hij hem meters ver weg.

Deze scène en lichte variaties daarop zien we door de hele reeks terugkomen. Een visueel cliché dat juist door de herkenbaarheid een vertrouwd gevoel geeft. Vergelijkbaar is het moment dat de twee heren ruzie krijgen en met de neuzen tegen elkaar gedrukt naar elkaar staan te schreeuwen. (Iets wat veelvuldig voorkomt in Asterix bij de Picten.)

Het bovenstaande strookje toont ook meteen de andere kracht van de strip Asterix, namelijk hoe goed Uderzo kan tekenen. De goed getroffen lichaamstaal van de personages spreekt boekdelen. De aantrekkelijke tekeningen en het humoristische vernuft maakt dat je avonturen van Asterix eindeloos kunt blijven lezen.

Gepubliceerd in Eppo #17 (2014).

Categorieën
Daily Webhead Strips Video

DW Video: Marcel Ruijters over de Stripschapprijs en Jeroen Bosch

Stripmaker Marcel Ruijters krijgt dit jaar de Stripschapprijs voor zijn gehele oeuvre. Op dit moment zit Ruijters in de laatste fase van zijn graphic novel over schilder Jheronimus Bosch die in september gaat uitkomen.

Genoeg reden om hem wat vragen te stellen dus toen ik hem zondag 15 februari tegenkwam in the American Book Center in Amsterdam.

Categorieën
Strips

Video: Inkter Suske & Wiske gaat met pensioen

Eric De Rop werkt al jaren voor Studio Vandersteen. In de periode dat Paul Geerts hoofdtekenaar van de reeks was, van 1972 tot en met 2002,  inkt De Rop de tekeningen van Suske & Wiske al.

Maar ook daarvoor was hij al werkzaam aan strips die in de studio gemaakt werden, onder Vandersteen zelf. Na 250 albums gaat hij binnenkort met pensioen.

Een kort interview met ATV.be:

Categorieën
Strips

Een ontmoeting met Derf Backderf

Zondagmiddag interviewde ik Derf Backderf in the American Book Center in Amsterdam. Backderf was in Nederland om zijn graphic novel My Friend Dahmer te promoten die recent in het Nederlands bij Scratch Books is verschenen.

Minneboo en Backderf. Foto: Melissa Halley
Minneboo en Backderf. Foto: Melissa Halley

My Friend Dahmer gaat over de tijd dat Backderf op de middelbare school zat met Jefrey Dahmer die later maar liefst 17 jonge mannen vermoordde. Hij had seks met de lijken en soms at hij ook een stukje van zijn slachtoffers. Geen luchtig onderwerp dus.

Toch was het erg leuk om Backderf te spreken en ook een beetje gek, want de volgende dag interviewde ik hem in het café van het Americain voor de VPRO Gids. Zondagmiddag was dus een soort opwarmertje. Nu ja, vooral voor mij dan, want Derf was de afgelopen dagen in Frankrijk en België al flink ondervraagd over zijn boek. En vaak kreeg hij natuurlijk dezelfde vragen gesteld. Zo gaat dat op een perstoer.

(Dinsdagmiddag is Backderf om 17 uur in Lambiek).

Minneboo en Backderf. Foto: Linda Delis
Minneboo en Backderf. Foto: Linda Delis

dahmer_coverDe belangstelling in Frankrijk en België was groot geweest. In Nederland was ik een van de weinige journalisten die interesse heeft voor het werk van Backderf, vertelde uitgever Hansje Joustra. Strip blijft in hier toch een stiefkindje terwijl België en Frankrijk echte striplanden zijn.

Voor mij mag dat de pret niet drukken, al betekent het wel dat ik als freelancer lang niet altijd mijn artikelen over het beeldverhaal ergens kwijt kan.

Het gesprek in het Americain op maandag duurde lang. Derf had er zin in. Vooral toen ik het ook wilde hebben over zijn strip Punk Rock and Trailer Parks. Een hilarische strip over de punkscene in Akron Ohio in de vroege jaren tachtig. Het hoofdpersonage Otto, die zichzelf the Baron noemt, is zeer sympathiek en komt erg grappig uit de hoek. De strip zit vol gastoptredens van punkers als Klaus Nomi, The Ramones en Wendy O. Williams. Popjournalist Lester Bangs komt ook even langs.

The Ramones in actie
The Ramones in actie

Na het interview hebben we nog wat gepraat over de Amerikaanse stripwereld. Derf maakte nog een tekening in mijn exemplaar van Punk Rock and Trailer Parks. Het tekenen heb ik op video vastgelegd.

Binnenkort alles over Mijn vriend Dahmer en Punk Rock and Trailer Parks in de VPRO Gids.

Categorieën
Spidey's web Strips

Spidey’s web: Jameson verslaat Spider-Man

J. Jonah Jameson die Spider-Man in elkaar slaat en ook nog eens laat toegeven dat hij inderdaad een gevaar voor de maatschappij is, zoals de krantenmagnaat altijd heeft beweerd. Dat moet wel een droom zijn.

En dat is het ook, namelijk de (natte) droom van Jameson, getoond in The Daydreamers in Amazing Spider-Man #246 (1983). In dit verhaal trakteren Roger Stern en John Romita Jr. de lezer op de dagdromen van respectievelijk Felicia Hardy, Jameson, Mary Jane en Peter Parker. Alle dromen zijn interessant om eens goed te bestuderen, want al deze avonturen in het onderbewuste vertellen veel over het karakter van het personage dat aan het dagdromen is. Vandaag hou ik het echter bij de dagdroom van Jameson, die overigens boekdelen spreekt. Kijk maar:

ASM-246-jameson_01 ASM-246-jameson_02 ASM-246-jameson_03Leuk detail is dat Lance Bannon én Peter Parker aanwezig zijn om foto’s te nemen. Duidelijk een signaal dat Jameson geen idee heeft dat Parker en Spider-Man dezelfde persoon zijn. Ook interessant is Jamesons ontkenning dat hij meer kranten verkoopt door nieuws over Spider-Man te plaatsen. Natuurlijk verkoopt de krant beter omdat er foto’s van Spider-Man op de voorpagina staan. Wat Spider-Man doet en de andere superhelden doen in het Marvel Universum is nieuws en dat willen mensen lezen. En dat weet de hoofdredacteur van de krant heus wel. Het hoog houden van de verkoopcijfers is volgens mij de hoofdreden om zijn lastercampagne tegen de Muurkruiper vol te houden.

(Toentertijd in ieder geval. Later werd Jameson de burgemeester van New York en ging hij gewoon door met lasteren. Sterker nog, hij huurde een heel team SpiderSlayers in om Spider-Man te bestrijden.)

Als Jameson aan het einde van de scène denkt: ‘But the Bugle prints the news… not fiction,’ is dat maar de halve waarheid. De berichtgeving over Spider-Man is door Jameson op zijn zachts gezegd gekleurd.

Categorieën
English Striprecensie Strips

Review: My Friend Dahmer by Derf Backderf

Comic book artist Derf Backderf will make a personal appearance at the American Book Center in Amsterdam this Sunday, February 15th, to promote his intriguing portrait of serial killer Jeffrey Dahmer.

On July 22nd 1991 serial killer Jeffrey Dahmer was arrested for the murder of seventeen young men. An inmate killed him on November 28th three years later. In the highly compelling and original graphic novel My Friend Dahmer comic book artist Derf Backderf looks back on his high school years and his friendship with classmate Jeffrey Dahmer.

dahmer_coverThe weird kid
Backderf shows that Dahmer lived an isolated life during his high school years in the mid-seventies. Classmates thought the tall guy with glasses was quite strange: Dahmner threw fake epileptic fits and mimicked the slurred speech and spastic tics of someone with cerebral palsy. Dahmer’s act made him somewhat of a celebrity in school, or a mascot, as Backderf describes it. Backderf himself was part of the so-called Dahmer fanclub, imitating his movements and Dahmerisms with his friends. The high point of this act and Dahmer’s questionable celebrity status at school would be a Saturday in which schoolmates paid Dahmer to act this way during a visit to the mall. The students would look on from a short distance as Dahmer freaked out innocent shoppers and shop personnel.

Dahmer-backderfLater Backderf would discover that Jeffrey was imitating his mother, Joyce Dahmer, a woman plagued with depression and who had terrible fits. Dahmer’s home life wasn’t really pleasant: his parents fought most of the time until they decided to get a divorce, which became rancorous. Busy with their own problems they ignored Jeffrey all together, and he kept his homosexual tendencies to himself. He kept them hidden from everyone, but that wasn’t uncommon in the seventies. Of course, being gay doesn’t make one a serial killer, but when Damher fantasized about male lovers, they were dead and he had sex with their bodies. In Junior Year of high school Jeffrey took to drinking. Knowing too well his sexual urges were sick and twisted, he tried to dull these urges with alcohol.

‘How did he get away with being stinking drunk during school hours?’ Backderf asks in his graphic novel. ‘It still blows my mind. Every kid knew what Dahmer was doing… But not a single teacher or school administrator noticed a thing. Not one. Where they really that oblivious? Or was it that they just didn’t want to be bothered?’

Backderf makes a case for the adults being absent one way or another as the reason Dahmer’s descent into becoming a murderous monster was never noticed by anyone. ‘”I can’t say there were any signs he was different or strange,” one of the school guidance counselors would later state’, Backderf writes. After graduating high school Dahmer got even more isolated and shed his humanity forever. Soon he would pick up an innocent hitchhiker who became his first victim.

dahmer_02Cult classic
Backderf worked on this story for years. He self-published a comic about Dahmer in 2002. That 24-page story has become something of a cult classic and got nominated for an Eisner Award. Still, Backderf wasn’t really happy with that version of the story. Because of the 24-page limit, he had left a lot of stuff out, and that’s why he decided to make a full graphic novel. After becoming a more skilled artist by making his graphic novel Punk Rock & Trailer Parks and doing extensive research – talking to dozens of former classmates and teachers, reading FBI and police files and interviews with Dahmer – he started on My Friend Dahmer.

I found the book to be very fascinating. How often do we get to know a serial killer up-close through the eyes and memories of one of his classmates? There is an interesting tension between the complex and nuanced way Backderf tells his story and his somewhat crude and cartoon-style drawings. Backderf style works somewhat as a comic relief and at the same time points out that what we get here is his side of the story, his vision on Dahmer’s youth.

Derf Backderf
Derf Backderf

Interestingly Backderf doesn’t show any of the murders. Maybe that’s because he didn’t want to please those readers with a morbid curiosity. But maybe part of the reason is that Backderf could never see his odd high school friend as the killing monster capable of such atrocities.

Personal appearance of Backderf in ABC
It’s a question I like to ask the comic book artist, and on Sunday the 15th I will. Derf Backderf will be making a personal appearance at the American Book Center in Amsterdam that day at 15.00 hours, where I am going to interview him. The audience can ask questions as well. I hope to see you there.

Categorieën
Strips

Argibald tekent iedere dag

Stripmakers en cartoonisten. Als je niet oppast, struikel je over ze.

Gistermiddag had ik een gezellige koffieafspraak met goede vriend en illustrator Paul Stellingwerf (die ook mijn avatar heeft getekend). Op weg naar huis kwam ik opeens Argibald tegen – ook illustrator & cartoonist. De Utrechtse kunstenaar was in Amsterdam om wat werk af te leveren bij kopers. Hij staat tegenwoordig veel op markten en doet daar goede zaken. Cartoons maakt hij wel wat minder dan vroeger, maar illustraties des te meer.

argibald_drawing_aday
Argibald vertelde me dat hij sinds begin dit jaar iedere dag een tekening maakt die te koop zijn voor 25 euro. Geen gekke prijs voor een originele illustratie van 13X18cm inclusief passe-partout. Aan het eind van het jaar schenkt hij 20% van de opbrengst aan de voedselbank. ‘Als het uiteindelijk toch slecht gaat met opdrachtwerk, heb ik er dan zelf ook nog wat aan als ik in de rij bij de voedselbank sta,’ grapte hij.

Dat laatste moeten we maar voorkomen en dat kan: Argibalds werk staat op een facebookpagina. Mocht je interesse hebben in een originele Argibald, dan kun je mailen met argibaldi@gmail.com.

Categorieën
Strips

Eerste editie Internationaal Stripfestival Rotterdam

Nederland is weer een stripbeurs rijker: op zaterdag 28 februari en zondag 1 maart wordt op het Noordereiland het eerste Internationaal Stripfestival Rotterdam georganiseerd.

stripfestival_rotterdamIn de zalen van het Hulstkampgebouw vind je vele stands van uitgevers, stripspeciaalzaken, magazines en verzamelaars, met stripboeken, comics, zeefdrukken, origineel artwork en figurines. Voor elk wat wils, want allerlei genres kom je er tegen: humor, avontuur, SF, fantasy, graphic novels, manga en small press. Verwacht ook nieuwe uitgaves en beursprimeurs.

(Hand)tekening
Daarnaast zijn er internationale en Nederlandse striptekenaars, scenaristen en inkleurders aanwezig. De bezoeker kan, met een signeerticket, een tekeningetje laten maken in een door die tekenaar gemaakt stripboek. De signeertickets kosten soms geld. Voor de internationale tekenaars die bij de festivalstand signeren geldt: boekje kopen plus €10 ticket om een (hand)tekening te krijgen. Voor Nederlandse tekenaars bij de festivalstand betaal je €5. Bij alle andere tekenaars, en dat zijn er ruim vijftig is het vaak alleen een kwestie van een boekje kopen, maar vaak ook niet. Maar goed, als je iets gesigneerd wil hebben, ben je natuurlijk fan van een stripmaker en dan wil je sowieso wel een album hebben.

De ook volop aanwezige beginnende tekenaars uit Rotterdam en verre omstreken kunnen bij bekende auteurs feedback krijgen op hun werk. Bovendien kunnen ook zij hun werk presenteren aan de bezoekers.

Op het wintertuin-podium worden tekenaars en scenaristen geïnterviewd door Kees de Boer en Roel Pot. Het publiek kan reageren en vragen stellen, terwijl een sneltekenaar ter plekke op een flap over reageert. Er zijn tekenwedstrijdjes, demonstraties van auteurs en een striptekenworkshop. Tussendoor is er live muziek en draait dj Robert van der Kroft aka “the plastic fantastic time machine” sfeerverhogende plaatjes.

Kijk voor de aanwezige uitgevers en auteurs en het complete programma op www.stripfestivalrotterdam.nl
Lokatie: het Hulstkamp gebouw, Maaskade 120. Beide dagen vanaf 10:00.