Categorieën
Film Filmrecensie Spidey's web Strips

Filmrecensie Spider-Man: Homecoming

Spider-Man: Homecoming biedt een frisse kijk op de bekende stripheld. De filmversie wijkt behoorlijk af van de strips, maar wie daar overheen stapt, kan goed genieten van deze goedgemaakte actie-comedy.

Spider-Man and Iron Man in Columbia Pictures’ SPIDER-MAN™: HOMECOMING.

Stiekem heb ik altijd gewenst ooit helemaal alleen in de bioscoopzaal te kunnen zitten om ten volle van een film te kunnen genieten. Zonder telefonerende en schreeuwende eikels. Zonder kauwgeluiden en ander afleidend ongemak. Donderdag 29 juni kwam die wens uit. En ook nog eens bij de nieuwste Spider-Man-film.

Op uitnodiging van NBC Universal mocht ik Spider-Man: Homecoming alvast bekijken omdat ik misschien bij een radioprogramma erover mag vertellen. Een van de perks van het schrijven van een boek over Spidey. Donderdag was er geen persvoorstelling, maar een moment waarop de operateur de film proefdraaide om te controleren of de ondertiteling helemaal in orde was. Ik zat dus nagenoeg alleen in de zaal. Heerlijk kijken was dat.

Spider-Man: Homecoming van regisseur Jon Watts is natuurlijk de nieuwste poging om een franchise op te starten rondom de leukste superheld ooit bedacht. De trilogie van Sam Raimi bevatte in ieder geval twee heel goede delen. De twee films met Andrew Garfield waren duidelijk minder. Homecoming zou best eens het begin kunnen zijn van een langdurende filmreeks, want het is een zeer geslaagde actie-comedy geworden.

Het verhaal in een notendop:
Na zijn ontmoeting met de Avengers in Captain America: Civil War keert Peter Parker (Tom Holland) onder begeleiding van zijn nieuwe mentor Tony Stark (Robert Downey Jr.) terug naar huis, waar hij woont bij zijn tante May (Marisa Tomei). Peter probeert zijn dagelijkse leven weer op te pakken, terwijl hij ervan droomt om met de Avengers samen te werken en de wereld te redden. De Vulture (Michael Keaton) gebruikt buitenaardse technologie om de onderwereld van nieuwe wapens te voorzien. Spider-Man probeert dit tegen te houden, maar heeft nog een hoop te leren voordat hij dit soort gevaar een halt toe kan roepen. Ondertussen belt Tony Stark maar niet om hem uit te nodigen voor een nieuwe missie.

Marvel’s Captain America: Civil War
Spider-Man/Peter Parker (Tom Holland)
Photo Credit: Film Frame
© Marvel 2016

Eigentijds
De filmmakers van Spider-Man: Homecoming hebben niet geprobeerd om een zo getrouw mogelijke adaptatie van de Spider-Man-strip van Stan Lee en Steve Ditko te maken. Ergens is dat wel slim, want die hebben we al gezien dankzij Sam Raimi. Homecoming laat zien hoe Spider-Man eruit ziet als hij in de huidige tijd was bedacht en niet in 1962.

De filmmakers zijn mijns inziens goed geslaagd in het overbrengen van hoe een tiener van nu het krijgen van superkrachten zou ervaren. Peter Parker maakt er, zoals je je kunt voorstellen, vaak nogal een potje van. Pure onervarenheid. En hoewel hij van Tony Stark een geavanceerd kostuum krijgt, vergeet Mr. Iron Man er ook een training bij te geven.

(l to r) Jon Favreau, Robert Downey Jr. and Tom Holland in Columbia Pictures’ SPIDER-MAN™: HOMECOMING.

Het verhaal is een waar ‘coming of age van een superheld’-verhaal. Peter Parker moet langzaam in zijn rol als Spider-Man groeien. Daar ligt de focus op en minder op Michael Keatons interpretatie van de Vulture – ook al is het verfrissend dat de film met de origin van de schurk begint. Eigenlijk is het een superheldenfilm met een vleugje John Hughes. Vooral het tweede deel van Homecoming voelt aan als een highschool-film.

Diversiteit, jonguh
Het eigentijdse karakter van de film zien we ook terug in de cast: men heeft duidelijk rekening gehouden met de wens een meer diverse cast in films te zien. Dat juich ik uiteraard toe, al vind ik het altijd gek als blanke strippersonages opeens door een andere etniciteit worden gespeeld. Ik zie dan liever dat ze gewoon nieuwe personages bedenken.

Jacob Batalon (left) and Tom Holland in Columbia Pictures’ SPIDER-MAN™: HOMECOMING.

Ned is Peters beste vriend en wordt gespeeld door de Filipijnse Jacob Batalon. Zijn rol in het verhaal is die van komische sidekick. Hij lijkt helemaal niet op Ned Leeds uit de strips, die nooit Peters schoolgenoot was. Waarom dan toch de naam Ned geven, vraag ik me dan af. Hetzelfde geldt voor andere castleden. Eigenlijk lijken de filmmakers alleen de namen gebruikt te hebben van de personages en verder hebben ze deze naar eigen inzicht ingevuld.

Het mooiste voorbeeld hiervan is Tante May, gespeeld door de wonderschone Marissa Tomei. Zij is een jongere, meer bijdetijdse May dan we eerder zagen.

Marisa Tomei stars as Aunt May in Columbia Pictures’ SPIDER-MAN™: HOMECOMING.

Het is alsof de makers enkele bouwstenen van het Spider-Man universum hebben gebruikt en de rest erbij hebben verzonnen om zo tot een nieuw paleisje te komen.

Ergens snap ik dat wel, want deze incarnatie van Spidey moet goed passen in het Marvel Cinematic Universe, vandaar dat Tony Stark als een soort surrogaatvader wordt opgevoerd. Oom Ben wordt bijvoorbeeld nergens in de film genoemd. Hoe Peter zijn krachten kreeg, slechts terloops. Dat laatste is prima, want hoe Peter Spider-Man wordt, dat weten we nu wel. Peter probeert aan Stark te bewijzen dat hij klaar is voor het grote werk, zodat hij ook bij de Avengers kan aansluiten. Het is duidelijk dat hij behoefte heeft aan een vaderfiguur in zijn leven, maar waarom wordt nergens expliciet vermeld.

Michael Keaton stars in Columbia Pictures’ SPIDER-MAN™: HOMECOMING.

Hoog spel
De beste actiescène komt halverwege de film, als Spider-Man op het Washington Monument moet klimmen – je weet wel, die enorme stenen naald – om zijn vrienden uit een crashende lift te redden. Er staat hier echt veel op het spel omdat Spider-Man nog geen volgroeide superheld is. Zoals zo vaak in superheldenfilms, is het gevecht met de Vulture aan het einde van de film, overdadig en chaotisch.

Spider-Man works to stop the elevator from falling in Columbia Pictures’ SPIDER-MAN™: HOMECOMING.

Kortom, de Spider-Man in Spider-Man: Homecoming is niet Mijn vriend Spider-Man, de held die ik ken uit de strips, maar wel een heel erg interessante held. Homecoming is een leuke introductie voor mensen die Spider-Man niet kennen van de eerdere films of de oorspronkelijke comics. En de liefhebbers van de strip die door de vingers willen zien dat dit een heel vrije adaptatie is van Spider-Man, kunnen genieten van een erg grappige, actierijke superheldenfilm.

Let op: er zitten twee scènes in de aftiteling, waarvan eentje helemaal aan het einde.

SPIDER-MAN: HOMECOMING draait vanaf 5 juli in de bioscoop, in 3D en IMAX 3D.
#SpiderManHomecoming

Categorieën
Film Filmrecensie

Film: Wonder Woman

Wonder Woman, de eerste superheldenfilm van DC Comics met een vrouw in de hoofdrol, draait vanaf 8 juni in de Nederlandse bioscopen. Wonder Woman is onderhoudend, maar geen hoogvlieger.

Voor we beginnen: Wonder Woman is natuurlijk niet de eerste superheldin die centraal staat in een film. Dat was Helen Slaters Supergirl uit 1984. Later kwamen daar nog verfilmingen van Catwoman en Elektra bij, hoewel je van die laatste twee kunt zeggen dat het geen superhelden zijn. Al deze drie films zijn overigens geflopt.

Sinds ik vorig jaar bij Met het oog op morgen mocht spreken over het VN ere-ambassadeurschap van Wonder Woman en Lynda Carter en Gal Gadot, de actrices die haar succesvol gestalte gaven, een krachtig pleidooi voor Wonder Woman zag houden, heeft deze stripheldin mijn hart een beetje gestolen.

Wonder Woman werd in 1941 bedacht door psycholoog William Moulton Marston (1893 –1947), ook wel bekend als Charles Moulton. Hij baseerde het personage op zijn vrouw Elizabeth Holloway Marston en zijn geliefde Olive Byrne.

Was het maar waar…!

Onderwerping
Marston zag vrouwen als superieure wezens en dacht dat als mannen zich aan hen zouden onderwerpen, de wereld een betere plek zou zijn. In de strip rond Wonder Woman kon hij veel van zijn ideeën kwijt. De verhalen die Moulton schreef bevatten opvallend veel bondage-elementen: Wonder Woman en de vijanden die ze bestrijdt worden vaak vastgebonden. Fysieke en mentale overgave is een terugkerend thema in die verhalen. Deze thema’s kwamen voort uit zijn eigen filosofieën.

Wonder Womans lasso is een van de belangrijkste wapens: wie daarmee wordt vastgehouden kan alleen nog maar de waarheid spreken. Ook kan de lasso iemands geheugen herstellen en illusies doorbreken en heeft de ‘lasso van de waarheid’ een beschermende functie. Met haar onverwoestbare armbanden kan Wonder Woman kogels en andere projectielen afweren.

Gal Gadot als Wonder Woman.
© 2017 Warner Bros. Ent. All Rights Reserved.

Feministisch?
De film is al een tijdje uit in de VS, en daar zijn critici en fans erg enthousiast over de film geregisseerd door Patty Jenkins. Het feit dat de eerste serieuze vrouwelijke superheld centraal staat en dat de film geregisseerd is door een vrouw, maakt dat de feministes al erg blij zijn met deze film.

Toch vind ik het een beetje onzinnig om te stellen dat alleen een vrouwelijke regisseur een film met een vrouw in de hoofdrol goed kan regisseren. Overigens is het tegenovergestelde ook waar: een vrouw kan prima een film maken met mannen in de hoofdrol. Dat de filmmaatschappij voor Jenkins heeft gekozen, zal wel een soort van lippendienst naar de feministen toe zijn geweest.

Filmjournalist Floortje Smit legt in de Volkskrant Wonder Woman langs de feministische meetlat en schreef een boeiend stuk waar ik me volledig bij aansluit.

Laat ik eerlijk zijn: als superheldenfilm is Wonder Woman heel onderhoudend, maar het is zeker geen hoogvlieger. Een feministisch manifest is het al helemaal niet, maar misschien moeten we de film ook daar niet op beoordelen.

Laat ik vooropstellen: dit is de eerste film sinds jaren van DC Comics die de moeite van het kijken waard is. Dat komt waarschijnlijk omdat Zack Snyder slechts een van de schrijvers van het verhaal was en niet aan het roer van dit project stond. In tegenstelling tot Zacks paranoïde en cynische superheldenfilms heeft Wonder Woman een positieve boodschap, namelijk dat liefde alles overwint.

Diana (Gal Gadot) is een prinses van de Amazones. Ze woont op een verborgen, paradijselijk eiland waar deze onsterfelijke vrouwen samen leven en trainen tot de dag dat de God van de Oorlog weer terugkeert. Een Amerikaanse spion genaamd Steve Trevor (Chris Pine) crasht op het strand van het eiland. Hij is de eerste man die Diana ziet. Steve komt met een verontrustende boodschap over een enorm conflict dat in de buitenwereld gaande is, namelijk een grote oorlog, die later de geschiedenis boeken in zal gaan als de Eerste Wereldoorlog. In haar overtuiging dat ze deze dreiging kan stoppen, besluit Diana haar eiland te verlaten. Vechtend in een allesvernietigende oorlog, zal Diana als Wonder Woman haar volledige krachten en haar ware lot ontdekken.

Wonder Woman en collega-Amazones op hoge hakken.
© 2017 Warner Bros. Ent. All Rights Reserved.

Verse blik
In de film komt Diana op de Westerse mannen als nogal naïef over, maar ze biedt als iemand afkomstig van een andere cultuur juist een frisse kijk op de Westerse. Ze vindt het gek dat het Britse parlement uit alleen mannen bestaat die ook nog eens door elkaar praten. Ze snapt ook niet waarom een vrouw vrijwillig een korset zou dragen om haar buik plat te drukken. Twee legitieme opmerkingen die nu nog steeds gelden. Hoe serieus worden vrouwen tegenwoordig in de politiek of het bedrijfsleven genomen? Zijn we eindelijk zover om de seksen als gelijkwaardig te zien en te behandelen? En waarom moeten vrouwen nog steeds voldoen aan een onhaalbaar en dom schoonheidsideaal?

Trump en co.
Als blijkt dat de Britse regering in aanloop tot een wapenstilstand met de Duitsers besluiten even geen actie te ondernemen, wat tot gevolg heeft dat er nog duizenden onschuldige slachtoffers zullen vallen, is Diana oprecht boos. Hoe durven ze die keuze te maken? Hoe durven ze het leven van anderen onder zichzelf te stellen? Schamen de heren politici zich dan niet? Nee, en hun kinderen sturen ze niet naar het front. Ze gaan er zelf ook niet kijken. Wederom goede vragen die we allemaal aan onze huidige machthebbers mogen stellen. Oorlog is immers goed voor de economie en wordt zelden voor andere reden gevoerd. En de mannen die hun zakken vullen, blijven er ver van weg. Kanonnenvlees, dat zijn de kinderen van de lage inkomens. Dat was vroeger zo en is nu nog steeds zo.

Deze thema’s worden verder niet veel meer uitgewerkt, alleen aangestipt. Ze stemmen tot nadenken. Waarom is onze samenleving zoals die is en waar is er ruimte voor verbetering. Het antwoord op die tweede vraag: die ruimte moeten we met zijn allen creëren. In dat opzicht mogen we best de lessen uit dit soort films en de strips van Wonder Woman en andere superhelden eens serieus bekijken.

Miss Israël
Er valt veel te genieten aan Wonder Woman. De toon is luchtig en de bad guys spreken Engels met een lekker dik Duitsaccent. Lekker ouderwets filmvermaak dat doet denken aan de filmreeks Indiana Jones. Gal Gadot, voormalig Miss Israël, is een goede actrice en bloedmooi. Dat ze zeer aantrekkelijk is, merken de mannelijke personages meermalen op. Ook dat ze verbaasd zijn dat een vrouw zo goed kan vechten. Chris Pine acteert ook prima, maar er zijn ook enkele acteurs die flink de plank misslaan. Zo is er de Spaanse Elena Anaya die Dr. Maru gestalte geeft. Maru is een geleerde in dienst van de Duitser die een verschrikkelijk gifgas probeert te ontwikkelen. Ze is niet alleen een matig en onderontwikkeld personage, het niet-overtuigende spel van Anaya zou niet misstaan in een aflevering van Bassie en Adriaan.

Jenkins trakteert de toeschouwer op veel slow motion beelden van de vrouwen in actie. Ze maakt van het filmbeeld een soort bewegende strip. Helaas vallen op die momenten soms wel op dat het budget voor de special effects wat laag is.

In Wonder Woman is het eindgevecht met de big bad, de God van de Oorlog, behoorlijk grotesk. Zo’n climax lijkt noodzakelijk kwaad in superheldenfilms, en daarom is het jammer dat men niet meer van de standaardformule van dit genre is afgeweken.

Kortom: moet je Wonder Woman nu kijken of niet? Ja, want hoe meer deze film opbrengt, hoe eerder Hollywood geneigd is om meer superheldinnen de hoofdrol te geven. Ook vermaak je je aardig met deze tweeënhalf uur durende film. Maar in vergelijking tot heel goede superheldenfilms als Spider-Man 2, X-Men 2, en The Dark Knight, scoort Wonder Woman niet erg hoog.

Categorieën
Film Filmrecensie Strips

Marvel vs Guardians

Filmmagazine Preview en Imagine vroegen mij of ik de film Guardians wilde inleiden, een Russische rip-off van films als The Avengers en X-Men. Over superhelden praten doe ik natuurlijk graag, dus vrijdag 14 maart stond ik ’s avonds voor een volle zaal in Eye 2.

Dit is wat ik het publiek te vertellen had:

Preview en Imagine hebben mij gevraagd of ik vanavond de film Guardians wil introduceren.

Vraag: Wie heeft er wel eens een film van Marvel gekeken? (Bijna de hele zaal steekt zijn hand op)
Vraag: Wie is er fan van Zack Snyders superhelden films? (Een fan achter in de zaal steekt zijn hand op)

Ah, mooi. De film die jullie vanavond gaan zien, Guardians, deed mij namelijk heel erg denken aan een tussendoortje van Zack Snyder. Alsof deze regisseur na een spoedcursus Russisch, nog even een ouderwetse sovjet superheldenflick maakte.

Fantastic Four door Jack Kirby.

Voordat we het over Guardians gaan hebben, wil ik jullie even terugnemen naar 1961. Dat is een magisch jaar omdat schrijver Stan Lee en tekenaar Jack Kirby toen het Marvel universum creëerden. Dat deden ze met de introductie van de Fantastic Four. Vier superhelden die door kosmische straling allerlei superkrachten krijgen.

Nu bestond het superheldengenre al sinds Superman in 1938 door Jerry Siegel en Joe Shuster werd gecreëerd. Toch waren de Fantastic Four andere koek.

De Fantastic Four dragen geen maskers, hebben geen geheime identiteit en in plaats van extravagante kostuums, dragen ze een uniform. Daarnaast zijn De Fantastic Four een familie en net als echte familieleden liggen ze vaak met elkaar overhoop.
Tot slot zijn het allemaal unieke personages met een uitgesproken karakter. Vaak ook met hun eigen manier van praten.

Wat Lee en Kirby met de Fantastic Four in feite creëerden, was een superheld die menselijker en echter lijkt dan de meeste helden die ervoor kwamen.

Marvels Fantastic Four door Phil Noto.

In de handen van Lee werden het personages die zowel de strijd aangaan met superschurken als met hun innerlijke demonen. Helden die geplaagd worden door alledaagse problemen en wiens superkracht niet per sé een zegen hoeft te zijn. Het monster de Hulk is daar een goed voorbeeld van.

Het mooiste voorbeeld van deze nieuwe soort superheld vind ik overigens Spider-Man. Ik vind hem van alle creaties van Stan Lee en de tekenaars van Marvel namelijk het menselijkst.

Peter Parker is een gewone tiener, die probeert een balans te vinden tussen het helpen van mensen, zijn studie en werk. Hij heeft constant geldproblemen. En hij maakt veel fouten.

De superhelden van Marvel zijn bijna zoals jij en ik. Aan de ene kant zijn ze net zo feilbaar als dat wij zijn, aan de andere kant vertegenwoordigen ze een soort ideaal naar waar wij ook kunnen streven. Wie wil er immers geen superkrachten hebben en mensen redden?

Die menselijkheid en herkenbaarheid maakt de Marvel-helden zo populair.

Hugh Jackman als Wolverine in X-Men (2000). SNIKT!

Sinds X-Men van Bryan Singer uit 2000, is het superheldengenre heel groot geworden. Vooral de Marvel-films hebben veel succes. Juist omdat het zulke boeiende personages zijn en omdat Marvel de verhalen met humor en een dikke knipoog vertelt. Ze zijn serieus, maar ook weer erg grappig.

Daarnaast zit bij de Marvelfilms de actie vaak geramd in elkaar en zijn de special effects overtuigend.

Kortom, boeiende, uitgesproken personages, humor, strakke actie en special effects. Deze elementen vormen een succesformule waar Hollywood nog een tijdje op voort kan.

Still uit de openingssequentie van Avengers: Age of Ultron.

Mits ze elke film wel iets blijven toevoegen aan het genre en ze de films niet telkens op een voorspelbare, standaardmanier laten verlopen. Anders bloedt het superheldengenre uiteindelijk dood zoals zoveel andere genres.

Hoe dan ook, als iets succesvol is, mag je verwachten dat andere mensen proberen dat succes na te maken. En daar is Guardians een goed voorbeeld van.

De plot van de film is eenvoudig. Tijdens de Koude Oorlog werd Patriot gevormd. Een geheim team van superhelden waarvan het DNA werd gemanipuleerd en verbeterd. Genetisch gemanipuleerde superhelden dus. Een beetje zoals Captain America.

De Guardians kwamen uit verschillende delen van de Sovjet-Unie. Nadat die uiteenviel, keerden ze terug naar hun eigen land. Nu de Schepper van de Guardians doorslaat en de wereld wil veroveren, is het aan de superhelden om weer samen te komen en hem te verslaan.

Guardians.

De filmmakers van Guardians zijn erin geslaagd om een genre dat eigenlijk heel Amerikaans is, toch een Russisch sausje te geven. In ieder geval doet de film denken aan hoe we Rusland kennen uit Hollywood.

Dat in het team de verschillende nationaliteiten Rusland, Oekraïne, Kazachstan en Armenië vertegenwoordigd zijn, is geen toeval natuurlijk. En de naam Patroit al helemaal niet.

Ook de maakbare supermens is iets wat aan de oude Sovjet Unie doet denken. Denk maar aan de atleten bij de olympische spelen en anders aan Rocky IV en Dolf Lundgren.

Rocky IV. Dolf deelt ze uit.

Veel scènes vinden plaats op verlaten industrieterreinen. We zien veel beton en grijstinten die wellicht weemoedig de oude Sovjet tijd in herinnering moeten brengen.
Zware industrialisatie was immers een van de economische pijlers van het Sovjet rijk.

Toch is het duidelijk dat de makers vooral proberen Marvel na te doen. En dan met name The Avengers en X-Men. En eigenlijk ook wel de tv-serie Agents of Shield.

Het is leuk om tijdens het kijken van Guardians te raden waar men de inspiratie vandaan heeft gehaald. Welke superhelden hebben ze door de blender gehaald om tot deze personages te komen?

Dat is de huiswerk opdracht die ik jullie graag meegeef bij het bekijken van deze film. Na de voorstelling kunnen jullie je bevindingen aan de bar met elkaar bespreken.

August Kuratov.

Even een voorzetje:
De schurk August Kuratov lijkt behalve op een standaard mad scientist, ook op Whiplash, de schurk uit de tweede Iron Man film. Met zijn exoframe kan hij apparaten manipuleren. Maar hij ziet er dan weer uit als Crusher Creel, de Absorbing Man van Spider-Man.

De Guardian Lernik kan rotsen manipuleren. Hij is een soort telekinetische rotsman/monnik. Ik moest bij hem vooral aan Thing van de Fantastic Four denken, en aan Magneto.

De Manbeer met minigun genaamd Arsus is een combinatie van de weerwolf, Hulk en een grizzly beer.
Er bestaat in het Marvel Universum trouwens ook een Russische vrouw die in een beer kan veranderen. Dus wellicht hebben ze daar de inspiratie vandaan gehaald.

Arsus.

En de sumarai achtige Khan, is een combinatie tussen de samurai, Wolverine en Nightcrawler. Zijn uniform heeft hij afgekeken van The Winter Soldier uit Captain America.

Hij vertelt overigens interessante zelfbedachte Oosterse wijsheden zoals: ‘Het is dwaas om een dodelijke krijger in de weg te staan.’

Maar dit zijn slechts enkele mogelijke interpretaties.

Los van de superkrachten, hebben de makers ook geprobeerd de personages net zo menselijk te maken als de helden van Marvel. Maar in plaats van hen een boeiende persoonlijkheid mee te geven, blijft dit element steken in oppervlakkig geneuzel.

Alle leden van de Guardians hebben in de film een moment waarin ze iets zieligs over hun verleden mogen vertellen. Dat de onzichtbare vrouw Xenia zich bijvoorbeeld niet kan herinneren wie ze is. Zoals Wolverine uit X-Men.
En dat Lernik zijn dochtertje heeft zien opgroeien en sterven, omdat hij soort van onsterfelijk is en zij niet.

Wat we bij Guardians ook missen, is die ironische toon die we bij Marvel films wel terug zien. Het aantal grappen in Guardians valt met twee vingers te tellen. De rest van de film is bloedserieus, daarom vermoed ik dus dat Zack Snyder misschien een tussendoortje in Rusland heeft geschoten.

Wonder Woman uit Batman v Superman van Zack Snyder: Superserieus man.

Wat Guardians overigens net als andere superheldenfilms wel heeft, is een extra scène verstopt in de aftiteling. En een wijze boodschap in de climax van de film. Maar die verklap ik nog maar even niet. Toch, wie Avengers heeft gezien, kent hem trouwens al.

Maar er is nog een wijze les die van Guardians kunnen leren:

Natuurlijk is Guardians met veel minder geld gemaakt dan dat de makers van Marvel tot hun beschikking hebben. Dat zie je terug aan de doorzichtige special effects. Maar eigenlijk is een laag budget natuurlijk geen excuus.

Want het belangrijkste van een boeiende superheldenfilm zijn de personages. En wat die zeggen en doen, wordt in eerste instantie bepaald door het scenario. En daar moet je, zo blijkt maar weer uit Guardians, nooit op bezuinigen.

Beter goed gejat, dan zelf slecht bedacht. Zeggen ze wel eens. Guardians bewijst nog maar eens dat het toch niet zo makkelijk is om de Marvel formule te jatten.

Het resultaat van het mengen van Marvel DNA met de Russische inborst, is een beetje als wanneer je Mark Rutte cast als James Bond.

Veel kijkplezier.

Categorieën
Film Filmrecensie

Logan

In de film Logan speelt Hugh Jackman voor de allerlaatste keer Wolverine. Ik ga hem missen, want ik vind dat hij dit strippersonage iedere keer op fantastische wijze heeft belichaamd.

Goed, niet iedere film van de X-Men franchise is even goed, maar over Logan heb ik echt weinig te klagen. Regisseur en schrijver James Mangold, de cast en crew hebben een intensieve aflevering gemaakt die heel down to earth voelt en volledig los gezien kan worden van de eerdere films.

In de nabije toekomst ontfermt een vermoeide Logan (Hugh Jackman) zich over de zieke Professor X (Patrick Stewart) in een schuilplaats op de grens met Mexico. Logan probeert zich te verschuilen voor de wereld en zijn nalatenschap. Logan is moegestreden en heeft te veel mensen in zijn omgeving zien sterven. Naar zijn gevoel zijn mensen slechter af als hij ze probeert te helpen. Hij zit er dan ook niet echt op te wachten om de held uit te hangen als de jonge mutante Laura zijn hulp nodig heeft. Ze wordt achtervolgd door de Reavers die haar koste wat kost willen vangen. Uiteindelijk laat Logan, gedwongen door de omstandigheden en de aanhoudende bemoeienis van Charles Xavier, nog een keer zien dat zijn hart op de goede plek zit.

Dat laatste duurt overigens erg lang. Dat Wolverine een koppige kerel is wisten we al, maar zo koppig…

Ondertussen wordt de kijker getrakteerd op een spannende roadmovie vol brute actie. Ja, het geweldsniveau in Logan is erg hoog en sluit dus goed aan bij de ruigheid van de Wolverine-strips. Het bloed en losgesneden ledematen vliegen je rond de oren. De kijkwijzer is in Nederland dan ook 16 jaar en ouder.

Nu ben ik niet iemand die tegen geweld in films is, maar ik vermoed dat vanwege het brute geweld in Mangolds film niet iedereen met een zwakke maag zal bekoren. De hele sfeer van Logan is rauw-realistisch en staat daarin in schril contrast met het gemoedelijke en hoopvolle einde van X-Men: Days of Future Past. De toekomst in Logan is somber, bleek en bloedheet.

Tegelijkertijd hebben we Wolverine nog nooit zo kwetsbaar gezien. Niet alleen is hij echt een dagje ouder, ook zijn helende gave werkt niet meer zo optimaal als vroeger. Menselijkheid is dan ook een bijzonder aanwezig thema in deze aflevering. Niet alleen door het fantastische spel van de hoofdrolspelers, ook door het contrast tussen Logan en de meedogenloze tegenstanders waar hij mee te maken krijgt. Ik zal daar verder over zwijgen, want anders geef ik teveel van de plot weg. Dit is juist zo’n film waaraan je jezelf moet overgeven om de nuances en menselijke emoties tot in je botten te ervaren.

Logan is Mangolds tweede Wolverine-film trouwens. Hij regisseerde ook The Wolverine.

Het was weer een feest om Jackman en Stewart in de rollen te zien waar we ze inmiddels zo goed van kennen. Een extra pluim voor de jonge actrice Dafne Keen die in Logan debuteert en zowel in zwijgende passages en actiescènes excelleert.

Kortom: Logan is een waardig afscheid van Jackman als Wolverine.

Vanaf 2 maart in de bios.

 

Categorieën
Film Filmrecensie

Filmrecensie: The Founder

The Founder vertelt het verhaal van de geschiedenis van McDonald’s en hoe een doortastende ondernemer ervoor zorgde dat een restaurant uitgroeide tot een miljardenbedrijf.

asterix_mcdonaldsTegenwoordig kom je filialen van McDonald’s overal tegen. Zelf eet ik er niet, want ik vind het niet lekker wat ze bij de Mac serveren, maar dat deze fastfoodketen inmiddels een mondiaal begrip is, kun je niet ontkennen. Nooit heb ik stilgestaan bij de geschiedenis van McDonald’s maar de film The Founder vertelt op boeiende wijze over het ontstaan van de franchise.

Fastfoodrevolutie
The Founder
is geen documentaire, maar een biografische film over Ray Kroc, een deur-aan-deurverkoper die weinig succes heeft, totdat hij de gebroeders McDonald ontmoet. Deze heren runnen begin jaren vijftig van de vorige eeuw een zeer succesvol hamburgerrestaurant in het zuiden van Californië. Hun geheim is een zeer efficiënt ingerichte keuken waardoor klanten binnen dertig seconden hun bestelling krijgen. Ze bieden een zeer beperkt menu en iedere hamburger die serveren bevat dezelfde ingrediënten. Ook revolutionair: mensen halen het eten af bij het venster en krijgen alles in wegwerpbakjes. Geen bestek en geen afwas dus, wat veel kosten bespaart.

Dit klinkt ons allemaal bekend in de oren en daardoor sta je er niet bij stil hoe revolutionair de uitvinding van Dick en Mac McDonald’s eigenlijk is. In die tijd had je namelijk wel drive-in restaurants, maar daar ging van alles mis: je moest lang wachten op je eten en vaak kreeg je iets anders dan je besteld had. Bij McDonald’s kon je heel snel eten krijgen en dat eten waar dan ook consumeren. In je auto bijvoorbeeld. De uitvinding van fastfood past perfect bij de Amerikaanse mythe van het altijd onderweg zijn. Niet zo gek dus dat twee Amerikanen het hebben uitgevonden.

Ook interessant: de broers McDonald wilden vooral kwaliteit bieden. Iets wat je je nu niet meer voor kunt stellen als je noodgedwongen bij McDonald’s je tanden in een hamburger zet.

thefounder-michael-keatonHet was Kroc die medeverantwoordelijk is voor het vervagen van de kwaliteitsnorm. Kroc, fantastisch gespeeld door Michael Keaton, ziet een buitenkans en weet de broers ervan te overtuigen met hem in zaken te gaan, zodat ze landelijk allerlei filialen van McDonald’s uit de grond kunnen stampen. De film volgt daarna vooral Krocs weg naar succes en laat gaandeweg ook zien hoe meedogenloos deze man zaken doet.

De leukste scène vond ik het moment waarop de twee broers enthousiast aan Kroc uitleggen hoe ze op hun formule zijn gekomen. Nick Offerman en John Carroll Lynch spelen twee broers die duidelijk affectie voor elkaar voelen en elkaar waarderen. Dat ze gaandeweg de film vooral worden geportretteerd als goedgelovige sukkels, nemen we maar voor lief, want Keatons personage is goed gelaagd en zeer geslaagd. Kroc is niet een volledige bad guy, maar zijn karakter is ambigue. Je houdt lang sympathie voor deze gedreven ondernemer die eindelijk eens kans ziet op succes.

Na het zien van The Founder had ik meteen zin om een hamburger te gaan eten, maar uiteraard niet bij bovengenoemde restaurantketen. In plaats daarvan zijn Linda en ik gaan zitten in een klein eetcafé bij ons in de buurt, waar de hamburgers heel inefficiënt per bestelling en met de hand worden gemaakt van lekker en goed vlees. Zoals de gebroeders McDonald ze dus eigenlijk bedoeld hadden.

The Founder. Regie: John Lee Hancock
Vanaf 5 januari in de bioscoop.

Categorieën
Film Filmrecensie

Rogue One: A Star Wars Story

De laatste keer dat ik in de bioscoop in slaap viel was bij een voorstelling van de eerste Lord of the Rings-film. Bij Rogue One: A Star Wars Story donderdagavond moest ik ook behoorlijk vechten tegen de slaap en dommelde ik bijna in.

Ik ga nu dus ook geen uitgebreide analyse geven, maar mijn algemene in druk van deze nieuwe Star Wars-film is eerder meh, dan tof.

rogueone_one

[spoilers!]

Rogue One speelt zich af voor A New Hope. De rebellen ontdekken dat het Empire een wapen aan het maken zijn waarmee ze hele planeten kunnen vernietigen. Juist, de Death Star. (Weer). Het is aan een klein groepje rebellen onder leiding van Jyn Erso om de bouwtekeningen voor dit wapen te stelen.

De personages vond ik ontzettend vlak. Ik miste echt de dynamiek tussen Han Solo, Leia en Luke Skywalker en de chemie die ze met elkaar hebben. Het is tekenend dat een hergeprogrammeerde droid van het Empire het meest uitgesproken karakter heeft van alle personages. Nieuwe helden als Cassian Andor en de blinde semi-jedi Chirrut Îmwe komen nauwelijks uit de verf en werken als comic relief ook niet zo best.

En volgens mij hebben ze een grote kans laten liggen door niet meer te focussen op Galen Erso, gespeeld door Mads Mikkelsen. Hij is de man die de Death Star bedacht heeft en er met grote bezwaren aan werkt. Hij wordt door het Empire gedwongen de Death Star te maken, maar in plaats van dieper op de psychologie hiervan in te zoomen, blijft het verhaal steken in Star Wars clichés. En zijn dochter, Jyn Erso (Felicity Jones), die de film draagt, had zeker meer uitgediept mogen worden.

rogue-one-character-posters

Nu hebben de filmmakers echt hun best gedaan om een Star Wars-film te maken die niet op een Star Wars-film wil lijken: driekwart van de opnames zijn onderbelicht en grauw gekleurd. Er zijn knipoogjes naar de andere films, onder andere een kort shot waarin we C3PO en R2D2 zien. Het eindgevecht tussen de rebellen en de Stormtroopers op het strand geeft dit cliché dus een nieuwe setting die doet denken aan oorlogsfilms, maar tegelijkertijd ontstijgt het allemaal niet een soort prefab Star Wars-film.

Stormtroopers worden beach boys.
Stormtroopers worden beach boys.

Om over de sim-Leia aan het einde van de film nog maar te zwijgen. Die ziet er allesbehalve geloofwaardig uit en haalt de algemenen indruk van de special effects, die verder prima zijn, behoorlijk naar beneden. Het is leuk om een jonge Leia te zien, en nee, Carrie Fisher ziet er niet meer uit alsof ze begin twintig is, maar deze Leia-avatar leek uit een game uit 1995 te komen. Houterig en niet overtuigend.

Ik vond op alle fronten The Force Awakens vorig jaar veel leuker. Natuurlijk, hadden we toen allemaal een rammelde honger naar meer Star Wars-films. Het was jaren geleden sinds er een goede was uitgekomen en toen The Force Awakens niet tegen bleek te vallen, maakte dat het feest alleen maar beter.

Rey was een prachtige vondst en je leerde haar gedurende The Force Awakens echt kennen. Dat had ik bij de hoofdpersonen van Rogue One helemaal niet. Een emotionele investering in ze is vrijwel niet mogelijk, dus wanneer er belangrijke personages sterven voel je daar niets bij.

Dit ziet er echt wel tof uit maar...
Dit ziet er echt wel tof uit maar…

Eén toffe scène waarin Darth Vader helemaal losgaat maakt wel wat goed hoor en de luchtgevechten zagen er weer fantastisch uit. Toch voelt Rogue One als een teleurstelling.

Categorieën
Film Filmrecensie Strips

Filmrecensie: Doctor Strange

Doctor Strange krijgt zijn eerste serieuze bioscoopbehandeling en het resultaat valt niet tegen.

Doctor Strange vertelt het verhaal hoe Stephen Strange de sorcerer supreme van onze realiteit wordt. Strange is een briljante neurochirurg die zijn reputatie en ego belangrijker vindt dan zijn patiënten. Totdat de zenuwen in zijn handen bij een ernstig auto-ongeluk onherstelbaar beschadigd raken en hij zijn beroep niet meer kan uitoefenen.

Ten einde raad reist hij af naar een mysterieuze enclave van Kamar-Taj. Daar krijgt Strange les van onder andere the Ancient One in magie en ontdekt hij de geheimen van een verborgen wereld vol mystiek en verschillende dimensies. Uiteraard zijn er duistere krachten die vastbesloten zijn onze realiteit te vernietigen. Het is aan Strange, nu gewapend met nieuw verworven magische krachten, om samen met zijn collega-magiërs de wereld te verdedigen tegen deze duistere krachten.

Doctor Strange-Poster 3

Benedict Cumberbatch zit het kostuum van Doctor Strange als gegoten. In het begin van de film zet hij perfect de arrogante neurochirurg neer. Een optreden waarin we een vleugje Sherlock herkennen. Ook komt hij geregeld grappig uit de hoek met rake oneliners zonder dat dit het drama schaadt, maar juist wat verlichting geeft.

Schone handen
De ontwikkeling die het personage doormaakt wordt slim geïllustreerd door terugkerende scènes. Artsen wassen altijd hun handen grondig voordat ze een operatie beginnen. De film bevat meerdere keren zo’n scène en iedere keer representeert de handeling het stadium waarin Strange zich in zijn ontwikkeling bevindt. De tweede keer zien we hoe zijn handen beschadigd zijn door het ongeluk en blijven trillen. Het zijn de handen van een gebroken man die zich geen raad weet met zijn nieuwe situatie. Aan het einde van de film wast Strange zijn handen nogmaals. Ze zijn nog steeds beschadigd en vol littekens, maar nu heeft hij zijn nieuwe rol in het leven gevonden en is hij bovendien empatischer geworden. Niet alleen heeft hij geleerd magie te beheersen, ook is hij een beter en begripvoller mens geworden.

doctor-strange-6

De scenaristen hebben over het personage Strange dus goed nagedacht. Het is niet alleen het feit dat hij een fotografisch geheugen heeft wat maakt dat Strange heel snel de mystieke kunsten leert te beheersen, het is ook zijn koppigheid en volharding die uiteindelijk maken dat hij de machtigste magiër op aarde zal worden.

Diversiteit
Voor de strippuristen is het wellicht balen dat the Ancient One niet vertolkt wordt door een oudere Aziatische man maar door Tilda Swinton. Doctor Strange werd in 1963 bedacht door Stan Lee en Steve Ditko en het stripverhaal zit daarom vol met clichés over het mystieke Oosten waar we nu onze neus voor ophalen. De casting van een vrouw in deze rol doet het cliché dus wat teniet. Bovendien doet Swinton het echt fantastisch en weet ze, ondanks beperkte screentijd, een boeiend personage neer te zetten.

Ook Baron Mordo is van ras veranderd: de leerling van the Ancient One is in de strips blank en Roemeens en wordt nu vertolkt door de zwarte acteur Chewitel Ejiofor. We leven in het tijdperk waarin diversiteit hoog op de politieke agenda staat en dat is dus iets waar ze bij Marvel Studio’s en Disney rekening mee houden. Persoonlijk heb ik het niet zo op dit politiek correcte gedoe en geloof ik meer in sterke en ronde nieuwe personages bedenken om de diversiteit te bevorderen, maar in Hollywood hercasten ze liever bestaande personages.
Wong (Benedict Wong), die in de strips de bediende is van Strange, is ook enigszins aangepast in het scenario.

Dit zijn natuurlijk allemaal aanpassingen waar de gemiddelde bioscoopbezoeker geen weet van heeft en alleen een beperkte groep striplezers de wenkbrauwen doet laten fronsen.

The Ancient One 'bevrijdt" Stranges astrale lichaam.
The Ancient One ‘bevrijdt” Stranges astrale lichaam.

Overkill
De special effects zijn werkelijk overdonderend. Dit verhaal had pakweg 15 jaar geleden nog niet zo overtuigend in beeld gebracht kunnen worden. Maar mijns inziens is hier wel een beetje sprake van overkill als de hele wereld letterlijk op zijn kop wordt gezet, gebouwen in beweging komen en we tussendoor ook nog geacht worden de gevechten te volgen. Less was more geweest in dit geval.

doctor-strange-15

Dat laatste geldt nu juist weer niet voor de bad guy in Doctor Strange: Kaecilius. Mads Mikkelsen mag de gebruikelijk toespraakjes houden die we van schurken kennen. Hij staat zijn mannetje tijdens de gevechten, maar blijft verder te veel op de oppervlakte. De reden voor zijn daden legt hij wel uit, maar krijgt nergens echt diepgang. Een belangrijke regel van het scenario schrijven, namelijk ‘show don’t tell’ is weer eens niet toegepast. Helaas geldt dat voor veel superheldenfilms en franchises als Bond eveneens. Kaecilius overstijgt zijn functie in de plot niet en wordt nergens een ‘echt mens’. Jammer.

Strange Tales 110: introductie van Doctor Strange.
Strange Tales 110: introductie van Doctor Strange.

Die minpunten nemen niet weg dat Doctor Strange een heel fijne kijkervaring oplevert en dat ik met veel plezier een van mijn favoriete striphelden tot leven heb zien komen op het witte doek. Doctor Strange is een fijne toevoeging aan het cinematografische universum van Marvel en ik hoop dat hij snel weer ergens opduikt. In een solofilm of bij Thor of wie dan ook.

De nieuwste Marvel-verfilming Doctor Strange draait vanaf 27 oktober in de bioscoop.

Categorieën
Film Filmrecensie

Film: The Beatles – Eight Days a Week

Ron Howard regisseerde een nieuwe documentaire over de toerjaren van The Beatles.

Er is weinig wat we niet al over The Beatles weten. Er zijn denk ik meer boeken over de band verschenen dat over Hitler en Jezus, al kun je met al deze drie onderwerpen een flinke boekenkast vullen. De documentaire The Beatles: Eight Days a Week – The Touring Years heeft dan ook weinig nieuws te vertellen voor verstokte fans, toch is het een mooi document van de toerjaren van The Beatles geworden. Dit komt met name door de opgepoetste beelden en de vele amateuropnames die in de film zijn opgenomen.

Al sinds mijn twaalfde ben ik Beatles-fan. Hun muziek spreekt nog steeds tot mijn verbeelding en ik vond het daarom een groot plezier om dit interessante tijdsdocument te zien. De film wekt een warm nostalgisch gevoel op naar een tijd die lang achter ons ligt. Een tijd ver voor mijn tijd, maar waarvan de muziek al bijna mijn hele leven de soundtrack is. De film biedt een goede introductie op wie de Beatles waren en op wat voor gekte ze toentertijd losmaakten. Behalve mensen die daar bij waren, is de documentaire dus ook geschikt voor bijvoorbeeld de millennials – mensen die zijn opgegroeid met ipods en gestreamde muziek. Niet alleen mensen dus die geboren zijn lang nadat the Beatles in 1970 uit elkaar gingen, ook nog eens luisteraars die wellicht niet bekend zijn met albums.

beatles-docuMuzikale helden
The Beatles waren pioniers op verschillende vlakken. Begonnen als podiumband die urenlang muziek speelde, werden ze een enorme sensatie over de hele wereld. Paul McCartney, John Lennon, George Harrison en Ringo Starr de eerste boyband noemen is accuraat, maar doet hun muzikale erfenis erg te kort. Niet alleen schreven ze hun eigen materiaal, veel van hun nummers zijn klassiekers geworden en behoren tot de beste popmuziek ooit gemaakt. Ze waren ook de eerste band die in stadions optraden, omdat er teveel mensen een kaartje wilden hebben.

Nadat ze jaren getoerd hadden, gaven ze daar in 1966 de brui aan. Niet zonder reden, want ze konden zichzelf niet horen spelen: daarvoor gilde het publiek veel te hard. Dit wordt mooi geïllustreerd door de film heen maar vooral in het 30-minuten durende segment na de aftiteling waarin we The Beatles tijdens hun optreden in Shea Stadium zien.

Minder gegil
De geluid – en beeldrestoratie is goed gelukt en eigenlijk voor het eerst kunnen we in die live-opnames de band goed horen. Ze slagen er wonderwel in goede muziek te maken zonder dat ze monitors hadden en het eigenlijk de vraag was of het publiek überhaupt wel kon horen wat ze zeiden en zongen. Tegelijkertijd maken de Fab Four tijdens het optreden in Shea Stadium ook een enigszins knullige indruk op dat podium. Zeker als je hun show vergelijkt met de gelikte optredens van grote popsterren nu. Niet alleen lijkt het alsof ze ter plekke bedenken wat ze zullen gaan spelen, de tussentekstjes zijn bijna knullig en vooral George staat er wat verloren bij. Let wel: dit is misschien wel de belangrijkste band uit de geschiedenis van de popmuziek.

beatles

Na hun podiumperiode pionierden The Beatles door in de studio, waarin ze experimenteerden met muziek en prachtige albums maakten. Dit is de periode van The Beatles die ik muzikaal het interessantst vind en de albums die ik het vaakst luister. Neemt niet weg dat zelfs in de periode dat ze hap-snap albums opnamen tussen de optredens door, ook prachtige nummers zitten.

Behalve Paul en Ringo komen George en John aan het woord via archiefbeelden. Ook worden er enkele bekende Britten en Amerikanen aan het woord gelaten. Sigourney Weaver was aanwezig bij een van de concerten. Ze had zich extra netjes aangekleed omdat ze hoopte dat de bandleden haar zouden opmerken. Net als alle andere bakvissen in het publiek natuurlijk.

Zwart-wit
Wat de film mijns inziens typisch Amerikaans maakt is de opmerking van Woopi Goldberg die iets zegt in de trant van dat ze zich door The Beatles geaccepteerd voelde als zwarte vrouw. ‘Ik zag The Beatles nooit als vier witte mannen, maar gewoon als mannen’. Interessanter is het concert in Jacksonville waar de vier Beatles weigerden op te treden als blank en zwart inderdaad gesegregeerd in de zaal zou zitten. Toen maakten ze dus al politieke statements. Ze kregen hun zin en traden op voor een gemengde zaal. Een vrouw die aanwezig was bij het concert vertelt hoe bijzonder het voor haar was om zo tussen blanke mensen te kunnen zitten bij een concert. We zijn vijftig jaar later inmiddels, maar dit soort politieke issues zijn nog steeds zeer actueel in de Verenigde Staten.

The Beatles: Eight Days A Week – The Touring Years is vanaf 20 oktober te zien in de bioscoop en wordt uitgebracht door September Film.

Categorieën
Film Filmrecensie

Filmrecensie: X-Men – Apocalypse

Deze aflevering van de X-Men franchise biedt een nieuwe schurk en verse mutanten, maar verder blijft veel bij het oude. Dat is niet heel erg, al bekroop mij het gevoel van déjà vu meer dan anders.

Heb ik deze film niet al eerder gezien? Zo halverwege X-Men: Apocalypse kreeg ik dat gevoel een beetje toen Quicksilver (Evan Peters) de prachtige scène uit de vorige film, waarin hij in superslowmotion in actie komt, nog eens overdoet. Anders gezegd: Quicksilver beweegt zo snel dat de hele wereld heel traag lijkt te gaan. De vorige keer wist hij zo een stel bewakers uit te schakelen, nu zet hij zijn snelheid in om zo’n beetje alle studenten van Charles Xaviers school voor begaafde jongeren te redden. Leuk, maar wel een herhaling van zetten. Eigenlijk vat dat Bryan Singers vierde X-Men-film aardig samen.

x-men-apocalypseReboot
Dit deel speelt zich zo’n tien jaar na X-Men: Days of Future Past af. In die film werd de geschiedenis gereset dankzij de tijdreis die Wolverine (Hugh Jackman) maakte. Dat betekent dat de franchise daarmee zo’n beetje opnieuw is begonnen en alles wat we in de eerste drie films zagen niet per se zo hoeft te gebeuren of te zijn gebeurd. Daarom kan regisseur Bryan Singer Cyclops en Jean Grey opnieuw introduceren, dit keer gespeeld door Tye Sheridan en Sophie Turner. Ook maken we weer opnieuw kennis met Nightcrawler (Kodi Smit-McPhee) en Angel (Ben Hardy).

Dat geeft allemaal niks: zie deze X-Men als een milde reboot.

Wat wel geeft is dat er weinig wordt gedaan met de meeste nieuwe personages die worden geïntroduceerd. Nieuwkomer Psylocke (de oneindig aantrekkelijke Olivia Munn) zien we bijvoorbeeld een paar keer in actie, maar over haar achtergrond komen we niets te weten. Dat is jammer, want als je dan toch een zoveelste aflevering een frisse smaak wil geven, maak dan gebruik van de nieuwe ingrediënten.

Samples
Wel worden de twee tegenovergestelde visies van Charles Xavier en Magneto weer eens herhaald en komt zelfs weer even voorbij dat Auschwitz Magneto voorgoed getekend heeft. Sterker nog: X-Men: Apocalypse bevat letterlijk shots uit eerdere films die dienst doen als flashbacks. Ook de eerdergenoemde introductie van Angel lijkt een knipoog te zijn naar hoe Wolverine in de allereerste X-Men werd geëntroduceerd. Het is alsof deze nieuwe film zich in een echokamer van de vorige afleveringen afspeelt.

Olivia Munn en Alexandra Chipp.
Olivia Munn en Alexandra Shipp.

Apocalypse nou, nou
De tegenstander van de X-Men is dit keer de eerste en meest krachtige mutant ooit, genaamd Apocalypse. Een naam die weinig goeds belooft. In het verre verleden werd Apocalypse aanbeden als een god en omdat hij in de loop der jaren de krachten van andere mutanten heeft vergaard, lijkt hij praktisch onoverwinnelijk. Al meerdere keren heeft hij de menselijke beschaving vernietigd als hij deze te barbaars vond worden. Als deze blauw gekleurde godheid ontwaakt in 1983, rekruteert hij een jonge Storm (Alexandra Shipp), Psylocke, Angel (Ben Hardy) en niemand minder dan Magneto (Michael Fassbender) om… tja, euh, de wereld aan zijn wil te onderwerpen, en zo te herschapen dat alleen de sterksten zullen overleven. Of zoiets.

Survival of the fittest or the strongest, dus. Een god die Darwinistisch denkt, dat is wel grappig natuurlijk, maar eigenlijk is Apocalypse (een bijna onherkenbare Oscar Isaac) ondanks zijn mooie blauwe huidskleur een zoveelste kleurloze schurk. Hij bestaat om de X-Men een tegenstander te geven, maar ondanks zijn stoere praat en misplaatst machtsvertoon laat Apocalypse geen blijvende indruk op de kijker achter. Ook wat Apocalypse betreft blijven de filmmakers te veel aan de oppervlakte zitten.

Zoals alle goden, duldt Apocalypse geen tegenspraak.
Zoals alle goden, duldt Apocalypse geen tegenspraak.

Back to the 80s
Ik besef dat al het bovenstaande redelijk negatief klinkt, maar toch heb ik me goed bij deze film vermaakt. Ik ben een fan van X-Men, dus ik kan geen genoeg krijgen van Wolverine (Hugh Jackman) die er lekker op inhakt. Ook is het fijn om de X-Men in de confrontatie met Apocalypse helemaal los te zien gaan. Aan visueel vuurwerk geen gebrek. De vaste castleden zijn goed op elkaar ingespeeld. Ik genoot nu ook weer van het spel van Jennifer Lawrence (Mystique) en James McAvoy (Charles Xavier). Fassbender weet vooral in het begin van de film een gevoelige snaar te raken.

Voor de liefhebber en nostalgist, en die laatste ben ik zeker, zitten er genoeg leuke verwijzingen naar de jaren tachtig. Niet alleen komt Knight Rider op televisie voorbij en draait Return of the Jedi in de bioscoop. Ook draagt Nightcrawler het herkenbare rode Michael Jackson-jasje alsof hij auditie wil doen voor de videoclip Thriller. En dat zijn nog maar een paar verwijzingen. Het is één groot nostalgisch feest van kleding- en haarstijlen.

X-Men-Apocalypse munnSamengevat: X-Men – Apocalypse is een vakkundig gemaakte en onderhoudende herhalingsoefening waarin al je favoriete X-Men nog eens acte de présence geven, maar die wel duidelijk maakt dat de scenaristen met een paar verse ideeën moeten komen voor de volgende.

X-Men: Apocalypse draait vanaf 19 mei in de Nederlandse bioscoop.

Categorieën
Film Filmrecensie Strips

Filmrecensie: Captain America – Civil War

Captain America: Civil War is de nieuwste aflevering in de serie superheldenfilms van Marvel. En potverdorie: wat is het een goede blockbuster!

In Avengers: Age of Ultron vielen al behoorlijk wat onschuldige slachtoffers in Sokovia toen de superhelden het tegen Ultron opnamen. Als aan het begin van Captain America: Civil War (geregisseerd door Anthony en Joe Russo) wederom veel schade is gemaakt en er doden zijn gevallen als The Avengers superschurken bestrijden, wil de Amerikaanse overheid de superhelden aan banden leggen. The Avengers moeten gecontroleerd kunnen worden, komen in dienst van de overheid en mogen vanaf nu alleen nog maar op pad als ze daar toestemming voor hebben. Tony Stark (Robert Downey Jr.) vindt het goed dat er grenzen worden gesteld aan de helden, want ‘If we can’t accept limitations, we’re no better than the bad guys.’ Captain America (Chris Evans), denkt daar echter heel anders over. Het begin van een tweedeling van the Avengers en een klopjacht op iedere held die tegen deze nieuwe wet is.

captain america civil war posterEigenlijk wil ik het nooit meer over Batman v Superman hebben die vorige maand uitkwam, maar omdat deze thematisch verwant is aan Captain America: Civil War, is het toch handig om deze twee films met elkaar te vergelijken. Het verschil tussen hen is er eentje tussen dag en nacht. Letterlijk, want terwijl Marvel bijna alle scènes overdag laat plaatsvinden, meent Zack Snyder dat zo’n beetje alle scènes in de nachtelijke uren plaats moeten vinden en doordrenkt moeten zijn met eeuwig durende regenbuien om de toeschouwer het idee te geven naar een ‘serieuze’ superheldenfilm te laten kijken. Marvel laat zien dat je een serieus onderwerp kunt aansnijden in een blockbuster, dat je evengoed de toon vaak luchtig kunt houden en dat je niet de opnames hoeft laten plaats te vinden tijdens een digitale moesson. Om een interessant verhaal te vertellen moet je meer kunnen dan mooie plaatjes schieten, Zack.

Kort gezegd: alles wat Batman v Superman verkeerd gaat, gaat bij Captain America goed. Terwijl bij de eerste film de motivatie van de personages flinterdun was en zij vaak erg kinderachtig overkomen, hebben de personages in Captain America een duidelijke motivatie voor hun acties. Die motivatie wordt altijd duidelijk gemaakt zonder dat de toeschouwer niet serieus genomen wordt. Het handelen van ieder personage is dus logisch te verklaren en past bij zijn of haar karakter. De wrijving tussen Steve Rogers/Captain America) en Tony Stark/Iron Man die al een beetje naar voren kwam in de vorige films wordt nu verder uitgewerkt en krijgt bovendien een persoonlijk tintje. Rogers komt op voor zijn oude maatje Bucky Barnes (Sebastian Stan) die beschuldigd wordt van een aanslag. In het geval van Stark beïnvloeden gebeurtenissen uit het verleden zijn oordeel.

De personages zijn geloofwaardig en ook bijpersonages als Scarlet Witch (Elizabeth Olsen) hebben een duidelijke functie in het verhaal en hangen er niet zo maar even bij. Ook al hebben ze niet de hoofdrol, toch krijgen ze de kans verder te groeien. Dat geldt overigens niet voor iedereen, maar dat kan ook niet in een film met zo’n grote cast. Sowieso schoppen de vrouwen weer behoorlijk kont in deze aflevering en hebben de liefhebbers van diversiteit ook niet te klagen met de komst van Black Panther, en oudgedienden als Falcon (Anthony Mackie) en War Machine (Don Cheadle).

Black Panther (links)
Black Panther (links)

SPOILER over Bat v Suup, niet over Civil War: Dit in tegenstelling tot Batman v Superman waarin de rol van Wonder Woman zeer beperkt is en zij niet goed benut wordt. Als de helden het in de climax opnemen tegen Doomsday is er één held die niet tegen Kryptonite kan, maar in plaats van dat ze Wonder Woman de speer met Kryptonite punt op het monster afsturen, moet het juist Superman zijn die daardoor het loodje legt, alleen maar omdat zijn dood ook nog even in de film gepropt moest worden. Een enorm gemiste kans, want hier hadden de filmmakers dus wel iets interessants met Wonder Woman kunnen doen en haar aanwezigheid in de film kunnen legitmeren. EINDE SPOILER.

Hoewel Captain America voortborduurt op de eerdere films en met name het vorige deel van The Avengers, is een nieuwbakken toeschouwer in staat alles goed te volgen. Dit in tegenstelling to Snyders mislukking die weliswaar bedoeld is als opstart van het cinematografische universum van DC Comics, maar zo vol zit met verwijzingen naar de strips die alleen door de die-hard lezers gesnapt zullen worden, dat de leek al snel de weg kwijt is.

Marvel's Captain America: Civil War Spider-Man/Peter Parker (Tom Holland) Photo Credit: Film Frame © Marvel 2016
Marvel’s Captain America: Civil War
Spider-Man/Peter Parker (Tom Holland)
Photo Credit: Film Frame
© Marvel 2016

In deze Marvel-film worden twee nieuwe belangrijke personages geïntroduceerd: Black Panther (Chadwick Boseman) en de alom geliefde, zeker door mij, Spider-Man. Beide personages krijgen genoeg speelruimte om te laten zien wat ze in huis hebben en als volwaardig beschouwd te kunnen worden, zonder dat we meteen alles over ze te weten komen. Het ontstaan van Spidey, de origin story, wordt gelukkig overgeslagen. Waarom Peter Parker de held uithangt, wordt uitgelegd zonder dat er aan Oom Ben wordt gerefereerd. Fijn, want iedereen weet inmiddels wel hoe die vork in elkaar steekt.

Verder is Spider-Man lekker bijdehand en beweegt hij precies goed. Hij wordt goed geïntroduceerd als nieuwkomer en het is heel duidelijk dat we hier nog met een tiener te maken hebben. ‘Kennen jullie die hele oude film The Empire Strikes Back?’ vraagt hij tijdens een gevecht om zijn strategie uit de doeken te doen.

Ik ben erg benieuwd naar de solofilm die in 2017 uit moet komen. Ik geef toe: Tom Holland is niet helemaal mijn Spider-Man. Daar bedoel ik dit mee: ik stel me Peter Parker qua uiterlijk iets anders voor en qua karakter doet hij me een beetje denken aan de versie van Ultimate Spider-Man. Eerlijk gezegd bestaat mijn versie van Peter Parker ook niet meer in de huidige stripversies van Marvel, maar dat even terzijde.

Captain America: Civil War voelt ergens ook als een reünie: zelfs Ant-Man (Paul Rudd) heeft een rolletje. Hij is zelfs zulke goede comic relief, dat hij bijna grappiger is dan Spidey.

Scarlet Witch vecht terug.
Scarlet Witch vecht terug.

Je hoeft tegenwoordig niets meer te zeggen over de specialeffects, want die zijn bijna in alle superheldenfilms wel goed. Maar een opmerking wil ik over de cinematografie graag maken: de eerste grote actiescène in de film is erg goed gedraaid. De camera loopt soms in het kielzog van de helden mee en zo krijgen we een soort van point of view van de actie te zien. Deze camerabewegingen zijn erg effectief en bewijzen dat je geen 3D trucjes nodig hebt om de toeschouwer in de actie mee te nemen. Goed camera- en acteerwerk is voldoende. (Ik zag de film in 2D – een verademing!)

En, leuk detail: het metaal van het harnas van Falcon heeft enkele slijtage plekken. Dat soort kleine details maken zo’n kostuum realistischer.

Kortom, ik heb me die tweeënhalf uur prima vermaakt. Dit in tegenstelling tot die andere film waar ik halverwege al naar huis toe wilde, flink hoofdpijn had van alle overdonderende muziek en infantiele bullshit die over me heen was gestort en ik dagen rondliep met een enorme kater van teleurstelling over hoe ze de confrontatie tussen grootheden Batman en Superman zo hebben kunnen verkloten.

Valt er dan niets aan te merken op Captain America: Civil War?

Marisa Tomei is tante May? Euh.....
Marisa Tomei is tante May? Euh…..

Je zou kunnen zeggen dat de casting van Marisa Tomei als Tante May misschien een beetje mis is: we hebben nog nooit zo’n jonge en sexy May gezien. (Iets wat Tony Stark opvalt trouwens. Een knipoog naar de boze fans wellicht?) Ook hebben de kleermakers van The Avengers wel erg snel een Spider-Man-pak ontworpen en gemaakt. Dat soort stappen wordt meestal overgeslagen in superheldenfilms. Snapt iemand hoe Lex Luthor in staat was om Doomsday in een paar uur in elkaar te zetten?

civil war expectations reality

Toegegeven: als de twee teams superhelden op elkaar afrennen, ziet dat er een beetje knullig uit. Zoiets werkt leuk op de strippagina, in live-action wordt dat wat kinderachtig. Maar goed, dat is niet zo gênant als het Martha-moment in Batman v Superman. En nu hou ik op over dat debacle. Captain America: Civil War daarentegen smaakt alleen maar naar meer.

Captain America: Civil War is vanaf 28 april te zien in de Nederlandse bioscopen.

Categorieën
Film Filmrecensie Strips

Filmrecensie: Batman v Superman – Dawn of Justice

Batman v Superman: Dawn of Justice is een groteske mislukking. Toegegeven: na Man of Steel (VS, 2013) waren mijn verwachtingen al redelijk laaggespannen, maar toch is regisseur Zack Snyder erin geslaagd teleur te stellen.

batman_v_superman_dawn_of_justiceBatman v Superman is zo mogelijk nog bombastischer dan zijn voorganger. Daarbij heeft het droge en humorloze scenario van Chris Terrio en David S. Goyer een gebrek aan logica dat alleen door een dronken tienjarige gevolgd zou kunnen worden. Misschien is die tienjarige ook wel de doelgroep van deze film gebaseerd op de uitgaven van DC Comics. Wie is het sterkst, is immers een klassieke vraag die vooral gesteld wordt door kinderen wanneer twee superhelden het tegen elkaar opnemen. Als helden met elkaar slaags raken, vindt die confrontatie meestal plaats in de eerste akte van het verhaal. Vervolgens worden ze daarna vrienden en werken ze samen. Nu hebben Snyder & co. bijna een hele film aan die confrontatie opgehangen. Op zich heeft de vraag hoe een normale sterveling zich staande zou kunnen houden tegen Superman (Henry Cavill) ook wel potentie en komt Batman (Ben Affleck) in de confrontatie met enkele aardige verrassingen.

Stripklassieker
De makers hebben wat mosterd gehaald uit Frank Millers The Dark Knight Returns en de comicfans zullen zeker enkele iconografische beelden uit die strip herkennen. Jammer dat niet gewoon het verhaal van The Dark Knight Returns is gebruikt, want dat klassieke epos krijgt waarschijnlijk een Shakespeariaanse kwaliteit toebedeeld door iedereen die dit stripverhaal na Batman v Superman voor het eerst leest. (Overigens is van deze strip wel een tweedelige animatiefilm gemaakt, getiteld Batman: The Dark Knight Returns.)

Batman versus Suup uit The Dark Knight Returns. Illustratie: Frank Miller
Batman versus Suup uit The Dark Knight Returns. Illustratie: Frank Miller

Voor de DC Comics-liefhebber zitten er in Batman v Superman ook wat verwijzingen naar andere personages uit dat universum, maar van echte world building zoals bij de films van Marvel is nog niet echt sprake. Als the Flash even kort opduikt in een verder vage sequentie die verwijst naar de films die komen gaan, is dat niet dezelfde acteur als uit de televisieserie. Een gemiste kans.

En waarom raken Batfleck en Superman slaags met elkaar? We leven in een wereld waarin een almachtige held als Superman eerder als potentiële bedreiging voor onze veiligheid wordt gezien dan als iemand die deze veiligheid handhaaft. De confrontatie tussen Superman en enkele van zijn planeetgenoten in Man of Steel heeft nogal wat ravage en onschuldige slachtoffers veroorzaakt, dus dat de Amerikaanse senaat wel eens wil weten of die Superman ook bereid is zich aan de regels te houden, is een vraag die goed aansluit bij het huidige tijdsgewricht waarin paranoïde gevoelens de boventoon voeren. Ook Batman neemt Superman het een en ander kwalijk en maakt zich klaar voor het moment dat dit buitenaardse wezen zich tegen ons keert. Zelf heeft Batman overigens de status van vigilante en schiet de politie van Gotham net zo snel op The Bat als op de misdadigers die hij probeert te bestrijden.

Daddy issues
Ook Lex Luthor vertrouwt de goddelijke Superman niet. Dat heeft alles te maken met zijn slechte jeugd waarin God hem niet redde van een gewelddadige vader. Of zoiets. Ergens tussen sequenties vol met testosterongevuld geweld heeft Luthor het daar even over om zijn motivaties duidelijk te maken, maar het lukt Jesse Eisenberg nauwelijks om boven de herrie van instortende gebouwen en de soundtrack van Hans Zimmer en Junkie XL uit te komen. Neem oordopjes mee als je naar de bioscoop gaat, want alles in deze film heeft een gehalte van 120 procent, ook het geluidsvolume.

Net als in Man of Steel sneuvelt er heel veel vastgoed in Metropolis en Gotham City (de twee megagrote steden blijken trouwens naast elkaar te liggen in dit filmuniversum). Het grote verschil is dat er nu telkens in de dialogen wordt verteld dat het gevecht wel net plaatsvindt op een plek waar niemand zich bevindt, want het grote commentaar op de vorige film was dat Superman in dichtbevolkte gebieden slaags raakte met zijn vijanden en er veel onschuldige slachtoffers vielen. Die disclaimers zijn soms onbedoeld grappig, zoals de reporter van CNN die roept dat het gevecht in het zakendistrict gelukkig na werktijd plaatsvindt, want dan is iedereen al naar huis. Ondergetekende wilde op dat moment ook heel graag naar huis, maar toen dook Wonder Woman (Gal Gadot) op om de twee mannen te helpen met een nóg veel grotere bedreiging die in de tweede climax van de film opduikt.

Overigens krijgt Wonder Woman wel heel weinig screentijd in een film die met tweeëneenhalf uur al eigenlijk veel te lang is.

Wonder Woman.
Wonder Woman.

Natuurlijk was ik van tevoren heel benieuwd naar hoe Affleck het ervan af zou brengen als Batman. Eerder gaf hij gestalte aan de superhelden Daredevil en zette hij in Hollywoodland overtuigend George Reeves neer, de getormenteerde acteur die in de jaren vijftig Superman op televisie speelde. Eigenlijk doet hij het heel goed als Batman: Affleck zet een gedreven Bruce Wayne neer, is een overtuigende vechtmachine en het Batkostuum staat hem ook goed. Jammer dat Bruce Wayne van zulke ondoordachte keuzes maakt omdat het scenario nu eenmaal eist dat hij en Suup met elkaar gaan knokken.

Why so serious Batfleck?
Why so serious Batfleck?

Ook het spel van Cavill, Amy Adams, Holly Hunter, Eisenberg en Gadot is goed, maar ze krijgen te weinig momenten om het geheel wat menselijkheid mee te geven. Daarbij zijn de dialogen die ze uitspreken zo clichématig en dermate serieus van toon, dat alle mogelijke emotie doodslaat.

Batman v Superman: Dawn of Justice neemt zichzelf veel te serieus, duurt te lang, is te luidruchtig, probeert teveel en zegt daardoor eigenlijk te weinig. Dit soort films geven superheldencomics een slechte reputatie. Mag Zack Snyder nu eindelijk met pensioen, want zijn volgende bombastische exercitie in dit genre vrees ik niet te overleven.

Distributie Warner Bros.. Release BE 23 maart, NL 24 maart 2016.

Geschreven voor en gepubliceerd op SchokkendNieuws.nl.

Categorieën
Film Filmrecensie Mike's notities Strips

Kerstvakantie 3

Arjen Lubach vroeg aan het begin van de repetitie van 2015 met Lubach of het publiek niets wilde twitteren of facebooken over het programma voordat deze op 27 december was uitgezonden. Daar heb ik mij natuurlijk aangehouden, want de Farao van Nederland neem je serieus.

Dat in tegenstelling tot Prins Willem, die ik op geen enkele manier serieus wens te nemen. Nu de uitzending geweest is, kan ik deze onscherpe foto die ik van Lubachs introductie maakte, wel online plaatsen:

lubach-2015Onscherpe foto’s maken zijn mijn specialiteit geworden sinds ik een iPhone 5c heb, maar dat terzijde.

Best leuk om zo’n repetitie eens mee te maken, hoewel ik toch een voorkeur heb voor de echte opname. Tijdens een repetitie valt de boel namelijk geregeld stil omdat er overlegd moet worden of omdat een camera het verkeerde standpunt inneemt. Daar is het een repetitie voor natuurlijk, maar haalt wel de flow uit het geheel voor het publiek. Nu hebben ze normaliter ook geen publiek bij de repetities van Zondag met Lubach, maar omdat de opname in de Stadschouwburg in Amsterdam binnen vijftien minuten was uitverkocht, wilden ze de fans een soort troostprijs aanbieden. (En wellicht ook extra inkomsten genereren door ook hiervoor kaartjes te verkopen. De NPO heeft het ook moeilijk, nietwaar?)

salamander-lubachDe uitzending heb ik niet meer helemaal teruggekeken, wel het interview met Lilianne Ploumen, de minister van buitenlandse handel. Zij was tijdens de repetitie natuurlijk niet aanwezig en haar rol werd gespeeld door Jonathan van het Reve, een van de schrijvers van de show. Ploumen heeft vooral haar best gedaan om onze ongerustheid over TTIP te sussen. Ik weet nog niet of dat haar helemaal gelukt is overigens.

Ze lijkt me een aardige dame, maar politici – ik vertrouw ze nie. En daarbij had ik wel wat meer tegengas van Lubach verwacht. Het gesprek was nogal lam. Wel vond ik dat de programmamakers goed bezig waren wat het portretteren van Mark Rutte en Prins Pins betreft: ze komen over als twee nutteloze lamlullen.

Dan liever stripfiguren. Daar kun je bijna altijd op rekenen. (Sorry, beetje stom bruggetje, maar je moet wat…)

Donderdagmiddag was ik in stripwinkel het Beeldverhaal. Ik wilde deel drie en vier van de serie Soda kopen. Een leuke stripserie die ik nog uit mijn jeugd ken en waar ik nu langzaamaan de deeltjes van verzamel. De reeks draait om de New Yorkse politieagent David Ellioth Hanneth Solomon, bijgenaamd Soda. Zijn vader was sheriff in Arizona en kwam om het leven. Omdat Soda’s moeder lijdt aan een zwak hart, heeft hij haar vertelt dat hij priester is in plaats van agent. Een leugentje om bestwil die lastig vol te houden is sinds ma bij Soda in huis woont. Soda draagt een handschoen aan zijn linkerhand, waar hij ook maar drie vingers heeft.

Illustratie op de cover van het vierde Soda-album.
Illustratie op de cover van het vierde Soda-album.

De reeks wordt geschreven door Tome (Philippe Vandevelde) en het tekenwerk in de eerste twee albums is gemaakt door Luc Warnant. Ik hou erg van zijn energieke tekenstijl; er zit veel leven in. Vanaf album drie neemt Bruno Gazzotti het over. Hij weet de stijl van Warnant aardig na te doen, maar zijn lijnvoering is wel wat strakker. Later worden de verhalen ook nog door anderen getekend, maar zover met lezen ben ik nog niet. Saillant detail: van dit derde verhaal, Gij zult niet schieten, heeft Warnant wel nog de eerste elf pagina’s getekend, daarna neemt Gazzotti het over. Volgens Lambiek.net wilde Warnant zich toeleggen op het maken van reclamewerk, maar het is vreemd dat hij halverwege een album opstapte. Ik vermoed dat er meer speelde indertijd. Misschien konden Tome en Warnant het niet met elkaar eens worden over het verhaal.

Vrijdag was er weinig tijd om strips te lezen, want eerste kerstdag bezochten Linda en ik haar broer en schoonzusje. Daarvoor moesten we in een propvolle trein richting Anna Paulowna. Onderweg las ik op mijn smartphone oude blogposts van mezelf terug die ik in de voorgaande December-edities heb geschreven. Ik was benieuwd naar hoe ik toentertijd de maand ben doorgekomen en vooral waarmee. Een blog kan immers prima dienstdoen als dagboek. Ik werd blij verrast dat het proza me niet tegenviel en werd een beetje nostalgisch naar de frisheid waarmee ik vroeger het online publiceerde benaderde. Ik sprong met twee voeten in het diepe en had enorme lol in iedere post die ik online zette. Mooie tijden waren dat. Ook leuk om dan opeens weer een foto van Linda tegen te komen: het uitzicht vanaf ons huis op het Westerpark waar het duidelijker kouder was dan nu.

sneeuw_linda1Ook las ik onderweg een boekje over Striplettering dat ik bij Frits Jonker had gekocht op de Beurs voor bijzondere uitgevers laatst in Paradiso. Het is een zine van zo’n dertig jaar oud waar interessante interviews met letteraars van Marvel en DC Comics in staan.

Het was leuk om mijn schoonfamilie weer te zien. Ik had nog nooit een dobbelspelletje met kerstcadeautjes gedaan maar maakte daar nu dus kennis mee. Ook vond ik het leuk om te horen hoe de neefjes en nichtje zich aan het ontwikkelen zijn op school. Omdat we zelf – heel bewust – geen kinderen hebben, is het des te leuker om met Linda’s neefjes en nichtje te praten over wat ze bezighoudt.

Zondag waren we in het Van Gogh Museum om de expositie Munch: Van Gogh te bekijken. We waren bewust vroeg gegaan, maar toch konden we de drukte niet voorkomen. Het was weer een hele kunst om niet tegen andere bezoekers aan te stoten. Toch heb ik genoten van de schilderijen van beide heren. De combinatie van hun oeuvres is als een zwaarmoedige symfonie waar ik een melancholisch gevoel bij kreeg. is een Het viel me vooral op hoe strak die schilderijen van Van Gogh eigenlijk zijn. Vooral doordat ze hingen naast het lossere werk van Munch.

Madonna. Edvard Munch. Bron: Google Art Project
Madonna. Edvard Munch. Bron: Google Art Project

Deze twee schilders naast elkaar plaatsen is niet heel ver gezocht, want ze leefden in dezelfde tijd en er zijn wel overeenkomsten, maar ze hadden ook een andere kunstenaar uit die tijd naast Van Gogh kunnen hangen, want er waren er wel meer die met dezelfde technieken en thema’s experimenteerden. Daarbij: Van Gogh en Munch hebben elkaar nooit ontmoet.
Ik snap wel dat al als museum gewijd aan een kunstenaar soms goed moet nadenken over hoe je zijn werk nu weer in de belangstelling kan brengen en dat je daardoor sommige invalshoeken er met de haren bijsleept.

Het promofilmpje maakt nieuwsgierig naar de expositie:

Het nieuwe Van Gogh gebouw is imposant maar de commercie straalt er wel vanaf. Bij de ingang word je meteen de winkel ingeloodst. Da’s nog niet het ergste. Veel vervelender vond ik de namen van de sponsors die bij de schilderijen staan. Deze partijen hebben weliswaar de aanschaf van de werken mogelijk gemaakt, maar door dit bij ieder schilderij te zetten krijgt het museum wel een erg commerciële, en dus goedkope uitstraling. VVD-cultuurbeleid in de praktijk?

De drukte is op deze foto eigenlijk nog niet zo goed te zien, maar het is het enige plaatje dat ik kon schieten want fotograferen was eigenlijk niet toegestaan.
De drukte is op deze foto eigenlijk nog niet zo goed te zien, maar het is het enige plaatje dat ik kon schieten want fotograferen was niet toegestaan.

Om een beetje in de sfeer van de negentiende eeuw te blijven, gingen we ’s middags naar het Ketelhuis om Publieke werken te zien. Het acteerwerk in de film van Joram Lürsen is erg goed. Vooral dat van Gijs Scholten van Aschat, Jacob Derwig en Rifka Lodeizen. Heeft Lodeizen al eens een Gouden Kalf of iets dergelijks gewonnen, want van de Nederlandse actrices op dit moment is zij toch een van de beste. Ook vond ik dat de filmmakers er goed in zijn geslaagd de negentiende eeuw te visualiseren. Daar kwam nogal wat digitaal schilderwerk aan te pas.

Publieke Werken Rifka LodeizenProblemen heb ik wel met het scenario en de oppervlakkige personages waarvan de motivaties niet altijd goed duidelijk worden gemaakt. De zoon van Vedder is al helemaal niet uitgewerkt en zijn rol in het geheel roept vragen op die niet beantwoord worden. En de turfstekers zijn allemaal verschrikkelijk passieve personages. Scenarist Frank Ketelaar is ook verantwoordelijk voor de televisieserie Overspel, maar dat zit op dramatisch vlak toch een stuk beter in elkaar. Om nog maar te zwijgen over de nerveuze montage van Publieke werken. Je zou verwachten dat bij een verhaal uit die tijd het tempo van de shotwisselingen iets lager ligt om een beetje in de buurt te komen van hoe men toen vertelde om dichter bij de sfeer van die tijd te komen. Maar nee, een videoclip-achtige esthetiek voert de boventoon. Storend modern. Uiteindelijk geef ik Publieke werken daarom maar twee sterren.

Ondertussen vliegen de vakantiedagen voorbij. Deze week is mijn agenda nog geheel leeg. Er staat nog geen koffieafspraak in, al zullen die er nog wel komen vermoed ik. Hoop ik ook, want op dit moment vind ik niets leukers dan ergens met een vriend(in) koffie te leuten en het leven te bespreken.