Categorieën
Fotoblog

Tussen de buien door, door de buien heen

Het lijkt vandaag weer zo’n dag te worden waarin de regen nooit echt ophoudt met vallen.

Categorieën
Fotoblog

Frisse neus

Van de week heb ik flink in de lappenmand gelegen door de griep. Toch ben ik er af en toe even uit gegaan om een frisse neus te halen. Een beetje zonlicht opslaan kan dan geen kwaad. Dik ingepakt liep ik door het Vondelpark, waar een stevige, doch lauwe wind waaide.

Categorieën
Striprecensie Strips

Striprecensie: Natte maan

Je moet als stripmaker wel van erg goede huize komen als je je eigen strip bestempelt als ‘een soort van tienerdrama meets Twin Peaks‘, maar Ross Campbell beschrijft zo zijn serie Wet Moon op zijn site. Dat Wet Moon een tienerdrama is kan ik na het lezen van de eerste twee delen inkomen. Ook spelen mysterieuze gebeurtenissen tot op zekere hoogte een rol in de strip. Doch aan Twin Peaks, de cult televisieserie uit de koker van David Lynch, waarin weirdness en humor samenkomen in een mysterieus verhaal, waarin je meeleeft met de onalledaagse perikelen van een kleurrijke cast van personages en waarin een unheimisch klinkende soundtrack een sfeerbepalende rol vervult, kunnen de strips van Campbell niet tippen.

Een David Lynch van de strip, de man die het alledaagse zo weet te belichten dat je er koude rillingen van op je rug krijgt, is Campbell evenmin. Heel jammer dus dat hij bij het duiden van zijn verhaal naar Twin Peaks refereert, want wie met dat idee in zijn achterhoofd de eerste hoofdstukken leest, komt van een koude kermis thuis. En dat terwijl Wet Moon, of Natte maan zoals de strip bij Uitgeverij Xtra is verschenen, een onderhoudend beeldverhaal is. Recent verscheen Onzichtbare voeten, het tweede deel in de reeks.

‘Schijt aan Cleo’
Natte maan is de naam van een fictief studentenstadje in Zuid-Californië, waar Cleo Lovedrop woont in een groezelig studentenhuis. Ze is een ietwat neurotische eerstejaars literatuurstudent die samen met haar vriendinnen een liefde deelt voor gothic/emocultuur en cultfilms en -boeken.
Nu is er van enig mysterie wel sprake: geregeld vindt ze briefjes met daarop ‘Schijt aan Cleo’ geschreven; het meisje dat eerst in haar kamer woonde is op een dag plotseling verdwenen, de grote vlek op de vloer het enige bewijs dat ze er ooit gewoond heeft. Ook heeft de mysterieuze fetisjkoningin Fern een bijzondere en nog niet verder verklaarde interesse in Cleo.
Deze zaken sudderen vooral op de achtergrond terwijl Campbell zich concentreert op het dagelijks leven van deze jongvolwassenen. De hoofdmoot wordt bepaald door onderlinge relaties en afspraakjes, het uitvinden van seksuele identiteit en het volgen van colleges. In de alternatieve levensstijl van deze kids is homoseksualiteit net zo normaal als een koffieverkeerd bestellen. Campbell flirt met de gothic scene in zijn strip: ieder hoofdstuk begint met liedteksten van bands als Bella Morte, Azure Ray en The Birthday Massacre.

Vakwerk
Ross Campbell schrijft levensechte dialogen en wisselt scènes boordevol gesprekken af met tekstloze sequenties. De lieflijke scène waarin de stoere Trilby haar nieuwbakken vriendje voorzichtig probeert duidelijk te maken dat hij tijdens het vrijen ook zijn handen mag gebruiken, toont niet alleen aan dat deze stripmaker zijn personages en de wereld van de jongvolwassenen goed kent, maar ook dat hij weet hoe hij op naturalistische wijze een verhaal moet vertellen. Hij laat de lezer letterlijk dicht tot op de huid van de personages komen en brengt het geheel zonder sensatiezucht in beeld.




Campbell hanteert een strakke lijnvoering. Hij maakt aantrekkelijke tekeningen die uitnodigen tot lezen. Veel actie kent de serie niet, wel een aangenaam kabbelend tempo. Opvallend genoeg bedient Campbell zich niet van gedachteballons. Om ons toegang tot de gedachtewereld van Cleo te verschaffen laat hij ons soms in haar dagboek lezen. Zoals het een goed soapschrijver betaamt, eindigt hij ieder deel met een flinke cliffhanger.

In 2006 verscheen het eerste deel Vage omzwervingen bij Uitgeverij Xtra. Waarom het vijf jaar geduurd heeft voordat het tweede deel van de pers rolde is me niet bekend. Het is te hopen dat ze met het derde deel niet zo lang zullen wachten, want ik ben nieuwsgierig naar de verdere ontwikkelingen in het leven van Cleo en de rest van de cast.

Ross Campbell – Natte maan 2: Onzichtbare voeten
Uitgeverij Xtra
ISBN 9789077766514

Categorieën
Fotoblog

Crash

Ik liep net langs de Overtoom om wat griepmedicijnen te halen bij de drogist en zag bovenstaand tafereel. Kennelijk is die zwarte auto tegen Simon Loos geknald. (Dat is vast niet ‘geluidloos’ gegaan.) Ik hoop dat er niemand gewond is geraakt. Vooralsnog staat het verkeer muurvast.

Categorieën
Media

Liefde in het tijdperk van Facebook

Je kunt op je profiel op Facebook van alles invullen en dus ook of je een relatie hebt of niet.

Nu woon ik alweer twee jaar samen, maar pas sinds een paar maanden heeft mijn vriendin ook een Facebook-account. Van de week hebben we onze relatie dan ook eindelijk wereldkundig gemaakt.

Het staat er nu echt, we kunnen niet meer terug, want alles wat je op Facbook zet is natuurlijk 100% de waarheid.

Het was dus eigenlijk oud nieuws, ook voor onze vrienden. Het grappige is dat een stel vrienden van me dit heugelijke feit meteen ‘geliked’ hebben. Sterker nog: twee vriendinnen van me wilden meteen vriendjes met Linda worden op Facebook. Onze vriendenkringen zijn in het echt nagenoeg gescheiden, maar het ziet er naar uit dat er in het virtuele web van vriendschappen wel wat draadjes elkaar zullen gaan raken.

Om in de geest van Chriet Titulaer te spreken: ‘Het is een wondere wereld!’

Categorieën
Fotoblog

Grijze massa

Donkere wolken boven het Museumplein. Een beeld dat de afgelopen zomermaanden goed typeert, vind ik.

Categorieën
Fotoblog

Boekenlegger

‘Hey, ik heb deze Spider-Man boekenlegger speciaal voor jou gemaakt. Hij kost maar 5 euro!’ zei Rob van Barneveld tegen mij op Stripfestival Breda. Mr. Rood Gras verkocht op de beurs zelfgemaakte boekenleggers en natuurlijk zijn strips.

Categorieën
Strips

Valt het doek voor Pulpman?

Van de week kondigde stripmaker Fred de Heij op zijn blog aan dat hij serieus overweegt om met het blad Pulpman te stoppen. De verkoopcijfers vallen erg tegen.

Ik was het hele weekend op het stripfestival in Breda omdat we een speciale Pulpman-stand hadden. De stand zag er mooi uit met posters en originele omslagen, de sfeer op de beurs was prima, en Phinny en Haas werden goed verkocht. Maar bijna geen Pulpmannen, misschien 5 of 6. Zondagavond was ik weer thuis en de twijfel sloeg toe: waarom zouden we al die Pulpman moeite doen als het blijkbaar niemand interesseert?

Hoogste tijd om even met Fred te bellen om te horen of het doek voor Pulpman daadwerkelijk gaat vallen.

‘Ik ga er in ieder geval nog wel een tijdje mee door,’ vertelt De Heij. ‘Er staan een paar vervolgverhalen in die gewoon afgemaakt moeten worden. Dat gaat sowieso gebeuren. En dan zien we wel hoe het gaat.’ Toch zit het de stripmaker dwars dat er weinig belangstelling voor Pulpman is.

Achterkant en voorkant van Pulpman 11.

‘Ik moet er met Ger en Esther van Uitgeverij Xtra binnenkort eens over praten, maar zoals het nu gaat is het niet de moeite waard. Er zit heel veel werk in Pulpman en als men het niet de moeite waard vindt om daar negen euro voor te betalen, zijn we kennelijk niet goed bezig. Dan kan ik beter iets anders verzinnen, iets wat wel opgepikt wordt.’

Toen Pulpman net uitkwam, is er redelijk wat aandacht aan besteed. De pers heeft er over geschreven en een week lang was de etalage van Atheneum Boekhandel in Amsterdam ingericht met het werk van De Heij. Desondanks is het geen bestseller, aldus Esther Gasseling van uitgeverij Xtra. Ook in Vlaanderen niet. Wellicht heeft dat te maken met de expliciete seks die er in voorkomt, dat ligt toch nog steeds gevoelig bij veel verkopers. Wel is Xtra aan het kijken of er met een Engelstalige versie ook een plekje voor het blad in het buitenland is.

Buitenland
Het afgelopen week uitgekomen album Phinny zou een aardige introductie zijn van Freds werk en is daarom ook in het Engels vertaald. Maar wellicht zou Pulpmania, het album waarin enkele Pulpman-strips gebundeld zijn, daar ook een goede kandidaat voor zijn.

Mocht Pulpman toch verdwijnen, dan betekent dit natuurlijk niet dat de liefhebbers van Freds werk zijn strips nooit meer kunnen lezen: ‘Ik heb altijd strips gemaakt en ze komen altijd wel ergens terecht. Daar maak ik me geen zorgen over. Er zullen altijd nieuwe initiatieven genomen worden en er blijft altijd interesse in het soort strips dat ik maak.’ Er komt ook weer een nieuw verhaal van Haas in Eppo te staan.

Persoonlijk zou ik het heel jammer vinden als Pulpman zou verdwijnen. Het blad biedt een uniek geluid in de kleine markt van striptijdschriften die Nederland kent. Vanaf de eerste bladzijde ben ik al fan van dit stripblad dat door een heel klein team gemaakt wordt, maar vooral door De Heij wordt gedragen. Fred tekent het merendeel van de strips en schrijft daarnaast korte artikelen over strips die hij interessant vindt. Zelf heb ik ook wel eens artikelen voor Pulpman geschreven. Ook heb ik voor Fred een stripscenario gepend.

Underground
Voor mij is Pulpman echt een undergroundstrip en daar zijn er bijna geen van in Nederland. Fred doet hierin zijn eigen ding en laat zich leiden door zijn eigen interesses en onderwerpen waar hij graag strips over maakt, net zoals de Amerikaanse undergroundtekenaars dat in de jaren zestig en zeventig deden. Wars van opgelegde regels gebruikten die tekenaars de strip om hun eigen geluid te laten horen, om hun persoonlijke verhalen te vertellen en kritiek te uiten op de maatschappij. Dat laatste doet De Heij met de satirische dierenstrip ’t Landje die in Pulpman staat.

En Fred is, laten we dat vooral niet vergeten, een fantastische tekenaar. Één van de weinige stripmakers die een realistische tekenstijl hanteert.

Pulpman is een blad dat gemaakt wordt omdat de makers vinden dat het iets toevoegt aan het aanbod. Het enthousiasme van het Pulpman-team is van de bladzijden af te lezen. Dat mag eigenlijk niet verloren gaan, dus als je ook fan bent van dit stripblad laat dat dan merken. Blog over Pulpman, geef potentiële geïnteresseerden in je vriendengroep een exemplaar cadeau en neem een abonnement.

Wordt hopelijk vervolgd…

Categorieën
Strips

Spider-Man: Alledaagse problemen van een webhoofd

Spider-Man is al jaren het boegbeeld van Marvel Comics en de meest geliefde superheld uit hun stal. De aantrekkingskracht van deze held schuilt niet alleen in zijn spinnenkracht. Juist zijn kwetsbaarheid maakt hem menselijk en daarmee populair.

Ik lees Spider-Man-strips sinds ik een jaar of zeven, acht was. Hoewel ik tegenwoordig nog zelden een Lucky Luke oppak of andere striphelden waar ik als klein joch aan verknocht was, hebben de verhalen over het Amerikaanse webhoofd me nooit meer losgelaten.
John Romita Jr. heeft ooit gezegd dat Peter Parker als een familielid voor hem was. Zijn vader tekende de Spider-Man-strips in de jaren zestig en zeventig en de jonge John keek op de tekentafel mee. Ook woonden Peter en hij in dezelfde wijk, Queens, dus leek het net alsof Peter een soort buurjongen was.
Dat was voor mij niet het geval, opgroeiend in een klein stadje in Nederland. Toch heb ik altijd een soort verwantschap gevoeld met Peter Parker. Volgend jaar is het 50 jaar geleden dat Steve Ditko Spidey voor het eerst op papier zette. Waarom is hij in al die jaren zo populair gebleven?

Alledaagse superheld
Spiderman zag in 1962 het licht in de comic Amazing Fantasy #15 en is het geesteskind van schrijver Stan Lee en tekenaar Steve Ditko. Het jaar ervoor ontketenden Lee en tekenaar Jack Kirby een revolutie in de superheldenbranche met hun creaties The Fantastic Four en de Hulk. Lee vroeg zich af wat er zou gebeuren als superhelden in de echte wereld zouden bestaan, als echte mensen met alledaagse problemen.

Met dit idee in het achterhoofd introduceerden Lee en co. een nieuw soort superheld: personages die zowel de strijd aan moeten gaan met superschurken als met hun innerlijke demonen; helden die geplaagd worden door dezelfde sores als Jan en alleman en wier superkracht niet per se een zegen hoeft te zijn.
Duidelijke voorbeelden hiervan zijn de Hulk of The Thing van The Fantastic Four: Ben Grimm veranderde in het grote oranje monster The Thing na een dosis kosmische straling. Probleem: probeer als grote stenen kolos maar eens kleding in je eigen maat te vinden. Ben wordt dan ook vaak gekweld door depressieve buien, die weer leiden tot explosieve woede-uitbarstingen.

Vier fantastische sterren
Ook interessant aan de creaties van Lee en kornuiten is het feit dat sommige superhelden echte sterren werden. The Fantastic Four staan in de eerste verhalen net zo vaak op de voorpagina van de krant nadat ze een ramp hebben voorkomen als op de society pagina vanwege hun persoonlijkheden. Let wel: de vier superhelden dragen geen maskers en iedereen weet wie ze zijn.
De insteek van Lee gaf de helden een realistischer tintje dan hun voorgangers. De superhelden van Marvel lijken in een bepaald opzicht dus op hun lezers, wat voor een deel hun populariteit verklaart. Spiderman is hier het schoolvoorbeeld van.

Puber
Peter Parker is een aantrekkelijk personage omdat hij heel herkenbaar is als tiener met alle onzekerheden die op die leeftijd spelen. Hij is een sociale outcast, een boekenwurm die ernaar verlangt geaccepteerd te worden. Interessant is dat zijn alter ego Spiderman wat dat laatste betreft met dezelfde problemen worstelt als Peter zelf – ook Spiderman is een buitenstaander die wordt gewantrouwd door het grote publiek.
Veel van de eerste verhalen spelen zich af op de middelbare school: Peters ontwikkeling van tiener naar jongvolwassene loopt parallel met die van de jonge Spiderman, die langzaam leert wat het betekent om een held te zijn. Peter lijkt een normale puber, maar diep van binnen schuilt er een heroïsch personage in hem. En hebben we niet allemaal het idee dat we in dwingende omstandigheden altijd het juiste zullen doen en boven onszelf uit zullen stijgen?

Dood door schuld
Daarbij komt Peters motivatie om goed te doen voort uit schuldgevoel. Deze held is geboren uit een dramatische gebeurtenis. Toen Peter net zijn krachten had, na een beet door een radioactief spinnetje, dacht hij er veel geld mee te kunnen verdienen. Na afloop van een televisieoptreden liet hij een dief ontsnappen die hij gemakkelijk tegen had kunnen houden, maar Peter vond dit niet zijn taak. Niet veel later brak de dief in het huis van de Parkers in en vermoordde Peters oom Ben, de man die hem opvoedde en zijn normen en waarden bijbracht. Had Peter de dief tegengehouden, dan was dit nooit gebeurd. Daarmee leert Peter de belangrijkste les van zijn leven: dat grote krachten met grote verantwoordelijkheid gepaard gaan.

In zekere zin kun je stellen dat ook Batmans Bruce Wayne handelt uit schuldgevoel: zijn ouders werden voor zijn ogen vermoord door een overvaller, maar hij was zelf te jong en te zwak om daar iets tegen te ondernemen. Zijn motief om als Batman op te treden is in eerste instantie wraak op de misdaad. Maar als de jonge Bruce Wayne op de divan van een goede psychiater terecht was gekomen, had het onderliggende schuldgevoel behandeld kunnen worden en had Bruce wellicht nooit de noodzaak gevoeld om zich iedere avond als een halloweenfiguur te kleden.

De grote onthulling in Amazing Fantasy #15.

Soap
Het leven van een superheld is vaak geen pretje, een gegeven dat keer op keer ook in het leven van Peter Parker wordt onderstreept. In de vroege verhalen hebben Peter en zijn tante May dikwijls geldproblemen, heeft May te kampen met een slechte gezondheid, wordt Peter constant geplaagd op school door Flash Thompson en probeert hij naast zijn activiteiten als Spiderman een relatie te onderhouden met Betty Brant.
Peter is als de dood dat zijn naasten gevaar lopen. Als vijanden achter zijn identiteit komen, zijn familie en vrienden hun leven niet meer zeker. Zo kwam Peters grote liefde Gwen Stacy om het leven tijdens een gevecht tussen Spidey en de Green Goblin, die op de hoogte was van Peters geheime identiteit. Ook werd Spideys latere echtgenote Mary Jane wel eens slachtoffer van een ontvoering.

De auteurs maken Peters persoonlijke relaties nog eens extra gecompliceerd door hem vriendinnen te geven die vaak een hekel hebben aan Spiderman, zodat Peter nooit kan vertellen wie hij werkelijk is.

De relatieperikelen tussen Peter en zijn leeftijdsgenoten verzanden soms in een soap, maar Lee mixt ze gelukkig goed met de actiescènes in het verhaal. Eerlijkheidshalve moet ik trouwens toegeven dat het vooral deze soapelementen zijn die je nieuwsgierig maken naar het vervolg.

 

Alter ego
De dubbele identiteit is een vast gegeven in het superheldengenre. Het geeft vaak problemen en vraagt offers in het privé-leven van de held. Bij Peter Parker maakt zijn alter ego Spiderman het hem moeilijk om een normaal leven te leiden. Zo moet hij, juist als hij met zijn vriendin uit wil gaan, plotseling in actie komen als Spiderman.

Anderzijds verstoort zijn privé-leven ook Spidermans activiteiten: in The Amazing Spider-Man (Vol.1) #17 (1964) moet Spidey een gevecht met de Green Goblin staken, omdat zijn tante May acuut is opgenomen in het ziekenhuis. De toeschouwers hebben geen idee waarom de held plotseling het strijdtoneel verlaat en vinden Spiderman een lafaard.

Peter hield zijn geheim jarenlang verborgen voor zijn tante, uit angst dat ze een hartaanval zou krijgen als ze wist dat haar geliefde neefje zich keer op keer in levensgevaarlijke situaties bevindt. In een van de beste verhalen speelt het moment dat May achter Peters grote geheim komt. In Amazing Spider-Man (Vol. 2) #38, geschreven door J. Michael Straczynski en getekend door John Romita Jr., praten ze het eindelijk uit in een prachtige dialoog. Waaruit nogmaals blijkt dat de beste Spider-Man-verhalen altijd draaien om de man achter het masker en niet om de misdaadbestrijder die tijdens een gevecht net zo makkelijk met grappen smijt als klappen uitdeelt.

Het is dus vooral vanwege Peter Parker dat ik het grootste deel van mijn leven al Spider-Man lees. De charme zit ‘m in zijn menselijkheid. Zijn leven kent – net als dat van ons – liefde, verdriet en een hoop pech, maar desondanks houdt hij vol en belichaamt hij de wens om boven het alledaagse uit te stijgen.

Dit artikel is gepubliceerd in Pulpman #11.

Categorieën
Fotoblog

Wasco

Wasco tekende afgelopen weekend in het Graphic Design Museum in Breda. Daar was ook een expositie te zien van ‘een van de best bewaarde geheimen in de Nederlandse stripwereld’ zoals hij in de folder van Stripfestival Breda staat aangeduid. Ter gelegenheid van de tentoonstelling heeft Griffioen Grafiek drie verschillende mapjes uitgebracht met daarin telkens een Pinguinlucifers boekje en tien ansichten.
Ik vond het erg grappig om tussen al Wasco’s tekeningen en grafische kunststukjes een nagetekende Hip-comic van hem te zien liggen.

Kennis maken met Wasco? Bekijk ook deze video.

Categorieën
Fotoblog Strips

Viva Pontiac!

Peter Pontiac kreeg afgelopen vrijdag de Marten Toonderprijs uitgereikt voor zijn gehele oeuvre. En terecht, want het is een fantastische tekenaar en een bijzonder stripmaker. Iemand die een stevige eigen stempel heeft gedrukt op de Nederlandse stripwereld. Maar goed, dat weet je allemaal al, want je hebt natuurlijk dit interview met Pontiac al gelezen. 🙂
Bovenstaande foto is het plafond van de Grote Kerk te Breda, genomen tijdens de toespraak van de Burgemeester. Natuurlijk is het goed dat de burgervader ook wat komt vertellen en de man bleek zowaar een fan van Pontiac. Toch moeten mensen ambtenaren maar eens vertellen dat een speech ook kort mag zijn.

Jan Kruis, de winnaar van de Marten Toonderprijs vorig jaar, overhandigde zijn collega een prachtig kunstwerk waar verschillende stripmakers aan hebben meegewerkt.

Daarna togen wij opgetogen naar het Graphic Design Museum om de expositie ‘Comix, Hot Pix & Tragix’ te bekijken: het prachtige tekenwerk van Pontiac in originele versies te bekijken.

 

 

 

Categorieën
Fotoblog

Pontiac signeert

Tijdens de boekpresentatie van Joost Pollmann kreeg Peter Pontiac ook de nodige aandacht. Hij kreeg de dag erna immers de Marten Toonderprijs uitgereikt. Maar daarover morgen meer. Peter signeerde een exemplaar van ‘Kraut’ voor dezelfde dame die ik eerder fotografeerde naast stripmaker Erik Wielaert. Zaterdag kwam ik haar weer tegen op de Stripbeurs Breda. It’s a small world…

Meer weten over Peter Pontiac? Ik interviewde hem recent voor de VPRO Gids