Categorieën
Strips

Dagboek van een Geek #23: Zo zorgen we ervoor dat meer mensen strips lezen

Hoe zorgen we ervoor dat meer mensen strips gaan lezen? Die vraag legde ik in de afgelopen maanden aan enkele stripmakers voor wanneer ik ze interviewde voor een vlog. Aimée de Jongh, Ben Westervoorde, Fred de Heij, Wilbert van der Steen en de Stripmaker des Vaderlands bogen zich over de kwestie en al die antwoorden monteerde ik in een nieuwe vlog. Die vlog was bedoeld als aanzet om een dialoog te starten hoe we het aantal striplezers kunnen vergroten. Eigenlijk was de vraag tweeledig bedoeld: met meer lezers bedoelde ik ook een grotere albumverkoop. Dat is goed voor de sector en voor de stripwinkels.

Op de vlog kwamen veel reacties. Dat was niet alleen erg leuk, ook zaten daar een paar goede suggesties bij die ik nu met jullie wil delen. Margreet de Heer, de stripmaker des vaderlands, heeft de vlog ook op Fakebook gedeeld, maar ik heb geen zicht op hoe er op mijn content op dat (a)sociale platform wordt gereageerd. Dus beperk ik me hier alleen tot de leukste reacties die via YouTube binnenkwamen.

1. Een terugkerend idee is een StripboekenWeek organiseren met een geschenk, zoals we ook een Boekenweek en Kinderboekenweek hebben: ‘Stripboekenbal erbij, meer media aandacht, shownieuws, jeugdjournaal,’ aldus Daan de tekenaar.

In het verleden zijn er wel Stripboekweken georganiseerd, zoals bijvoorbeeld in 1998. Toch zou nog een poging best een goede kans van slagen hebben, mits mijns inziens het CPNB dat dan ook zou doen. Dat is immers de organisatie die ook de reguliere Boekenweek organiseert.

2. Mensen moeten meer in aanraking met strips komen. Niet alleen in stripspeciaalzaken maar ook moet een divers aanbod aan strips weer in de supermarkt. Het aantal verkooppunten moet dus toenemen. En strips moeten zichtbaarder in de boekwinkel liggen.

Tofyt opperde daarbij: ‘Zelf denk ik bijvoorbeeld aan dat er stripboeken aanwezig zijn waar ook tijdschriften kunnen liggen voor mensen om te lezen. Bijvoorbeeld wachtkamers van artsen, tandartsen, bij de kapper, de Chinees (afhaal) of snackbar en op andere plaatsen waar je op je beurt moet wachten. Dat hoeven geen nieuwe stripboeken of stripbladen te zijn of anders wel nieuwe, maar goedkope uitgaven.’

Dat is een leuk idee en misschien gebeurt dat al in sommige wachtkamers, maar de snackbar bij mij om de hoek heeft bijvoorbeeld wel een leesmap, maar geen stripleesmap. En misschien de wachtkamer van je tandarts ook nog niet.

Ik denk dat lezers zelf ook kunnen helpen de zichtbaarheid van het medium te vergroten. Bijvoorbeeld door hun aankopen op sociale media te delen en te vertellen waarom ze dat album zo goed vinden. Daarnaast kunnen ze recensies en besprekingen van anderen delen, zoals de podcast van Robin Vinck, de vlogs van de Stripvlogger en mijn vlogs en andere artikelen.

3. De prijs van graphic novels en albums moet omlaag. Nu zijn graphic novels door productiekosten en relatief kleine oplage vaak aan de dure kant. Een lagere prijs maakt het voor nieuwe lezers makkelijker om eens een gok te wagen en een onbekende titel mee naar huis te nemen.

Bert van der Meer: ‘Maak nr 1 van elke serie 3 of 4 euro en ik en wellicht vele anderen proberen weer eens een nieuwe serie. Is het wat dan wordt de rest van de serie wel gekocht tegen de normale prijs. Image doet dit in de States al jaren met nr. 1 van hun trade paperbacks. Wellicht iets om te proberen met Europese series.’

4. Een Netflix-achtige constructie voor strips, werd ook geopperd. John Kingeef: ‘Een stripflix zou aan de wensen van de nieuwe consument tegemoet kunnen treden, mede door het bieden van veel (extra) content tegen een zeer lage prijs. Het gaat niet meer om de totale afzet van bladen en strips maar om het aantal abonnees. Voor de vuist weg een aantal voordelen: Je creëert awareness omdat je sneller een groter publiek kunt benaderen. De (opstart en vervolg) kosten daarvan lijken mij te overzien en beperkt, de tijd om strips naar de markt te brengen daalt eveneens waardoor, gezien de omvang van de potentiële markt, de inkomsten bij een laag abonnementsbedrag sterk kunnen stijgen. Huidige West-Europese uitgevers (Frankrijk, België Nederland) zouden gezien hun omzet het opstarten van een dergelijk platform makkelijk kunnen betalen. Daarnaast kun je OC&W of de EU vanuit de huidige emancipatiediscussie goed benaderen voor een (omvangrijke) bijdrage. Met de inkomsten zou nieuw talent gefinancierd kunnen worden en, belangrijker nog, nieuwe reeksen. En dat laatste is echt nodig. Naast oude strips en de daarbij behorende content zou je ook nieuwe strips en content kunnen aanbieden. In plaats van te concurreren zou de stripwereld moeten toetreden tot deze markt. En daarin zou je bestaande afzetkanalen in kunnen meenemen.’

Ik vind dat ook een mooi idee, al zie ik zelf nog niet zo snel hoe je alle uitgeverijen bij elkaar krijgt om hun content digitaal beschikbaar te stellen op zo’n platform.

Maar gelukkig hoef ik zelf het wiel niet uit te vinden, en heb ik de vlog vooral gemaakt om te zien hoe de lezers erover denken. Er zijn wel digitale platformen waar mensen hun (online) comics publiceren, zoals Webtoons en je kunt digitaal comics lezen op Comixology. Of zelf publiceren op Webtoons financieel zoden aan de dijk zet, weet ik niet, al is het natuurlijk mooi dat de digitale wereld steeds meer mogelijkheden biedt. Mogelijkheden om je werk onder de aandacht te brengen en om te verkopen. Al vind ik het ook belangrijk dat de stripwinkels niet uit het straatbeeld verdwijnen. Daarom is de verkoop van fysieke exemplaren ook belangrijk.

Tot slot
Maar goed, het onderwerp is vast nog niet afgesloten. Meer mensen aan de strip krijgen heeft ook te maken met het aanbod. Daar kan ook naar gekeken worden. Moet dat wellicht meer toespitst moet worden op jonge, nieuwe lezers? Moeten er niet meer kansen worden gecreerd voor nieuw talent en meer vernieuwende series worden uitgebracht? Interessante vragen voor een andere keer. Want in de basis moet de zichtbaarheid van de strip in Nederland vergroot worden. Je kunt wel nieuwe series uitgeven, mensen moeten immers wel weten dat die strips er zijn… Wordt vervolgd zeggen ze dan altijd in stripland.

Door Michael Minneboo

Michael Minneboo is een freelance journalist gespecialiseerd in popcultuur, fancultuur, strips, film, online media en beeldcultuur. Hij schrijft over onder andere comics, Nederlandse strips & animatie en interviewt makers uit binnen- en buitenland. Daarnaast geeft hij lezingen en adviseert hij particulieren en bedrijven over bloggen.

2 reacties op “Dagboek van een Geek #23: Zo zorgen we ervoor dat meer mensen strips lezen”

Misschien helpt een soort van strip top 10 die ook door sites als Bol, AKO en Bruna wordt overgenomen? Zoiets helpt de latente liefhebber die wel wil strippen, maar geen idee heeft wat hij dan wil of moet lezen. Dan creëer je de prikkel om te lezen wat op dat moment populair is.

Dat zou een mooi ding zijn zo’n top 10. Er staat wel een top 10 in de Stripglossy, maar ja die wordt dus al gelezen door stripliefhebbers. Probleem is wel dat strips niet op een manier gedistribueerd worden, dus het is wel wat werk om een volledige en betrouwbare top 10-lijst samen te stellen.

Reacties zijn gesloten.