Categorieën
Bloggen Strips

Stripblog: Neil Gaiman

Sometimes, these things are hard to write. And sometimes writing them saves my life. This is one of those times I’m glad I have my blog here, and it’s still so hard to write… schrijft Neil Gaiman op zijn blog aan het begin van het memoriam voor zijn hond.

Neil Gaiman. Bron: Neilgaiman.com
Neil Gaiman. Bron: Neilgaiman.com

Ik ben dol op het blog van Neil Gaiman, onderdeel van zijn site NeilGaiman.com. Niet alleen omdat deze auteur, die zowel boeken als strips als televisie schrijft, zich prachtig weet uit te drukken, maar vooral om hoe hij blogt. Gaiman heeft nog nooit van blogregels gehoord en publiceert posts die overal over kunnen gaan. In een tekst over een nieuw boek waar hij mee bezig is,  kan hij heel gemakkelijk schakelen naar overpeinzingen over een lezing of naar een gebeurtenis uit een show die hij in Australië heeft opgevoerd deze week. En dat allemaal in één post.

Gaiman is eigenlijk een dagboekschrijver, met dit verschil dat duizenden fans dit dagboek lezen. In wezen praat hij zijn fans even bij over waar hij mee bezig is en wat hij die dag heeft meegemaakt. Soms knalt hij wat (onscherpe) foto’s in zijn blogposts. En ook beantwoordt hij wel eens binnengekomen vragen.

Soms gebruikt hij zijn blog om het verhaal van anderen naar buiten te brengen en bekenbaar te maken.

Gaiman is een nonchalante blogger. Hij denkt niet na over SEO, google keywords en weet ik veel wat. Dat hoeft hij ook niet, want zijn naam geniet bekendheid genoeg. Hij hoeft niet via Google gevonden te worden. Mensen komen vanzelf naar hem toe. Daarom kunnen zijn blogposts alle kanten op gaan. En nog steeds werkt zijn ‘journal’ als prima promotie voor zijn werk.

Het is echt een DIY blog. Waarbij grote sterren vaak hun site laten bijhouden door iemand anders, schrijft Gaiman zijn eigen blogposts. Hij knalt er soms tekst in van andere bronnen en dikwijls gebruikt hij verschillende lettertypen in een blogpost. Slordig wellicht, maar ik ben er dol op: het blog van Gaiman bruist, het lééft.

Natuurlijk hoef je niet beroemd te zijn om te bloggen als Gaiman. Wederom een mooi voorbeeld om blogregels in de wind te slaan.

Check: NeilGaiman.com.

Categorieën
Minneboo leest Strips

Minneboo leest: Jeruzalem van Guy Delisle

Ik denk niet dat ik ooit een voet zal zetten in Jeruzalem of de Gazastrook. Ik geloof niet in heilige grond, dus als niet-gelovige hecht ik weinig waarde aan alle religieuze episodes die in dat gebied zouden hebben plaatsgevonden, maar bovenal hou ik niet van brandhaarden als vakantiebestemming. En hoewel ik allang niet meer snap hoe het allemaal zo ver is gekomen in die regio – jij wel? – snap ik wel dat de rapen daar al een tijdje heel erg gaar zijn. Dankzij de Canadese stripmaker/animator Guy Delisle (Québec, 1966) weet ik wel een beetje hoe het dagelijks leven er daar aan toe gaat.

jeruzalem2
Delisle verbleef een jaar in Jeruzalem met zijn gezin. Zijn vrouw werkt voor Artsen Zonder Grenzen. In Jeruzalem, een vuistdikke striproman, doet Delisle in dagboekvorm verslag van zijn verblijf. Hij maakte op deze manier al eerder prachtige strips over Birma en Shenzhen. We kijken door de ogen van de buitenstaander, want dat is Delisle net zo goed als de lezer, naar een stad die verdeeld is en bevolkt wordt door verschillende groepen mensen die elkaar het daglicht niet in de ogen gunnen. Is religie niet iets prachtigs?

Hebron
De Westelijke Jordaanoever is een gekkenhuis bestaande uit verschillende steden en wijken. Zoals de stad Hebron die Delisle bezoekt op verzoek van Artsen Zonder Grenzen om in een stripreportage te laten zien wat ze daar allemaal doen. Hebron ligt op de westoever, een grote stad van 130.000 inwoners. Te midden van de Palestijnen wonen zo’n vierhonderd joodse kolonisten die door een groot aantal soldaten worden beschermd. In bepaalde straten mogen alleen de kolonisten wonen. In de oude stad wonen aan de ene kant van de straat de Palestijnen en aan de andere kant de kolonisten. Boven de straat hangt een groot net omdat de kolonisten vroeger projectielen naar de Palestijnen beneden op straat gooien. Delisle toont ons het net dat met allerlei viezigheden vol ligt.

Delisle wandelt door de stad, verbaast zich net als ik over allerlei zaken. Soms ziet hij zo veel overeenkomsten in gewoonten dat je makkelijk kunt concluderen dat de volken die elkaar na het leven staan, eigenlijk niet zo veel van elkaar verschillen.

jeruzalem1

Gedurende het album zien we Guy op verschillende plekken schetsen maken. Helaas zijn geen van die tekeningen in het album opgenomen. Voor Jeruzalem won de stripmaker vorig jaar in Angoulême de prijs voor het beste album.
Zie hier een preview van zes pagina’s.

Guy Delisle. Jeruzalem.
Oog & Blik/De Bezige Bij. € 24,90
ISBN978-90-549-2343-5

Daarom Minneboo leest:
Maandelijks krijg ik van veel uitgeverijen stapels strips toegestuurd. Daar zit veel moois tussen, maar niet alles is geschikt voor de bladen en opdrachtgevers waar ik voor schrijf. Toch wil ik deze uitgaven onder de aandacht brengen. Daarom heb ik de rubriek Minneboo leest in het leven geroepen, om te laten zien hoe rijk en divers het medium strip kan zijn. De artikelen in deze rubriek zijn geen recensies (die teksten staan gepubliceerd in de bijhorende rubriek), maar kunnen thematisch zijn, een tekenstijl belichten of simpelweg een nieuwe uitgave kort aanstippen. Verwacht vooral veel recent verschenen strips, met zo nu en dan een album dat ik op dit moment lees en waar ik iets over kwijt wil.

Categorieën
Fotoblog

‘De regering is crimineel’

Categorieën
Film

De aantrekkingskracht van filmlocaties

VPRO Gids 03-2013

Erik Kriek tekende de cover van VPRO Gids #3 (2013) naar aanleiding van het programma Shot on Location. Hierin gaat dEUS-voorman Tom Barman op zoek naar de verhalen achter een eigentijdse filmklassieker op de locatie waar deze zich afspeelt en werd opgenomen.

Kriek heeft op ingenieuze wijze herkenbare elementen van de zes films die in het programma worden behandeld samengebracht: Gomorra, Trainspotting, Leaving Las Vegas, Das Leben der Anderen, Van God los en Bloody Sunday.

Shot on Location wordt zondags op Ned 2 uitgezonden tussen 18.50-19.20 uur. In aflevering 1 gaat Barman naar Napels waar de harde misdaadfilm Gomorra werd opgenomen. Check het op uitzendingvergist.nl.

Het blijft fascinerend: de locatie waar een film is opgenomen. Hele hordes toeristen reizen af naar de plek waar hun favoriete filmscène is opgenomen om zelf wellicht een stukje filmromantiek te ervaren.

Christopher Moloney houdt een blog bij dat volstaat met foto’s van filmlocaties. Maar het zijn geen gewone plaatjes, hij houdt een foto van de filmscene vast en schiet dat een plaatje van de locatie. Zo ziet dat eruit:

ugotmail
Locatie van You’ve Got Mail (1998). © Christopher Moloney. Bron: philmfotos.tumblr.com

New York
Zelf heb ik ooit gebedevaard naar New York om locaties uit Spider-Man-strips te bezoeken. Die reis krijgt zeker weten nog een vervolg.

Categorieën
Fotoblog

Abstract doch herkenbaar

Categorieën
Film Filmrecensie

Django!

Django

Ter voorbereiding op Django Unchained van Quentin Tarantino heb ik van de week Django uit 1966 gekeken, waar Tarantino groot fan van is. Deze spaghettiwestern is geregisseerd door Sergio Corbucci. Franco Nero speelt hierin de titelheld: een keiharde revolverheld die een jonge vrouw redt en verzeilt raakt in een vete tussen majoor Jackson en zijn legertje en een groep Mexicanen. Uiteraard blijkt Django ook nog een persoonlijk geschil met de majoor te hebben. Een heerlijke, keiharde spaghettiwestern vol met clichés en stereotypen: alle vrouwen in deze film zijn hoer (van beroep) en alle schurken zijn in en in slecht.

[Spoiler alert aan:]

De coolheidfactor is dan ook groot. Dat begint al in het openingsshot waarin we Django een houten lijkkist achter zich aan zien slepen. Lang is het de vraag wat er in die kist zit. Uiteindelijk blijkt dit een enorm machinegeweer te zijn waarmee de toch al snel en raak schietende revolverheld zo zijn voordeel mee doet in de vuurgevechten die volgen.

[Spoiler alert uit]

Over de doodskist tekende Barend de Voogd recent in een interview met Nero het volgende op:

Voor de openingsscène van Django moest ik een kist helemaal de heuvel op dragen. Dat ding was ontzettend zwaar. [Corbucci] zei: ‘Franco, je moet net zolang doorlopen tot ik roep: “Stop!” Dus dat doe ik. Vermoeiend! Ik kom bovenaan die heuvel, loop het beeld uit en blijf maar wachten tot iemand me terugroept. Niets. Ik wacht drie, vier minuten en besluit dan maar zelf terug te keren. Iedereen was al weg! Practical joke van Corbucci!’

Lees meer en andere sappige anecdotes in Schokkend Nieuws #99 waar het hele interview met Nero in staat. Nero heeft overigens een cameo in Tarantino’s film.

Opmerkelijk genoeg was er geen script toen men aan de opnames begon. Voor de kerstvakantie was er één draaidag. Tijdens de vakantie schreen Corbucci, diens broer en Nero aan een scelletto, een uitgebreide outline. Django moet het dan ook niet hebben van extreme diepgang, hoewel Corbucci wel politiek bedrijft. Er zit een duidelijke verwijzing naar de Ku Klux Klan in de film: sommige mannen van Jackson dragen rode puntmutsen gelijkend die haatdragende club en in één scène staat een houten kruis te branden. Ook hebben deze Klanners als hobby het vrijlaten van gevangen Mexicanen om ze vervolgens neer te schieten als deze op de vlucht zijn. Geen gezellige lui dus.

Django is recent weer op dvd uitgebracht. Op dit moment staat er ook een versie op YouTube, al is het nog maar de vraag hoe lang dat duurt:

Categorieën
Daily Webhead Strips Video

Daily Webhead Video: Heer Bommel in potlood

Uiteraard was ik als liefhebber van het werk van Marten Toonder benieuwd naar de tentoonstelling Een dubbel denkraam in het Letterkundig Museum, dus toog ik laatst met Chris Visser en Henk van het Nederend van Moker Ontwerp naar Den Haag. bommelinpotlood

Voor wie nog weinig over Marten Toonder weet is de expositie een goede introductie. Er is werk te zien van Toonder en de werknemers van de Toonder studio’s uit verschillende fasen van zijn leven. Er zitten zelfs kindertekeningen van hem bij, politieke prenten en wat originele scenario’s. Ook een mooie collectie omslagen van de Bommelpockets is er te zien. Veel daarvan zijn gemaakt door Toonders vrouw Phiny Dick. Er worden wat animaties vertoond en een documentaire.

Chris en ik hebben vorig jaar het Kresse Museum bezocht en hoopten net als toen bij Toonder veel schetswerk en originelen te zien. We houden allebei van origineel tekenwerk: de zoekende potloodlijnen op papier. Dichter bij een tekenaar kun je bijna niet komen. Het aantal ontwerpschetsen en originelen in de expositie is klein, dus dat viel een beetje tegen. Het merendeel van wat er te zien is heb ik in deze Daily Webhead samengebracht:

Afsluiting Toonderjaar
Zaterdag 27 januari wordt in het Letterkundig Museum het Toonderjaar – het was in 2012 honderd jaar geleden dat Toonder geboren werd – afgesloten met een manifestatie. Lees daar hier meer over.

De muziek in deze Daily Webhead is wederom van de onvolprezen Marco Raaphorst.

Categorieën
Film Filmrecensie

The Beaver

The-Beaver-2011

Walter Black (Mel Gibson) lijdt aan een zware depressie. Zijn vrouw (Jodie Foster) en twee zoons lijden hier zodanig onder, dat hij door zijn echtgenote uit huis wordt gezet. Na een mislukte zelfmoordpoging wordt Black wakker op de vloer van zijn hotelkamer en spreekt de handpop die hij tussen zijn weggegooide spullen vond, een bever, hem vermanend toe. Vanaf dat moment spreekt Walter door zijn handpop tegen de wereld en begint zijn therapie. De bever is zijn therapeut.

Een apart uitgangspunt biedt The Beaver zeker. De film flopte dan ook gigantisch, wat regisseur Jodie Foster vooral wijdt aan het genre van de film: dramady.
Dat Mel Gibson de hoofdrol speelt heeft de film daarnaast volgens mij ook geen goed gedaan: zijn reputatie heeft de laatste jaren flinke schade opgelopen. Mel wordt gezien als antisemiet en iemand waar toch een steekje aan los zit: een telefonische ruzie met zijn ex-vrouw waarin hij flink tegen haar tekeer gaat werd openbaar gemaakt. Al schijnt dat gesprek wel op een zeer creatieve wijze gemonteerd te zijn.

Het is ook moeilijk vast te stellen wat er waar is van dergelijke verhalen, maar het is soms lastig om de reputatie van de kunstenaar los te zien van de kunst die hij maakt. Een visie is al snel gekleurd door allerlei loze factoren die er eigenlijk helemaal niet toe doen.

Wie onbevangen naar Gibson kijkt ziet dat hij in The Beaver werkelijk overtuigend acteert. De premisse is gek, dus je moet er even inkomen. Ik wel in ieder geval. Maar nadat je bekomen bent van de schrik, ga je mee in het verhaal van Black en zijn handpop. Gibson geeft de bever een cockney accent en een berg persoonlijkheid mee.

Ik was vergeten dat Gibson zo’n goed acteur was. Toen ik jong was genoot ik erg van films als Lethal Weapon en toen ik laatst het eerste deel van die reeks bekeek, was ik blij verrast door het optreden van de Australische acteur. Even dacht ik niet meer aan het feit dat hij de christelijke snuff movie The Passion of the Christ heeft gemaakt. Ook vergat ik even dat zijn personages in bijna al zijn films wel een keer gemarteld worden. Even keek ik gewoon naar iemand die zijn vak prima verstaat. Is dat eigenlijk niet genoeg?

Ik ben een grote fan van John Lennon, maar een heilig boontje was de man nu ook weer niet. Ook Lennon gedroeg zich wel eens als een klootzak. Dat maakt zijn muziek niet minder mooi.

The Beaver is een interessante film, en hoewel beladen met clichés, de moeite van het kijken waard. De clichés zitten hem bijvoorbeeld in de tweede plotlijn over de oudste zoon (Anton Yelchin). Die is erg pienter en schrijft als ghostwriter de papers voor zijn schoolgenoten. Zo verdient hij aardig bij. Als de Valedictorian (Jennifer Lawrence) hem vraagt een afscheidspeech voor haar te schrijven, wordt hij verliefd op haar. Maar kan het buitenbeentje het populairste meisje van de klas, die natuurlijk een groot geheim met zich meetorst, voor zich winnen? Nou goed, die elementen deden me wat te veel aan American Beauty denken.

Categorieën
Bloggen

Zelfportret

Illustratie: Emma Ringelberg
Illustratie: Emma Ringelberg

Een goed blog heeft persoonlijkheid. Daar bedoel ik mee dat als de blogger vanuit zichzelf schrijft, zijn persoonlijkheid in het blog gereflecteerd wordt. En dat geldt niet alleen voor dagboekbloggers, maar net zo goed voor iemand als ik die vooral veel over strips en beeldcultuur schrijft.

Het mooie aan bloggen is dat je vanuit je eigen perspectief over zaken kunt schrijven die je fascineren. Je hoeft je daarbij aan niemand te verantwoorden of eerst je onderwerpen aan een redactie te overleggen. Je schrijft, fotografeert of videoot en publiceert het even gemakkelijk online.

Karin zei laatst tijdens een koffiedate met Marco dat ze persoonlijke stukken een beetje miste op mijn blog. Daar heeft ze gelijk in: ik blog minder over mijn leven en dagelijkse ervaringen dan ik wellicht vroeger deed. En ook al ben ik geen life-blogger zoals Sisterdew bijvoorbeeld, toch denk ik er wel eens over na of dit blog persoonlijk genoeg is.

In mijn onderwerpskeuze, invalshoek, oordeel en wat ik wel en niet over dat onderwerp vertel, laat ik al veel van mezelf zien. De Daily Webhead video’s maak ik vanuit mijn nieuwsgierigheid.

Zelfportret.
Zelfportret.

In mijn keuze van stripnieuws bijvoorbeeld: ik breng alleen het nieuws dat ik interessant vind of wat ik denk dat mijn lezers zal boeien. Datzelfde gaat tot zekere hoogte op voor de boeken die ik bespreek, al schrijf ik ook wel eens iets in opdracht wat me persoonlijk minder boeit. Maar zelfs in zo’n geval probeer ik iets in het onderwerp te vinden wat me aanspreekt.

Wie vanuit zichzelf blogt en eerlijk is, maakt in wezen een zelfportret in woord en beeld. Je blog is dus eigenlijk een zelfportret. En net als bij een getekend of gefotografeerd zelfportret, biedt je blog een herkenbaar, doch ietwat vertekend plaatje. Bepaalde details benadruk je, anderen laat je weg. De keuzes die je maakt zijn een statement op zich.

Bloggen is personal business.

Categorieën
Mike's notities

Voor de crematie

breinkoekje
Voordat
mijn lijf en geest
in rook opgaan,
zul je weten
van mijn bestaan

Categorieën
Strips

Flo, the movie

dansen_op_vulkaan_cover

Floor de Goede maakte een semi-autobiografische striproman over het missen van je geliefde. Soms laat de stripmaker cruciale details buiten beeld, waardoor zaken voor interpretatie vatbaar blijven.

Floor de Goede (Amsterdam, 1980) heeft een zeer aansprekende, levendige tekenstijl: hij tekent cartooneske koppen, maar zijn personages gaan dieper dan een Kuifje of Donald Duck. Floors personages bestaan echt. In 2004 begon De Goede met zijn semi-autobiografische strip Flo op DoYouKnowFlo.nl: iedere dag een humoristisch strookje waarin zijn leven met vriend Bas centraal staat. De striproman Dansen op de vulkaan (de titel heeft niets met het liedje van de Dijk te maken) is het vervolg daarop. ‘Ik hoop natuurlijk dat mensen die de daily niet kennen ook dit boek gaan lezen, daarom wilde ik het verhaal zo toegankelijk mogelijk maken. Voor de mensen die mijn dagboekstrip volgen zie ik deze graphic novel als de grote film van de serie. Flo the Movie dus. Die vaste lezers weten al wat er in de strip is gebeurd en krijgen nu het grote verhaal van wat zich tussendoor heeft afgespeeld. Ik behandel namelijk drie heftige fasen in mijn relatie met Bas. Het boek gaat over gemis in een relatie en de verschillende stadia daarvan,’ vertelt de stripmaker in zijn huiskamer annex werkkamer in Amsterdam.

Floor de Goede. Foto © Gwen Mustamu.
Floor de Goede. Foto © Gwen Mustamu.

Relatieperikelen
In het eerste hoofdstuk reist Floor met journalist Sander naar de Eolische eilanden om een fotoreportage te maken en mist hij zijn vriend enorm, terwijl hij in het tweede hoofdstuk vertelt over hoe hij een paar jaar later verliefd raakt op een ander. In het derde stuk is hun relatie weer zo stabiel dat Flo de verleidingen van de New Yorkse gayscene kan weerstaan. Of toch niet? Soms laat de stripmaker cruciale details plagerig buiten beeld, waardoor zaken voor interpretatie vatbaar blijven.

Je speelt volgens mij graag met wat waargebeurd is en wat niet.
‘Dat klopt. Ik vertel dingen in het verhaal die niet iedereen al weet, dus laat ik het graag in het midden. Vooral de periode in het tweede hoofdstuk was een heel bedrukte periode, Bas en ik spraken toen niet veel uit. Voor mij was het fijn om dat er nu allemaal eens uit te gooien.’

Hoe was het voor Bas om terug te lezen?
‘Bij dit boek heb ik hem gevraagd of hij het echt oké vond om dit te doen. Voor hem was het tweede hoofdstuk heftig om te lezen, maar hij vond ook wel dat ik dit moest maken. Overigens heb ik veel dingen niet verteld, weggelaten en veranderd. En nee, ik ga niet zeggen wat er precies heeft plaatsgevonden.’

Je beeldt jezelf schattig af, maar je stripfiguurtje is wel een ongelooflijk chagrijnig mannetje. Ben je in het echt ook zo?
‘Ja. Ik ben heel erg negatief ingesteld, al wil ik dat helemaal niet zijn. Misschien is het een soort verdedigingsmechanisme van me. Ik bekijk de dingen altijd eerst van de zwarte kant en dan valt het uiteindelijk allemaal wel weer mee. Dat is beter dan me ergens op te verheugen en dat het dan tegen blijkt te vallen. Grappig: eerst was ik bang dat ik mijn reisgenoot Sander te naar zou afbeelden. Eigenlijk is mijn personage net zo erg, zo niet erger dan hij. In het begin denk je dat die Sander een verschrikkelijke figuur is, maar je gaat hem juist steeds beter snappen en sympathieker vinden dan Flo. Wat dat betreft heb ik dankzij dit boek veel over mezelf geleerd.’

Hoe zit dat met Bas? Je komt in dit boek niet zo heel veel over je vriend te weten.
‘Ik kan de stripwereld en mijn echte wereld eigenlijk niet meer van elkaar scheiden. Ik zeg altijd dat de stripflo een personage is, maar eigenlijk kan ik die niet meer los van mezelf zien. Ik kan in mijn ogen dus niet voor Bas spreken, of iets vanuit zijn oogpunt laten zien. Al probeer ik dat wel in de epiloog, waarin ik toon hoe Bas al die gebeurtenissen in het boek heeft ervaren. Dan maak ik meer een personage van hem.’

Werkt het genre van autobiografie niet te beperkend voor je op die manier?
‘Nee, vind ik niet. Ik maakte ook de strip Zusje van… voor Tina. In die strip zitten alleen verzonnen personages. Op een gegeven moment leer ik ze kennen. Die kennis werpt al grenzen op met wat ik met die personages wel en niet kan doen. En dat geldt net zo goed voor Flo, Bas en andere figuren.’

DansenOpDeVulkaan_p133

We kennen genoeg voorbeelden van relnichten uit de media. Jij laat in je strips homoseksuele relaties juist als iets vanzelfsprekends zien. Vind je dat je daarin een voorbeeldfunctie hebt?
‘Ik heb vaak gehoord dat men het emanciperend vind. Daarvoor doe ik het niet, maar ik vind het wel fijn dat men dat zo ziet. Mijn strips staan bijvoorbeeld ook in Stripped: The story of gay comics, een bloemlezing van strips over en voor homo’s. Toen ik die doorbladerde zag ik er alleen maar pornostrips in staan. Mannen met grote pikken, dat soort dingen. Daar schrok ik toen wel van. In eerste instantie dacht ik dat mijn werk daar helemaal niet in thuis hoorde. Maar toen bedacht ik me dat het juist wel goed was dat mijn strips daartussen staan, want ze vormen een sterk contrast met die andere strips en laten dus zien dat het zo ook kan.’

Dansen op de vulkaan (Oog & Blik/ De Bezige Bij) ligt reeds in de winkel.

Dit artikel is gepubliceerd in VPRO Gids #3 (2013).

Categorieën
Fotoblog

Sneeuwsilhouetten