Categorieën
Striprecensie Strips

Striprecensie: Trashed van Derf Backderf

Trashed van Derf Backderf is humoristisch, fascinerend en zeer verontrustend. Welkom op planeet vuilnisbelt.

Derf Backderf. Foto: Michael Minneboo
Derf Backderf. Foto: Michael Minneboo

Februari 2015 was de Amerikaanse stripmaker Derf Backderf in Amsterdam om de Nederlandse vertaling van zijn graphic memoir My Friend Dahmer te promoten. Over zijn middelbareschoolperiode met klasgenoot Jeffrey Dahmer, die later een reeks gruwelijke moorden pleegde. Ik vind het een van de beste strips die dit jaar uitkwam. Ook zijn eerdere Punk Rock & Trailer Parks vind ik erg tof. Beide boeken maakten dat ik een fan ben van Backderfs strips en daarom keek ik ook halsreikend uit naar Trashed die zojuist bij uitgeverij Scratch is verschenen.

Backderf was een tijdje vuilnisman tussen 1979 en 1980. Over zijn ervaringen maakte hij al eerder korte strips en een webcomic, die deels in Trashed zijn opgenomen. Voor het boek veranderde hij van vertelperspectief: in plaats van een memoir over zijn leven als vuilnisman koos hij ervoor een fictieverhaal te maken en dit in het heden te laten plaatsvinden. Hoewel Trashed dus gebaseerd is op zijn ervaringen zijn de personages of plekken niet aan de werkelijkheid ontleend.

It’s a dirty job…
Trashed-cover-backderfDat maakt het episodische verhaal niet minder krachtig. We volgen gesjeesde student J.B. en zijn maat Mike die dag in, dag uit het vuilnis ophalen in dienst van de gemeente. Onderweg komen ze de gekste dingen tegen, zoals luiers die als ze in de vuilniswagen Betty samengeperst worden een bombardement van stront veroorzaken; vuilnisbakken vol krioelende maden; plastic flessen vol met urine die door automobilisten en vrachtwagen chauffeurs in de berm worden gesmeten, en die gele torpedo’s worden genoemd omdat ze ontploffen zodra de grasmaaier over ze heen rijdt. Alleen in de staat Utah ruimen ze 30.000 gele torpedo’s per jaar op. Verder krijgen de dappere vuilnismannen te maken met corruptie en nepotisme bij de locale overheid, en burgers met nazi-sympathieën.

Backderf brengt alles met veel humor en gaf mijn lachspieren tijdens het lezen dan ook flink wat werk. Sowieso lardeert Backderf zijn verhaal met vermakelijke types, zoals de oude, kettingrokende hondenvanger Marv die alle honden haat en het zelfs op het beest van de burgemeester heeft voorzien en de dandy-eske huisgenoot van J.B. die op het kerkhof werkt en die met zijn snor en Ierse pet een verloren lid van the Village People lijkt. De personages blijven dus vooral op het niveau van typetjes steken, maar dat is niet zo erg, want het vuilnis is de hoofdrolspeler. Backderf heeft namelijk een tweede doel met zijn striproman, namelijk ons bewustmaken van de grote hoeveelheid afval die we veroorzaken.

Trashed_luierbommen-pagina

Verontrustende cijfers
Backderf doorspekt het verhaal met allerlei statistieken over vuilnis en de nodige achtergrondinformatie. Per Amerikaan wordt er gemiddeld 2,3 kilo vuilnis per dag weggegooid. Er zijn 321 miljoen Amerikanen. Gezamenlijk genereren ze bijna 353 miljoen ton afval per jaar. Ze recyclen slechts 29% van hun afval en brengen 63,5% ervan naar de stort. Dat is dus 224 miljoen ton per jaar naar de stort. Europeanen doen het niet veel beter, dus stop maar meteen met dat vingerwijzen. Al die gegevens schetsen een schrikbarend plaatje van de grote hoeveelheid afval die we in de Westerse wereld produceren door overconsumptie. Ook laat de stripmaker duidelijk zien hoe een vuilnisstortplaats in elkaar steekt, hoe enorm groot ze zijn en hoe gevaarlijk die plekken eigenlijk voor het milieu zijn. Ze lekken namelijk altijd gevaarlijke stoffen die in het grondwater terechtkomen. Wanneer een stortplaats zijn beste tijd heeft gehad en wordt gesloten, gooien we er een laag aarde overheen. Kantoorgebouwen en huizen worden er soms op gebouwd, maar die leveren vaak zieke werknemers en bewoners op.

Backderf verwerkt de gegevens op een vloeiende wijze in zijn verhaal en visualiseert vaak de statistieken op doeltreffende wijze. Toch werden al die gegevens op den duur wat veel van het goede en houden ze soms de flow van de vertelling op. Dat neemt niet weg dat door deze gegevens de strip een meerwaarde en diepgang geeft. Trashed heeft tussen alle grappige voorvallen door dus een ernstige ondertoon.

trashed infographic

Moneymaker
Backderf schrijft: ‘De enige manier om ons afval significant te verminderen? Onze levensstijl veranderen. Een wegwerpcultuur van 60 jaar terugdraaien. Gezond verstand boven gemak verkiezen. Met andere woorden, dat gaat waarschijnlijk niet gebeuren.’ Backderf is niet naïef: Op dit moment wordt er simpelweg te veel geld verdiend in de particuliere afvalindustrie. In de States alleen al 55 miljard dollar. En daarbij draait de economie op de korte levensduur van consumptie-apparatuur. Zolang afval lucratief is, zullen de powers that be er weinig aan doen om ons patroon te veranderen.

Dit alles maakt Trashed niet alleen een vermakelijk en informatief verhaal, maar ook een pamflet om bewuster te consumeren en goed na te denken over waar we onze vuilniszakken mee vullen en hoe dat allemaal milieubewuster kan. En tot slot krijg je door Trashed meer respect voor de mannen- en vrouwen die iedere dag ons vuil komen ophalen, want dat zijn eigenlijk echte helden.

Derf Backderf. Trashed.
Scratch, hardcover, 256 pagina’s € 24,90
Vertaling Jan Donkers

Categorieën
Film

Colleges over opmerkelijke filmrestauraties en filmerfgoedprojecten

EYE en de Universiteit van Amsterdam presenteren van 4 februari t/m 10 maart 2016 een openbare collegereeks in EYE over opmerkelijke filmrestauraties en filmerfgoedprojecten.

Dat klinkt interessant hè? Hieronder het persbericht dat EYE vandaag stuurde.

Le dirigéable fantastique (Georges Méliès, 1906, FR)
Le dirigéable fantastique (Georges Méliès, 1906, FR)

Giovanna Fossati (hoofdconservator van EYE en hoogleraar Filmerfgoed aan de UvA) gaat in zes lezingen dieper in op verschillende restauratieprojecten en presentatievormen van filmerfgoed, variërend van pre-cinema tot recente experimentele films en Hollywoodklassiekers. Naast reguliere bioscoopprojecties komen ook filminstallaties en tentoonstellingen van film en filmapparaten aan bod. Bij elk college is een gastspreker aanwezig en wordt een film vertoond, vaak met live muziek.

This is Film! Film Heritage in Practice, elke donderdagmiddag, van 4 februari – 10 maart 2016 in EYE, IJpromenade 1, Amsterdam, eyefilm.nl/thisisfilm

This is Film! is bedoeld voor iedereen die van film houdt en biedt inzicht in het werk achter de schermen van filmarchieven en -musea. De lezingen zijn in het Engels en kunnen als serie of los gevolgd worden.

Programma
What is Film Heritage?
Inleiding door Giovanna Fossati (hoofdconservator van EYE en hoogleraar Filmerfgoed en digitale filmcultuur aan de UvA)
Films: Beyond the Rocks (Sam Wood, 1922) en een Korte Film Poule-compilatie. Met live muziek.
4 februari, 16:00-18:30u

Hollywood Studios: Twentieth Century Fox and the restoration of The King and I (1956)
Gast: Schawn Belston (vicepresident en uitvoerend directeur Film Preservation bij Twentieth Century Fox)
Film: The King and I (Walter Lang, 1956)
11 februari, 15:30-18:30u

Film or Performance: Guy Sherwin
Gasten: Anna Abrahams (programmeur EYE on Art) en Simona Monizza (curator Experimentele Film, EYE)
Films: compilatie van films van Guy Sherwin gerestaureerd door EYE
18 februari, 16:00-18:30u

Restoring and Presenting Early Cinema: Fantasia of Color
Gast: Elif Rongen-Kaynakçi (curator Stille Film, EYE)
Films: compilatie van vroege kleurenfilms uit de collectie van EYE. Met live muziek.
25 februari, 16:00-18:30u

Exposing Cinema: the Close-Up exhibition
Gast: Claartje Opdam (Projectmanager Tentoonstellingen, EYE)
Films: compilatie van korte films
3 maart, 16:00-18:30u

Exposing the Film Apparatus: from magic lanterns to smartphones
Gast: Soeluh van den Berg (curator Filmgerelateerde collecties, EYE)
Films: compilatie van korte films. Met live muziek.
10 maart, 16:00-18:30u

Categorieën
Minneboo leest Strips

Minneboo leest Flo #7: Ego

Het goede nieuws is natuurlijk dat uitgeverij Strip2000 doorgaat ondanks het plotseling overlijden van uitgever Peter van der Heijden. Dat is fijn; ik draag de uitgeverij en de medewerkers een warm hart toe.

Vandaag viel er weer een dik strippakket van ze op mijn deurmat en daar zat de nieuwe Flo tussen. Het is alweer het zevende album, Ego getiteld. Vanaf de cover lacht het guitige hoofd van Floor de Goede je al tegemoet. Ik vind het een mooie illustratie. Eentje die nieuwsgierig maakt en vrolijk stemt.

De cover nodigt in ieder geval uit om grappige selfies te maken.

flo ego coverWat me wel meteen opviel is van hoe ver terug deze dagboekstripjes alweer zijn. Ze werden tussen oktober 2007 en juni 2008 gepubliceerd op Flo’s website. In die tijd had Flo nog een relatie met Poep (Bas) en waren Ype en Willem ook nog Ype + Willem. Dat maakt voor de mensen die strip alleen via de boekjes volgen niet uit natuurlijk, maar wie dagelijks op de site van Flo kijkt, is het alsof je in de teletijdmachine van Barabas bent gestapt. In een van de strips denkt Flo erover om die nacht de maansverduistering te gaan bekijken, maar als hij ziet dat deze pas om 4.26 plaatsvindt, besluit hij dat dit te laat voor hem wordt. ‘Ik kijk wel weer in 2015!’ Ik ben benieuwd of hij dit jaar zijn woord heeft gehouden.
[hr]

Daarom Minneboo leest:
Als stripjournalist wil ik zoveel mogelijk strips onder de aandacht brengen. Daarom heb ik de rubriek Minneboo leest in het leven geroepen, om te laten zien hoe rijk en divers het medium strip kan zijn. De artikelen in deze rubriek zijn geen recensies (die teksten staan gepubliceerd in de bijhorende rubriek), maar kunnen thematisch zijn, een tekenstijl belichten of simpelweg een nieuwe uitgave kort aanstippen.

Categorieën
Mike's notities

Toen John Lennon en Anne Frank verkering hadden

Op een leistenen steen op de grond op de Prinsengracht in Amsterdam staat duidelijk te lezen: ‘Hier kusten John Lennon en Anne Frank elkaar voor het eerst op 3 augustus 1943’. Vreemd, want die steen ziet er uit alsof die meteen is neergelegd toen het zeventiende-eeuwse grachtenpand werd opgeleverd.

Het is ook kolder natuurlijk, want John Lennon werd geboren op 9 oktober 1940 en kan Anne Frank dus nooit persoonlijk hebben gekend. Laat staan dat ze verkering hadden. Dit dringt meteen tot me door als ik de onmogelijke tekst op de steen lees. Dan kijk ik op. Ik sta toch echt op de Prinsengracht, maar dit is niet de echte gracht. Het is een weerspiegeling van de gracht in mijn droom. Een droom waar verder ook geen touw aan vast te knopen is.

Zodra ik wakker word, denk ik aan 8 december. Dan is het 35 jaar geleden dat Lennon werd doodgeschoten. Ook Anne Frank werd vermoord. Allebei zijn ze iconen en staan ze voor iets. Frank voor de Joden die vervolgd en gedood werden tijdens de holocaust; Lennon was, behalve Beatle en ex-Beatle, een van de belangrijke gezichten van de hippiebeweging en een bekende vredesactivist. Beiden hebben ze een stempel op de wereld gedrukt. Het potentieel van beiden werd vroegtijdig gesmoord. We zullen nooit weten wat er van Frank geworden was als ze haar leven gewoon had kunnen leven. Ook van Lennon, die toch echt al heel wat gepresteerd had toen hij veertig was, hadden we nog veel mooie en interessante dingen kunnen verwachten. Waarschijnlijk.

Aan Anne Frank denk ik eigenlijk alleen als ik op de Prinsengracht loopt – de echte – en ik weer een lange rij ramptoeristen zie staan bij het Achterhuis. Aan Lennon denk ik vaak. Ik luister nog steeds veel naar zijn muziek. Ik hou van Lennon. Hij is een van mijn helden. Ook nu laat Lennon mij nog dromen en vaak niet zo raar als bovenstaande droom. Meestal laat Lennon mij dromen van een hoopvolle toekomst. ‘Imagine…’

johnlennon

Hallie Lama, sinds enige tijd de huiscartoonist van Giel Beelen, maakte deze cartoon naar aanleiding van de sterfdag van Lennon.

Bron: http://giel.vara.nl/nieuws/sterfdag-john-lennon
Bron: http://giel.vara.nl/nieuws/sterfdag-john-lennon
Categorieën
Strips

Maaike Hartjes krijgt Stripschapprijs 2016

Stripmaker Maaike Hartjes krijgt de Stripschapprijs 2016. Dat heeft het Stripschap deze week bekend gemaakt.

Maaike Hartjes. Zelfportret
Maaike Hartjes. Zelfportret

Hartjes is dus de tweede vrouw die deze oeuvreprijs, die sinds 1974 wordt uitgereikt, in ontvangst mag nemen. Barbara Stok ging haar in 2009 voor. Stok en Hartjes vind ik erg goed en hebben een duidelijke eigen stijl. Allebei zijn ze met autobiografische strips begonnen maar inmiddels hebben ze hun blik allang verruimd. Ik vind Maaikes strips over Japan erg leuk en boeiend om te lezen.

De P. Hans Frankfurtherprijs, voor een persoon of organisatie die zich op bijzondere wijze inzet of heeft ingezet voor de strip in Nederland, gaat naar Strip2000. Uitgever Peter van der Heijden overleed eerder dit jaar plotseling. Hij was een inspirerende krachtbron in de stripwereld. Iemand die zijn enthousiasme op anderen wist over te brengen en iemand die in een korte tijd een indrukwekkend fonds wist te creëren. Ik mocht hem graag.

De commissie, bestaande uit Marcel Ruijters, inkleurster Wilma Leenders, journalist Cintha Rood, stripwinkelier Peter Ottens en vormgever Peter van der Knoop, zegt het volgende over het oeuvre van Hartjes:

De volkomen eigen stijl en het opbouwen van een consistent en op zichzelf staand oeuvre maakt Maaike Hartjes tot een unieke stripmaker. Haar handelsmerk is een stijl die zich het beste laat omschrijven als expressief minimalisme.

In een periode dat de stripwereld nog een echt mannenbolwerk was, kreeg zij al de lachers op haar hand. Piepkleine tekeningen gebundeld in minipocketformaat uitgegeven in eigen beheer. Dit was voor haar genoeg om zichzelf te profileren en hiermee dwars tegen de stroom in te roeien. Het autobiografische karakter van haar stripjes in combinatie met haar levendige humor bezorgden haar snel bekendheid. Begin jaren negentig was Maaike één van de vaandeldragers voor de jonge stripmakers. In die dagen werd zij samen met Barbara Stok en Gerrie Hondius, tot de Grote Drie van de zogenaamde vrouwenstrips gerekend.

Tijdens haar meer dan twintigjarige carrière is Maaike altijd op zoek gegaan naar het ongrijpbare, zonder zich hierbij tegen de gevestigde orde te hoeven verzetten. Of het nu gaat om grote of kleine thema’s, ze weet er een luchtige draai aan te geven. Als enige stripmaker stond ze bijna tien jaar wekelijks met haar Maaike’s dagboekje in het tijdschrift Viva. En legde hiermee de vinger op de zere plekken van menig lezeres. Ook waren diezelfde dagboekstripjes van groot belang voor Zone 5300. De waardering was zo groot dat het stripje bijna uitgroeide tot het gezicht van dit magazine. In het verlengde hiervan tekende zij ook diverse reisdagboeken op. Wie net als Maaike weleens door Hong Kong of Zuid-Afrika heeft gereisd, zou situaties en locaties kunnen herkennen in deze verslagen. Zeker haar relaas over het land van Mandela was confronterend. Het werd pijnlijk duidelijk dat de Apartheid nog niet is verdwenen aldaar. Het wachten is op het moment dat Maaike weer het vliegtuig neemt naar een nieuwe reisbestemming voor een volgend verslag.

nagasaki_web

Door haar toegankelijke stijl wist zij door te breken in het bedrijfsleven als snelcartoonist. Hiermee liet zij zien dat commercie allang geen vies woord meer is in de stripwereld. Als vanzelfsprekend nam zij als één van de eersten plaats op de voorzittersstoel van de BNS (Beroepsvereniging Nederlandse Stripmakers), samen met collega Hanco Kolk (van S1ngle). Waar ze vooral op heeft ingezet, is om als stripmaker meer werk te vinden in het bedrijfsleven. Het toenmalige bestuur heeft zich ook beziggehouden met auteursrecht en beeldrecht. De BNS is toen ook een samenwerking aangegaan met de BNO (Beroepsorganisatie Nederlandse Ontwerpers).

Haar nieuwste project Tekeningen Rekeningen is een logisch gevolg op haar voorzitterschap. Dit werk ligt dan ook in de lijn van het communicatieve karakter van haar werk. Als stripmaker is zij eerder een waarnemer dan een verteller. Observaties lijken als een rode draad door haar werk te lopen. Eerst van het alledaagse, daarna die in verre landen en met haar nieuwste project die van de beroepspraktijk van stripmakers. De commissie voor de Stripschapprijzen beloont niet alleen het feit dat Maaike Hartjes in bijna vijfentwintig jaar is uitgegroeid tot één van de belangrijkste stripmakers van haar generatie, maar benadrukt vooral haar doorzettingsvermogen en inzet voor de branche. Dat deze Stripschapprijs precies twintig jaar na haar eerste albumnominatie komt, maakt de cirkel rond.

Ook zijn de nominaties voor de beste albums bekendgemaakt. Daarin ontbreekt het boek Jheronimus van Marcel Ruijters, maar dat komt waarschijnlijk omdat Ruijters zelf in de jury zit dit jaar. Het had anders niet in de lijst mogen ontbreken.

De winnaars van deze nominaties worden bij de prijsuitreikingen op De Stripdagen bekendgemaakt.
N.B. De winnaar van het Jeugdalbum van het Jaar wordt gekozen door de (Rijswijkse) jeugd.
De Stripdagen vinden plaats op 27 en 28 februari 2016 in De Broodfabriek, Volmerlaan 12 in Rijswijk. De prijsuitreikingen vinden plaats op zondag 28 februari om 13.00 uur.

Categorieën
Strips

Jan van Doornspeek wint Plastieken Plunk 2015

De Plastieken Plunk is gewonnen door Jan van Doornspeek. De jury achtte zijn De wachtkamer het beste korte stripverhaal van het afgelopen jaar.

Openingsscène uit De wachtkamer
Openingsscène uit De wachtkamer

Hoe ik dat weet? Ik zat samen met Joris Vermassen en voorzitter Willy Linthout in de jury dit jaar. In een restaurant in Gent kwamen we afgelopen zaterdagavond samen om tijdens het diner te vergaderen over de acht strips op de shortlijst. Ik vond het erg leuk om Linthout eens te ontmoeten, alweer 33 jaar is hij de schrijver en tekenaar van de Urbanus-strip. Ook  maakte hij meer persoonlijke strips zoals Het jaar van de olifant en Wat wij moeten weten. Vermassen had ik al eens eerder ontmoet en geïnterviewd over zijn graphic novel Het zotte geweld, dus dat was een aangenaam weerzien.

plastieken_plunkWe hebben voor De wachtkamer gekozen omdat Van Doornspeek in een paar bladzijden een echt personage neerzet en hij de psychologische toestand van dit personage op een interessante wijze visualiseert. Het verhaal eindigt bovendien met een aardige en onverwachte twist. Er waren nog een paar andere boeiende strips bij de shortlist van acht trouwens. Al viel het ons op dat sommige verhalen wat stuurloos aanvoelden en bij sommige het visuele aspect wat achter bleef. Dat waren enkele zake die tijdens het diner ter sprake kwamen.

De publieksprijs werd gewonnen door Floris de Smedt. Hij stuurde een aflevering in van de strip Kapitein Ansjovis die eerder in Spirou is afgedrukt. Ook deze kon ons trouwens bekoren. Journalist Wouter Adriaensen schreef er een artikel over op de site van Stripgids en sprak kort met de winnaars.

De winnaars werden bekend gemaakt in café Het Onverwacht Geluk, waar we nog gezellig enige pintjes achterover sloegen op de winnaars en de strips. Van Doornspeek krijgt als hoofdprijs een geboetseerde Plunk – gemaakt door Luc Cromheecke himself en 250 euro prijzengeld. De publieksprijs bestaat uit 50 euro en een eervolle vermelding.

Categorieën
Stripplaatjes onder de loep Strips

Stripplaatjes onder de loep: Crumbs ultieme anti-goeroe goeroe

Stripmaker Robert Crumb is een levende legende. Hij bedacht enkele legendarische stripfiguren waarvan Mr. Natural mijn favoriet is.

MrNatural02-coverRobert Crumb (Philadelphia, 1943) is een van de vaders van de Amerikaanse underground comics en een van de beste voorbeelden van een autobiografische stripmaker die zijn strips gebruikt om zijn mening te laten horen. In zijn strips laat hij zich kritisch uit over de Amerikaanse cultuur en vertelt hij openlijk over zijn seksleven en fetisjen. Hij heeft namelijk een duidelijk voorkeur voor sterke vrouwen met dikke kuiten en ronde billen. Je zou de strips therapie op papier kunnen noemen, ware het niet dat patiënt Crumb nooit is genezen. Gelukkig maar.

Hippies

Robert Crumb. Zelfportret.
Robert Crumb. Zelfportret.

Crumb raakte bekend met strips over de tegencultuur. Sterker nog: de strips en cartoons van Crumb waren een visuele illustratie bij de tegencultuur waarvan San Francisco in de jaren zestig van de vorige eeuw, het centrum was. Samen met tekenaars als S. Clay Wilson, Spain, Victor Moscoso, Gilbert Shelton, Robert Williams, en Harvey Kurtzman, produceerde Crumb fantastische, satirische, tegendraadse en taboedoorbrekende strips. Bekende personages van Crumb zijn Fritz the Cat, Mr. Snoid, Mr. Natural, Flakey Foont, Crumb zelf natuurlijk en het oversekste zwarte personage Angelfood McSpade. Met dit racistische stereotype stelt Crumb middels satire indirect kritische vragen over onderhuids racisme in de Amerikaanse cultuur.
Mr. Natural is echter mijn favoriete personage dat uit Crumbs wonderlijke brein is ontsproten. Ik zie hem graag de charlatan die alle goeroes en profeten blijken te zijn.

Antigoeroe
Mr. Natural is een gewaad dragend mannetje met een kaal hoofd en een flinke baard. Hij lijkt een beetje op een goeroe of een profeet en zit vol met wijsheden en bezit magische krachten. Toch is hij vaak ook chagrijnig, cynisch, sadistisch en net als zijn geestelijk vader heeft hij nogal wat seksuele obsessies. Zijn volgelingen beziet hij met een minzame blik, maar vaak genoeg heeft hij weinig geduld voor zijn discipel Flakey Foont. Op de cover van de tweede comic over Crumbs goeroe vraagt Foont in paniek ‘Mr. Natural! What does it all mean??’ Mr. Natural kijkt niet op, rijdt voorbij op zijn step en antwoordt: ‘Don’t mean sheeit…’ Met andere woorden: het stelt allemaal niets voor. Erg behulpzaam is deze goeroe dan ook niet. Op de meeste vragen van Foont geeft Mr. Natural cryptische en elkaar tegensprekende antwoorden.

Met dit personage leverde Crumb kritiek op de Amerikaanse hippiebeweging waarin veel interesse was voor oosterse religies en waar men gretig luisterde naar goeroes als Maharishi Mahesh Yogi. Hoewel Crumb en zijn werk vaak worden geassocieerd met de hippiebeweging heeft hij zelf in interviews toegegeven dat hij zich daar niet in thuis voelde. Hij haatte de muziek die erbij hoorde, voelde zich een buitenstaander tijdens love-ins en kon zelf moeilijk omgaan met de onzekerheden die deze levensstijl met zich meebrengt.

MrNatural paginaBovenstaande pagina is afkomstig uit mijn favoriet strip met de kleine goeroe in de hoofdrol: Mr. Natural’s 719th Meditation. Hierin zien we hoe Mr. Natural midden in de woestijn gaat zitten om te mediteren. Meditatie is een serieuze klus en één sessie kan weken, zo niet maanden duren. Onbewogen blijft hij zitten terwijl ondertussen een weg voor hem wordt aangelegd en later zelfs een hele stad om hem heen wordt gebouwd. Mr. Natural laat zich door niets uit zijn concentratie halen, ook niet door een agent die zegt dat hij midden in de weg zit en het verkeer ophoudt. Dan begint de goeroe een ‘Mmmmm-geluid’ voort te brengen. De trillingen van dit geluid worden zo sterk dat de hele stad instort. Als de omgeving er weer hetzelfde uitziet als in het begin van de strip, is Mr. Natural klaar met zijn sessie. Verfrist rolt hij z’n kleedje op en loopt hij de strip uit, zich niet bewust van de geschiedenis die zich om hem heeft afgespeeld.

LSD-trip
Mr. Natural dook in 1966 voor het eerst in Crumbs schetsboeken op. Naar eigen zeggen was Crumbs brein enkele maanden in nevelen gehuld door slechte LSD die hij in New York had genomen. Onder invloed van die LSD en een stapel comics uit de jaren veertig, bedacht Crumb het ene personage na het andere. In de prachtige documentaire ‘Comic Book Confidential’ (1988) vertelt de tekenaar: ‘Ik luisterde naar een of ander Motown-liedje op de radio terwijl ik stoned van de LSD was. Toen de DJ het nummer afkondigde zei hij: “En dat was Mr. Natural!” En toen tekende ik in mijn schetsboek dit kleine personage met de lange baard… Het ging allemaal heel onbewust. Ik mocht hem wel, dus ik heb in de loop der jaren veel strips over Mr. Natural gemaakt.’

Gepubliceerd in Eppo #21 (2015).

Categorieën
Boeken Minneboo leest Strips

Minneboo leest: België gestript

België gestript van Geert De Weyer geeft op thematische wijze een grondig overzicht van het Belgische beeldverhaal.

Als stripjournalist en stripliefhebber word ik altijd blij van naslagwerken over het beeldverhaal. Door het lezen van een boekwerk ben je een stuk wijzer over strips uit een bepaalde periode, land of genre. Zie het als een gedegen spoedcursus. Tenminste, als het boek goed is geschreven en de informatie klopt natuurlijk.

Geert de Weyer
Geert de Weyer

Recent verscheen België gestript van stripjournalist Geert De Weyer. Een collega van mij dus, die ik tot op heden nog niet heb ontmoet, maar wiens werk ik wel ken. Hier op de plank staan zijn 100 stripklassiekers die niet in je boekenkast mogen ontbreken en Loslopend wild: De nieuwe generatie Vlaamse stripauteurs. Loslopend wild is een boek met interviews met belangrijke Vlaamse stripmakers die toen onder de nieuwe garde werden geschaard, zoals Kim, Brecht Evens, Ilah, Serge Baeken en Judith Vanistendael. Loslopend wild geeft een goede indruk van het werk, denk- en werkwijze van bovengenoemde makers.

En nu is er dus België gestript. Op het moment van schrijven ben ik dat boek nog aan het lezen (dit stuk staat immers gepubliceerd in de rubriek Minneboo leest), maar ik wil je er toch alvast op attenderen omdat dit het perfecte boek is om een stripliefhebber als jezelf of iemand anders cadeau te doen voor de feestdagen. Bovendien weet ik nog niet of we er in de VPRO Gids ruimte voor gaan hebben.

Rare jongens die Fransen
belgie gestript coverDe Weyer behandelt de rijke geschiedenis van het Belgische beeldverhaal en dat doet hij met thematische hoofdstukken. De Weyer begint met een overzichtshoofdstuk waarin hij een kleine geschiedenis van de Belgische strip behandelt. Daarna is er aandacht voor het stripblad Spirou/Robbedoes en vervolgens de geboorte van Kuifje. Andere thema’s die aan de orde komen zijn de verbeelding van minderheden in de strip, de rol van de vrouw in de strip en de rol die de Franse censuur heeft gehad op de Belgische strips. Want die laatste was aanzienlijk. Niet alleen komen er door de Fransen lange tijd nagenoeg geen vrouwen in de strips voor, als ze er wel zijn hebben ze een onbeduidende rol en zijn ze in ieder geval niet sexy afgebeeld. Borsten waren al helemaal uit den boze, maar ook een vrouwelijke enkel of een knie kwamen al niet door de censuur. De Fransen probeerden hun eigen stripmarkt te beschermen dus legden zijn allerlei eisen op aan de Belgische strips onder het mom van bescherming van de tere kinderziel. Nu moeten we volgens De Weyer daar de Fransen niet helemaal de schuld van geven, want veel Vlaamse stripmakers hadden ook een streng katholieke, dus conservatieve inborst. Gelukkig is het uiteindelijk sinds eind jaren zestig nog goed gekomen met de vrouwen in de strip en kennen we tegenwoordig boeiende stripheldinnen.

Mag dat wel?
Een ander thema dat mijn aandacht meteen trok zijn de vele stripparodieën die in de loop der jaren zijn verschenen. Niet al dat spul is even onschuldig. Vooral in de jaren tachtig was er wildgroei aan seksparodieën zoals Suske en Wiske: De Glunderende gluurder van een groepje tekenaars bestaande uit Aloys Oosterwijk, Ben Jansen, René Meulenbroek en Hanco Kolk. De Weyer behandelt niet alleen de verschillende soorten parodieën en hommages die er zijn, maar ook hoe de gerechtelijke macht telkens verschillend oordeelt over wat nu wel en niet mag.

De personages uit de strip Nero van Marc Sleen.
De personages uit de strip Nero van Marc Sleen. Een van de bekendste Vlaamse strips.

Overigens merkt De Weyer in zijn inleiding terecht op dat de Waalse strip doorgaans op meer aandacht kon rekenen dan de Vlaamse: ‘Van dit boek verschijnt ook een Franse editie. Dat is nieuw. Er zijn al naslagwerken over de Belgische strip geschreven, maar zelden of nooit gingen die over de vaderlandse strip. Ze gingen vooral over het Franstalige gedeelte van ons landje. Voor een stuk begrijpelijk, want op enkele grote uitzonderingen als Vandersteen, Marvano, Griffo, Vance en Morris na, zijn slechts een tiental Vlaamse stripauteurs er echt in geslaagd internationaal door te breken. De rest, zo leer u al snel in dit boek, stak het hoofd diep in de Vlaamse klei. En dat had zo zijn gevolgen. De Franstalige en Vlaamse strip ontwikkelden zich los van elkaar.’ België is dus eigenlijk een land met twee stripculturen en hoe die zich precies tot elkaar verhouden en hoe we die culturen moeten zien, valt goed te lezen in België stript.

België gestript is levendig geschreven en staat vol met pakkende illustraties en citaten. Het boek is ook prachtig vormgegeven. Alleen de coverillustratie van Stedho is al een lust voor het oog. De uitsnede in de vorm van België vormt een slimme visuele grap. Wie de cover dicht heeft, wordt door enkele bekende stripfiguren vastberaden aangekeken. Wie daarna het achterste schutblad bekijkt, ziet dat uit het gat enkele stripschurken als Krimson en Gargamel kruipen.

belgie-gestript-stedho

Het enige puntje van kritiek dat ik op dit moment heb is dat biografieën van de belangrijkste stripmakers ontbreken. Daarmee had het boek een mooie afsluiter gehad. Aan de andere kant zijn er zoveel Belgische stripmakers die zo’n tekstje verdienen dat het boek dan waarschijnlijk een kwart dikker was geworden. En met z’n 350 bladzijden is België stript al behoorlijk zwaarlijvig.

Geert De Weyer. België gestript
Dragonetti, € 49,95
352 pagina’s
ISBN: 9789462102026

Categorieën
Strips

Marcel Ruijters: ‘Een strip over Jheronimus Bosch maken was een uitdaging!’

8 oktober dit jaar interviewde ik stripmaker Marcel Ruijters in the American Book Center in Amsterdam over zijn prachtige striproman Jheronimus.

Het viel niet mee om een biografische strip te maken over een schilder waar we eigenlijk weinig van weten en waar ook relatief weinig werk van bewaard is gebleven. Ruijters legt in het interview daar de nadelen maar ook de voordelen van uit.

Jitse Verwer, die onder andere de strips aankoopt in de ABC, was zo aardig om de avond te organiseren en het gesprek met zijn smartphone vast te leggen. Als je er niet bij was, kun je het nu dus alsnog bekijken. Pak een kopje koffie en ga ervoor zitten. En ga daarna naar de winkel om Jheronimus aan te schaffen en te lezen. Dat kan in ieder geval in het Nederlands en het Engels.

Categorieën
Strips

Het jaar samengevat in cartoons en strips

Al half november kun je ze meestal al krijgen: de jaaroverzichten in stripvorm. Ook dit jaar is er weer keuze uit bundels van Hein de Kort, Argus en Fokke & Sukke.

hein de kort 2015 coverEn dan heb ik er waarschijnlijk nog een paar over het hoofd gezien.

Persoonlijk vond ik dit een goed jaar, zolang ik die halvegare moslimterroristen even vergeet en ook alle domme beslissingen en missers van het kabinet negeer. Dat is een hele opgave, maar gelukkig zijn er genoeg strips om me af te leiden van dat soort zaken.

Goed, de cartoonbundels.

De bundel van Hein de Kort viel twee weken geleden op mijn mat. Het is alweer de zevende editie waarin De Kort terugkijkt op het afgelopen jaar. De bundeling is een overzicht van de beste cartoons en strippagina’s die De Kort maakte voor Het Financieele Dagblad (de strip Pegels & Zwart Zaad), Het Parool (Piet en Riet van de Buis) en Revu (Dirk & Desiree). De Kort is zoals altijd scherp en schaamteloos. Ik moet altijd erg om zijn cartoons en strips lachen.

Het enige bezwaar dat ik tegen de layout van de bundel heb is dat op sommige pagina’s meerdere cartoons worden afgebeeld. Sommige cartoons zijn daardoor soms te klein en die zijn lastig te lezen met het vlekkerige teken- en schrijfwerk van De Kort.

de-kort-wetenschap

Het nieuwsoverzicht van Argus, geschreven en getekend door René Leisink staat ieder nummer in Eppo en wordt ook in dagblad Metro afgedrukt. Elke dag leest Argus alle kranten en kijkt hij alle journaals. Het nieuws van de dag vat hij samen in één scherp beeld. Het werk van Argus is toegankelijk getekend.

fokke-sukke-afzien-2015Ook dit jaar hebben Fokke & Sukke natuurlijk weer Een afzien van. Hier staat een aardig plankje afzienbundels van de afgelopen jaren – een mooi overzicht van alle onheil die in die tijd over ons heen is gestort en gelukkig zorgen Reid, Geleijnse & Van Tol er met hun scherpe grappen voor dat het allemaal een beetje dragelijk wordt.

De nieuwe bundel van Fokke & Sukke heb ik nog niet gezien. Deze wordt meestal niet automatisch mijn kant opgestuurd. Waarschijnlijk verkopen die bundels toch wel, of er nu recensies over geschreven worden of niet.

Ik hoop overigens dat Jean-Marc van Tol weer verdergaat met de strips over de geschiedenis van Fokke & Sukke. Het eerste deel Prelude stamt alweer uit 2011 en dat vond ik een te gek verhaal. Op zijn site heeft Van Tol wel al wat pagina’s van het tweede deel gepubliceerd, maar ik lees liever alles in één keer in een heel album.

Vraag aan jou: Wat vind jij van dit soort cartoonbundels? Lees je ze graag?