Categorieën
Mike's notities

Column: Enquête 2

Vanmiddag werd ik onverwachts gebeld door een enquêtebureau uit Londen. Een prachtige vrouwenstem vroeg mij of ik tijd had om even wat vragen te beantwoorden. Ik zat net onderuit gezakt met een kop koffie, dus dat vond ik wel best.Een hele reeks vragen met betrekking tot enkele consumptiemiddelen stortte ze over me uit. Of ik Budweiser dronk, of dat ik toch meer de voorkeur gaf aan Heineken, en zo ja, in welke mate die voorkeur voorkwam op een schaal van één tot en met vijf. En of ik CNN keek (‘Alleen bij een ramp die groot genoeg is’,) en Discovery Channel. Geduldig beantwoordde ik alle vragen en gaf ik m’n mening op een schaal van één op vijf. Ze had een mooie, zachte stem. Ik stelde me een knappe meid van zo’n jaar of vijfentwintig voor met lang blond haar en heldere ogen. Terwijl ze wat vroeg over een naargeestig fotomerk, droomde ik weg. Een strand; twee handdoeken; zij en ik spetterend in het water. (‘Ja, ik drink graag Heineken als het warm is.’ )Ik vroeg me af wat een Nederlands meisje in Londen deed. Waar kwam ze vandaan? Wie was ze? Wat waren haar dromen? What made her clock tick? (‘Nee, ik kijk nooit naar Cartoon Network, als ik tekenfilmfiguren wil zien, kijk ik wel naar het parlement.’) Hoe was het weer in Londen? (‘Budweiser geef ik een vijf. Alleen die naam al, alsof je het over een dikke kikker hebt. “Bud. Bud”.’)Ze zat vast achter een lang bureau in een ruimte waar vele andere meiden zaten. Allemaal in een apart hokje. Voor haar een mok koffie of een kopje thee, een toetsenbord en een pc. Misschien een pakje sigaretten, die ze natuurlijk alleen in de pauze mocht nuttigen. (‘Hoe lang doe je dit eigenlijk per dag? Acht uur, goh.’) Misschien een foto van een kind of vriendje ernaast, maar waarschijnlijk niet, want dergelijke bureaus waren altijd onpersoonlijk. Bovendien mochten de telefonistes niet afgeleid worden. (‘Een twee voor Sony. Nee, Coca Cola drink ik ook niet.’) Had ze een jurk aan, of was het meer een girl in jeans? Wat wilde ze uit het leven? Was ze gelukkig? Misschien was ze wel een studente, ik nam aan dat je niet de rest van je leven vragen aan andere mensen wilde stellen en dat het gewoon een bijbaantje zou zijn. Wat voor muziek deed haar hart sneller kloppen? Hield ze van film en cabaret? (‘Welk merk plakband? Wat een vraag. Als het maar plakt, toch? Nee, voor Corona ga ik echt niet een straatje verder als deze winkel het niet heeft.’)Wie was deze meid met de mooie stem? (‘Of ik nog even m’n naam wilde geven. Het moest niet, hoor. Alleen m’n voornaam dan. Nou bedankt voor het gesprek. Je was erg geduldig en aardig. Nog een prettige dag.’)Ik hing op en voelde me leeg. Ik had haar al die antwoorden gegeven en ze had niet een van mijn (ongestelde) vragen beantwoord.
Is er dan geen rechtvaardigheid meer in dit leven?A: Heel veel.
B: Redelijk
C: Ongeveer
D: Nee
E: Absoluut
F: Weet niet/ geen meningGraag een antwoord op een schaal van één tot vijf.Zie ook: Enquête.

Categorieën
Media Mike's notities

Truttigheid & liefdescynisme

Zaterdagochtend, 9:15. Ik sta in de lange rij voor de kassa van de buurtsuper.Achter me staat een muf ruikende bejaarde ongeduldig te duwen; kinderen jengelen in de gangpaden en over de intercom klinkt het gekreun van Justin Timberlake. Ik snak naar mijn eerste slok koffie van de dag en kijk meewarig naar de spullen in mijn karretje. Voor me staat een aantrekkelijke dame met blond haar, een kleine boodschappentas en een mooi rond achterwerk. Terwijl ik haar vriendelijke gezicht bestudeer, dwalen mijn gedachten af naar het huishouden: vandaag zou ik echt mijn huis eens op orde moeten krijgen en met de administratie loop ik al decennia achter. En die lekkende wasmachine moet ook nog worden aangepakt. Waarom denk ik daar nu eigenlijk aan? Hoor ik niet te fantaseren over hoe ik de Blonde Dame wild neem op de lopende band? Of – de situatie realistisch bekeken – moet ik haar in ieder geval niet even vriendelijk aanspreken? Maar nee, mijn jachtinstinct lijkt verdoofd door liefdescynisme. Ik lijk volledig gedomesticeerd. Wat wil je ook in een tijd waarin Heleen van Royen truttigheid met het label ‘stout’ bestempelt en waarin in een documentaire op de website van zender Tien te zien is hoe mannen zichzelf in een marathonsessie afrukken voor het goede doel (was masturbatie niet ooit een goed doel op zichzelf?) Wie heeft er dan nog zin in seks? In mijn achterhoofd dreunt het deuntje ‘Where on a road to nowhere’ van de Talking Heads. Een nummer waar ik het op dit moment alleen maar mee eens kan zijn.

Categorieën
Mike's notities

Tijdmanagement

Soms moet je gewoon even weg uit de gekte van alledag en je bezighouden met zaken die écht belangrijk zijn. Vorige week had ik een extra lang weekend. Er moesten atv-dagen opgemaakt worden, dus meteen maar de vrij- en maandag geconfisqueerd. Even een paar dagen niet aan het werk op de redactie – een gewenste rust. In het tijdperk waarin tijdmanagement op nummer één staat omdat iedereen het alsmaar druk heeft, is het goed tijd in te plannen voor zaken die belangrijk zijn. In mijn geval betekent dat afspreken met vrienden, foute horrorfilms kijken, mijn cd-collectie aanvullen en opzoek gaan naar een paar interessante strips. All in a nerd’s work.Wie fulltime-en-een-beetje werkt loopt grote kans niet aan zichzelf toe te komen. (Ik hoef denk ik niemand uit te leggen dat weekends meestal opgaan aan boodschappen doen, sociale verplichtingen en huishoudelijke zaken.) Toen ik op zondagochtend heerlijk onderuitgezakt twee, door Kevin Smith geschreven, comics zat te lezen, met het vooruitzicht dat het nieuwe boek over Tim Burton ook nog lag te lonken en er drie nieuwe cd’s van The Doors geluisterd moesten worden, voelde ik een gelukzalige vrede over me heen vallen. Het was namelijk lang geleden dat ik echt tijd nam om dingen te lezen. Goed, ik forens elke dag en maak van de gelegenheid gebruik om medereizigers te negeren door in iets leesbaars te duiken (lang leve De Pers en dikke romans), dus in principe maak ik genoeg leeskilometers. Maar gewoon thuiszitten met een fijne kop koffie, goed leesvoer en eens diep in de materie verdwijnen, is een genot waarvan ik het bestaan bijna was vergeten.

Categorieën
Mike's notities

Huwelijk

Een koets reed vanmiddag door mijn straat
Eerst hoorde ik alleen het geklater van de hoeven
Toen gladde zolen op het wegdek.Nieuwsgierig stak ik mijn hoofd door het raam,
en zag daar een kleine koets met op de bok de koetsier en daarvoor een bruin paardEen vers echtpaar stapte uit:
eerst de jonge bruid in wit,
gevolgd door de (ongeveer zeven jaar oude) dochter in wit,
toen de gom in roodDe gom stapte naar de koetsier, bedankte hem en gaf een fles wijn
(Waarom toch een nostalgische greep naar het verleden als het om trouwerijen gaat, vroeg ik me af)Van de overkant kwam een familielid aangelopen met een camera in zijn hand
Ik hoopte op een meeuw die nodig moest…maar neeDe koetsier deed een cape om tegen de regen
Het paard sloeg op hol en liep naar achteren
De koetsier tuimelde in dezelfde richting
Een oude man van in de zestig trok hard aan het bit van het paard
en redde de koets en wellicht de jurk van de bruid
De gom keek beduusd naar het paard,
de koetsier krabbelde overeind
Het familielid had de camera uit staan:
zeker niet de leukste thuisDe koets reed weg
en ik ging weer naar binnen
Een meeuw vloog langs m’n raam

Categorieën
Mike's notities

Column: Valse Valentijn

‘This world is a comedy to those who think, a tragedy to those who feel.’
Horace WalpoleValentijnsdag is een commercieel festijn dat niets met liefde te maken heeft, bedoelt voor verdwaasde zombies die graag gedicteerd hun liefde betuigen. Toch is het soms goed om oprecht in zo’n illusie te geloven.14 februari 2007: weer een Valentijnsdag. De servers van datingsites draaien al weken overuren, boeken over flirten, daten voor dummies en stapels chicklit vliegen over de toonbank, praatgroepen voor niet-vrijwillige vrijgezellen zitten overvol en de wenskaartenbranche kan het valse sentiment niet aanslepen… Want wie alleen is met Valentijnsdag is natuurlijk een loser of in elk geval verdacht. Dat doen de reclamecampagnes en televisieprogramma’s rondom de datingindustrie ons althans geloven: een mens kan zich niet kompleet voelen zonder een eega naast zijn/haar ego.Het is typerend voor de huidige westerse mens dat we de basisemotie liefde en het romantische ideaal hebben vercommercialiseerd tot Valentijnsdag. En dat – ook al wil je het niet – als je een partner hebt, je je verplicht voelt je gedicteerde emoties uit te spreken op deze Dag der Liefde. Koop je vandaag bloemen of iets anders voor je Lief, vraag je dan af of je dit doet omdat je écht per se vandaag je gevoelens wilt uitdrukken of omdat je geprogrammeerd bent om dit te doen. De zielen die verdwaasd door het opgelegde commerciële ideaal hun Valentijn ‘verrassen’, moeten we de 14e van februari maar even negeren en in hun eigen waan(voorstellingen) laten. De mensen die echter oprecht geloven in concepten als De Ware, Trouw en Eeuwige Liefde: ik groet u en hef mijn glas op uw wereldbeleving! In deze tijden oprecht in dat soort zaken geloven dwingt respect af. De zielen die wel beter denken te weten en die gedesillusioneerd door het liefdeloze leven gaan, hoeven u niet voor een dag het voordeel van de twijfel te gunnen. Onze wereld kan immers alle liefde (ingebeeld of anderzijds) gebruiken die er is.Om de grote Amerikaanse componist Burt Bacharach te citeren: ‘What the world needs now, is love sweet love’. Een heerlijk zoet sentiment, ooit mooi bezongen door Dionne Warwick en Jackie DeShannon. Een wereld vol onderdrukking, eerwraak, doodstraf, marteling, oneigenzinnige eenheidsworst, disrespect, misgunnen, onvrede, uitbuiting en misleiding kan wel een scheutje liefde in de mix gebruiken.Soms is geloven in een illusie beter dan leven in een wereld zonder liefde of hoop. Dus: happy Valentine’s Day en All You Need Is Love.

Zie ook: Hou van jezelf voor Dummies en andere posts onder het label L.O.V.E.

Categorieën
Mike's notities

Column: Enquête

Overheidsinstanties willen ook alles van je weten. Als de enquêteurs via de telefoon geen voet tussen de deur kunnen krijgen, dan komen ze wel ongevraagd langs, deze Jehova’s van informatievergaring. Ik was net thuis van mijn werk toen er werd aangebeld. Ik nam de hoorn van de intercom op.
‘Hallo?’Een vrouwenstem met een Surinaamse tongval sprak mij toe: ‘Ja, gemeente-enquête hier.’Bah, daar zat ik niet op de te wachten. ‘Gooit u die maar in de brievenbus.’‘Wanneer ga je die invullen dan?’‘Weet ik veel, hoe lang duurt het?’Een dikke zucht klonk uit haar mond.
‘Een half uur ongeveer.’‘Jezus…’‘Ja, die zit in de hemel’, klonk het bitch. ‘Dat moet hij zelf weten mevrouw, daar heb ik geen boodschap aan.’‘Ja, goed, wanneer kan ik de enquête op komen halen, morgenavond rond vijf uur?’‘Ik ben pas tegen zeven uur thuis, kan ik hem niet opsturen? Da’s wel zo makkelijk, dan kijk ik er dit weekend even naar.’‘Nee, ik moet hem zelf komen ophalen. Wanneer kan het, maandag om zeven uur dan – het moet snel gebeuren.’ Even vroeg ik me af of ik met de zus van Rita Verdonk te maken had: ze wilde mij om een gunst vragen om een of andere saaie enquête in te vullen, maar ondertussen werd ik behandeld of ik asiel wilde aanvragen. En wat had het invullen van een enquête voor zin?: ik heb de laatste tien jaar niet echt gemerkt dat de overheid, op zowel lokaal als nationaal niveau, luistert naar wat de mensen willen.‘Weet je wat, ik heb geen tijd voor deze onzin.’‘Lekker gemakzuchtig weer,’ bitste Rita aan de andere kant van de hoorn. ‘Welke reden kan ik opgeven voor dit gebrek aan medewerking?’‘Geen tijd, geen zin of wel wat beters te doen. Mevrouw, kies er maar een uit. Dag!’.

Categorieën
Media Mike's notities

De geest van Jim Morrison

De geest van Jim Morrison waart nog steeds rond in de muziek van The Doors en in ons onderbewustzijn.In de winter van 2000 was ik samen met mijn toenmalige vriendin op het kerkhof Père Lachaise in Parijs. Het beroemde kerkhof waar de tombes lijken op kleine huisjes, een soort van dorp van de doden, met straatjes en een stadsplattegrond. Het was oorspronkelijk de plek waar de Jezuïeten een groot pand hadden staan. Maar deze werden begin 20ste eeuw door de regering opgeheven. Er liggen een hoop beroemde lijken, waaronder Jim Morrison – de zanger van The Doors.

Fotogeniek
Morrison stierf op 27 jarige leeftijd in Parijs. Als je er toch bent, kun je niet om Jim heen en moet je even langs gaan. Het graf van Morrison wordt nog altijd druk bezocht. Toen ik er was stond er constant een bewaker bij die de boel in de gaten hield. Het graf is vaak door bezoekers beschadigd. Nu lag er alleen nog een rechthoekige steen met een deken aarde in het midden. Op de zwarte aarde gooiden mensen geld, briefjes, bloemen en brandden ze wierrook. Er stonden enkele Amerikanen bij het graf. Ze maakten foto’s. (Jippie op de foto met het graf van James Douglas Morrison.)Wie de film The Doors van Oliver Stone heeft gezien, weet dat het graf er eerst anders uitzag: een buste boven een vol gekladderde steen. De film schets overigens een fascinerend portret van de zanger en zijn extreme uitspattingen. Stone concentreert zich volledig op Morrison en laat de andere Doors onderbelicht.

Hypnose
Morrison stierf in 1971 en liet een boeiende muzikale erfenis na. De muziek van The Doors is legendarisch en klinkt ook nu nog erg bijzonder. Ze zijn een genre op zichzelf. Het geluid van de band is tijdloos en toch erg gesitueerd in de psychedelische tijd van de tweede helft van de jaren zestig. The Doors klinken als de schaduwzijde van de ‘Summer of Love’. Alsof je bent doorgedrongen tot het onderbewuste en die gedachten worden uitgedrukt in de muziek en teksten van The Doors. Het onderbewustzijn van Morrison is gevuld met een fascinatie voor de dood en pijn, seks, slangen, sjamanisme en loskomen van het keurslijf waarin de maatschappij je perst in de hoop door te breken naar de ware zelf – alles verpakt in hypnotiserende poëzie.

Onder de tafel
Toen ik bij het graf stond, merkte ik niets van de geest van Jim Morrison. (Persoonlijk heb ik ook niet veel met graven moet ik zeggen, al is het onontkoombaar dat ik er ooit zelf een betrek.) Morrisons geest waart wat mij betreft rond in de muziek. Jim zingt daarin soms alsof hij in een trance is. Hij klinkt alsof hij niet meer in de wereld is – alsof hij is doodgegaan en teruggekomen. In de muziek is de deze poëet, zanger, sjamaan, Lizard King, druggie voor altijd onsterfelijk. The Rolling Stones mogen dan gekoketteerd hebben met de duivel en ‘sympathy’ voor hem voelen – de stem van Morrison klinkt alsof hij de devil himself ontmoette en onder de tafel heeft gedronken. The Doors komen zo nu en dan terug in mijn leven. Tijdens mijn studie schreef ik een paper over de film Apocalypse Now – een analyse van het personage Kurtz. Het nummer ‘The End’ dat in de film zit, speelde toen weken in mijn hoofd. Laatst vond ik het boek People Are Strange – The Ultimate Guide to The Doors van Doug Sundling. Wanneer ik dit boek uit heb en alle albums weer heb grijsgedraaid, zal ik in de toekomst onvermijdelijk weer in aanraking komen met The Doors. Ze gaan nooit weg, maar sluimeren altijd ergens in mijn onderbewustzijn.

Categorieën
Mike's notities

Laat me slapen…

Vanmorgen droomde ik dat ik wakker werd.Ik sleepte mezelf uit bed en ging met tegenzin de koude ochtendlucht tegemoet. Tot mijn grote verbazing trof ik twee reparateurs in mijn gang aan. Ze hadden mijn deur ontwricht en waren een nieuwe aan het plaatsen. Er gaapte ook een groot gat in de grond waar onheilspellend licht uit scheen.Verbaasd vroeg ik wat de heren in mijn gang deden op de vroege ochtend. Ze kwamen de deur vervangen. Ik wilde ze wegsturen; ik moest zo naar mijn werk en wilde geen vreemden in mijn huis achterlaten. De mannen wilden echter niet wijken. Mijn deur moest per se nu vervangen worden, waarom werd me niet helemaal duidelijk, maar ik besloot het er maar bij te laten. (Het was veel te vroeg voor dat soort discussies.)
Ik keerde me om naar de slaapkamer en trof daar al mijn buren aan. Ze stonden gedromd rond de muur naast mijn kledingkast. Daarop had de huisbaas een mededeling geplaatst. Of we het pand in moderne of emostijl wilde laten restaureren wilde hij weten.Een onbekende buurvrouw tikte op mijn schouder. Ik draaide me om en voordat ik iets kon zeggen, begon ze me heftig te tongzoenen. Niet dat ik negatief sta tegenover dergelijke activiteiten, maar toch vroeg ik me af hoe ze me zo kon tongen. Ik was immers net ontwaakt en had de smaak van een dood vogeltje in mijn mond. Het kon haar echter niet deren.Met een schok werd ik wakker. Voorzichtig stapte ik uit bed en liep de gang in. Mijn deur was dicht, er waren geen reparateurs, buren of onbekende buurvrouw te bekennen. Alleen dat laatste vond ik enigszins spijtig.

Categorieën
Mike's notities

Column: Nestdrang

Is de drang om je te settelen onvermijdelijk of is er nog hoop?Gisteren liep ik onverhoeds een huwelijksreceptie binnen. Deze werd in mijn stamkroeg gehouden – het bruidspaar is vaste klant, vandaar. Ik stond bij de bar mijn biertje te drinken en het viel me op dat iedereen extreem netjes gekleed was voor de vrijdag. Het was geen kerst, dus er moest iets anders aan de hand zijn. Toen er ‘hulde voor het bruidspaar’ geroepen werd, viel het kwartje. Ik was op dat moment officieel een party-crasher, want hoewel ik de bruid oppervlakkig kende, zou ik mezelf geen vriend noch kennis van haar willen noemen. Ik besloot mijn biertje op te drinken en het tafereel zo snel mogelijk te verlaten. (Maar niet zonder het stel even gefeliciteerd te hebben – ik ben immers netjes opgevoed.)Eigenlijk had het me niet mogen verbazen, deze onverwachte huwelijksreceptie. Love is in the air. Toen ik laatst om half acht ‘s ochtends mijn huis verliet om gezellig te forensen, hoorde ik al enkele vogeltjes vrolijk kwetteren. Dat het bijna nul graden was, kon deze gevederde vrienden kennelijk niet deren. Men was al aan het nesten geslagen of in ieder geval opzoek naar een nestpartner. (Wellicht was deze vervroegde lentekriebel een bijeffect van het broeikaseffect?)Maar niet alleen de vogeltjes hebben last van hun hormonen en een verhoogde vruchtbaarheidsspiegel. Op mijn werk is vorige week een collega bevallen. Deze week werd een andere collega vader en een derde collega verdween van toneel om van haar zwangerschapsverlof te genieten. En toen ik gistermorgen een oude schoolvriendin in de trein tegenkwam, kon ik het idee dat ze er anders uitzag niet van me afschudden. Wat bleek, ook zij was in blijde verwachting.Nu is het op mijn leeftijd – bijna dertig – logisch dat er in mijn vriendenkring steeds meer mensen gesetteld zijn en aan gezinsuitbreiding doen. Gelukkig nog niet allemaal, anders zou ik nergens meer veilig over de vloer kunnen zonder te struikelen over baby’s, peuters of speelgoed.Waar komt die zucht om te settelen toch vandaan? Het zal voor een deel biologisch bepaald zijn: op een gegeven moment krijgen mensen voortplantingsdrang. Ook kom er een bepaalde leeftijd dat alle wilde haren zijn afgeschut – of afgedekt met een laagje kleurspoeling – en dat je de behoefte krijgt je volwassen te gaan gedragen. Een vaste baan, vaste vriendin, een huis, en eventueel kinderen.Nu heb ik sinds drie maanden een vaste baan na een tijd gefreelancet te hebben. Een vast inkomen, vaste tijden waarop ik werk, een vaste werkplek. Mijn onregelmatige leven is aangepast aan het ritme van de 38-urige werkweek. Zou dat de eerste stap van het settelen zijn? Is hetgeen ik jarenlang vermijd heb, uiteindelijk toch afwendbaar? Of is dit de enige aanpassing die ik zal maken om enigszins mee te doen aan het beeld dat er van mensen verwacht wordt? De komende tijd zullen we het zien…

Categorieën
Mike's notities Strips

Dingen veranderen (niet)

‘People are crazy and times are strange
I’m locked in tight, I’m out of range
I used to care, but things have changed’

– Bob Dylan
Things have changed Ze zeggen wel eens dat de tijden veranderen. Volgens mij zijn ‘wij’ het die veranderen. Ik merk het de laatste tijd aan mezelf. Ik zal niet zeggen dat ik opeens heel anders ben nu ik de dertig nader – leeftijd interesseert me niet. Maar ik merk wel dat er naast de kern waar ik uit besta, er een hoop anders aan me is. Mijn smaak verandert. Dingen waar ik vroeger erg enthousiast van werd, laten me nu koud. Bepaalde muziek bijvoorbeeld. Toen ik op de middelbare school zat was ik gek op de muziek van Prince. Ik kocht alle cd’s en luisterde constant naar zijn muziek. Nu was Prince in de jaren tachtig een geniaal muzikant & componist: ieder nieuw album hoorde je weer iets anders. Tegenwoordig is niet meer zo: Prince is nog steeds een goede muzikant, maar als ik de eerste keer een nieuwe cd van hem hoor, kan ik het verloop van de nummers en de teksten voorspellen.Dat wil niet zeggen dat ik tegenwoordig muzikaal-geniaal ben, maar dat de Kleine Geile Dwerg zichzelf herhaalt. Wat mij betreft is dat niet zo heel boeiend om naar te luisteren. Ook vind ik de teksten van Prince tegenwoordig thematisch niet meer zo interessant: liedjes over Liefde, Seks en God (waarbij het een vaak staat voor het ander). Ik kan zo nu en dan nog steeds erg genieten van het oude werk, maar dat komt voor een deel ook door de nostalgische gevoelens die ze oproept. De dagen van mijn adolescentie zijn lang voorbij, maar mijn platenkast kan me weer even terugbrengen. Al is het alleen maar in mijn hoofd. 🙂 Van hetzelfde
Steven Spielberg was vroeger een van mijn favoriete filmregisseurs. Ik verslond films als Indiana Jones, Close Encounters of the Third Kind… Maar na Schindler’s List is een nieuwe Spielberg-film geen must-see meer voor mij. Sterker nog, de laatste paar films heb ik voor het gemak maar overgeslagen. Ik vind ze gewoonweg niet meer interessant. (Catch Me if You Can en Minority Report zijn knapgemaakte films, ik bedoel eigenlijk te zeggen dat mijn passie voor Spielberg zodanig is afgenomen dat het feit dat hij een nieuwe film heeft gemaakt, voor mij nog geen reden is om de film te gaan zien.) Andere dingen zijn wel gebleven: ik ben nog steeds een Beatles-fan, hou van Tim Burton-films en kan nog erg genieten van comics – ook al moet ik toegeven dat ook daar het een en ander veranderd is. Ik lees veel minder dan vroeger, en waar het voorheen vooral ging om Superheldenstrips, lees ik behalve die meer andere strips. Dit heeft voor een deel te maken met het feit dat ik tegenwoordig meer webcomics lees, maar vooral met een andere leesbehoefte. Je mag me nog steeds wakker maken voor een goed geschreven Spider-Man verhaal geschreven door J. Michael Straczynski en getekend door John Romita Jr. en een goede Batman-graphicnovel gaat er zeker in, maar als ik in de stipwinkel sta valt mijn oog toch meer op semi-realistische graphic novels zoals Beg the Question van Bob Fingerman.Ergens verbaast mij dit wel, want ook al word ik van buiten ouder en weet ik meer dan toen, toch voel ik mij niet veel anders. Dit komt voor een deel dat veranderingen geleidelijk gaan en je ze daardoor minder snel opmerkt. Toch geloof ik ook dat het cliché waar is: hoe meer dingen veranderen, hoe meer ze hetzelfde blijven.

Categorieën
Mike's notities

Gastauteur: Oud & nieuw

Gastauteur en nachtburgemeester René van Densen houdt een vurig pleidooi voor kroegtijgers die op een barkruk Oud & Nieuw doorbrengen.Terwijl half Nederland opnieuw massaal de supermarkten bestormt voor de tweede feestdagen-hamstering van al het eet- en drinkbaars dat ze hun familie en andere gasten op die paar avondjes rijkelijk door de strot kunnen duwen, zit ik kalmpjes de laatste paar werkdagen van het jaar uit en maak me eigenlijk nergens echt druk om.Nieuwjaar is geen wereldschokkend evenement in mijn leven, nooit geweest en vermoedelijk zal het dat ook nooit worden. Leuk? Dat dan weer wel. Niet om het vuurwerk, niet om de familie, niet om de bordspelletjes of het gourmetten. Niks van dat alles aan deze jongen zijn broek – als traditioneel feestdagontduiker breng ik ook de laatste en eerste dag op een barkruk door.Nachtburgemeester
Voor wie bij die inleiding het woord ‘ongezellig’ al in de mond waagt te nemen, even twee relevante gegevens. Allereerst ben ik één van de twee nachtburgemeesters van de immer cultureel bruisende stad Tilburg – ja, dat stukje Nederland dat op de kaart de aars van het land lijkt voor te stellen. Randstadbewoners kunnen zich moeilijk voorstellen dat er buiten hun leefgebied meer dan polder en heikneuters is, maar Tilburg heeft zich in een handjevol decennia ontwikkeld tot een heuse stad met vibrant en veelzijdig kroegencircuit, theaters, bioscopen, een schokkende hoeveelheid live bandoptredens, creatieve en culturele uitspattingen op iedere straathoek, en dat alles zonder de
gemoedelijkheid te verliezen.Vergeet wat je in de kranten leest over die ene kogel die maandelijks geschoten wordt, geweldplegingen heb je in elke zichzelf respecterende stad en daar doe je niks aan. Statistisch gezien doet deze zesde-grootste-stad van Nederland het eigenlijk zelfs niet eens zo griezelig slecht op dat vlak, dus die overtrokken aandacht voor dat marginale misdaadcijfer heb ik nooit begrepen. Die berichten gaan niet over de stad die ik ken en liefheb, ze verhalen over een bijna mythisch Gomorra waar het bloed je over de stadsgrenzen al tegemoet gutst als je het in je zondige hoofd haalt dit hellegat te bezoeken. Tilburg kent een Bourgondische doch frisse gemoedelijkheid die je nooit zult ervaren als je je door deze angst ervan afzijdig zal houden. Vergeet ook de chaotisch, en door veel buitenstaanders als lelijk bestempelde architectonische uitstraling van deze stad. Het enige dat de skyline alhier je zou moeten vertellen is dat je alles wat je maar zoekt hier kunt vinden, zij het dat we alles op heel eigen manier ordenen. En als je het uiterlijk van deze stad echt niets prettigs vindt uitstralen: het nachtleven speelt zich hier ook voor een groot deel binnenskroegs af, van waaruit je weinig meekrijgt van het straatbeeld. Gerstenat
Het binnenskroegse is hier al jaren bekend gebied voor mij. En een handjevol kroegen bezoek ik zo vaak en al zo lang dat het aldaar vertoeven nog meer als mijn woonkamer aanvoelt dan de daadwerkelijke kamer in kwestie. Wellicht is het niet voor iedereen weggelegd, maar
ik voel me eerder thuis in een goedgevoeld café waar gerstenat en andere brouwsels rijkelijk vloeien, dan op een bank voor de buis met een Tv-maaltijd op schoot. Als een echt nachtbraker ben ik er dus niets rouwig om als ik het nieuwe jaar pas mag ontwaren bij sluitingstijd van mijn stamkroeg ergens ’s ochtends laat.Dan nog het andere gegeven: op de plekken waar ik het liefst uitga, gebeurt bijna altijd wel van alles onverwachts. In een gezelschap vol (aspirant en professionele) schrijvers, dichters, filosofen, musici, schilders, zuiplappen, filmmakers, echtparen die hun wilde haren nog niet kwijt zijn, hele ladingen aantrekkelijke studentes en mystieke
vrijgevochten vrouwen met wat meer levenservaring, passionaire absurdisten en watalnietmeer, is het verdomd moeilijk om in een sleur te geraken.Eerlijk
Dus, heren en dames die hun mening over ons nieuwjaars-kroegtijgers al klaar hadden, wees eens eerlijk tegen uzelf op de laatste momenten van dit jaar. Terwijl u uw soepstengel in de kaasfondue dompelt of het ijzerdraad rond de kurk van die ene champagnefles alvast wat losdraait. Terwijl u op straat, temidden van tientallen andere buurmannen in hun eigen tuintjes, met de sigaret bij de vuurpijlen klaarstaat. Terwijl u de obligate oudejaarsconference weer heeft afgekeken en het aftellen op TV is begonnen. Terwijl uw schoonmoeder nog even de belippenstifte mond vult met een braaf hapje van de schaal op tafel. Wees eerlijk. Heeft u dit niet al een paar keer eerder exact zo meegemaakt? Is het niet weer meer van hetzelfde dit jaar? Kunt u eigenlijk stiekem zelfs de volgorde al voorspellen van de mensen die u nieuwjaarszoenen en -handen gaan geven?Hé, ieder het zijne hoor, begrijp me niet verkeerd. Maar ik wil echt een NIEUW jaar in. Doet u vooral waar u zelf zin in heeft. Houden we het op die manier gezellig. Gelukkig nieuwjaar allen!Lees ook: Holiday Blues.

Categorieën
Mike's notities

Ontmoetingen: Het meisje in de trein

Sinds ik van freelancer in vaste dienst ben gegaan forens ik iedere dag. Onderweg komen interessante ontmoetingen voor. Ik had net afscheid genomen van een collega die in Beverwijk uit de trein moest. We hadden onderweg wat gepraat over mijn studies en films. De man tegenover me zette het gesprek voort terwijl mijn collega naar huis liep. De man zat in de ICT en had op latere leeftijd de studie filosofie nog gedaan aan de UvA. Hij stapte een halte verder uit. Tijdens het gesprek was mijn blik gevallen op een aantrekkelijk meisje dat enige banken verderop zat. Ik kan me nu haar glanzende glimlach nog goed herinneren. Ze droeg lichte gympen en had iets van een elfje (zónder puntoortjes overigens). Ze had mij ook zien zitten.Niet geheel wetend wat ik met de situatie aan moest, pakte ik een boek uit mijn tas en begon haastig te lezen. Tussen de regels door keek ik naar haar. Soms keek ze terug – een glimlach. Soms keek ze net de andere kant op. Dit spel ging een tijdje door totdat ik met niet meer kon concentreren op mijn boek. ‘Er is hier nog plaats,’ zei ik.Ze veerde op en kwam tegenover me zitten. Ze had me over mijn tijd op de kunstacademie horen praten en dat had haar interesse gewekt zei ze. Ze was op weg naar Alkmaar om te gaan breakdancen. Het perron van Alkmaar kwam al in zicht. Er was nog maar weinig tijd. Snel gaf ik haar het kaartje van mijn website. ‘Dan kun je mailen hoe het dansen gegaan is, als je wilt,’ zei ik. Ze knikte. Ik stelde me nog even voor. Ze heette A. Alles leek in verkeerde volgorde te gaan die avond, maar ja, er was dan ook weinig tijd.Ik keek haar nog even na toen ze over het perron naar de trap liep. Ze glimlachte. Misschien mailt ze, maar waarschijnlijk niet. Zo ging het immers wel vaker. Je komt mensen tegen waarmee je synchroon bent, alleen is de situatie niet naar meer. ‘Als twee schepen die elkaar passeren in de nacht,’ zo stelt het cliché. En clichés zijn waar. Ook als je iedere dag pendelt.