Zaterdag 6 november vond voor de tweede keer in Utrecht de Kunststripbeurs plaats. Stripintendant Gert Jan Pos en stripmaker Albo Helm zijn de drijvende krachten achter deze alternatieve stripbeurs die bedoeld is om een algemeen publiek kennis te laten maken met wat stripmakers allemaal produceren.
In tegenstelling tot de gemiddelde stripbeurs bestond het publiek zaterdag in de Janskerk ook uit dagje mensen, gezinnen en nieuwsgierige lui die normaliter wellicht niet zo snel een strip openslaan. Misschien kwam het door de locatie, maar er heerste ook een andere sfeer dan bijvoorbeeld op de Stripdagen.
De stripmakers hadden posters, schilderijen, kaarten en natuurlijk boeken te koop. Ik vond het leuk om te zien dat sommige stripmakers speciaal voor de beurs een small-pressboekje hadden gemaakt. Saillant detail: de boekjes van Matt Baay en Aimée de Jongh hadden allebei Oh my God als titel. Beide stripmakers nemen het christelijke geloof op de hak. De Jongh middels 24 cartoons waarin ze sprookjesfiguur Jezus centraal stelt, Baay laat zijn vaste figuur Bunbun in aanmerking komen met diverse uitwassen van het geloof.
Overigens vond er eerder dit jaar ook een KunstStripbeurs in Groningen plaats. Vorig jaar was de eerste editie in Utrecht, ook tijdens het HAFF.
Zaterdag 30 oktober werd in de Mediaroom in de Melkweg de aparte expositie Hell Awaits geopend.
Hell Awaits is een groepsexpositie rondom de thematiek en esthetiek van metal, samengesteld door kunstenaar-curator Arno Coenen. De naam van de expositie verwijst naar de gelijknamige plaat van Slayer en vormt een ongeremd eerbetoon aan het zwartgallige wereldbeeld dat sinds jaar en dag de toon zet bij metalbands.
Uiteraard was ik aanwezig bij de opening en schoot met mijn cybershotje onderstaande video. (Mensen met epilepsie opgelet: er zitten shots in met een stroboscooplichtshow.)
De expositie werd geopend met een performance waarin twee helse figuren bier drinken en daarna volledig uit hun dak gaan. Het bier werd door Coenen zelf gebrouwen. Een stevig glas dat zo’n 12% alcohol bevat. Over smaak valt niet te twisten, maar volgens mijn smaakpappillen lijkt dit bier een beetje op de zweetsokken smaak van Guinness. Een hels drankje dus.
Overigens, de man die op het laatst wat van het bier tapt en weer tussen het publiek gaat staan, is Coenen zelf.
A self-portrait by artist Joep Buijs hanging in the window of his gallery. I find the picture quite striking, especially since the window reflects the city also. Sometimes the city will make you scream. On a bad day it’s busy, polluted, crowded with assholes and filled with psychopathic taxi drivers. This is of course also the case on good days, but one seems to notice the bad things less in those blissful moments.
Leidsegracht, 14:00
While taking a stroll in downtown Amsterdam, I came across this pair of shoes. Did the owner suddenly abandon them or is this a rare case of spontaneous combusting?
Jezelf als zombie laten portretteren, of als vampier of weerwolf. Het was allemaal mogelijk afgelopen zondag in de Fame in Amsterdam. Daar zaten tekenhelden Maarten Janssens en Menno Kooistra een paar uurtjes tussen de dvd’s een ieder die dat wenste op papier van een metamorfose te voorzien.
Ik was erbij met mijn cybershotje en maakte de volgende video:
Dinsdag 2 november had NOS Headlines een item over het boek Mooi is dat! dat morgen op de Kunststripbeurs in Utrecht wordt gepresenteerd. Ik sprak Gert Jan Pos, intendant strips bij het Fonds BKVB eerder al over dit boek waarin 57 Nederlandse en Vlaamse literaire titels zijn verstript, ieder in één pagina.
Ik ben benieuwd of alle media-aandacht voor Mooi is dat! ook daadwerkelijk tot een goede verkoop gaan leiden. Dat moeten we nog even afwachten. In ieder geval liggen er 6.000 exemplaren klaar.
De Feestwinkel van Pascal Rabaté is klein mensenleed op een prachtige wijze verteld.
Sinds Patrick verlaten is door zijn vrouw is hij depressief. Als eigenaar van een feestwinkel biedt hij zijn vrolijk gestemde klanten gratis cynische opmerkingen. Zijn avonden vult hij met eenzaamheid, slechte wijn en blikvoer. Wanneer Patrick kennismaakt met Clarisse, een mooie acrobate uit het circus, krijgt zijn leven een positieve wending. De zon breekt door, zijn zelfvertrouwen groeit. Maar wie zich zo afhankelijk opstelt van een ander moet wel weer ten val komen. Dat is de wijze les van deze prachtige stripvertelling van de Franse Pascal Rabaté.
Rabaté speelt in De Feestwinkel met contrasten. Dat doet hij door de levens van tegenpolen met elkaar te verweven, maar ook op visueel niveau. Een cynicus in een feestwinkel, dat levert natuurlijk een mooi contrast op. Na een dag zuurpruimen ploft Patrick uitgeput op zijn bed, op het beddengoed lacht de guitige kop van SpongeBob Squarepants ons toe.
De jonge, knappe Clarisse weet het uitgebluste hart van Patrick, een man van middelbare leeftijd, te reanimeren. Opeens kan hij weer lol maken en krijgt hij weer inspiratie om gadgets te bedenken. Zijn broer is een opportunist die er niet voor terugdeinst om de vriendin van Patrick te versieren, terwijl Patrick zelf een vrijgevig man is.
De toon van de strip wordt nergens neerslachtig, het is flink lachen om de cynische opmerkingen van brompot Patrick. Rabaté weet op meesterlijke wijze van het alledaagse een boeiend verhaal te maken. Hij tekent levensechte personages en schrijft natuurgetrouwe dialogen.
Pascal Rabaté – De Feestwinkel
Oog & Blik/De Bezige Bij, € 22,50
ISBN 978 90 549 2283 4
Het Spui, 11:40
A view of the Spui square I took just after I visited the American Book Center, where I decided that I wasn’t going to buy the autobiography of Keith Richards. At least not at the moment: I have a big pile of comics and books waiting for me at home and I just finished the Rough Guide to the Rolling Stones not so long ago. So I’ve read enough about the Stones for now.
Huidekoperstraat, 12:00 pm
I went for lunch with Merel Barends at Cafe Kale. Across from the cafe someone did the arty thing on the wall. It looks much better now.
In Mooi is dat! zijn 57 literaire klassiekers elk in één pagina verstript. Het koffietafelboek wordt zaterdag 6 november tijdens de Kunststripbeurs op het HAFF gepresenteerd. Een interview met Gert Jan Pos: ‘Er zit geen slechte pagina tussen!’
Mooi is dat! bevat 57 uiteenlopende verstrippingen van Nederlandse en Vlaamse klassiekers. De stripmakers, waaronder 14 Vlaamse, kregen de opdracht om een literair meesterwerk in één geïllustreerde pagina te vatten. In ieder geval moest het verhaal duidelijk zijn. Initiatiefnemer Gert Jan Pos, stripintendant van het Fonds BKVB, deed samen met Pieter Steinz en Rienk Tychon de redactie van het boek. Steinz, chef NRC Boeken, schreef per titel een begeleidende tekst over het verhaal en de publicatiegeschiedenis van het boek. De stripintendant aan het woord:
Wat is het idee achter deze uitgave?
‘Het is een staalkaart van Nederlands en Vlaams talent op stripgebied. Ook hoop ik een einde te maken aan al dat geklets over literaire verstrippingen. Men denkt daarbij meteen aan De Avonden van Dick Matena, de stripversie waarin de tekst van Reve integraal werd gebruikt, maar zo hoeft het natuurlijk helemaal niet. De bundel laat dus zien hoe het óók kan. Wat betreft aanpak en stijl is het een heel uiteenlopende uitgave geworden. Soms heeft een stripmaker het hele boek samengevat in één pagina, anderen hebben één scène verkozen tot sleutelscène.’
Door de vrije interpretaties is het als uittrekselboek niet echt geslaagd.
‘Ik zie ook wel dat het op sommige punten wel heel erg artistiek en los is geworden. Het is daardoor niet geschikt voor op school, dat was leuk geweest, want dan gaat de oplage meteen omhoog.’
De eerste druk bestaat uit zesduizend exemplaren. Wie hoop je ermee te bereiken?
‘Ik denk dat mensen die in literatuur geïnteresseerd zijn wel willen zien hoe hun favoriete boek is verstript. Ook hoop ik dat men uit nieuwsgierigheid de oorspronkelijke boeken gaat lezen om de tekeningen beter te begrijpen. Om het boek te promoten is er een bijbehorende reizende expositie die 13 november in de OBA wordt geopend door Tommy Wieringa. Mooi is dat! wordt al veel besteld door boekhandelaren. Misschien wordt het meteen wel een bestseller.’
Als dat het geval zou zijn, wat is dan de volgende stap?
‘Ik ben in gesprek met het EYE Film Instituut en het Filmfonds om iets met Nederlandse speelfilms en strips te doen. Maar hoe we dat gaan aanpakken weet ik nog niet. Misschien laten we dan per film een filmaffiche maken.’
Voor een staalkaart mis ik wel bepaalde namen. Hoe zijn de stripmakers geselecteerd?
‘Ik heb alle stripmakers die ik goed vind gevraagd. Sommige mensen hebben afgezegd wegens tijdgebrek of omdat ze er geen zin in hadden. Ik had Judith Vanistendael er graag in gehad en Hanco Kolk. Ik vind het te pikant om te vertellen wie ik niet heb gevraagd.’
Loop je zo niet het risico dat sommige mensen zeggen dat de favorieten van Pos weer een klusje hebben gekregen?
‘Als stripintendant mag ik zeggen wie ik goed vind en me daarop concentreren. Als mensen erover willen discussiëren dan is dat prima. Ik ben daar heel open over. Binnen elke culturele kring is er natuurlijk wel sprake van een onuitgesproken hiërarchie. Onderling weet iedereen eigenlijk wel wie de beste is.’
Hoe zijn de titels geselecteerd?
‘De stripmakers mochten kiezen uit een lijst waar ik de, in mijn ogen, honderd belangrijkste titels uit de Nederlandse literatuur op heb gezet. Pieter Steinz heeft daar nog wat aan toegevoegd en we hebben overlegd met het Nederlands en het Vlaams Fonds voor de Letteren. De Aanslag stond wel op de lijst, maar is niet gekozen door de stripmakers. Daar zit dus verder geen plan achter.’
Er zitten opvallend veel oude teksten van voor de twintigste eeuw tussen.
‘Middeleeuwse verhalen zijn het beste om te verstrippen want het zijn heel mooi afgeronde verhalen. Karel ende Elegast is net een Suske en Wiske-verhaal. De Avonden verstrippen is toch iets ingewikkelder, al staat die er gelukkig wel in.’