Categorieën
Strips

Stripliefde: Preacher

Leen leest Preacher.
Leen leest Preacher.

Er blijven nog steeds nieuwe inzendingen binnenkomen voor de rubriek Stripliefde. Erg leuk om al die titels te lezen en de foto’s te zien. Heb je al meegedaan en ken nog andere stripliefhebbers? Schroom dan niet om ze op de rubriek te wijzen. Hoe meer titels, hoe meer vreugd.

Wat is je naam, je leeftijd en je wat doe je voor werk?
Leen Steen, mijn leeftijd gaat je niks aan en ik ben concertpromoter en schrijver.

Welke strip(s) is/zijn je favoriet en lees je nu nog steeds?
Preacher en eigenlijk alles waar Garth Ennis het scenario voor geschreven heeft. Delen van Hell Blazer, The Punisher, etc.
Verder alles van Tardi, vooral Isabelle Avondrood. Maar ik lees ook nog altijd graag Asterix,(maar niet in de nieuwe vertaling want die is walgelijk) en Guust Flater.

Waarom is/zijn dit je favoriete strip(s)? Wat vind je er zo goed aan?
Een goede strip is meer dan alleen de tekeningen. Net zoals bij film staat of valt het met het scenario. Mooi camerawerk is fijn, maar als er een beeldendiarree wordt opgedist met actie die alleen in dienst staat van het effect en het verhaal of de dialogen niet goed en verrassend zijn, is ’t niks… De Scenario’s van Ennis zijn geniaal.

Wanneer kwam je er voor het eerst mee in aanraking? En wat deed dat met je?
Een vriendin van me las een aflevering van Preacher op het terras van Ro-Town toen ik haar daar ontmoette. Ik wierp een blik en was hooked; op beide want ik houd van vrouwen met goede smaak.

Preacher1

In de rubriek Stripliefde vertellen striplezers over hun favoriete strip of strips. Op deze manier bouwen we langzaam een interessante leeslijst op. Ook meedoen? Check hier hoe je dat doet. Ik kijk uit naar je inzending.

 

Categorieën
Spidey's web Strips

Spidey’s web: Todd McFarlanes Spider-Man

Een van de tekenaars bij Marvel die altijd veel indruk op me heeft gemaakt is Todd McFarlane. Toen hij Amazing Spider-Man begon te tekenen bij nummer 298 (1988), leek het alsof hij uit het niets kwam, maar dat kwam vooral omdat ik de strips van The Incredible Hulk die hij daarvoor getekend had, nog niet kende.

webslingerend_mcfarlane
ASM #303. Illustratie: Todd McFarlane

McFarlanes benadering van Spider-Man was radicaal anders dan de tekenaars die hem voorgingen. De meeste van hen streven namelijk een zekere vorm van realiteit na, terwijl Todd gaat voor comic book expressionisme. Zijn stijl kent veel overdrijving en heeft soms karikaturistische trekjes. Spider-Man zag er daarvoor nog nooit zo spinachtig uit. En als McFarlane hem tekende schoot hij meters webdraden af. Vanuit een esthetisch oogpunt interessant, maar in de praktijk niet heel erg praktisch aangezien Parker nogal eens klaagt hoe duur het is om zijn webvloeistof te maken.

McFarlane zegt in een interview het volgende over zijn unieke benadering:

‘I felt we were now in the 1990s and it was time to update some of the characters that had originally been envisioned in the sixties or seventies. I looked at John Romita’s Spider-Man as a young fledging artist looks at Norman Rockwell. You can try to knock off Norman Rockwell, but you can’t win that fight. The best you can hope for is that people will compare you favourably with Rockwell. As much as I admired Romita, I didn’t want to be compared to him. A lot of artists tried to follow Romita when they did Spider-Man and they put a heavy emphasis on the word ‘man’. I decided to be different and focus on the word ‘Spider’. When Peter Parker put on his costume, I cheated on the anatomy and I cheated on the dynamics. I made the costume a little blacker and put a lot more webs on it, I drew the eyes a lot bigger. I wanted him to really look like a spider. On top of that, I also took Peter Parker and Mary Jane out of their 1968 wardrobes and into the kind of clothes people were actually wearing in the 1990s. It seemed more dramatic than it actually was, probably because up to that point everybody was loyal to the Romita look. No one was pushing the character forward because they were afraid of messing with an icon.’ Bron: Comics Creators on Spider-Man.

ASM #303. Illustratie: Todd McFarlane
ASM #303. Illustratie: Todd McFarlane

Een kwestie van speculeren

Spidey in een smoking. ASM #322.
Spidey in een smoking. ASM #322.

Het is interessant om McFarlane te horen vertellen over zijn tekenstijl, waarmee hij zichzelf mooi in de kaart speelde. McFarlanes Spidey was bijna meteen een fanfavoriet, waardoor hij een paar jaar na Amazing gedaan te hebben getekend (en geïnkt!) zijn eigen serie kreeg waarvoor hij ook zelf de verhalen mocht schrijven. Spider-Man #1 (1990) verkocht een gigantisch grote hoeveelheid, namelijk een kleine 3 miljoen exemplaren! Dat kwam niet alleen omdat iedereen zo dol was op McFarlane: beginjaren negentig had je de investeringsbubbel in comics. Verzamelaars lieten zich helemaal gek maken door het idee dat je veel geld kon verdienen met strips te sparen. (Iets waarvan Catawiki de kopers laatst ook van probeerde te overtuigen.) Uitgevers speelden hierop in door nieuwe series te beginnen zodat de speculanten nummers 1 konden kopen, ze brachten comics met speciale covers uit, verkochten strips in plastic zakjes… Het kon niet op. Verzamelaars kochten vaak meerdere exemplaren van dezelfde comic: eentje om te lezen en eentje om onaangeroerd te bewaren in de hoop deze later voor veel geld van de hand te kunnen doen. De verkoop steeg als in het begin als een tierelier om daarna als een kaartenhuis weer in elkaar te vallen. Want, ja, je kunt tegenwoordig 1 miljoen dollar krijgen voor een Action Comics #1 uit 1938 als deze in zeer goede staat verkeert, omdat die heel zeldzaam is. Probeer nu maar eens geld te verdienen aan jouw exemplaar van McFarlane’s Spider-Man #1 terwijl er nog 2.999.999 andere exemplaren in omloop zijn.

Dieptewerking
Maar ik dwaal af. McFarlane had een duidelijke reden om de dingen op zijn manier op papier te zetten. Neem bijvoorbeeld zijn manier van Spidey’s webdraden tekenen:

‘All I did was change the design of the webbing so that it was thicker and had more mass. I wanted to be able to wrap it around Spider-Man and create a foreground, a middle ground and a background. In comics, you’re dealing with a two-dimensional art form, and one of the things that John Romita taught me was that you create the illusion of depth by establishing as many different planes as you can. I’d put Spider-Man’s arm in front of his face to create depth, and then add another layer of depth by drawing the webbing in front of that. The traditional way of doing the webbing was drawing straight lines with these ‘X’s on it. The problem with that method was you couldn’t shoot the webbing out towards the reader because the ‘X’s just became bigger. All credibility went away. I changed the style of the webbing so that it worked when it was being shot directly into the reader’s face.’ Bron: Comics Creators on Spider-Man.

Wat Todd dus vooral probeerde te bewerkstellingen was dieptewerking in zijn tekeningen. En zijn methode werkt heel goed. Veel beter dan een 3D brilletje zou doen. Bekijk bijvoorbeeld de compositie van onderstaande plaatje maar eens goed. McFarlane maakt hier heel goed gebruik van dieptewerking en de standaard leesrichting om het verhaal te vertellen. Daarbij is aan het hoofd van the Tinkerer goed te zien dat Todd een voorkeur heeft voor expressionistische koppen.

ASM #310. Na jaren loopt Spidey the Tinkerer tegen het lijf.
ASM #310. Na jaren loopt Spidey the Tinkerer tegen het lijf.

McFarlanes stijl zal niet ieders smaak zijn, maar een ding is zeker: het was een compleet nieuwe manier om Spider-Man en zijn wereld te tekenen. Een stijl die veel navolging kreeg overigens. De stijl van Erik Larsen die Amazing Spider-Man van McFarlane overnam, is duidelijk schatplichtig aan die van McFarlane. Ook nam Larsen McFarlanes opvallende pagina-indeling over. Oudgediende Sal Buscema, op dat moment de tekenaar van Spectaculair Spider-Man, begon het Webhoofd in vergelijkbare poses als McFarlane te tekenen. Ook nam Buscema diens kostuumaanpassingen over en de meterslange webdraden.

Todd, die later met de strip Spawn goed geld zou verdienen, is ook belangrijk in het web van Spider-Man vanwege een andere creatie van zijn hand, namelijk: Venom. Maar daarover een andere keer meer.

Categorieën
Strips

Stripliefde: Storm

Kees en zijn Don Lawrence-verzameling.
Kees en zijn Don Lawrence-verzameling.

Iedere dinsdag en vrijdag publiceer ik een aflevering van Stripliefde, de rubriek waarin striplezers zich uitspreken over hun favoriete strip of strips.

Wat is je naam, je leeftijd en je wat doe je voor werk?
Mijn naam is Kees Augustinus en ik kom uit de stripkast. Ik ben 42 jaar geleden op de planeet geraakt. Ik heb een klein taxibedrijfje hier in de regio waar ik woon en doe dat werk al 7 jaar waarvan 3,5 jaar voor mezelf.

Welke strip(s) is/zijn je favoriet en lees je nu nog steeds?
Ik ben een gepassioneerd verzamelaar met als favoriete tekenaar Don Lawrence en als favoriete serie Storm. Verder heb ik in de verzameling veel werk van Hubinon, Hermann, Vance en Franq. Mijn favoriete tekstdichters zijn M. Lodewijk, Van Hamme en Charlier.

Wanneer kwam je er voor het eerst mee in aanraking? En wat deed dat met je?
Ik was al vroeg een liefhebber en ben door mijn broer aan het striplezen geraakt. Hij las de serie Roodbaard van Charlier en Hubinon. Jaren later, ik denk ongeveer 7 jaar geleden, liep ik op de Vogeltjesmarkt in Antwerpen en kocht ik een stapeltje eerste drukken van deze jeugdliefde. Toen was het hek van de dam. Nu ben ik een kamer in huis kwijt aan alle boekjes die ik heb en struin ik markten en het net af om de verzameling up to date te houden en vervanging te zoeken voor delen in mindere staat. Het is een heerlijk tijdverdrijf en het houdt me lekker bezig.

Don-Lawrence-Storm

In de rubriek Stripliefde vertellen striplezers over hun favoriete strip of strips. Op deze manier bouwen we langzaam een interessante leeslijst op. Ook meedoen? Check hier hoe je dat doet. Ik kijk uit naar je inzending. Oh ja: mocht iemand anders al je favoriete strip genoemd hebben, stuur dan even goed je inzending in, want jouw reden om de strip goed te vinden kan heel anders zijn. Bovendien is je eerste kennismaking en wat dat met je deed waarschijnlijk anders dan die van andere lezers.

Categorieën
Strips

Nieuwe Nederlandse superhelden in aantocht

Binnenkort is de Nederlandse stripwereld een heel stel superhelden rijker. Tenminste, als het aan Eelco Koper ligt. Die brengt vanaf januari 2014 het eerste nummer uit van een maandelijkse Nederlandse superheldencomic. Bezoekers van de stripbeurs in Breda kunnen daar al een exemplaar meenemen.

Daar wilde ik uiteraard het mijne van weten, want superhelden hebben altijd mijn speciale aandacht. ‘Vanaf januari gaan wij (Koper Comics) van start met een maandelijkse Nederlandse superhelden comic die volledig volgens het Amerikaanse model is ingedeeld, zoals de comics van Marvel en DC etc. Oftewel een 32-pagina tellende comic met soft-cover, waarvan 20 pagina’s aan comic/verhaal. De rest zal gevuld worden met advertenties en redactionele pagina’s. Hoewel het eerste nummer vanaf volgend jaar in de winkels verkrijgbaar zal zijn, is het eerste nummer met uitklap-cover ook verkrijgbaar tijdens de stripdagen in Breda,’ aldus de Groningse stripmaker Eelco Koper.

superhelden_eelco_koper
De superhelden van Eelco Koper. Detail van de cover van Superhelden #1.

Wat voor helden gaan we in je comic zien?
‘Helden die in de verhalen gaan voorkomen zijn: Aardappelman, De bestraffer (een advocaat die het onrecht bestrijd), De Duif (en zijn Flatskanon) Uierman, Katja het Katmeisje en The Kinng. The Kingg is eigenlijk Bolle Piet, een snackbareigenaar en een enorme fan van Elvis Presley. Piet heeft via ebay de laatste peanutbutterbananasandwich van Elvis, die hij vlak voor zijn dood maakte, weten te bemachtigen en hier blijken magische krachten in te zitten. Door de sandwich verandert hij in een soort Super Elvis. De superheld Powerbeast is een dertiger die nog steeds bij zijn moeder woont. Als hij opeens supersterk wordt, gebruikt hij niet gelijk zijn krachten om het onrecht te bestrijden.’

Dat klinkt alsof je een beetje parodieën op het genre maakt….
‘Het wordt geen parodie, maar meer een comic met een Nederlandse inslag. Die zit hem vooral in het soort gevoel van de verhalen, het soort humor. Amerikaanse comics hebben een heel ander gevoel, dat zijn ‘echte’ helden.’

Wie gaan de verhalen maken?
eelco_koper_pagina2‘Ik zal alle verhalen gaan schrijven en tekenen, maar het is altijd mogelijk dat ook iemand anders eraan gaat meewerken. In het tweede nummer starten we een wedstrijd om een tegenstander voor Powerbeast te ontwerpen. De bedoeling is om een speciale Free Comic Book Day nummer te maken. Op dit moment ben ik druk bezig met de tweede helft van het tweede nummer, zodat er straks genoeg nummers klaarliggen als straks het eerste nummer verschijnt.’

Hoe ga je de distributie en financiën regelen?
‘Via Strips in Voorraad en we zijn bezig om te kijken wie ons op andere plaatsen kan leveren dan alleen de stripspeciaalzaken. Er zijn ook plannen om met crowdfunding nog het een en ander op te zetten, maar in het begin moet de comic al kunnen draaien op de inkomsten uit de advertenties. Omdat de drukkosten gedekt worden door de adverteerders, kunnen we de comic voor 1,99 euro verkopen en winkels recht van retour bieden.’

Vanwaar eigenlijk een superheldencomic? Wat heb jij met dit genre?
‘Ik geef al bijna 20 jaar mijn eigen werk uit, voornamelijk omdat ik dan een enorme vrijheid heb qua wat ik wil doen. De afgelopen tijd was ik op zoek naar een leuke formule. Ik wil meer dan alleen verhalen vertellen over Powerbeast, dus toen bedacht ik om een compleet overkoepelende serie te gaan maken. Een serie met de titel Superhelden verkoopt makkelijker dan eentje met de titel Powerbeast.
Afgelopen week heb ik een aantal gesprekken gehad in verband met mijn bijdrag aan Strips2Go, (de nieuwe stripkrant voor en van striptekenaars en stripliefhebbers uit Nederland en België van comics, manga’s en strips, MM). en toen kwam het idee van de maandelijkse comic. Ik heb namelijk een voorliefde voor comics. Sinds mijn jeugd ben ik al een enorm fan van Spider-man. Eerst via Juniorpress en uiteindelijk via de Amerikaanse comics. Omdat ik niet achter bepaalde beslissingen wil staan qua de content en wijze van handelen bij Strips2go heb ik mijn comic teruggetrokken uit de krant, maar door de gesprekken is wel weer een andere nieuwe stap gemaakt. Als je iets wil, dan moet je daarvoor gaan. Dus vandaar de maandelijkse comic, want die moet er toch echt weer gaan komen in Nederland.’

eelco_koper_pagina

Categorieën
Media Strips

Goed nieuws is geen nieuws

Ik kan me geheel in deze Sigmund-strook vinden:

Sigmund door Peter de Wit.
Sigmund door Peter de Wit.

Het credo ‘Geen nieuws, is goed nieuws’ oftewel ‘Goed nieuws is geen nieuws’ gaat helaas nog steeds op voor het grootste deel van de berichtgeving in de media. De kranten staan vol met narigheid en negen van de tien keer zijn het berichten waar je eigenlijk niets mee kan. Je kan namelijk zelf de brandhaarden in de wereld niet blussen, maar ondertussen beïnvloedt dat slechte nieuws wel je humeur.
Dat heeft alles met de cirkel van betrokkenheid en invloed te maken. Het slechte nieuws, waar je dus niets tegen kunt doen, geeft je een gevoel van machteloosheid. Denk maar aan al die berichtgeving over de economische crisis. Je maakt je zorgen over je baan of bent bang dat je nooit meer werk zult vinden, en ondertussen kun je als individu niets aanrichten tegen de crisis.

Ik zeg niet dat je je hoofd in het zand moet steken, want bah, beestjes in je haar, maar een tijdje zonder negatief nieuws kan geen kwaad. Lees alleen nog de cultuurbijlagen in de krant, dat scheelt al een hoop. (Maar sla de stukken over de culturele instellingen die de nek worden omgedraaid door het bezuinigende kabinet wel over.) Bekijk het NOS journaal een tijdje niet en zoek nu.nl al helemaal niet op.

dailybugle_slechtnieuws

Een kwestie van filteren
Want echt machteloos ben je niet tegen het nieuws: je kunt zelf kiezen wat je wel en niet leest. Waar je geen boodschap aan hebt, kun je wegfilteren, negeren. Vaak horen we toch maar het halve verhaal in het journaal en huppelen van de ene hype naar de andere, dikwijls zonder closure. En hoe vaak zijn die hypes niet gebakken lucht omdat er toch zendtijd gevuld moet worden? Al die losse eindjes maken de binnenkant van je brein maar tot een grote warboel.

Filteren is handig en ook gemakkelijk toe te passen op bijvoorbeeld sociale media. Het werkt immers prima voor Twitter: je volgt alleen maar mensen en thema’s die je interessant vindt. De ruis hou je uit je Twitterstroom. Mocht je onverhoeds last krijgen van een eikel of iemand die zich op Twitter (of Facebook) eikelig gedraagt, dan heeft in discussie gaan vaak weinig zin, weet ik uit ervaring. Om van de lastpak af te zijn, blokkeer je z’n geneuzel net zo makkelijk en zie je die niet meer terug in je twitterstroom. Echt, het leven duurt te lang om naar het gezeur van eikels te moeten luisteren.

Journalistieke strips
Natuurlijk zijn we nieuwsgierig naar wat er in de wereld gebeurt en hoe bepaalde conflicten zijn ontstaan. Mocht je willen weten wat er in bepaalde brandhaarden echt aan de hand is, dan kun je, in plaats van actualiteiteprogramma’s te kijken, wellicht beter de journalistieke strips van Joe Sacco lezen. Die verbleef op plekken als de Gazastrook, Bosnië, Irak en won prijzen met de strips die hij daarover maakte: geen oorlogsstrips vol heldendaden waarin geweld en militaire macht centraal staan en verheerlijkt worden, maar strips vol persoonlijk verhalen van de burgers die zowel de levensbeslissende momenten beschrijven als het leven van alledag. Ook geeft hij vaak de nodige achtergrondinformatie waardoor je opeens begrijpt hoe bepaalde conflicten zijn ontstaan.Daar is bij de meeste nieuwsprogramma’s helemaal geen tijd voor, die berichten alleen het nieuws van de dag.

sacco_reportagesEind vorig jaar verscheen Reportages bij Oog & Blik/De Bezige Bij. Hierin neemt Sacco de lezer mee van de smokkelaarstunnels in de Gazastrook naar het oorlogstribunaal in Den Haag, van het Amerikaanse leger in Irak naar de gestrande Afrikaanse vuchtelingen op Malta. De reportages verschenen in verschillende kranten en tijdschriften, waaronder Time en The Guardian.

Een waarschuwing is wel op zijn plaats: hoewel Sacco prachtig werk maakt, kunnen zijn verhalen er behoorlijk in hakken. Mocht je dus net zo vrolijk door het leven willen gaan als de dame uit de Sigmund-strip, dan zou ik je adviseren Sacco’s strips net zo min te lezen als de onheilspellende koppen in de krant. Aan de andere kant is het nieuws in Sacco’s bundel wel oud nieuws en oud nieuws is in feite geschiedenis en daarom al een stuk minder schadelijk voor de geestelijke gezondheid.